Terug
Gepubliceerd op 06/03/2023

2023_CBS_01212 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113813. Lamorinièrestraat 244-248. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 03/03/2023 - 09:00 Stadhuis - contact: Tania Stremersch - bz_besluitvorming_mailbox@antwerpen.be
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_01212 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113813. Lamorinièrestraat 244-248. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_01212 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113813. Lamorinièrestraat 244-248. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022113813

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

AUTOGEMB Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs Antwerpen (0824037071) met als contactadres Frankrijklei 71-73 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Lamorinièrestraat 244-248 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 6 sectie F nr. 1348 F9

waarvan:

 

  • 20221011-0019

afdeling 6 sectie F nr. 1348 F9 (Stedelijk Lyceum Lamorinière)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

slopen van een conciëgewoning, oprichten van een onthaal en bijkomende klassen, renoveren van de bestaande site en exploiteren van een warmtepomp

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/101727 

- 02/03/2018: vergunning (20173206) voor het heraanleggen van een speelplaats, plaatsen van twee luifels, plaatsen van een tuinberging en algemene renovatiewerken; 

- 05/08/2010: vergunning (20105275) voor het bouwen van schoolaccomodatie. 

 

Vergunde toestand

- schooldomein gelegen langs de Lamorinièrestraat 244-248 (de achterliggende kleuterschool met ingang langs de Grétrystraat maakt geen deel uit van de aanvraag); 

- bebouwing van 1 tot 4 bouwlagen aan de straatkant plus achterliggende, verharde en onverharde speelplaatsen, sanitair blok, turnzaal en nog een schoolgebouw (middenbouw) van 4 bouwlagen onder een licht hellend zadeldak. 

 

Bestaande toestand

- voorgevels deels bepleisterd en wit geschilderd en deels bepleisterd met een ‘Terra Nova’ steenimitatie; 

- buitenschrijnwerk in wit pvc. 

 

Nieuwe toestand

- slopen van de conciërgewoning aan de straatkant en beide achterliggende, sanitaire blokken; 

- nieuwbouw aan de straatkant met administratieve ruimtes en bovenliggende klassen en doorgangen naar de naastliggende gebouwen; 

- de ondergrondse sanitaire ruimte onder nummer 244 wordt omgevormd naar een fietsenstalling voor de leerkrachten; 

- tegen de turnzaal wordt een nieuw sanitair blok van 1 bouwlaag onder plat dak opgericht met eveneens ruimte voor nieuwe kleedkamers; 

- de speelplaats wordt volledig heraangelegd en de luifels krijgen een nieuwe, glazen dakbedekking; 

- er wordt een overdekte fietsenstalling voor 43 fietsen ingericht plus 3 autoparkeerplaatsen; 

- de voorgevels worden gerenoveerd en voorzien van nieuw buitenschrijnwerk; 

- de externe vluchttrap van de middenbouw wordt van de achtergevel verplaatst naar de zijgevel. 


Inhoud van de aanvraag

- verbouwen en renoveren van een school; 

- sloop van de huidige conciërgewoning (voormalig koetshuis van pand 248) en van beide sanitaire blokken; 

- nieuwbouw van 3 bouwlagen onder plat dak aan de straatkant; 

- vernieuwing van de zinken dakbedekking van het pand 246 en van de middenbouw; 

- oprichting van een nieuw sanitair blok tegen de turnzaal; 

- heraanleg van de speelplaatsen; 

- restaureren van de voorgevels met kalkpleister en plaatsing van nieuw, houten buitenschrijnwerk naar historisch model; 

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis
Op 15 december 2017 werd door het college akte genomen van een melding (MV2017/597) voor de exploitatie van een school.

Inhoud van de aanvraag

Voorliggende aanvraag betreft een verbouwing van de bestaande school en een actualisatie van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s).

 

Aangevraagde rubriek(en)

 

Aangevraagde rubriek(en) Stedelijk Lyceum Lamorinière

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

+1.400,00 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

24,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

+100,00 liter

43.1.1°b)

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

-89,70 kW

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

23 november 2022

13 februari 2023

Voorwaardelijk gunstig

FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie

23 november 2022

6 december 2022

Voorwaardelijk gunstig

Water-link in samenwerking met Aquafin

23 november 2022

13 januari 2023Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

23 november 2022

28 november 2022

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

23 november 2022

30 november 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

      De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:

Artikel 19: De nieuwe doorgangen tussen de nieuwbouw en pand 248 worden noch op het gelijkvloers, noch op de verdiepingen voorzien van een aangepaste helling. Ook de nieuwe doorgang tussen de refter en het lokaal van de leerlingenbegeleiding, en tussen klaslokaal  246-01.033 en de gang worden niet voorzien van een helling.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: het nieuw, ondergronds leslokaal heeft een hoogte van slechts 2,55 meter in plaats van de minimaal vereiste 2,60 meter. 

