Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022106384 |
Gegevens van de aanvrager: | VZW CAS met als contactadres Mechelsesteenweg 128 te 2018 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | VZW CAS (0466843281) met als contactadres Mechelsesteenweg 128 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Blancefloerlaan 179, 179E-H te 2050 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 13 sectie N nr. 324Z |
waarvan: |
|
- 20220805-0063 | afdeling 13 sectie N nr. 324Z (PROK) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een industriegebouw en het exploiteren van een opslag- en werkplaats voor horeca-activiteiten |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/07/2005: vergunning (20051529) voor het wijzigen van bestaande bouwaanvraag: aanpassen van de showroom met burelen.
Vergunde toestand
- kantoor met showroom;
- 2 bouwlagen onder plat dak in een K.M.O. park;
- gevels in cellenbetonblokken en aluminium golfplaten met buitenschrijnwerk in gemoffeld aluminium.
Bestaande toestand
- gevels in roodbruine baksteen en aluminium golfplaten met buitenschrijnwerk in grijs aluminium.
Nieuwe toestand
- kantoor met opslagruimte en grootkeuken (bedrijvigheid);
- gelijkvloerse uitbreiding van circa 85 m² onder plat dak;
- wijzigen van de gevels en inkom;
- gevels van de uitbreiding in roodbruine baksteen met buitenschrijnwerk in grijs aluminium.
Inhoud van de aanvraag
- de functie bedrijvigheid blijft behouden;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de gevels;
- de 1ste verdieping blijft ongewijzigd.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inhoud van de aanvraag
Het project omvat de uitbating van een grootkeuken.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) PROK
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.500,00 m³/jaar |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 6 voertuigen |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 79,25 kW |
45.13.d)1°a) | inrichtingen voor het behandelen, bewerken of verwerken van groenten en andere voedingsplanten, vruchten, granen, zaden of andere producten van plantaardige oorsprong met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied; | 193,10 kW |
45.4.c)1°a) | inrichtingen voor het behandelen van andere producten van dierlijke oorsprong met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied; | 134,66 kW |
46.1°a) | wasserijen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied. | 47,30 kW |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 22 september 2022 | 3 oktober 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 22 september 2022 | 30 september 2022 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 22 september 2022 | 30 september 2022 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard, (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het pand is gelegen in een KMO-zone. De functie ‘bedrijvigheid’ wijzigt niet en de bedrijfsactiviteiten blijven bijgevolg functioneel inpasbaar in deze site.
Gezien de gelijkvloerse omvorming van magazijn- en kantoorruimte naar grootkeuken werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing – Business en Innovatie die de omvorming gunstig adviseert.
Het advies laat zich als volgt lezen:
“De aanvraag voorziet in de verbouwing van een kmo pand naar een grootkeuken met op de eerste verdieping een kantoorfunctie voor de activiteit (gaat over een sociaal-economisch bedrijf waar dus ook een stuk opvolging / begeleiding van het personeel nodig is)
De site is gelegen op de kmo-zone linkeroever / combori zoals voorzien in de beleidsnota ruimtelijke economie en past binnen de goedgekeurde beleidsvisie.”
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het vierkante grondplan wordt uitgebreid met een gelijkvloers volume van 5,40 meter op 15,80 meter. Hierdoor wijzigt niet enkel het bouwvolume maar wordt er ook een belangrijke planmatige wijziging aangebracht.
Zo verdwijnt de bestaande inkom aan de zijde van de Blancefloerlaan ten bate van meer werkruimte voor de grootkeuken en komt de nieuwe inkom aan de toegangsweg te liggen waar ook het lossen en laden plaatsvindt.
De verdieping blijft ongewijzigd.
De te realiseren gelijkvloerse uitbreiding is relatief beperkt en valt binnen de grenzen van de uitbreidingsmogelijkheden waardoor er voldoende open ruimte op het perceel rest en het bouwvolume inpasbaar is in de omgeving.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De verdiepingshoge gelijkvloerse plint uitgevoerd in baksteen ondersteunt een licht uitkragend grijs aluminium volume wat rust op groene stalen kolommen. Bandramen doorbreken de gevelvlakken waar nodig.
