2023_VB_00083 - Woonrechtcertificaten - Betaling roerende voorheffing 2023 - vastlegging - Goedkeuring

Het voordeel dat de begunstigde ontvangt bestaat uit twee componenten, namelijk het woonrecht zelf (de "wooncomponent") en de basisdienstverlening verbonden aan de serviceflat (de "servicecomponent"). Vanuit fiscaal oogpunt wordt dit voordeel in natura als een roerend inkomen van de certificaathouder beschouwd (artikel 20bis Wetboek Inkomstenbelastingen). Bijgevolg is het OCMW als emittent van de certificaten ertoe gehouden roerende voorheffing in te houden op de werkelijke waarde van dit voordeel.

Op 14 januari 2022 keurde de raad van maatschappelijk welzijn de vastlegging van de roerende voorheffing 2022 goed (jaarnummer 00008).

Op 29 juni 2020 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn de dadingovereenkomst tussen OCMW Antwerpen en Belfius Bank goed (jaarnummer 00026).

In het kader van de vernieuwde juridische structuur van (de groep) Zorgbedrijf Antwerpen, zal vanaf 1 januari 2023 het OCMW niet langer optreden als emittent van nieuwe woonrechtcertificaten. Het OCMW zal evenwel zijn rechten en verplichtingen verbonden aan de op 31 december 2022 uitstaande woonrechtcertificaten blijven uitoefenen respectievelijk honoreren, tot aan de (al dan niet vervroegde) terugbetaling van elk van die certificaten.

Het bedrag van de roerende voorheffing op de servicecomponent die voor 2023 en volgende jaren verschuldigd is, wordt vastgesteld op basis van gegevens die zullen worden bezorgd door Zorgbedrijf Antwerpen. Deze wordt verschuldigd aan de fiscus op 15 december van het lopende jaar en moet telkens in januari van het daaropvolgende jaar worden betaald. Bijgevolg zal de vastlegging en aanrekening nog gebeuren in boekjaar 2023. De betaling aan de fiscus zal verlopen via Belfius Bank.

Artikel 20bis van het Wetboek Inkomstenbelastingen 1992