Terug
Gepubliceerd op 20/02/2023

2023_CBS_00847 - Omgevingsvergunning - OMV_2022135510. Carrettestraat, Duvelshoek, Eugeen Meeusstraat zonder nummer (zn). District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 17/02/2023 - 09:00 Stadhuis - bz_besluitvorming_mailbox@antwerpen.be
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Karl Van Borm; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Dirk Delechambre

Secretaris

Karl Van Borm

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_00847 - Omgevingsvergunning - OMV_2022135510. Carrettestraat, Duvelshoek, Eugeen Meeusstraat zonder nummer (zn). District Merksem - Goedkeuring 2023_CBS_00847 - Omgevingsvergunning - OMV_2022135510. Carrettestraat, Duvelshoek, Eugeen Meeusstraat zonder nummer (zn). District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022135510

Gegevens van de aanvrager:

de heer Francois Hendrickx met als contactadres Merksemsebaan 298 te 2110 Wijnegem

Gegevens van de exploitant:

NV Colas Noord (0404206225) met als adres Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder

Ligging van het project:

Duvelshoek, Eugeen Meeusstraat, Carrettestraat zonder nummer (zn) te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 40 sectie C nrs. 580E2, 580E2 en 580E2

waarvan:

 

-     20220809-0023

openbaar domein (Stapelplaats)

-     20221010-0084

afdeling 40 sectie C nr. 580E2 (Zone werfketen)

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

het aanleggen en exploiteren van een stapelterrein als tijdelijke opslagplaats voor uitgegraven bodem afkomstig van wegeniswerken

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis 

-     er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.

 

Bestaande toestand

-     openbaar domein, aangelegd met kasseien;

-     in gebruik als openbare buurtparking.


Nieuwe toestand

-     het tijdelijk stockeren van gronden tot eind maart 2023.


Inhoud van de aanvraag

Tijdelijke stockage van gronden.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft de tijdelijke opslag van grond en de exploitatie van een werfzone.

 

Aangevraagde rubriek(en)


Aangevraagde rubriek(en) Stapelplaats
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

61.2.1°

tussentijdse opslagplaats voor uitgegraven bodem die voldoet aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo met een capaciteit van 1.000 m³ tot en met 10.000 m³.

2.500 m³


Aangevraagde rubriek(en) Zone werfketen
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

5 voertuigen

17.1.2.1.1°
opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van 300 liter tot en met 1.000 liter;
500 liter
17.3.2.1.1.1°b)
opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;
1,66 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter.

1.500 liter


Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden

Stapelplaats

1.

Bij te stellen voorwaarde:

  • Artikel 5.61.2.§2 Vlarem II betreffende de aanwezigheid van een weegbrug.

Voorgesteld alternatief/aanvulling:

  • Artikel 5.61.2.§2 Vlarem II: Door de technische onmogeliijkheid om een weegbrug te installeren wordt gevraagd om van deze verplichting af te zien. Er kan gebruik gemaakt worden van een wiellader met weegsysteem.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte

18 januari 2023

7 februari 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie, (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard, (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 51 Het Dokske, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 8 juni 1995. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone f voor woningen, zone voor open ruimten en tuinen, parking, zone voor dagrecreatie en openbare weg.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeerhet besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer).
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening voetgangersverkeer
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De bouwcode is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Sectorale regelgeving

-     MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt
.

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021. 
 

-     Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.  
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag
.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is functioneel inpasbaar.
De aanvraag omvat het stapelen van gronden op de hoek van de Eugeen Meeusstraat en Duvelshoek. De gronden zijn afkomstig van de wegeniswerken ter hoogte van de Carrettestraat. Deze vergunning wordt gevraagd voor een tijdelijke periode tot eind maart 2023. 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak van schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid.

De aanvraag omvat het tijdelijk stapelen van gronden met een maximumhoogte van 5 m.

De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de stedelijke dienst Publieke Ruimte. De stedelijke dienst had deze locatie aangewezen als mogelijke opslaglocatie. De werken in de Carrettestraat gebeuren in opdracht van de stad.

