Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2021165407 |
Gegevens van de aanvrager: | BVBA CARPE DIEM ET PROSPICE FUTURA met als contactadres Adhemar Borinstraat 102 te 2070 Zwijndrecht |
Ligging van het project: | Reigerstraat 2 2050 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 13 sectie N nrs. 0 en 776G9 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | regulariseren van het buitenschrijnwerk en wit schilderen van de gevels |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 10/03/2020: procesverbaal (11002_2020_12287) voor het wijzigen van de hoofdfunctie van eengezinswoning naar kantoor en het wijzigen van het schrijnwerk van staal naar aluminium. De zwart geschilderde gevels werden niet opgenomen in dit procecverbaal;
- 08/01/2016: vergunning (20152674) voor het verbouwen van een woning;
- 01/01/1990: vergunning (86#8723648) voor het verbouwen van een woning;
- 14/07/1939: toelating (18#12576) voor het bouwen van 6 villa’s;
- vaststelling (ID: 7232) van groep van zes modernistische eengezinswoningen als bouwkundig erfgoed.
Vergunde toestand
- functie en bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Huidige toestand
- functie en bouwvolume:
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- functie en bouwvolume conform vergunde toestand;
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de gevels.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 22 november 2021 | 21 december 2021 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande vergunde eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met het woongebied van Linkeroever.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De woning uit de aanvraag behoort tot een huizengroep van zes losstaande eengezinswoningen naar ontwerp van Léon Stynen van 1935. Het zijn experimentele woningen opgetrokken om constructies zonder speciale funderingen te beproeven op de opgespoten terreinen van Linkeroever. Ze vormen tevens een onderzoek tot stedenbouwkundige ordening. Ze werden alle zes geconcipieerd als eengezinswoningen, telkens in een omhaagde tuin, opgetrokken met twee bouwlagen in donkerbruine baksteen en lagere flankerende garages in gele baksteen. Origineel werden de woningen voorzien van rechthoekige stalen ramen. Alle woningen zijn oostwest georiënteerd waarbij de woonruimten op de begane grond zuidwest georiënteerd zijn met zicht op het westen (avondverlichting) en slaapkamers op de bovenverdieping naar het oosten georiënteerd (ochtendzon). Alle huizen van deze woningengroep zijn inmiddels verbouwd.
De woning uit de aanvraag werd ook reeds eerder verbouwd (1962 en 1990), maar vertoont gelukkig nog voldoende originele kenmerken van het oorspronkelijk concept van architect Léon Stynen. Sommige originele gevelmaterialen zijn echter verdwenen:
- de stalen ramen werden eerst vervangen door witte atypisch geprofileerde aluminium ramen met dubbel glas en thermische onderbreking en later door zwart aluminium schrijnwerk met slanke profielen;
- sommige delen van de bestaande gevelsteen werd voorzien van een cementeringslaag;
- de woning werd zwart geschilderd.
Deze wijzigingen werden in een procesverbaal vastgelegd (met uitzondering van de zwarte geschilderde gevel). Voorliggende aanvraag beoogt een regularisatie. In het voortraject werd een plaatsbezoek uitgevoerd door de stedelijke dienst Monumentzorg. De afspraken die tijdens dat plaatsbezoek werden gemaakt, worden neergeschreven in hun voorwaardelijk gunstig advies op deze aanvraag:
“De aanvraag komt overeen met de voorbespreking. De zwarte gevelkleur zal overschilderd worden in het wit om aan te sluiten bij twee van de 6 Stynenwoningen die reeds in deze kleur zijn voorzien. De overige panden behielden hun bi-kleurig bakstenen parement. Wegens bouwfysische redenen en latere aanpassingen met verwijdering van het oorspronkelijk parement tot gevolg was het niet mogelijk om naar deze toestand terug te keren. Het huidige donkerkleurige aluminium schrijnwerk komt voor regularisatie in aanmerking. De ramen op de eerste verdieping van de rechterzijgevel, vandaag uitgevoerd met 2 opengaande vleugels, zullen bij een toekomstige vervanging voorzien worden van schrijnwerk zonder onderverdeling, conform de initiële profilering.”
Het advies wordt bijgetreden en moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat deze aanvraag betrekking heeft op werken die geen aanleiding geven tot de vermeerdering van het aantal woongelegenheden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de ramen op de 1ste verdieping in de rechterzijgevel, vandaag uitgevoerd met 2 opengaande vleugels, dienen bij een toekomstige vervanging voorzien worden van schrijnwerk zonder onderverdeling, conform de initiële profilering;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 25 oktober 2021 |
Volledig en ontvankelijk | 22 november 2021 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 21 januari 2022 |
Verslag GOA | 24 december 2021 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de ramen op de 1ste verdieping in de rechterzijgevel, vandaag uitgevoerd met 2 opengaande vleugels, dienen bij een toekomstige vervanging voorzien worden van schrijnwerk zonder onderverdeling, conform de initiële profilering;
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.