Terug
Gepubliceerd op 28/11/2022

2022_CBS_09333 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - LBC Antwerpen NV, Vierde Havendok-Zuidkaai 271-275, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2022/011/NR. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 25/11/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09333 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - LBC Antwerpen NV, Vierde Havendok-Zuidkaai 271-275, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2022/011/NR. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring 2022_CBS_09333 - Bodemsaneringsproject Vlarebo - LBC Antwerpen NV, Vierde Havendok-Zuidkaai 271-275, 2030 Antwerpen. Dossiernummer BSP2022/011/NR. Voorwaardelijk gunstig advies - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

OVAM vraagt advies aan het college over een bodemsaneringsproject met als opdrachtgever LBC Antwerpen - Leon Bonnetweg 28 - 2030 Antwerpen (referentie OVAM 3982) .

Argumentatie

Het college beslist op basis van het verslag van de dienst Vergunningen, dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd en sluit zich aan bij deze motivatie

Juridische grond

Het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming; het besluit van 14 december 2007 houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering en bodembescherming.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist het gunstige advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, goed te keuren onder volgende bijzondere voorwaarden:

  • Bij onttrekking van grondwater mag, in afwijking van de algemene en sectorale bepalingen, de concentratie voor de volgende verontreinigende gevaarlijke stoffen in het geloosde afvalwater niet hoger zijn dan:
    - Minerale olie: 500 microgram/liter;
    - BTEX, individueel: 10 microgram/liter;
    - BTEX-totaal: 20 microgram/liter;
    - Styreen: 10 microgram/liter;
    - MTBE: 100 microgram/liter.
  • Het afvalwater moet worden geloosd via een controle-inrichting die alle waarborgen biedt om de kwaliteit van het werkelijk geloosde water te controleren.
  • Het debiet van het opgevangen grondwater moet worden geregistreerd.
  • Indien er afvalgassen vrijkomen, moeten deze worden geleid over een adequate luchtbehandelingsinstallatie die uitmondt in openlucht en die voldoet aan de bepalingen van hoofdstuk 4.4. van het Vlarem. 
  • De installaties voor het bodemsaneringsproject moeten ontoegankelijk zijn voor onbevoegden.
  • Het aansluiten op de openbare riolering dient te gebeuren na overleg en met het akkoord van de bevoegde diensten.
  • Alle voorzieningen worden getroffen teneinde bevuiling van de openbare weg door het transport van de vuile grond te voorkomen. De wielen en buitenzijde van de vrachtwagens en van het werfmateriaal dienen indien nodig ter plaatse gereinigd te worden. De vervuilde grond wordt onmiddellijk afgevoerd naar een erkend verwerker. De vrachtwagens dienen te beschikken over vloeistofdichte en afdekbare laadruimtes.
  • Bij de sanering dienen de aangrenzende nutsleidingen (water, elektriciteit, gas, telefoon...) op het openbaar domein gecontroleerd te worden op mogelijke aantasting. De saneerder dient hiervoor contact te nemen met de desbetreffende uitbaters.
  • De vervuiling ter hoogte van het openbaar domein dient eveneens verwijderd te worden.
  • De zuiveringsinstallaties dienen op de bronpercelen geplaatst te worden.
  • Indien buiten de bodemsaneringszone abnormale hinderlijke geuren worden waargenomen, worden onmiddellijk corrigerende maatregelen getroffen om de emissies te beperken.
  • Indien tijdens de werken de stofconcentraties in de lucht hinderlijk zijn voor de omgeving, zullen onmiddellijk corrigerende maatregelen getroffen worden om de stofontwikkeling te verminderen.
  • De saneringsverantwoordelijke nodigt op de eerste voorbereidende werfvergadering de betrokken diensten van het havenbedrijf uit om de nodige praktische afspraken te maken rond werfinrichting, het gebruik van het openbaar domein en dergelijke. U meldt dit aan de technisch manager bodem op milieu@portofantwerpbruges.com - 03/229 73 88.
  • De aanvangsdatum en einddatum van de saneringswerken moeten worden meegedeeld aan de dienst Omgeving/Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van de naam en telefoonnummer van de saneringsverantwoordelijke.
  • Na afloop van de saneringswerken dient een exemplaar van het evaluatierapport overgemaakt te worden aan de dienst Omgeving/Vergunningen (milieuvergunningen@antwerpen.be).
  • Gezien de risico’s die uitgaan van de verontreiniging, dient de sanering opgestart te worden binnen de maximale termijn van 5 jaar naar analogie met de wetgeving betreffende de omgevingsvergunning waarin gesteld wordt dat een vergunde inrichting in gebruik moet worden genomen binnen deze maximale termijn, op straffe van verval van de vergunning. Bovendien zorgt deze voorwaarde voor een aanvaardbare periode tussen de bekendmaking van de noodzaak tot bodemsanering en de werkelijke uitvoering hiervan.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.