Terug
Gepubliceerd op 13/02/2023

2023_CBS_00693 - Omgevingsvergunning - OMV_2022127116. Plantin en Moretuslei 110. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 10/02/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_00693 - Omgevingsvergunning - OMV_2022127116. Plantin en Moretuslei 110. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_00693 - Omgevingsvergunning - OMV_2022127116. Plantin en Moretuslei 110. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.


Projectnummer:

OMV_2022127116

Gegevens van de aanvrager:

BVBA ANTVEST met als contactadres Oudeleeuwenrui 39 bus v2 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Plantin en Moretuslei 110 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 6 sectie F nr. 1272V4

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een burgerhuis tot 3 appartementen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

  • 29/04/1943: toelating (18#17198) voor keukens en wc op tweede tussenverdieping;
  • 11/03/1943: toelating (18#17009) voor binnenveranderingen;
  • 12/02/1937: toelating (18#70055) voor binnenveranderingen.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

  • burgerhuis, bewonerskaarten bewijzen bewoning van 3 gezinnen voor 1979;
  • 4 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;
  • voorgevel in geelbruine baksteen en witte natuursteen op een plint in blauwe hardsteen.

Huidige toestand

  • vastgesteld bouwkundig erfgoed (ID 7465) ‘Burgerhuizen in Art-Nouveaustijl’;
  • indeling in 10 studio’s;
  • aanbouw verhoogd met 1 bouwlaag tot op de 2de verdieping;
  • gewijzigde voorgevel en raamindelingen.

Gewenste toestand

  • meergezinsgebouw met 3 appartementen waarvan:
    • eenslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 100 m² (duplex op verdieping -0,5 en +0,5);
    • eenslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 63 m² (verdieping 1);
    • tweeslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 90 m² (duplex op verdieping 2 en 3).
  • dakkapel links achteraan;
  • gereinigde en gerenoveerde voorgevel met nieuwe raamindelingen en buitenschrijnwerk in wit geschilderd hout;
  • lichtgrijze gevelbepleistering als afwerking voor de achtergevel;
  • nieuwe balustrade in smeedwerk naar oorspronkelijk ontwerp.


Inhoud van de aanvraag

  • herinrichten van een meergezinsgebouw met 3 vergund geachte woningen;
  • constructieve werken;
  • uitbreiden van het volume;
  • er worden geen scheidingsmuurwijzigingen uitgevoerd;
  • wijzigen van de gevel.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer/ AWV - District Antwerpen

28 oktober 2022

17 november 2022

Voorwaardelijk gunstig

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

28 oktober 2022

24 november 2022

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

28 oktober 2022

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag


 

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

28 oktober 2022

28 oktober 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

28 oktober 2022

28 oktober 2022

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

28 oktober 2022

25 november 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
  • Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
    (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
    De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
    De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen uit de bouwcode.

Sectorale regelgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
  • Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
    Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
    (De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
    De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021. 
  • Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
    (De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
    artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid 

De bestaande en vergund geachte woonfunctie blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft. 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid 

Het bouwvolume blijft nagenoeg ongewijzigd t.o.v. de geacht vergunde situatie. Wel worden er twee bijkomende terrassen voorzien ter hoogte van de eerste en de tweede verdieping. Het terras op de eerste verdieping wordt voorzien op het platte dak van de gelijkvloerse uitbouw en het terras op de tweede verdieping wordt als buitenkamer geconcipieerd binnen het bestaande en vergund geachte entresolvolume. Beide terrassen kunnen gunstig geadviseerd worden. 

Wat betreft het voorgestelde programma van 3 woningen kan er een gunstig advies gegeven worden. In de huidige toestand zijn er 10 studiowoningen aanwezig in het gebouw. Bewonerskaarten bevestigen dat voor 1979 3 gezinnen zich huisvestten in het gebouw.  

Omdat de huidige toestand afwijkt ten opzichte van de toestand van voor 1979, kunnen er geen absolute rechten geput worden op basis van dit geacht vergunde aantal van 3 wooneenheden, temeer omdat de inrichting ervan niet vergund noch gekend is. De bijkomende wooneenheden moeten als nieuw beoordeeld worden en worden niet ontslagen worden van een toetsing aan de voorschriften. Gezien de gegevens van de bewonerskaarten kunnen er wel afwijkingen hierop worden overwogen voor zover deze de basale woonkwaliteit van de woningen niet hinderen en de draagkracht van het gebouw en de omgeving niet in het gedrang brengen. 

Zowel het aanbod als de inrichting van de drie woonentiteiten kunnen gunstig geadviseerd worden. De ruime duplexwoning met één slaapkamer, verspreid over het souterrain en het verhoogde gelijkvloers, heeft een netto oppervlakte van 100 m². Het kleinere éénslaapkamerappartement op de eerste verdieping (netto 63 m ²) biedt evenwel een mooie woonkwaliteit. Tot slot vormt het duplexappartement met twee slaapkamers op de tweede en derde verdieping (netto 90 m²) een ruime woonentiteit met dito buitenruimte.  
De aanvraag kan vanuit dit punt gunstig geadviseerd worden. 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen 

De aanvraag voorziet in een toename van de interne woonkwaliteit door de inrichting van 3 ruime woonentiteiten met een ruimtelijke inrichting die genieten van kwalitatieve buitenruimtes.  
Noch de inrichting, noch de buitenruimtes geven hierbij hinder naar de omgeving. 

