Er werd bij de deputatie een verzoek tot bijstelling van vergunningsvoorwaarden ingediend. Het verzoek wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2023001524 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | de heer Dominique Lebbe met als adres Scheldelaan 600 te 2040 Antwerpen en NV INEOS STYROLUTION BELGIUM (0806439291) met als adres Scheldelaan 600 te 2040 Antwerpen |
Ligging van het project: | Scheldelaan 600 te 2040 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 20 sectie A nr. 2R |
waarvan: |
|
- 20180326-0029 | afdeling 20 sectie A nr. 2R (INEOS Styrolution Belgium NV - EBSM installatie) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van het verzoek: | Chemisch bedrijf - productie-eenheid voor ethylbenzeen/styreen. Verzoek tot bijstelling van de voorwaarden. |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
De deputatie van de provincie Antwerpen verleende op 13 januari 2011 een milieuvergunning voor het verder exploiteren van een productie-eenheid voor ethylbenzeen en styreen, voor een termijn verstrijkend op 9 april 2029. Nadien werden nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen.
Inhoud van de aanvraag
Het voorwerp van de aanvraag betreft een verzoek tot bijstellingen van bijzondere milieuvoorwaarden.
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Havenbedrijf Antwerpen, subadvies milieu | 7 februari 2023 | 23 februari 2023 | Gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Omgevingstoets
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
In de vergunning van Ineos Styrolution, gesitueerd op de BASF-site, werden onderstaande bijzondere milieuvoorwaarden opgenomen.
- Alle restgasstromen van de productieprocessen en van de opslagtanks (uitgezonderd van deze van B915 en B916) dienen naar een restgasbehandelingsinstallatie te worden geleid.
- Diffuse verliezen van verladingsactiviteiten dienen beperkt te worden door het gebruik van gaspendelleidingen.
Met onderhavig verzoek tot bijstelling wenst men deze milieuvoorwaarden te vervangen door onderstaande voorwaarden.
- Alle restgasstromen van de productieprocessen en van de opslagtanks (uitgezonderd van deze van B915, B916 en B917) dienen naar een restgasbehandelingsinstallatie te worden geleid.
- Diffuse verliezen van verladingsactiviteiten dienen beperkt te worden door het gebruik van gaspendelleidingen wanneer procestechnisch mogelijk (bij onder andere styreenverladingen is dit procestechnisch niet mogelijk).
Sinds 7 juli 2022 is men vergund voor de verlading van styreen naar de bestaande opslagtank B917. Men vraagt om, gelet op de neiging tot polymerisatie van styreen, voor tank B917 een uitzondering toe te staan voor wat het leiden van de restgassen naar een restbehandelingsinstallatie betreft. Omwille van dezelfde reden werd deze uitzondering al verkregen voor de houders B915 en B916.
Voor de verladingsinstallatie is het om diezelfde reden (neiging tot polymerisatie) volgens de exploitant niet wenselijk om gebruik te maken van een gaspendelleiding voor styreenverladingen. De verlading zal daarom gebeuren met gesloten mangat en ontluchting via de ontluchtingsarmaturen op de opslagtank (B917). De exploitant stelt dat de ingeschatte emissie via B917 ten gevolge de verladingsactiviteit op jaarbasis beperkt is, van dezelfde grootteorde als bij B916 vandaag.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 6 februari 2023 |
Start openbaar onderzoek | 14 februari 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 16 maart 2023 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 28 maart 2023 |
Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
14 februari 2023 | 16 maart 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op het verzoek.