Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022132826 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Tom Van Berendoncks met als contactadres De Wittestraat 65 te 2600 Antwerpen |
Ligging van het project: | De Wittestraat 65 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 23 sectie B nr. 438Z19 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Vergunde toestand
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via
https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Algemene bouwverordeningen
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
Sectorale regelgeving
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De bestaande woning omvat een hoofdbouw van 2 bouwlagen onder een zadeldak in gesloten bebouwing. Deze is aangevuld met een achterbouw van 2 bouwlagen langs de rechterzijde tot een bouwdiepte van circa 16,50 m en 1 bouwlaag langs de linkerzijde tot een bouwdiepte van circa 14,30 m. In voorliggende aanvraag wordt de achterbouw langs de linker perceelsgrens uitgebreid tot een bouwdiepte van 16 m. De uitbreiding bevindt zich volledig binnen het gabarit van de linker aanpalende waardoor er geen nadeel met betrekking tot privacy of bezonning wordt verwacht voor het naburige perceel. Ook blijft er nog voldoende ruimte over op het niveau van het gelijkvloers om een kwalitatieve tuinzone te behouden.
In het achterste dakvlak werd een dakuitbouw voorzien zonder dat hiervoor een vergunning werd bekomen. Via voorliggende aanvraag wenst men deze te regulariseren. De uitbouw houdt een afstand van circa 0,50 m van de linker perceelsgrens. Dit is minder dan de minimaal vereiste 0,60 m conform artikel 15 van de bouwcode. Gezien het echter om een beperkte afwijking gaat en de dakuitbouw geen hinder veroorzaakt voor het links aanpalende perceel is een afwijking op basis van artikel 3 van de bouwcode aanvaardbaar.
De geplande werken zijn in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Visueel-vormelijke elementen
De bestaande voorgevel blijft ongewijzigd.
De originele achtergevel werd uitgevoerd in rode gevelsteen. Op bepaalde plaatsen werd een afwerking in gevelpleisterwerk en gevelleien voorzien. Deze afwerkingslagen wenst men te verwijderen waarna het gevelmetselwerk wordt opgekuist. Op die manier wordt de originele achtergevel in ere hersteld en ontstaat een uniform gevelgeheel. Het nieuwe buitenschrijnwerk wordt uitgevoerd in zwarte aluminium. De voorziene werken worden gunstig beoordeeld.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In voorliggende aanvraag wordt de gelijkvloerse verdieping langs de achterzijde voorzien van een nieuwe planschikking. In de achtergevel wordt ter hoogte van de eetkamer een nieuw raam voorzien dat wordt doorgetrokken tot het niveau van de vloer. Ook het nieuwe raamgeheel in de keuken wordt gemaximaliseerd. Hierdoor wordt de woning van voldoende lichtinval en luchttoevoer voorzien en wordt het contact tussen de verblijfsruimtes en de buitenruimte versterkt, wat de woonkwaliteit van de woning ten goede komt.
De aanvraag is strijdig met artikel 24 van de bouwcode. Slaapkamer 2.2 telt 3 dakvlakramen waarvan enkel de onderste zich binnen de 1 en 2 m boven het loopvlak van de ruimte bevindt. Conform vermeld artikel mogen enkel de dakvlakramen die zich binnen deze zone bevinden in rekening worden gebracht. Het onderste raam heeft een lichtdoorlatende oppervlakte van circa 1,2 m2 wat minder is dan 10% van de netto vloeroppervlakte van de ruimte. Dit is te klein. Er wordt echter geoordeeld dat een afwijking op basis van artikel 3 van de bouwcode verdedigbaar is. Gezien het laagste dakvlakvenster zich op ooghoogte bevindt en dus voldoende uitzicht vanuit de ruimte naar buiten mogelijk is, kunnen de 2 hoger gelegen dakvlakvensters toch meegenomen worden in de berekening van de totale lichtdoorlatende oppervlakte. Samen hebben de 3 dakvensters een oppervlakte van circa 3,6 m2, hetgeen volstaat.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 5 oktober 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 29 november 2022 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 17 april 2023 |
Verslag GOA | 25/01/2023 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
Een openbaar onderzoek of een bevraging van aanpalende eigenaars is in deze aanvraag niet vereist.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.