Terug
Gepubliceerd op 14/11/2022

2022_CBS_09005 - Omgevingsvergunning - OMV_2022069364. Oudebaan 103. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
do 10/11/2022 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09005 - Omgevingsvergunning - OMV_2022069364. Oudebaan 103. District Wilrijk - Goedkeuring 2022_CBS_09005 - Omgevingsvergunning - OMV_2022069364. Oudebaan 103. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022069364

Gegevens van de aanvrager:

de heer Mohamed Touayouch met als contactadres Oudebaan 103 te 2610 Antwerpen

Ligging van het project:

Oudebaan 103 te 2610 Wilrijk-Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 44 sectie D nr. 279H2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          30/05/2018 proces-verbaal (11002_2018_6679_VPV) voor werken zonder stedenbouwkundige vergunning;

-          14/09/2007: vergunning (3238#759) voor het bepleisteren van de voorgevel;

-          1/10/1964: vergunning (222#730) voor verbouwingswerken.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          eengezinswoning met garage;

-          bouwvolume:

  • bebouwing met twee bouwlagen onder plat dak;
  • een bouwhoogte tot aan de kroonlijst van circa 6,10 meter;

-          gevelafwerking:

  • natuursteen aan de voordeur en de garagepoort;
  • crepi met als kleur papyrus op de rest van de voorgevel;
  • garagepoort in aluminium;
  • kroonlijst in hout.

 

Huidige toestand

-          bouwvolume:

  • bouwdiepte van 18,15 meter;
  • een bouwhoogte tot aan de kroonlijst is 6,30 meter;
  • bouwdiepte van de eerste verdieping is 8,10 meter;

-          gevelafwerking:

  • elementen in natuursteen aan de voordeur en garagepoort;
  • witte sierbepleistering op de rest van de voorgevel;
  • dorpels in blauwe hardsteen;
  • buitenschrijnwerk in pvc op het gelijkvloers;
  • buitenschrijnwerk in hout op de eerste verdieping;
  • kroonlijst in donker grijs pvc.

-          inrichting:

  • afdak aan gelijkvloerse aanbouw;
  • tuin met verschillenden constructies.

 

Gewenste toestand

-          eengezinswoning zonder garage;

-          bouwvolume:

  • bebouwing met twee bouwlagen onder zadeldak met dakkapel;
  • een bouwhoogte tot aan de kroonlijst van 6,60 meter en een nokhoogte van 11,26 meter;
  • bouwdiepte van de eerste en tweede verdieping is 9,07 meter;

-          gevelafwerking:

  • verwijderen van de kroonlijst;
  • isoleren en afwerken van de gevels en de wachtgevel in een witte pleister;
  • de garagepoort is vervangen door een raam;
  • de voorgevel gelijkvloers in donker grijskleurige steenstrips of sierbepleistering;
  • witte sierbepleistering op de rest van de voorgevel;
  • grijskleurig buitenschrijnwerk;
  • zadeldak met zwarte pannen.

-          inrichting:

  • de constructies in de tuin worden afgebroken;
  • de vrijgekomen delen worden ingericht als groene tuinzones;
  • de voortuinzone is volledig verhard aangelegd.

 

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de voorgevel;

-          bouwen van een dakverdieping met dakkapel;

-          wijzigen van de scheidingsmuren;

-          slopen van bijgebouwen in de tuin.

-          regulariseren van het uitbreiden van het bouwvolume over perceelsbreedte tot een bouwdiepte van circa 18 m.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Oudebaan, goedgekeurd op 22 oktober 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 4: zone voor groen (gr) en artikel 3: zone voor gemengde functies (ge3).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan – RUP Oudebaan en wijkt af op volgend punt:

-          artikel 3.2.1. Inrichtingsstudie:
voor de volledige zone moet een globale inrichtingsstudie worden uitgewerkt en bij elke vergunningsaanvraag worden toegevoegd. De aanvraag bevat geen inrichtingsstudie.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.


-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:
    de nieuwe voorgevel is niet voorzien van een vooruitspringende kroonlijst zoals kenmerkend is in het straatbeeld;
  • artikel 13 Ondergrondse en bovengrondse uitsprongen:
    putten en reservoirs mogen het groene karakter van de voortuin niet aantasten. Er wordt een hemelwaterput en een septische put in de voortuin voorzien.
  • artikel 15 In- en uitsprongen aan daken:
    de nieuwe dakkapel in de voorgevel ligt in hetzelfde vlak als de voorgevel en er is enkel een dakgoot voorzien;
  • artikel 19 Tuinafsluitingen:
    de voortuinzone is niet voorzien van een duidelijke afsluiting die de grens aangeeft tussen het private gedeelte en het openbaar domein;
  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
    het dakvlakvenster aan de achterzijde, ter hoogte van de kinderkamer, is onvoldoende groot;
  • artikel 27 Open ruimten:
    de voortuinzone wordt volledig verhard aangelegd;
  • artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen:
    de bestaande inpandige autostalplaats wordt gesupprimeerd.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.