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: het kantoorgedeelte op de mezzanine 0,5 van de nieuwbouw heeft een hoogte van slechts 2,50 meter in plaats van de minimaal vereiste 2,60 meter.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen.
Van de archeologienota ID 19795 werd akte genomen door het Agentschap Onroerend Erfgoed op 4 september 2021.
De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid 

De bestaande en vergunde gemeenschapsfunctie in de vorm van een secundaire school blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft. 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voorziet in de sloop van de oude conciërgewoning aan de straatkant en beide achterliggende, sanitaire blokken. 

Aan de straatzijde wordt na de sloop een nieuwbouwvolume voorzien van drie bouwlagen dat aansluit op de kroonlijst- en verdiepingshoogtes van de aanpalende panden. De bouwdiepte van dit nieuwe volume is circa 7,5 m minder diep dan het oorspronkelijke gebouw waardoor de speelplaats achteraan ruimer en opener wordt. 

In dit nieuwbouwvolume worden administratieve ruimtes en bijkomende klaslokalen voorzien. Beide bestaande schoolgebouwen worden door het nieuwbouwvolume horizontaal verbonden door nieuwe doorgangen waardoor de hiervoor apart ontsloten gebouwen nu als een geheel kunnen functioneren.  

Het voorgestelde nieuwbouwvolume wordt harmonisch ingepast en kan vanuit een goed ruimtegebruik gunstig geadviseerd worden. 
  
Het nieuwe sanitaire blok wordt opgetrokken op dezelfde locatie van het voormalige sanitaire blok maar wordt ruimer voorzien (circa 3 meter dieper en breder) dan het oorspronkelijke gebouw. Hierdoor kan al het sanitair voor de leerlingen gecentraliseerd worden op één plek. 

Ook deze ingreep kan, mede door de beperking van de bouwdiepte van het volume aan de straatzijde, qua schaal gunstig geadviseerd worden. 

Verschillende interne ingrepen hebben oog op een beter gebruiksgemak van de bestaande ruimtes. Verder wordt de volledige speelplaats opnieuw aangelegd. Er worden zones onthard en er worden bijkomende luifels geplaatst. Tot slot wordt ook een overdekte fietsenberging voorzien aan de linkerzijde van het perceel.  
Ook deze ingrepen kunnen vanuit een kwalitatief ruimtegebruik gunstig geadviseerd worden.

 

Visueel-vormelijke elementen

De bepleisterde en beschilderde lijstgevels van de bestaande en vergunde gebouwen worden gerestaureerd met kalkpleister. Op basis van een voorafgaandelijk kleuronderzoek ter hoogte van de gevel en de resterende originele poorten zal de exacte witte kleurstelling van de gevels hernomen worden.  

Het bestaande schrijnwerk in PVC wordt verwijderd en ter hoogte van de straatgevels vervangen door wit gelakt houten schrijnwerk naar historisch model. Ook de erker ter hoogte van pand 248 wordt naar oorspronkelijk model gereconstrueerd.  

In de achtergevels wordt nieuw aluminium schrijnwerk voorzien in een witte of een geanodiseerde kleurstelling. 

Deze ingrepen hebben een positieve impact op de beeldkwaliteit van het pand en kunnen gunstig geadviseerd worden.
 
Het nieuwbouwvolume aan de straatzijde wordt voorzien van een verdiepingshoge plint in blauwe hardsteen en een kalkpleister in een witte kleur op de verdiepingen. De grote verticale ramen, geleding, materialisatie en de verdiepingshoogtes vormen een hedendaagse interpretatie van de aanpalende historische panden waardoor een harmonische visuele inpassing bekomen wordt.  

Het nieuwe sanitaire paviljoen tot slot, wordt bekleed in een combinatie van roodgekleurd beton en houten latwerk in een roodgelakte kleur. Het schrijnwerk wordt voorzien in aluminium met een gebroken witte kleur. De dakrand wordt bekroond door een fijne spijlenbalustrade in roestvrij staal.

Aangezien een deel van de panden zijn opgenomen op de inventaris onroerend erfgoed werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies laat zich als volgt lezen: “Geen bezwaar. Conform de voorbespreking. De gebouwen hebben reeds ingrepen ondergaan in functie van de herbestemming tot school. De gewenste ingrepen optimaliseren deze functie met respect voor de nog aanwezige erfgoedwaarde. Positief dat het schrijnwerk in de voorgevels grenzend aan de straat opnieuw naar oorspronkelijk model voorzien wordt. In de niet zichtbare gevels kan er aluminium voorzien worden. Details en kleurstelling van het schrijnwerk dienen teruggekoppeld met onze dienst. De diefijzers van de middenbouw kunnen uitgenomen worden en gestockeerd worden in situ zodat deze opnieuw kunnen herplaatst worden op het moment dat de lokalen een andere functie krijgen.”  

