Terug
Gepubliceerd op 16/01/2023

2023_CBS_00127 - Omgevingsvergunning - OMV_2022130480. Kloosterstraat 119. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/01/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_00127 - Omgevingsvergunning - OMV_2022130480. Kloosterstraat 119. District Ekeren - Goedkeuring 2023_CBS_00127 - Omgevingsvergunning - OMV_2022130480. Kloosterstraat 119. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. 

Projectnummer: 

OMV_2022130480 

Gegevens van de aanvrager: 

de heer Jos Van Dyck met als adres NSB straat 7 te 2180 Ekeren 

Ligging van het project: 

Kloosterstraat 119 te 2180 Ekeren 

Kadastrale percelen: 

Afdeling 35  sectie F perceelnummer 68W5  

Vergunningsplichten: 

Stedenbouwkundige handelingen 

Voorwerp van de aanvraag: 

Slopen van een woning en bouwen van een eengezinswoning 


Omschrijving stedenbouwkundige handelingen  

Relevante voorgeschiedenis  

  • 07/05/1962: vergunning (19625360) voor voor- en achtergevelverandering en verbouwingswerken.  

Vergunde / Geacht vergunde toestand  

  • functie: eengezinswoning;  

  • bouwvolume: halfopen bebouwing van 2 bouwlagen onder hellend dak; 

  • inrichting: bijgebouw van 8 bij 6 m tegen de rechter perceelgrens, op circa 19 m uit de voorgevellijn. 

Bestaande toestand 

  • niet relevant gezien de aanvraag handelt over een sloop en nieuwbouw.  

Nieuwe toestand 

  • functie: eengezinswoning;  

  • bouwvolume:  

  • halfopen bebouwing van 2 bouwlagen onder hellend dak;   

  • voorgevelbreedte van 7 m en kroonlijsthoogte van 6,50 m; 

  • bouwdiepte van 13 m op zowel gelijkvloerse als eerste verdieping; 

  • de dakbasis bedraagt 9 m; 

  • gevelafwerking:  

  • geelbeige gevelsteen; 

  • donkergrijs pvc schrijnwerk; 

  • zwarte dakpannen. 

Inhoud van de aanvraag 

  • slopen van bestaande eengezinswoning; 

  • bouwen van een nieuwe eengezinswoning; 

  • aanleggen van een terras achter de woning.  

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt: 


Adviezen 

Er werden geen adviezen vereist. 


Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.

Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)  

De aanvraag ligt niet in een verkaveling. 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan. 


Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen 

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater). 
     (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater) 
     De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater. 

  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid). 
     (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid) 
     De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag. 
     

Algemene bouwverordeningen 

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer. 
     (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer) 
     De aanvraag is in overeenstemming met de verordening voetgangersverkeer. 
     

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen 

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014. 
     (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’) 
     De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten: 
  • Artikel 24: Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de lichtdoorlatende oppervlakte van de opening is minimaal 10% van de netto-vloeroppervlakte van de ruimte, met een minimum van 1 vierkante meter. De slaapkamers onder het hellende dak hebben een grootte van ruim 11 m². De lichtdoorlatende oppervlakte van de ramen bedraagt echter minder dan 1 m²; 

  • Artikel 27: Open ruimte: §3??Verhardingen zoals een terras, een autostalplaats of een tuinhuis zijn in zij- en achtertuinen beperkt toegestaan, met een maximum van: 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 vierkante meter. In dit geval is de volledige zij- en achtertuin van circa 175 m² verhard op 2 stroken van 9,5 m² en 12 m² na – over de zone achter het bijgebouw wordt geen informatie verstrekt in voorliggende aanvraag en uit de kadastrale gegevens blijkt bijkomend dat er daar sprake is van een afzonderlijk perceel (waarvan niet eenduidig kan worden afgeleid of het deel uitmaakt van dezelfde eigendom); 

  • Artikel 29: Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen: bij nieuwbouw moeten er fietsstalplaatsen voorzien worden. Er zijn geen fietsstalplaatsen voorzien op de plannen; 

  • Artikel 30: Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen: het is onduidelijk of er een inpandige parkeerplaats voorzien is. 

 

Sectorale regelgeving 

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid. 

      Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten

van het project niet aanzienlijk zijn.

  • Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. 

          Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle

 redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. 

  • Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020. 

          (De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u

          raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit           Vlaamse codex van 2021”) 

           De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.  

  • Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.  
    (De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)) 
    Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag. 

         Beoordeling afwijkingen van de voorschriften 

          Er zijn geen gegronde redenen om af te wijken van de geldende voorschriften. 

  

Functionele inpasbaarheid 

De aanvraag voorziet louter het optrekken van een nieuwe eengezinswoning, na afbraak van het bestaande (en gelijkaardige) gebouw, en gelet op de ligging van het perceel in kwestie in een meer dan voldoende ontwikkeld woongebied, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid. 

  

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid 

De geplande volumetrie van de nieuwe woning, 2 bouwlagen onder hellend dak, met een diepte van 13 m op zowel gelijkvloers als eerste verdieping en met een basis van 9 m voor het hellende dak (met een helling van 45°), is zonder meer correct ingepast in zijn gebouwde context te noemen: de overgrote meerderheid van de panden in dit straatbeeld beschikt over exact dit gabarit en over een gelijkaardige maatvoering. 

Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig. 

  

Visueel-vormelijke elementen 

De gehanteerde materialen, geel-beige gevelsteen, donkergrijs schrijnwerk en zwarte dakpannen, zijn zonder meer aanvaardbaar voor dit type van bebouwing en bovendien reeds voorkomend in de ruime omgeving, waardoor er ontegensprekelijk sprake is van een correcte visuele inpassing in de gebouwde context. 

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig. 

  

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte) 

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein). 

  

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen. 

  

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats. 

  

Voor woonprojecten tot en met 5 eenheden is de parkeerbehoefte 1 plaats per unit; gelet op het feit dat voorliggende aanvraag het optrekken van 1 eengezinswoning betreft, is de werkelijk berekende parkeerbehoefte in deze dan ook 1 plaats. 

  

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. 

  

De tekeningen maken melding van een oprit naast de woning, zonder evenwel expliciet te berichten over enige vorm van parkeerplaats, noch in deze zijtuinstrook noch in het bijgebouw achteraan waar de oprit naartoe leidt. 

  

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. 

  

Er is voldoende ruimte voorhanden om in het voorste deel van de zijtuinstrook, de benoemde oprit, 1 parkeerplaats te voorzien die voldoet aan de opgelegde vormvereisten. 

Dit aantal is toereikend. 

  

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0. 

  

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 1 = 0. 

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. 

  

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen. 

  

  

Fietsvoorzieningen 

Volgens de geldende voorschriften (artikel 29 van de Antwerpse bouwcode) dient de woning te beschikken over een inpandige (overdekte en afsluitbare) fietsenstalling met plaats voor minimaal 5 fietsen, dit aan een oppervlakte van 1,50 m² per fiets oftewel minimaal 7,50 m². 

Betreffende werd niet expliciet voorzien of opgetekend. 

 

Advies aan het college  

Advies over de stedenbouwkundige handelingen 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden. 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden  

1. Er dient in het bijgebouw achteraan rechts een inpandige en afsluitbare stalplaats voor minimaal 5 fietsen te worden voorzien, met een minimale netto-binnenoppervlakte van 7,50 m². 

2. Er dient in de zijtuinstrook naast de woning een zone voor het stallen van een voertuig te worden gereserveerd, met de minimale afmetingen van 3 op 5 meter. 

3. De raamopeningen (dakvlakramen) van de slaapkamers onder het hellende dak dienen te voldoen aan de oppervlaktebepalingen van artikel 24 van de Antwerpse bouwcode en dienen bijgevolg ruimer te worden uitgevoerd dan opgetekend. 

4. De tuinzone achter de achtergevelbouwlijn van de woning dient inzake verharde/vergroende oppervlakte te voldoen aan de bepalingen van artikel 27 (inzake “Open Ruimte”). 

5. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het intergraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering


Procedurestap 

Datum 

Indiening aanvraag 

3 oktober 2022 

Volledig en ontvankelijk 

26 oktober 2022 

Start openbaar onderzoek 

geen 

Einde openbaar onderzoek 

geen 

Gemeenteraad voor wegenwerken 

geen 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit 

24 februari 2023 

Verslag GOA 

27 december 2022 

naam GOA 

Gerd Cryns 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan een bevraging van de aanpalende eigenaars. 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten 


Schriftelijke bezwaarschriften 

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften 

Petitielijsten 

Digitale bezwaarschriften 

0 

0 

0 

1 

 

Er werd naar aanleiding van de bevraging van de aanpalende eigenaars 1 digitaal bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten: 

  1. Eigendomsprincipesgelet op het mede-eigenaarschap van de bestaande scheidsmuur (ook in fundering) en de volledige eigendom van de aangrenzende oprit en poort, dient het ongehinderde gebruik van vermelde zonder fout blijvend te worden gegarandeerd, ook tijdens de uitvoering van de werken. 

Beoordeling: 

Betreffend aspect is louter van burgerrechtelijke aard en maakt geen onderwerp uit van de essentiële ruimtelijke beoordeling van de aanvraag maar is een zaak van burgers onderling. 

Het bezwaar is ongegrond. 

  1. Stabiliteitsprincipes: om verzakkingen en dergelijke aan de buureigendom te voorkomen, dient de funderingsscheidsmuur zonder meer behouden te blijven. 

Beoordeling: 

Vermeld facet is de uitsluitende verantwoordelijkheid van de door de aanvrager aangestelde stabiliteitsingenieur maar maakt essentieel geen onderwerp uit van de principiële stedenbouwkundige evaluatie van de aanvraag. 

Het bezwaar is om die reden ongegrond. 

  1. Ontbrekende informatie: het ingediende dossier verstrekt geen informatie aangaande de afwerking (aan buurzijde) van de nieuwe scheidsmuur. 

Beoordeling: 

Het voorzien van dergelijke afwerking is vrijgesteld van vergunning en derhalve dan ook niet onderhevig aan enige vorm van ruimtelijke beoordeling, noch dient zij deel uit te maken van de essentiële samenstelling van een te evalueren aanvraag. 

Het bezwaar is bijgevolg ongegrond. 

  1. Tuinafsluiting: aangezien dienaangaande geen informatie wordt verstrekt, dient de resterende tuinzone te worden afgesloten door middel van een nieuwe tuinmuur met een hoogte van 2,50 m. 

Beoordeling: 

Het optrekken van dergelijke afsluiting, los van de geplande materialisatie, is vrijgesteld tot een hoogte van 2 m, waardoor – indien aan laatstgenoemde voorwaarde voldaan is – dergelijke zonder meer kan worden voorzien, in onderling overleg met de buureigenaars. Aangezien echter een muur tot een hoogte van 2,50 m niet vrijgesteld is en dergelijke in voorliggend dossier niet als dusdanig werd opgetekend, is voor een eventuele hogere uitvoering alsnog een nieuwe aanvraag tot omgevingsvergunning vereist – betreffende kan juridisch gezien niet worden beoordeeld noch in voorwaarden worden opgelegd binnen het lopende dossier. 

Het bezwaar is ongegrond. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij: 

- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt; 

- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie. 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden: 

Algemene voorwaarden 

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken. 

Stedenbouwkundige voorwaarden 

  1. Er dient in het bijgebouw achteraan rechts een inpandige en afsluitbare stalplaats voor minimaal 5 fietsen te worden voorzien, met een minimale netto-binnenoppervlakte van 7,50 m².  

  1. Er dient in de zijtuinstrook naast de woning een zone voor het stallen van een voertuig te worden gereserveerd, met de minimale afmetingen van 3 op 5 meter.  

  1. De raamopeningen (dakvlakramen) van de slaapkamers onder het hellende dak dienen te voldoen aan de oppervlaktebepalingen van artikel 24 van de Antwerpse bouwcode en dienen bijgevolg ruimer te worden uitgevoerd dan opgetekend.  

  1. De tuinzone achter de achtergevelbouwlijn van de woning dient inzake verharde/vergroende oppervlakte te voldoen aan de bepalingen van artikel 27 (inzake “Open Ruimte”).  

  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021. 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren. 

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.