2023_CBS_00916 - Bestek GAC_2018_00464. Raamovereenkomst voor het inzamelen en verwerken van klein gevaarlijk afval (KGA) en frituurolie - Wijziging opdracht - Goedkeuring

Op 8 maart 2019 (jaarnummer 02095) keurde het college van burgemeester en schepenen de gunning van de drie percelen van de raamovereenkomst GAC_2018_00464 voor het inzamelen en verwerken van klein gevaarlijk afval (KGA) en frituurolie goed. De drie percelen werden toegewezen aan Veolia Environmental Services BE NV, Keizer Karellaan 584 bus 7 te 1082 Sint-Agatha-Berchem met ondernemingsnummer 0428.531.449. De drie percelen van de raamovereenkomst werden gesloten voor een periode van 48 maanden en lopen tot en met 31 maart 2023. Door de coronapandemie waren de recyclageparken, stadsdiensten en scholen tijdelijk gesloten en was er ook tijdelijk geen mobiele ophaling. Daardoor werd er minder klein gevaarlijk afval (KGA), frituur- en motorolie ingezameld en werden de vermoedelijke hoeveelheden, zoals vooropgesteld in artikel IV.7 van het bestek, niet (zelfs niet bij benadering) behaald.

De coronapandemie en de gevolgen daarvan op de raamovereenkomst GAC_2018_00464 voor het inzamelen en verwerken van klein gevaarlijk afval (KGA) en frituurolie, zoals uiteengezet in de aanleiding en context, waren om evidente redenen niet voorzienbaar op het moment van de plaatsing van de opdracht en de indiening van de offertes door de inschrijvers. Deze omstandigheden nopen tot een verlenging van de raamovereenkomst GAC_2018_00464 om het nadeel dat de opdrachtnemer heeft geleden, te compenseren.

Aangezien de aangehaalde omstandigheden redelijkerwijze onvoorzienbaar waren, de verlenging van de overeenkomst de algemene aard daarvan niet verandert, en de verlenging onder meer tot doel heeft om het door de opdrachtnemer geleden nadeel te compenseren en dus geen inhoudelijke uitbreiding van de overeenkomst in zich draagt, is aan de voorwaarden van artikel ­38/2 KB AUR voldaan.

In de gegeven omstandigheden wordt een verlenging van 6 maanden (tot en met 30 september 2023) redelijk en proportioneel geacht.

In toepassing van artikel 38/2 van het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 mag een wijziging zonder nieuwe plaatsingsprocedure voor een opdracht worden aangebracht, indien de wijziging het noodzakelijk gevolg is van omstandigheden die een zorgvuldige aanbesteder niet kon voorzien, de wijziging geen verandering in de algemene aard van de opdracht teweegbrengt, en de prijsverhoging die het gevolg is van de wijziging niet hoger is dan 50% van de waarde van de oorspronkelijke opdracht.

Artikel 56, §3, 5° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat het college bevoegd is voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip dagelijks bestuur.