Naast het advies aan Monumentenzorg werd ook advies gevraagd aan de stedelijke dienst Archeologie: “Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiegebied met een oppervlakte boven 3.000 m² (5.582 m²) en een ingreep boven 1.000 m² (circa 2.244 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht. De archeologienota werd ingediend door RAAP en waarvan akte door het Agentschap Onroerend Erfgoed op 4 september 2021 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/19795). Het programma van maatregelen werd niet opgemaakt, er dient met andere woorden geen verder onderzoek te gebeuren. Tijdens de omvangrijke geplande afgraafwerken kunnen echter archeologische restanten van muren, sporen of vondsten aangetroffen worden, deze dienen onder de vondstmeldingsplicht gemeld te worden. De dienst Archeologie kan de waarde van deze vondsten steeds komen inschatten.”


Zowel het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg als het advies van de stedelijke dienst Archeologie wordt integraal bijgetreden. De voorwaarden, geformuleerd in hun adviezen, worden overgenomen en als voorwaarde bij de vergunning geformuleerd. 

Het project werd meermaals voorgelegd aan de Welstandscommissie, nadien Kwaliteitskamer Architectuur. Het laatste advies dateert van 23 april 2022 en laat zich voorwaardelijk gunstig lezen. De aanvraag komt tegemoet aan de voorwaarden van de Kwaliteitskamer Architectuur. 

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag wijkt op enkele punten af van de verordening integrale toegankelijkheid en de Antwerpse bouwcode. De afwijkingen zijn echter beperkt van aard waardoor afwijkingen kunnen worden toegestaan.  

Concreet gaat het over artikel 19 van de verordening inzake integrale toegankelijkheid. Er worden geen conforme hellingen toegepast bij het verbinden van het nieuwbouwvolume en de beide bestaande volumes. Er wordt echter geoordeeld dat er maximaal getracht is de toegankelijkheid van de bestaande toestand te verbeteren, door de toevoeging van de horizontale verbindingen door het nieuwbouwvolume. Er is steeds een toegankelijke verbinding die op een kwalitatieve manier toegang geeft aan alle gebruikers.  

De afwijkingen op de Bouwcode gaan over een te beperkte vrije hoogte in de leskeuken en op de mezzanine in het administratief gedeelte van de school. Hier is de vrije hoogte respectievelijk beperkt tot 2,55 meter en 2,5 meter. Voor beide ruimtes kan hier uitzonderlijk een afwijking toegestaan worden omwille van hun ruimtelijke kwaliteiten en de beperkte verblijfstijd die hen eigen is. 

Verder vormt de aanvraag een sterke verbetering inzake gebruiksgemak, beeldkwaliteit en duurzaamheid. De geplande vergroening en ontharding van de speelplaats hebben een positieve impact op de waterhuishouding en vormen een versterking van de biodiversiteit.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal klassen/leerlingen van een bestaande school (Stedelijk Lyceum Lamorinière). 

Naast de renovatie van de bestaande gebouwen omvat dit project ook een nieuwbouw aan de straatzijde ter hoogte van de huidig af te breken conciërgewoning en de vernieuwing van de koer met aandacht voor voldoende groen, overdekte zones en een nieuw sanitair.   

De school wordt uitgebreid met 211 m² en dat resulteert in 82 extra leerlingen. Volgens de norm van 3,3 ppl/100 m² voor secundair onderwijs komt dat neer op 3 parkeerplaatsen.   

De plannen voorzien in 3 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.  

Er worden 3 parkeerplaatsen voorzien in de doorgang naar de speelplaats.

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3.

 

Dit aantal is toereikend. 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. 

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.  

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing.

 

 

Fietsvoorzieningen

Voor de uitbreiding van de school (211 m²) moeten er 42 fietsstalplaatsen voorzien worden (20 plaatsen per 100 leerlingen). Er waren in de bestaande toestand al 15 fietsstalplaatsen aanwezig.  

