Terug
Gepubliceerd op 03/01/2022

2021_CBS_10476 - Omgevingsvergunning - OMV_2021148179. Wetstraat 89. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
do 30/12/2021 - 09:00 Digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Karim Bachar, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2021_CBS_10476 - Omgevingsvergunning - OMV_2021148179. Wetstraat 89. District Antwerpen - Goedkeuring 2021_CBS_10476 - Omgevingsvergunning - OMV_2021148179. Wetstraat 89. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2021148179

Gegevens van de aanvrager:

Ellen Vanopstal met als adres Wetstraat 91 te 2060 Antwerpen en Marco Salamanca met als adres Wetstraat 91 te 2060 Antwerpen

Ligging van het project:

Wetstraat 89 2060 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 5 sectie E nrs. 0 en 582A2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          24/02/1928: vergunning (1928#29230) voor een gevelverandering;

-          09/05/1923: vergunning (1923#15490) voor binnenveranderingen;

-          02/10/1917: vergunning (1917#7376) voor een bijzondere goot;

-          20/07/1917: vergunning (1917#7311) voor binnenveranderingen.

 

Vergunde toestand

 

-          eengezinswoning van 3 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          bouwdiepte hoofdbouw 8,1 m, bouwdiepte achterbouw 20,2 m links op het gelijkvloers en 15,8 m rechts op het gelijkvloers en links op de eerste en tweede verdieping; 

-          voorgevel in 3 traveeën met een centrale erker op de eerste verdieping en verhoogde plint in blauwe hardsteen.

 

Huidige toestand

 

-          eengezinswoning;

-          de overdekte koer links achteraan op het gelijkvloers is omgebouwd tot veranda

-          de overkapping aan de linkerzijde op het gelijkvloers is verwijderd waardoor de gelijkvloerse bouwdiepte links beperkt is tot 12,8 m;

-          gewijzigde voorgevel:

  • de getoogde gevelopeningen zijn gerecht;
  • de erker is verwijderd;
  • de oorspronkelijke sierelementen zijn verwijderd;
  • gevelafwerking in beige crepi op blauwe hardstenen plint.

 

Gewenste toestand

 

-          functie: verbouwde eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • de bouwdiepte wordt op het gelijkvloers perceelbreed en op de eerste en tweede verdieping aan de linker perceelgrens op 15,9 m gebracht;
  • het zadeldak wordt verwijderd en vervangen door een plat dak met daarop één beperkt volume onder hellend dak voor toegang naar het nieuwe dakterras;

-          gevelafwerking:

  • opgefriste voorgevel in lichtkleurige crepi en wit buitenschrijnwerk in pvc;
  • buitenisolatie en een nieuwe gevelafwerking in beige crepi op de achtergevel en buitenschrijnwerk in antracietkleurig aluminium;

-          inrichting:

  • 4 slaapkamers en een zeer ruime bureauruimte;
  • plat dak van de eerste verdieping en hoofddak ingericht als dakterras;
  • in de achtertuin een terras van 20,3 m² aansluitend aan de woning en een terras van 12,4 m² achteraan het perceel.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          regulariseren van het wijzigen van de voorgevel;

-          verwijderen van het zadeldak (met uitzondering van het dakgedeelte boven de traphal) en inrichten van een dakterras op het nieuwe platte hoofddak;

-          wijzigen van het bouwvolume op het gelijkvloers;

-          aanbrengen van buitenisolatie en een nieuwe gevelafwerking op de achtergevel;

-          inrichten van een dakterras op de eerste verdieping rechts achteraan;

-          aanleggen van verhardingen in de achtertuin.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 1 zone voor wonen - (wo) en artikel 7 zone voor publiek domein - (pu).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan 2060.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 17 Behoud en heraanplanting:
    het is niet duidelijk of de bestaande bomen op het terrein behouden kunnen blijven;
  • artikel 18 Groenbescherming bij de uitvoering der werken:
    het is niet duidelijk of er voldoende afstand gerespecteerd wordt tot de bestaande bomen en groenstructuren om deze tijdens de werken te kunnen beschermen;
  • artikel 27 Open ruimte:
    de nieuwe verhardingen in de tuin beslaan meer dan 1/3de van de oppervlakte van de achtertuin;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    het plat dak boven de achterbouw op de tweede verdieping heeft ter hoogte van de scheidingsmuur geen dakopstand van minstens 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;
  • artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningen:
    het is niet duidelijk of de nieuwe verhardingen in de achtertuin afwateren naar de aangrenzende groenzones;
  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:
    de woning beschikt niet over een privaat gescheiden rioolstelsel, aangeboden aan de straat conform artikel 41 van de bouwcode;
  • artikel 43 Septische putten:
    het is niet duidelijk of de septische put voldoende volume heeft.
     

