Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022130509 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Guy-David Lambrechts met als adres Britselei 1 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Lakborslei 342 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 28 sectie A nrs. 92D19 en 92P21 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinwoning met uitbreiden van het bouwvolume en wijzigen van de voorgevel |
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Overeenkomstig met de vergunde toestand uitgezonderd:
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
Gewestplan woongebieden + aanvullende voorschriften
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale regelgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is functioneel inpasbaar. In de bestaande toestand werd de oorspronkelijke eengezinswoning opgedeeld in drie studio’s. Deze onvergunde situatie wordt hersteld naar de oorspronkelijke eengezinswoning. De eengezinswoning is functioneel verenigbaar met het woongebied volgens gewestplan.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het volume van de oorspronkelijk vergunde woning werd uitgebreid op het gelijkvloers en de eerste verdieping. Het linkeraanpalende pand is dieper uitgebouwd zowel op het gelijkvloers als op de verdieping. Het rechteraanpalende pand is dieper uitgebouwd op het gelijkvloers. Op de verdieping is het pand van de aanvrager dieper dan het rechteraanpalende pand. Het pand uit de aanvraag vormt de overgang tussen dieper uitgebouwde panden aan de linkerzijde en minder diep uitgebouwde panden aan de rechterzijde. De uitbreiding op de verdieping brengt geen noemenswaardige hinder met zich mee ten aanzien van het rechteraanpalende pand voor wat betreft daglicht- en zontoetreding. De schaal van de uitbreiding is aanvaardbaar.
De tuin is nagenoeg volledig verhard met kleiklinkers. Dit is in strijd met artikel 27 van de bouwcode. Ter hoogte van de perceelsgrenzen zijn smalle plantvakken waar klimplanten groeien. De aanvraag motiveert een afwijking omdat de kleiklinkers afwateren naar deze plantvakken. Naast waterinfiltratie is onverharde groene ruimte ook belangrijk voor de biodiversiteit en het tegengaan van het hitte-eilandeffect. De afwijking wordt niet aanvaard. In de voorwaarden bij de vergunning moet worden opgelegd dat maximaal 20 m² van de oppervlakte van de tuin kan verhard worden.
Visueel-vormelijke elementen
De woning betreft een Confortawoning. Deze woningen werden opgericht door een bouwmaatschappij in de jaren ’20 en ’30 van vorige eeuw en hebben over het algemeen dezelfde stedenbouwkundige en architecturale kenmerken. Deze woningen zijn niet beschermd maar zijn wel uniek erfgoed in Vlaanderen. De architecturale kenmerken van de Confortawoningen in de omgeving van de woning uit de aanvraag zijn echter erg verstoord. Ook bij de woning uit de aanvraag werd het schrijnwerk gewijzigd ten opzichte van de laatst vergunde toestand en de plint werd zwart geschilderd. Gezien de sterk verstoorde omgeving, kunnen deze wijzigingen niet meer als beeldbepalend beschouwd worden. De visueel-vormelijke inpassing van de aanvraag is aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door een aanzienlijk pasverschil tussen de straat en de tuin, is het gelijkvloers vooraan half verzonken gelegen ten opzichte van het maaiveldniveau van de straat. Achteraan sluit het gelijkvloers aan op het niveau van de tuin. Deze verdieping heeft een interne hoogte van 2,45 meter. Vooraan worden bergruimtes ondergebracht maar achteraan is de zitruimte ingericht. De vrije hoogte voor de zitruimte is in strijd met artikel 21 van de bouwcode. Aangezien dit echter een doortrekking vormt van de interne hoogte van het oorspronkelijke gelijkvloers en aangezien er een groot raam gericht op de tuin aanwezig is, dat voor voldoende lichttoetreding zorgt, kan met toepassing van artikel 3 van de bouwcode een afwijking worden toegestaan.
De kamer op het gelijkvloers aan de straatzijde wordt ingericht als fietsenberging. Deze ruimte heeft ook een interne hoogte van 2,45 meter en een raamopening die uitgeeft op het maaiveldniveau van de straat. In de bestaande toestand was hier een slaapkamer ondergebracht. Omdat er geen kwalitatief uitzicht voorhanden is, moet voorkomen worden dat deze ruimte als verblijfsruimte zal worden gebruikt. In de voorwaarden bij de vergunning moet expliciet worden opgenomen dat de fietsenberging niet als verblijfsruimte mag worden gebruikt.
Ter hoogte van de uitbreiding op de eerste verdieping beschikt de scheidingsmuur met het rechteraanpalende perceel niet over een minimale opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Van dit artikel kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden. Aangezien het dak voorzien wordt van een groendak kan afgeweken worden van een minimale opstand van 30 cm wanneer er tussen de scheidingswand en de vegetatie een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aanwezig is. Dit moet als voorwaarde bij de vergunning worden opgenomen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 14 oktober 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 9 november 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 9 maart 2023 |
Verslag GOA | 20 januari 2023 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Voor dit dossier werden de aanpalers aangeschreven aangezien de scheidingsmuren worden gewijzigd. Er werden geen digitale bezwaren ontvangen.
Wegens een cyberaanval op de stad Antwerpen werd de bevraging van de aanpalers mogelijks geschaad en konden eventuele analoog ingediende bezwaarschriften niet meer worden verwerkt.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.