Ook wat dit punt betreft, kan de aanvraag gunstig geadviseerd worden. 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten 

De aanvraag heeft betrekking op een pand dat is opgenomen op de inventaris onroerend erfgoed.  

Artikel 5 §1 van de bouwcode zegt dat voor gebouwen opgenomen op de inventaris onroerend erfgoed de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur. 

Daarom werden de wijzigingen ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies luidt als volgt: 

“De aanvraag heeft betrekking op Plantin Moretuslei 112, onderdeel van een ensemble van vier burgerhuizen in sobere art-nouveaustijl, naar een ontwerp door de architecten August Cols en Alfried Defever uit 1906. Opdrachtgever was de Naamlooze Maatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in het Oostkwartier. Deze bouwmaatschappij werd in 1886 opgericht met als doel de ontwikkeling van Zurenborg tot woonwijk voor de burgerij. Dit gedeelte van de Plantin en Moretuslei, tussen Rolwagenstraat en Tweelingenstraat, vormt de noordelijke begrenzing van de wijk. […] Met een gevelbreedte van alternerend drie en twee ongelijke traveeën, omvatten de rijwoningen een souterrain en drie bouwlagen onder een zadeldak. Zij beantwoorden aan de klassieke typologie van het burgerhuis, oorspronkelijk met de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda, een zijdelings ingeplante traphal, en de keuken in het souterrain. De lijstgevels hebben een parement uit gele baksteen voor de uiterste, en witte Silezische brikken voor de middelste twee panden, met gebruik blauwe hardsteen voor de plint en witte natuursteen voor speklagen, hoekblokken, sluitstenen, balkons, colonnetten en postamenten. Gekoppeld volgens spiegelbeeldschema, onderscheiden de vier opstanden zich door een geïndividualiseerde compositie, alternerend symmetrisch en asymmetrisch, met uiteenlopende oplossingen voor de gevelbeëindiging. Terugkerende elementen waarmee wordt gevarieerd, zijn de smeedijzeren balkons en driezijdige erkers, de steek- of rondboogopeningen, en de brede houten kroonlijst. 

Van nummer 110 wordt de inkomtravee bekroond door een torentje, waarvan de spits is verdwenen. Nummer 112 onderscheidt zich als enige door een trapezoïdale gevelbeëindiging met postamenten. Van nummer 114 wordt het brede zijrisaliet bekroond door een puntgevel. Bij nummer 116 bepalen de drie- of vierlichten met colonnetten het beeld. Het oorspronkelijk houten schrijnwerk is vrijwel volledig vernieuwd. 

Men wenst het pand te verbouwen. Vandaag zijn er 10 studio’s in het pand ondergebracht. De nieuwe eigenaar wenst er opnieuw 3 woonentiteiten in onder te brengen. Vanuit oogpunt monumentenzorg is er geen bezwaar. De interne werken zijn aanvaardbaar. Bij een eerdere verbouwingscampagne werden de schouwmantels reeds weggenomen, wat gezorgd heeft voor een uitholling van het interieur. Of er nog andere interieurelementen bewaard bleven, waaronder de lijstplafonds onder de bestaande valse plafonds, is niet duidelijk. Het is niet mogelijk om dit bijkomend te onderzoeken tijdens de bouwaanvraagprocedure wegens nog bewoond.  

Indien er nog waardevolle interieurelementen bewaard zijn dienen ze geïntegreerd in het nieuw ontwerp. Dit is tevens de intentie van de bouwheer. Graag terugkoppeling voor uitvoering. 

De voorgevelrestauratie, nl. vervangen van het bestaande schrijnwerk door historisch correct geprofileerd geschilderd houten schrijnwerk en het herstellen van het balkon, zal het straatbeeld en het ensemble waar het deel vanuit maakt opnieuw opwaarderen. Deze ingreep wordt dan ook erg geapprecieerd. Detailtekeningen van het schrijnwerk dienen teruggekoppeld te worden met de afdeling monumentenzorg voor bestelling. De nieuwe voordeur is atypisch geprofileerd. Misschien is het terugbrengen van een stenen tussenstijl ter hoogte van de voordeur een optie, zo kan de vormgeving van de voordeur beter afgestemd worden op de stijl en architectuur van het pand. Ook de indeling van de terrasdeur op de eerste verdieping dient meer historisch te worden uitgewerkt, nl. met een volpaneel onderaan en glas bovenaan ipv volledig beglaasd.” 

Dit advies wordt vanuit ruimtelijk oogpunt bijgetreden. De geformuleerde voorwaarden worden integraal overgenomen en als voorwaarden bij de vergunning geformuleerd. 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte) 

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein). 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte. 

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

3. De detailtekeningen van het schrijnwerk in de voorgevel, de profilering en indeling van de voordeur moeten worden teruggekoppeld met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

4. Bewaarde maar vandaag nog ongekende waardevolle interieurelementen dienen geïntegreerd te worden in het ontwerp. Hierover dient tijdens de uitvoeringsfase terugekoppeld te worden met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het intergraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 september 2022

Volledig en ontvankelijk

28 oktober 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

27 maart 2023

Verslag GOA

2 februari 2023

naam GOA

Katrijn Apostel

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden :

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

3. De detailtekeningen van het schrijnwerk in de voorgevel, de profilering en indeling van de voordeur moeten worden teruggekoppeld met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

4. Bewaarde maar vandaag nog ongekende waardevolle interieurelementen dienen geïntegreerd te worden in het ontwerp. Hierover dient tijdens de uitvoeringsfase terugekoppeld te worden met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.