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Het verbouwen van de bestaande eengezinswoning is in overeenstemming met de bestemming van het perceel en de woonfuncties op de omliggende percelen.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

Op het gelijkvloers wordt een veranda gesupprimeerd en wordt de achtergevel perceelsbreed gelijkgetrokken met de bouwdiepte van de bovenliggende bouwlagen.

De dakvorm van de woning wijzigt van een schuin dak naar een deels plat dak. Op dit platte dak wordt een dakterras voorzien en een circulatiezone met schuin dak. Een plat dak is kenmerkend in de Wetstraat, aan de zijde van de aanvraag. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt is er geen bezwaar tegen de voorgestelde wijzigingen inzake het bouwvolume.

 

Door het eerder grote terras in de tuin aan de achterzijde van de woning wordt de maximale toegelaten verharding overschreden. De oppervlakte verharding bedraagt 32,70 m² waar maximaal 30 m² toegelaten is. De verharding in de achtertuin dient bijgevolg verminderd te worden tot maximaal 30 m² conform artikel 27 van de bouwcode. De verharding in de achtertuin dient telkens af te wateren naar de aangrenzende groenzones conform artikel 39 van de bouwcode.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De voorgevel wordt beperkt gewijzigd tegenover de bestaande toestand door onder andere het zadeldak te supprimeren en te voorzien in een plat dak. Deze wijzigingen hebben nauwelijks een effect op de beeldkwaliteit van de Wetstraat en zijn bijgevolg inpasbaar vanuit visueel en vormelijk oogpunt.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

Het gelijkvloers wordt achteraan voorzien van een bijna perceelsbreed schuifraam wat de daglichtintrede en het contact met de achtertuin ten goede komt.

 

Vanop het terras op de eerste verdieping en het dakterras op de bovenste bouwlaag zijn er geen hinderlijke zichten mogelijk naar de nabije omgeving vanwege de bouwhoogte van de naburige panden.

 

Het platte dak boven de achterbouw op de tweede verdieping is niet voorzien van een dakopstand van minimaal 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Deze opstand is echter niet vereist indien de dakbekleding valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen.

 

De inhoud van de septische put is onbekend en niet aangeduid op de plannen. De septische put dient een minimale inhoud van 2.000 liter te hebben conform artikel 43 van de bouwcode. Dit wordt opgelegd in voorwaarden. Verder dient het privaat rioolstelsel gescheiden aangeboden te worden aan de straat. Dit is niet het geval en dient te voldoen aan artikel 40 van de bouwcode.

 

Op de foto’s en op online luchtfoto’s zijn enkele bomen aanwezig. Het aantal is onduidelijk. Het is in de aanvraag niet duidelijk waar zich deze precies situeren en of deze behouden blijven. Omwille van deze onduidelijk wordt als voorwaarde opgenomen om deze bomen te behouden en te beschermen tijdens de werken op basis van artikel 17 en 18 van de bouwcode. Deze artikels dienen gevolgd te worden tijdens de werken.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

2.      de bestaande boom/bomen te behouden en beschermen volgens artikel 17 en 18 van de bouwcode;

3.      de verharding in de achtertuin te verminderen tot maximaal 30 m² conform artikel 27 van de bouwcode;

4.      de verharding in de achtertuin dient af te wateren naar de aangrenzende groenzones conform artikel 39 van de bouwcode;

5.      de septische put dient een minimale inhoud van 2.000 liter te hebben conform artikel 43 van de bouwcode;

6.      er dient een privaat gescheiden rioolstelsel dat aangeboden wordt aan de straat, voorzien te worden conform artikel 40 van de bouwcode;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

19 oktober 2021

Volledig en ontvankelijk

10 november 2021

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

9 januari 2022

Verslag GOA

22 december 2021

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

2.      de bestaande boom/bomen te behouden en beschermen volgens artikel 17 en 18 van de bouwcode;

3.      de verharding in de achtertuin te verminderen tot maximaal 30 m² conform artikel 27 van de bouwcode;

4.      de verharding in de achtertuin dient af te wateren naar de aangrenzende groenzones conform artikel 39 van de bouwcode;

5.      de septische put dient een minimale inhoud van 2.000 liter te hebben conform artikel 43 van de bouwcode;

6.      er dient een privaat gescheiden rioolstelsel dat aangeboden wordt aan de straat, voorzien te worden conform artikel 40 van de bouwcode;

7.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.