-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.


-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.


-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Voortuinen mogen, conform artikel 27 van de bouwcode, alleen in functie van de strikt noodzakelijke toegangen verhard worden, met een maximale breedte van 1,5 m voor toegangspaden. Ondanks het verdwijnen van de inpandige garage blijft de voortuin in de aanvraag volledig verhard. De voortuin wordt beschouwd als een volwaardig deel van de tuin. Een groene voortuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Van deze voorschriften kan bijgevolg niet afgeweken worden. Dit wordt opgenomen in de voorwaarden bij de vergunning. Bijkomend dient de voortuin afgesloten te worden conform de voorschriften van artikel 19 van de bouwcode. Ook dit zal opgenomen worden als voorwaarde.

 

Voorliggende aanvraag voorziet het regulariseren van een hemelwaterput en een septische put in de voortuin. Hierdoor wordt het groene karakter van de voortuin aangetast. De voortuin is een bouwvrije zone waar verhardingen en constructies niet wenselijk zijn omwille van de beeldkwaliteit en de infiltratie van regenwater. In voorwaarde zal dan ook opgenomen worden om de putten achteraan de woning te voorzien of onder de verharding in de voortuin.

 

De dakkapel in het zadeldak is voorzien in hetzelfde gevelvlak als de voorgevel. Het is wenselijk om deze meer naar achter te leggen om de schuine dakvorm herkenbaar te houden. Bijkomend is deze uitwerking niet in harmonie met andere dakkapellen in de straat. Door de dakkapel dieper (0,60 meter) en hoger te voorzien kan er ook ter hoogte van de dakkapel een vrije hoogte van 2,60 meter voorzien worden, wat de verblijfskwaliteit in de hobbyruimte ten goed komt. Dit wordt in voorwaarde opgenomen.

 

Het dakvlakvenster aan de achterzijde is onvoldoende groot om voldoende daglicht en zicht in de verblijfsruimte (kinderkamer) te brengen. Dit dient minstens minimaal 10% van de netto-vloeroppervlakte van de ruimte te zijn. In voorwaarde zal opgenomen worden om dit aan te passen.

 

De aanvraag bevat geen globale inrichtingsstudie zoals gevraagd in artikel 3.2.1 van het ruimtelijk uitvoeringsplan. De inrichtingsstudie geeft onder andere aan hoe het voorgenomen project zich verhoudt tot wat al gerealiseerd is in deze zone en/of tot de mogelijke ontwikkeling van de rest van het plangebied en omgeving. Gelet op de beperkte wijzigingen aan de woning en de overgangsbepalingen zoals opgenomen in artikel 3.4 van het RUP, is het echter aanvaardbaar dat deze globale inrichtingsstudie niet is opgemaakt voor een uitbreiding aan een woning tot een volume van circa 602 m³. Overeenkomstig artikel 4.4.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan na het voeren van een openbaar onderzoek deze afwijking toegestaan worden.

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voorziet de uitbreiding van de bouwdiepte op het gelijkvloers tot circa 18,15 m. Door de garage te supprimeren en deze oppervlakte bij de leefruimte te voegen ontstaat er een open ruimte met een dubbelzijdige oriëntatie (doorzon-typologie). De voorgestelde bouwdiepte is hierdoor aanvaardbaar. Bijkomend voorziet de aanvraag een zadeldak met een dakkapel aan de straatzijde. In deze nieuwe dakverdieping wordt een kinderkamer en hobbykamer voorzien. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume zoals voorgesteld.

 

In de tuinzone worden alle bestaande constructies gesloopt. Zo ontstaat er een kwalitatieve groene tuin waarbij er voldoende infiltratie van regenwater mogelijk is.

 

Visueel-vormelijke elementen

De aanvraag voorziet het bepleisteren van de voor- en wachtgevel. De omgeving wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door gevels die zijn afgewerkt met een gevelsteen en elementen in natuursteen of beton. Toch zijn er reeds enkele panden in de Oudebaan waarbij de gevel is geschilderd in een lichte kleur of waarbij er een bepleistering is aangebracht. De voorgestelde aanpassingen aan de voor- en wachtgevel zijn bijgevolg aanvaardbaar.

