Terug
Gepubliceerd op 05/09/2022

2022_CBS_07088 - Omgevingsvergunning - OMV_2022066718. Ballaarstraat 106. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 02/09/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_07088 - Omgevingsvergunning - OMV_2022066718. Ballaarstraat 106. District Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_07088 - Omgevingsvergunning - OMV_2022066718. Ballaarstraat 106. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022066718

Gegevens van de aanvrager:

Sebastiaan en Katja Peeters - Buelens met als adres Lange Lozanastraat 215 bus 302 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Ballaarstraat 106 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 1660Y2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

renoveren van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis  

-          05/05/1941: toelating (18#13978) voor binnenveranderingen;

-          30/01/1992: vergunning (86#8725260) voor verbouwing rijwoning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • wonen - eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder zadeldak; 
  • gelijkvloerse bouwdiepte 18 m aan de rechter perceelgrens en 16,60 m aan de linker perceelgrens;
  • bouwdiepte eerste verdieping 19,60 m aan de rechter perceelgrens en 10,75 m aan de linker perceelgrens

-          gevelafwerking:

  • blauwe hardstenen plint;

-          inrichting:

  • gelijkvloers verhoogd terras van circa 21 m².;
  • terras van circa 16 m² ter hoogte van de linker perceelgrens op de eerste verdieping.

 

Bestaande toestand

-          overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd van gevelafwerking:

  • voorgevel met modern stalen balkon en nieuwe voordeur;
  • achterbouw in houten gevelbeplanking i.p.v. kalkbepleistering.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • wonen - eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder zadeldak; 

-          gevelafwerking:

  • gevelpleister en lichtgroen houten schrijnwerk;
  • vernieuwd natuurstenen balkon met klassiek stalen balustrade;

-          inrichting:

  • gelijkvloers verhoogd terras van circa 31 m²;
  • terras van circa 5 m² met aansluitend groendak ter hoogte van de linker perceelgrens op de eerste verdieping.


Inhoud van de aanvraag

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          inrichten van het dak van de gelijkvloerse uitbouw met groendak en dakterras;

-          uitbreiden van het gelijkvloerse terras;

-          wijzigen van het buitenschrijnwerk en het balkon in de voorgevel.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 24 Minimale lichtinval en luchttoevoer: de raamopening van kinderslaapkamer 2 is kleiner dan 1,3 m² (0,5 m²) en ligt niet tussen 1 m en 2 m boven het loopvlak van de verblijfsruimte.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De bestemming van de eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

 

Het vergunde bouwvolume blijft ongewijzigd.

Achteraan het gelijkvloers wordt het bestaande terras over de volle tuinbreedte uitgebreid. Ondanks deze quasi verdubbeling in terrasoppervlakte blijft er een resterende tuinzone, groen en onverhard, gevrijwaard met 82 m². 

Bovendien voorziet de aanvraag in een compensatie voor deze terrasuitbreiding door 10,4 m² van het plat dak op de 1ste verdieping als volwaardig natuurdak met een dikkere substraatlaag om te vormen. Deze ingreep wordt gewaardeerd waardoor de bijkomende verharding gunstig geadviseerd wordt.

Grenzend aan de achtergevel wordt het dak ingericht als terras en dit over een diepte van 1,5 m. Vanuit ruimtegebruik kan dit terras gunstig geadviseerd worden. De ligging levert echter wel hinder op naar de buren (zie verder). 

De bouwdichtheid wijzigt niet, de werken gebeuren in functie van een beter intern ruimtegebruik. De aanvraag is bijgevolg aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

 

De voorgevel wordt met het vernieuwen van alle buitenschrijnwerk zoveel mogelijk naar het originele ontwerp terug gebracht. Ook het herstellen van de houten kroonlijst en het vervangen van het postmodernistisch metalen balkon door een klassiek natuurstenen model passen binnen dit uitgangspunt. De aanvraag voorziet in lichtblauwe of lichtgroene gekleurd buitenschrijnwerk maar benoemd het afwerkingsmateriaal niet.

