Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022122684 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Nicolas Verhelle met als adres Ruitersdreef 17 te 2970 Schilde |
Ligging van het project: | Plantin en Moretuslei 216 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 6 sectie F nr. 1285S9 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | plaatsen van zaakgebonden publiciteit op de voorgevel |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer | 30 november 2022 | 19 december 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen / Verkeerspolitie | 4 januari 2023 | 5 januari 2023 | Gunstig |
Interne adviezen
Er werden geen interne adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen). In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud, (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale regelgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De voorliggende aanvraag wijkt af van de voorschriften uit de bouwcode. Deze afwijkingen worden besproken onder paragraaf hinderaspecten, gezondheid en veiligheid in het algemeen.
Functionele inpasbaarheid
Er wordt geen functiewijziging voorzien ten opzichte van de vergunde toestand waardoor de aanvraag functioneel inpasbaar blijft met de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De werken beogen geen aanpassing aan het bouwvolume of aan het aantal woongelegenheden waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven.
Visueel-vormelijke elementen
De voorziene, cirkelvormige, lichtbak is opgebouwd uit gepoedercoat aluminium RAL 7002 en wordt voor- en achteraan afgewerkt met opaal plexiglas voorzien van een logo in RAL 7002. Binnenin wordt een ledlamp voorzien met een kleurtemperatuur van 3000K (warm wit). Het voorgestelde materiaalgebruik wordt gunstig geadviseerd, gezien het aansluit bij de reeds aanwezige materialen en kleurstelling van het pand.
Het gebouw wordt gekenmerkt door een dubbelhoge plint met een verfijnde detaillering. De ramen op het gelijkvloers worden volledig bedekt door zaakgebonden publiciteit. Dit heeft een grote negatieve impact op de beeldkwaliteit van het gebouw en kan vanuit welstand niet gunstig geadviseerd worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Zoals reeds vermeld is de aanvraag strijdig met verschillende voorschriften uit de Bouwcode. Artikel 13 (ondergrondse en bovengrondse uitsprongen) stelt dat geveluitsprongen boven de openbare ruimte en de voortuin minstens op 2,60 meter boven het peil van het voetpad gelegen dienen te zijn. In voorliggende aanvraag bevindt de onderzijde van het reclamepaneel zich op 2,2 m ten opzichte van het maaiveld. Van bovenstaande voorschriften kan voor de voorliggende aanvraag geen afwijking toegestaan worden. Bovendien maakt het Agentschap Wegen en Verkeer een gelijkaardig bezwaar hierover. Zij legt als voorwaarde van een gunstig advies op om de onderzijde van de lichtbak te voorzien op een hoogte van 3 m ten opzichte van het voetpad.
Verder is de lichtbak ook te groot (bouwcode, art. 33). Een lichtbak die haaks op de gevel wordt voorzien mag slechts 60 cm uitkragen. De voorziene lichtbak kraagt echter 70 cm uit.
Om in aanmerking te komen van een vergunning wordt daarom als voorwaarde opgelegd om de lichtbak te beperken tot een breedte van 60 cm en de onderstaande op een hoogte te voorzien van minstens 3 m ten opzichte van het voetpad.
Zoals eerder vermeld werd er reeds zaak-gebonden reclame voorzien op de gelijkvloerse ramen. Dit zowel in de Plantin en Moretuslei als in de Tweelingenstraat. Hiervoor is echter geen Omgevingsvergunning verleend. De voorziene reclame is strijdig met artikel 12 (levendige plint) en artikel 33. De gevelreclame die werd aangebracht op het glasvlak zorgt ervoor dat er geen contact meer mogelijk is tussen de gebruikers van de gelijkvloerse verdieping en de straat. Hierdoor heeft het pand op de hoek geen levendige plint meer. Daarnaast dekt de gevelreclame die werd aangebracht op de glasvlakken de gevelopeningen quasi volledig af.
Gezien het in principe mogelijk is een andere interne planschikking te voorzien waarbij er wel een levendige plint is aan de straatzijde, wordt de reclame op de glasvlakken expliciet uitgesloten uit de vergunning. Een levendige plint is noodzakelijk om straten aangenamer te maken om in te wonen en te wandelen. Voor de belevingswaarde van de straat is het namelijk belangrijk dat blinde vlekken in het straatbeeld zoveel mogelijk worden vermeden en dit zowel ‘s nachts als overdag.
Cultuurhistorische aspecten
Het pand is gelegen in een gebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De aanvraag heeft echter geen effect op het aanwezige erfgoed in de omgeving.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat deze aanvraag betrekking heeft op zaakgebonden / niet-zaakgebonden publiciteit.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de Omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 13 september 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 30 november 2022 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 29 april 2023 |
Verslag GOA | 25 januari 2023 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanvraag werd niet onderworpen aan een openbaar onderzoek.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.