 

De voorgevel wordt voorzien in een bepleistering in een witte kleur, voor het gelijkvloers wordt er een keuze gemaakt tussen steenstrips of bepleistering in een donkergrijze kleur. Gelet op de wijzigingen aan de voorgevel, waarbij de garagepoort wordt vervangen door een minder breed raam en waarbij de voordeur ook minder breed voorzien wordt, is het wenselijk om de volledige voorgevel in een gelijkaardige kleur te voorzien, afgewerkt met een plint van minimaal 60 cm hoogte om op een duurzame, stootvaste manier aan te sluiten op de voortuin. De plint steekt voorbij het gevelvlak. Dit zal in voorwaarde opgenomen worden.

 

De arrière-corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Het is wenselijk om dit detail eigen aan de stedelijke context te behouden.

 

De uitstekende delen van een gevel (raamdorpel en kroonlijst) zorgen voor een detaillering van de gevel. Het toepassen van buitengevelisolatie leidt tot een vervlakking van het straatbeeld door een verlies aan detaillering. Om een verarming van het materiaal tegen te gaan, wordt er bij een gunstig advies opgelegd dat bestaande elementen (raamdorpels en kroonlijst) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen.

 

Wanneer er pleisterwerk is voorzien als gevelmateriaal, worden de randen van bijvoorbeeld raamopeningen voorzien van hoekprofielen. Dergelijke hoekprofielen moeten onzichtbaar worden uitgevoerd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De eengezinswoning beschikte over 1 parkeerplaats. Deze wordt gesupprimeerd.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12 §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de Omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De voortuin moet voldoen aan artikel 27 van de bouwcode, waarbij er enkel een verharding voorzien mag worden als toegangspad naar de voordeur en ter hoogte van de voorgevel.

3 De voortuin moet afgesloten worden conform de voorschriften van artikel 19 van de bouwcode.

4. De hemelwaterput en de septische put dienen achter de woning voorzien te worden, of onder de verharding in de voortuin.

5. De dakkapel moet 0,60 meter dieper geplaatst worden, de vrije hoogte onder deze dakkapel moet voorzien worden op 2,60 meter.

6. Het dakvlakvenster aan de achterzijde te vergroten tot minimaal 10% van de netto-vloeroppervlakte van de ruimte conform de voorschriften van artikel 24 van de bouwcode.

7. De volledige voorgevel dient afgewerkt te worden in een bepleistering in een witte kleur, afgewerkt met een plint in natuursteen van minstens 0,60 meter hoog.

8. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter.

9. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

10. De bestaande dorpels in natuursteen te behouden of te vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de oorspronkelijke situatie.

11. De uitstekende kroonlijst te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand.

12. De elementen voor nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen.

13. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 mei 2022

Volledig en ontvankelijk

10 juni 2022

Start 1e openbaar onderzoek

21 juni 2022

Einde 1e openbaar onderzoek

20 juli 2022

Beslissing toepassing administratieve lus

2 augustus 2022

Start laatste openbaar onderzoek

12 augustus 2022

Einde laatste openbaar onderzoek

10 september 2022

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 november 2022

Verslag GOA

4 november 2022

naam GOA

Gerd Cryns

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

De affiche werd niet aangeplakt uiterlijk op de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek en tot en met de laatste dag daarvan conform de bepalingen van artikel 20 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

21 juni 2022

20 juli 2022

0

0

0

0

12 augustus 2022

10 september 2022

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De voortuin moet voldoen aan artikel 27 van de bouwcode, waarbij er enkel een verharding voorzien mag worden als toegangspad naar de voordeur en ter hoogte van de voorgevel.

3 De voortuin moet afgesloten worden conform de voorschriften van artikel 19 van de bouwcode.

4. De hemelwaterput en de septische put dienen achter de woning voorzien te worden, of onder de verharding in de voortuin.

5. De dakkapel moet 0,60 meter dieper geplaatst worden, de vrije hoogte onder deze dakkapel moet voorzien worden op 2,60 meter.

6. Het dakvlakvenster aan de achterzijde te vergroten tot minimaal 10% van de netto-vloeroppervlakte van de ruimte conform de voorschriften van artikel 24 van de bouwcode.

7. De volledige voorgevel dient afgewerkt te worden in een bepleistering in een witte kleur, afgewerkt met een plint in natuursteen van minstens 0,60 meter hoog.

8. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter.

9. De arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie.

10. De bestaande dorpels in natuursteen te behouden of te vervangen door nieuwe elementen in natuursteen die evenveel uitsteken na het uitvoeren van de werken dan in de oorspronkelijke situatie.

11. De uitstekende kroonlijst te behouden door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand.

12. De elementen voor nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen.

13. De hoekprofielen die inherent zijn aan het gevelpleisterwerk, onzichtbaar uit te voeren.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.