De gelijkvloerse uitbreiding in baksteen met aluminium bandraam vormt een vanzelfsprekende verderzetting van deze materialisatie die de functionele en zakelijke gevelopbouw kenmerkt.
Aan de Blancefloerlaan compenseert het zicht op de warme en koude keuken het verlies van de geaccentueerde inkompartij en verlevendigt zo alsnog de gevelzijde.
De nieuwe inkom is veel minder uitgesproken dan voorheen en onderscheidt zich enkel door een min of meer centrale positie in het gevelvlak en het gebruik van beglazing in een anders gesloten gevelvlak. In dezelfde gevel wordt tevens een bijkomende poort in grijs aluminium voorzien voor laden en lossen.
De aanpassingen volgen uit de functionele herinrichting en uitbreiding van het pand. Het beoogde materiaalgebruik wijzigt niet en is bijgevolg stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. De kantoren op het 1ste verdiep blijven ongewijzigd. Het gelijkvloers wordt verbouwd van werkplaats + opslag naar grootkeuken + opslag. Deze functies hebben een gelijkaardige parkeerbehoefte. Het aantal werknemers wijzigt van 25 naar 20.
De werkelijke parkeerbehoefte is 0
|
De plannen voorzien in 14 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
De bestaande 14 parkeerplaatsen blijven behouden.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 14.
Dit aantal is toereikend.
|
Er zijn geen ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.
|
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Het bestaande industriegebouw wordt na verbouwing heringericht en in gebruik genomen door CAS vzw. De gelijkvloerse verdieping wordt ingericht als grootkeuken (130 m²) en een opslagruimte (350 m²). De eerste verdieping blijft ingericht als kantoorruimte.
In totaal wordt 1.500 m³/jaar huishoudelijk afvalwater geloosd. Het afvalwater is afkomstig van de sanitaire inrichtingen (900 m³/jaar), de keukenactiviteiten (240 m³/jaar) en het reinigen van de inrichting (360 m³/jaar). Zwart water wordt voorbehandeld in twee septische putten. Het overige water wordt voorbehandeld in een vetafscheider. Na behandeling worden de stromen samen geloosd in een lozingspunt in de Blancefloerlaan. Een tweede lozingspunt betreft water afkomstig van de overloop van de infiltratievoorziening. Gelet op het beperkte debiet, de voorziene behandeling en de aansluiting van de riolering op het RWZI Burcht, is de impact op de omgeving beperkt.
De levering aan klanten vanuit de inrichting vindt plaats met een zestal bedrijfswagens, die op de site gestald worden. De voertuigen staan aan de straatzijde geparkeerd, weg van de woningen ten zuidwesten van het gebouw. De werkzaamheden en het komen en gaan van de bedrijfswagens vindt plaats binnen de normale werkuren. Het bedrijventerrein waarin de inrichting gelegen is, heeft een eigen aansluiting op de Blancefloerlaan. Als gevolg van de gegenereerde trafiek, wordt geen hinder voor de onmiddellijke omgeving verwacht.
Voor de bewaring van de ingrediënten en afgewerkte producten zijn verschillende koel- en vriestoestellen aanwezig. Het gaat over diepvriescellen, koelcellen, snelkoelers, ijswaterkoelers en dergelijke met een gezamenlijke drijfkracht van circa 35 kW. Daarnaast is nog een warmtepomp aanwezig van 34,6 kW voor de verwarming en koeling van het gebouw. De meeste compressoren bevinden zich inpandig, geïntegreerd in toestellen zelf. De warmtepomp staat ingetekend in de bouwvrije zone aan de zuidoostelijke perceelsgrens. De locatie is nabij de dichtstbijgelegen woning en vertegenwoordigt een risico op geluidsoverlast. De installatie dient geplaatst te worden op het hoogste dak, rekening houdend met de bepalingen van de bouwcode.
