Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022072137 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Catherine Klockaerts met als adres Azalealaan 14 te 3550 Heusden-Zolder en de heer Reinoud Cartuyvels met als adres Azalealaan 14 te 3550 Heusden-Zolder |
Ligging van het project: | Rosier 9 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 4 sectie D nr. 1779B |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen van een eengezinswoning na het slopen van een bestaande eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Geen
Interne adviezen
Geen
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP BINNENSTAD, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: Zone voor Wonen.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgende punten:
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten esthetisch verantwoord en volgens de regels der kunst afgewerkt worden.
Sectorale regelgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De bestaande verouderde eengezinswoning wordt afgebroken en vervangen door een nieuwbouw eengezinswoning die meer tegemoetkomt aan de hedendaagse comforteisen. Het is positief dat jonge gezinnen op deze manier weer worden aangemoedigd om in de binnenstad te komen wonen.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De bestaande woning neemt het volledige perceel in beslag. Bij de nieuwe woning wordt achteraan een open ruimte gecreëerd van +/-6,50 m². Dit komt overeen met 15% van de perceelsoppervlakte.
De nieuwe woning bestaat uit vier bouwlagen met een teruggetrokken vijfde bouwlaag. De kroonlijst blijft iets lager dan de aanpalende kroonlijst van de rechterbuur. De totale bouwdiepte van het hoofdgebouw is 12,58 m, wat overeenkomt met de bestaande bouwdiepte. De teruggetrokken vijfde bouwlaag valt volledig binnen het gabarit van de buur.
In afwijking op artikel 2.1.9 van RUP Binnenstad ligt de bovenste verdieping 2,25 m achter de voorgevel waar dit artikel minimum 3 m oplegt. Aangezien de bovenste verdieping nauwelijks zichtbaar is vanaf de straat en niet storend in het straatbeeld is deze afwijking toelaatbaar.
Cultuurhistorische aspecten
De stedelijke dienst Monumentenzorg gaf een gunstig advies over het slopen van de woning. De oude kelders blijven bewaard.
Visueel-vormelijke elementen
De gevel wordt afgewerkt in lichtgrijs zichtbeton met natuurkleurig houten schrijnwerk. De gevel is opgebouwd in een sobere hedendaagse architectuur met stedelijke proporties, die zich op een discrete manier in het straatbeeld inpast.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het verouderde pand wordt vervangen door een comfortabele eengezinswoning die voldoende ruim en licht is.
Het gelijkvloers wordt in een open plan voorzien, zodat aan de bepalingen van de bouwcode (onder meer artikel 12 en 25 levendige plint en toegankelijkheid en artikel 29 fietsstalplaatsen) wordt voldaan. Naast een polyvalent gebruik als hobbyruimte, atelier, en/of speelruimte..., blijft er voldoende ruimte om fietsen te stallen zonder het gelijkvloers op te delen in kleine hokjes. Dit maakt van de inkomzone een uitnodigende en levendige plaats met een zekere openheid naar de straat toe.
Overeenkomstig artikel 34 van de bouwcode worden volgende voorwaarden opgelegd:
Nieuwe scheidingsmuren hebben minstens een brandweerstand van Rf 2 uur. Aflopen, schouwkanalen, verluchtingsbuizen en andere leidingen mogen niet ingewerkt worden in de scheidingsmuur. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) heeft een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten esthetisch verantwoord en volgens de regels der kunst afgewerkt worden.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
Voor een eengezinswoning is de parkeernorm 1 per woning.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden: Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12 §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Voor vergunningsaanvragen voor nieuwbouw van eengezinswoningen kan echter afgeweken worden van de berekening van de parkeerbehoefte zoals vermeld in bovenstaande tabel, indien realisatie van de parkeerplaatsen niet mogelijk is. Dit geldt tevens voor eengezinswoningen die boven winkelpanden ingericht worden. Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 1 = 0.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Overeenkomstig artikel 34 van de bouwcode worden volgende voorwaarden opgelegd: Nieuwe scheidingsmuren hebben minstens een brandweerstand van Rf 2 uur. Aflopen, schouwkanalen, verluchtingsbuizen en andere leidingen mogen niet ingewerkt worden in de scheidingsmuur. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) heeft een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten esthetisch verantwoord en volgens de regels der kunst afgewerkt worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8/9/2022 |
Volledig en ontvankelijk | 20/9/2022 |
Start openbaar onderzoek | 29/9/2022 |
Einde openbaar onderzoek | 31/10/2022 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 4/03/2023 |
Verslag GOA | 11/01/2023 |
naam GOA | Katrine Leemans |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
29/9/2022 | 31/10/2022 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Wegens een cyberaanval op de stad Antwerpen werd het openbaar onderzoek mogelijks geschaad en konden eventuele analoog ingediende bezwaarschriften niet meer worden verwerkt.
Gelieve ook rekening te houden met het feit dat de stad Antwerpen nog niet in de mogelijkheid is om onmiddellijk een nieuw openbaar onderzoek op te starten.Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Overeenkomstig artikel 34 van de bouwcode worden volgende voorwaarden opgelegd: Nieuwe scheidingsmuren hebben minstens een brandweerstand van Rf 2 uur. Aflopen, schouwkanalen, verluchtingsbuizen en andere leidingen mogen niet ingewerkt worden in de scheidingsmuur. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) heeft een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten esthetisch verantwoord en volgens de regels der kunst afgewerkt worden.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.