Er worden 69 fietsstalplaatsen voorzien: 43 op de koer voor de leerlingen en 26 in de kelder voor het personeel. Dit volstaat.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

De verbouwing omvat een renovatie van de bestaande gebouwen evenals een nieuwbouw aan de straatzijde ter hoogte van de af te breken conciërgewoning en een vernieuwing van de koer, de overdekte zones en de realisatie van een nieuw sanitair gebouw. Op 15 december 2017 werd door stad Antwerpen reeds akte genomen van volgende activiteiten: 

  • rubriek 3.2.2°a: lozing van huishoudelijk afvalwater (debiet niet gepreciseerd); 

  • rubriek 17.4: opslag van maximaal 200 liter gevaarlijke producten; 

  • rubriek 43.1.1°b: stookinstallaties met een gezamenlijk vermogen van 1.085,3 kW.  

Door de verbouwing worden hieraan enkele wijzigingen aangevraagd. Zo zal voor het verwarmen van het nieuwe gebouw aan de straatzijde een lucht/water warmtepomp van 24 kW worden geïnstalleerd. Verder wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele zaken te actualiseren. Deze zijn reeds aanwezig, maar werden tot op heden niet correct vergund. 

  • rubriek 3.2.2.a: actualisatie van het debiet geloosd huishoudelijk afvalwater tot 2.000 m³/jaar; 

  • rubriek 17.4: uitbreiding met 100 liter tot een totaal van 300 liter; 

  • rubriek 43.1.1.b: 5 stookinstallaties met een gezamenlijk thermisch vermogen van 995,6 kW.  

Het labo dat momenteel aanwezig is in de bestaande school, zal in de nieuwe toestand enkel nog gebruikt worden als leslokaal voor bijvoorbeeld het vak natuurwetenschappen en dus niet meer als labo. Rubriek 24.1 wordt dan ook niet aangevraagd. 

Alle ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn in de derde klasse ingedeeld. Het aantal leerlingen neemt niet toe ten gevolge van dit project. Er is reeds een kelder aanwezig, er is dus geen bronbemaling noodzakelijk tijdens de verbouwing. Er wordt geen bijkomende hinder verwacht van de gevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten. 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.


Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden  

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven. 

2. Volgende voorwaarden dienen met het oog op archeologie gerespecteerd te worden: 

  • De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be). 

  • De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen. 

  • De bouwheer is verplicht om eventuele restanten of vondsten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologische waarde hebben, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4).  

3. Volgende voorwaarden dienen vanuit Monumentenzorg gerespecteerd te worden: 

  • Details en kleurstelling van het schrijnwerk moeten teruggekoppeld worden met de dienst Monumentenzorg voor bestelling van het schrijnwerk. 

  • De diefijzers van de middenbouw die verwijderd worden, dienen gestockeerd te worden in situ zodat deze opnieuw kunnen geplaatst worden op het moment dat de lokalen een andere functie krijgen. 

  • Er dient onderzocht te worden of de aankleding van de traphal op 0,5 bewaard kan blijven (deurgeheel tussen berging en de traphal. De deur zelf kan uitgenomen worden). 

4. Er dient indoordekking voorzien te worden in alle toegankelijke ruimtes.  


Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale voorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de Vlarem-wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen.


Geadviseerde rubriek(en)


Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

+1.400,00 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

24,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

+100,00 liter

43.1.1°b)

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

-89,70 kW

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

9 september 2022

Volledig en ontvankelijk

23 november 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

22 april 2023

Verslag GOA

24 februari 2023

naam GOA

Katrijn Apostel en Bieke Geypens


Onderzoek

Bevraging aanpalenden 

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:


Algemene voorwaarden 

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken. 

Stedenbouwkundige voorwaarden 

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven. 

2. Volgende voorwaarden dienen met het oog op archeologie gerespecteerd te worden: 

  • De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be). 

  • De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen. 

  • De bouwheer is verplicht om eventuele restanten of vondsten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat ze archeologische waarde hebben, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4).  

3. Volgende voorwaarden dienen vanuit Monumentenzorg gerespecteerd te worden: 

  • Details en kleurstelling van het schrijnwerk moeten teruggekoppeld worden met de dienst Monumentenzorg voor bestelling van het schrijnwerk. 

  • De diefijzers van de middenbouw die verwijderd worden, dienen gestockeerd te worden in situ zodat deze opnieuw kunnen geplaatst worden op het moment dat de lokalen een andere functie krijgen. 

  • Er dient onderzocht te worden of de aankleding van de traphal op 0,5 bewaard kan blijven (deurgeheel tussen berging en de traphal. De deur zelf kan uitgenomen worden). 

4. Er dient indoordekking voorzien te worden in alle toegankelijke ruimtes.  

Brandweervoorwaarden 

De brandweervoorwaarden uit het verslag met referentie BW/FPA/2023/G.01508.A7.0012 zijn van toepassing.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren. 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en): 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

2.000,00 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

24,00 kW

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

300,00 liter

43.1.1°b)

het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas.

995,60 kW


Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.