In het dossier worden de toestellen opgelijst die in de keuken zullen gebruikt worden. De rubriek voor het behandelen van producten van dierlijke oorsprong (rubriek 45.4.c)1°a)) wordt gevraagd voor een vermogen van 134,6 kW. Het betreft onder andere vleessnijmachines, maar het zijn voornamelijk de stoomtoestellen en een kookplaat die doorwegen. Deze toestellen dienen evenwel niet opgenomen te worden in de rubriek 45. Het totaal elektrisch vermogen onder rubriek 45.4.c)1°a) is lager dan 5 kW en deze hoeft niet opgenomen te worden in de vergunning.
Ook voor de rubriek voor het behandelen en verwerken van groenten en dergelijke (rubriek 45.13.d)1°a)) worden de vermogens van enkele toestellen onnodig opgenomen. In plaats van 193,1 kW dient slechts een vermogen van 9,5 kW opgenomen te worden voor vier groentensnijmachines, een menger-klopper en een turbomixer. De activiteiten van de exploitant worden allen inpandig uitgevoerd. De voedingverwerkende machines staan opgesteld in een gesloten ruimte die geïsoleerd is. Geluidsverstoring naar de omgeving wordt zo tot het minimum beperkt. Het risico op geluidsoverlast is beperkt. Er is bijgevolg weinig tot geen effect op geluid en trillingen te verwachten.
De bandvaatmachine wordt ondergebracht in rubriek 46.1.a). Deze rubriek is enkel bestemd voor wasserijen van textiel.
Aangezien gewerkt wordt met voedingswaren, is het mogelijk dat bederfbaar afval ontstaat. Het afval dient op regelmatige basis opgehaald te worden. Om geurhinder en ongedierte te vermijden, dient het afval in afgesloten recipiënten bewaard te worden in afwachting van regelmatige ophaling. Afval van dierlijke (bij)producten wordt in afwachting van ophaling bovendien bewaard in een gekoelde omgeving.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits de algemene, sectorale en bijzondere voorwaarden worden nageleefd, kunnen de hinder en risico’s voor mens en milieu tot een aanvaardbaar niveau beperkt worden. Er wordt gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.500,00 m³/jaar |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 6 voertuigen |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 79,25 kW |
45.4.c)1°a) | inrichtingen voor het behandelen van andere producten van dierlijke oorsprong met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied; | zonder voorwerp |
45.13.d)1°a) | inrichtingen voor het behandelen, bewerken of verwerken van groenten en andere voedingsplanten, vruchten, granen, zaden of andere producten van plantaardige oorsprong met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied; | 9,50 kW |
46.1°a) | wasserijen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied. | zonder voorwerp |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De installatie op het plan aangeduid als 2.15 dient geplaatst te worden op het hoogste dak, rekening houdend met de bepalingen van de bouwcode.
2. Het bederfbaar afval wordt in goed afgesloten recipiënten bewaard in afwachting van regelmatige ophaling.
3. Afval van dierlijke (bij)producten wordt in afwachting van ophaling bovendien bewaard in een gekoelde omgeving.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 2 september 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 22 september 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 21 november 2022 |
Verslag GOA | 4 november 2022 |
naam GOA | Bieke Geypens en Gerd Cryns |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
Bijzondere milieuvoorwaarden
1. De installatie op het plan aangeduid als 2.15 dient geplaatst te worden op het hoogste dak, rekening houdend met de bepalingen van de bouwcode.
2. Het bederfbaar afval wordt in goed afgesloten recipiënten bewaard in afwachting van regelmatige ophaling.
3. Afval van dierlijke (bij)producten wordt in afwachting van ophaling bovendien bewaard in een gekoelde omgeving.
Brandweervoowaarden
de brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/DVA/2022/G.00018.A5.0006 die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 1.500,00 m³/jaar |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 6 voertuigen |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 79,25 kW |
45.13.d)1°a) | inrichtingen voor het behandelen, bewerken of verwerken van groenten en andere voedingsplanten, vruchten, granen, zaden of andere producten van plantaardige oorsprong met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied; | 9,50 kW |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.