Om de beoogde klassieke uitstraling van de straatgevel te vrijwaren en om het rechterbuurpand (opgenomen op de inventarislijst van onroerend erfgoed) visueel te ondersteunen wordt in de voorwaarden opgenomen dat het buitenschrijnwerk in hout en in een witte tint uitgevoerd dient te worden.

 

Ook in de achtergevel wordt alle buitenschrijnwerk vervangen en na-geïsoleerd. Het hoofdvolume wordt afgewerkt in licht gekleurde gevelpleister en de aanbouw in een houten afwerking zoals reeds vergund was.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden is de woning visueel inpasbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

Ter hoogte van het terras op de uitbouw achteraan kent de scheimuur een vertrapte hoogte van respectievelijk 2,30 m, 1,90 m en 1,55 m. Het laagste deel van de muur volstaat niet om voldoende privacy naar de buren te garanderen. Daarom wordt opgelegd om een deel van het terras te betrekken bij het groendak of om het onbetreedbaar te maken, door bijvoorbeeld plantenbakken. Het gaat hierbij over het gedeelte binnen een denkbeeldige hoek van 45°, te vertrekken vanaf het deel van de scheidingsmuur dat lager is dan 1,90m. Deze oppervlakte is ook illustratief in rood aangeduid op het plan ROOD_BA_WONING_P_N_03.pdf.

 

Kinderslaapkamer 2 heeft een vloeroppervlakte van 13,80 m² maar beschikt slechts over een dakvlakraam van 0,50 m². Dit raam is te klein om deze ruimte van voldoende licht te voorzien (bouwcode, art. 24). Bovendien mogen dakvlakramen in schuine daken enkel meegeteld worden indien ze zich tussen 1 m en 2 m boven het loopvlak van de verblijfsruimte bevinden. Ook dit is niet het geval. Gezien de kroonlijst zich op 1,40 m bevindt is het begrijpelijk dat er geen verticaal raam, in de gevel wordt voorzien. Een hoger dakvlakraam is dan ook de meest voor de hand liggende oplossing. Daarom kan een afwijking op dit punt van artikel 24 van de bouwcode toegelaten worden. Voldoende lichttoetreding kan en moet wel gegarandeerd worden. Dit gebeurt door het dakvlakvenster te verruimen of er meerdere te voorzien zodat er minstens 1,5 m² aan raamopeningen aanwezig is.

Indien niet aan deze voorwaarde wordt voldaan, dient “kinderslaapkamer 2” ingericht te worden als berging.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het deel van het dakterras op de 1ste verdieping, gelegen binnen een hoek van 45°, te meten vanaf het punt dat de scheidingsmuur lager is dan 1,90 m, ontoegankelijk te maken. Dit kan gebeuren door het in te richten als groendak of door er plantenbakken te plaatsen. 

3. Kinderslaapkamer 2 te voorzien van 1,5m² dakvlakramen, tenzij deze ruimte ingericht wordt als berging.

4. Het buitenschrijnwerk in de voorgevel uit te voeren in witgeschilderd hout.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

28 mei 2022

Volledig en ontvankelijk

14 juli 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

12 september 2022

Verslag GOA

24 augustus 2022

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het deel van het dakterras op de 1ste verdieping, gelegen binnen een hoek van 45°, te meten vanaf het punt dat de scheidingsmuur lager is dan 1,90 m, ontoegankelijk te maken. Dit kan gebeuren door het in te richten als groendak of door er plantenbakken te plaatsen. 

3. Kinderslaapkamer 2 te voorzien van 1,5m² dakvlakramen, tenzij deze ruimte ingericht wordt als berging.

4. Het buitenschrijnwerk in de voorgevel uit te voeren in witgeschilderd hout.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.