De aanleg van dit stuk terrein als parking is gepland na afronding van de werken in de Carrettestraat. Dit dossier – met OMV-nummer 2022147014 – is reeds ingediend.

Er dient wel opgemerkt te worden dat de rooilijn niet samen valt met de rand van het gebouw. Er is dus nog een strook langs de gevel die privaat terrein is (Gamma). Er werd in functie van de toekomstige parking een poging gedaan om te onderhandelen met Gamma om deze beperkte strook over te dragen naar de stad, maar dat is niet gelukt. Op de plannen van de parking kan duidelijk de grens worden vastgesteld, op het terrein zelf is dat echter niet echt duidelijk.

Bijgevolg wordt in de voorwaarden meegenomen om enkel de zone in kasseien (openbaar domein) te gebruiken. Op die manier wordt het privaat domein voldoende gevrijwaard van enige mogelijke hinder van de tijdelijke stockage.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De ganse zone is voorzien van een omheining met Heras hekwerk, dit om sluikstorten te vermijden.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

De uitbating van het stapelterrein, gelegen op de hoek van de Eugeen Meeusstraat en de Duvelshoek, dient als werfspecifieke tijdelijke opslagplaats voor uitgegraven bodem afkomstig van wegeniswerken ter hoogte van de Carrettestraat. De afgegraven grond voldoet aan Vlarebo code 011 en de werken werden gemeld aan de Grondbank waardoor de traceerbaarheid van de afgevoerde grond wordt gewaarborgd. Er zou maximaal 2.500 m³ grond opgeslagen worden.

De bodem is verhard met kasseien. Er wordt enkel Vlarebo gekeurde grond met code 011 opgeslagen, specifiek verbonden aan de werf ter hoogte van de Carrettestraat.

Om zwerfvuil en sluikstorten te vermijden wordt zowel het stapelterrein als de werfzone afgesloten met Heras hekwerken.

Het werfverkeer naar de tijdelijke grondopslag is vrij beperkt. Het aantal transporten wordt ingeschat op 10 vrachtwagens per dag en dit gedurende 30 dagen. De hoogste intensiteit wordt verwacht tijdens afvoer van de grond. Gedurende maximaal 2 dagen zou het aantal transporten bij de afvoer van de grond kunnen oplopen tot maximaal 75 opleggers per dag.
De opleggers voor de afvoer van de grond mogen geen woonwijken doorkruisen. De afvoer gebeurt bij voorkeur via het water. Dit zal als bijzondere voorwaarde opgenomen worden.

In geval van regenachtig weer wordt de rijweg proper gehouden met een bezemwagen. Bij droog weer zal stofhinder worden vermeden door de opslag van grond te bevochtigen.

Eventuele stofvorming door op- en overslag van puin en bodem zal gecontroleerd worden door onderstaande maatregelen:
- Op- en overslag gebeurt enkel overdag en op niet-continue wijze.
- Stofhinder wordt vermeden door de opslag van grond te bevochtigen bij droogte.

De werfzone is gelegen in de Carrettestraat waarbij volgende indelingsplichtige activiteiten aanwezig zijn:
- een verdeelslang;
- het stallen van 5 voertuigen;
- een dubbelwandige, mobiele mazouttank van 2.000 liter;
- de opslag van gasflessen (butaan - 500 liter);
- de opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (1.500 liter).

De opslag van gevaarlijke producten gebeurt op opvangbakken binnen de materiaalcontainers en is beperkt in hoeveelheid. De opslag van diesel gebeurt in een mobiele dubbelwandige werfcontainer.

Rekening houdend met hogervermelde punten, worden geen relevante effecten op de omgeving verwacht.

Er wordt een afwijking gevraagd van artikel 5.62.2§2 van Vlarem II betreffende de aanwezigheid van een weegbrug. Aangezien het technisch onmogelijk is om een weegbrug te installeren, zal er gebruik gemaakt worden van een wiellader met weegsysteem. Er kan akkoord gegaan worden met deze gevraagde afwijking.

De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandsregels.

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De grond mag enkel gestockeerd worden op de zone in kasseien. Op die manier wordt het privaat terrein gevrijwaard.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

De aanvraag is in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)


Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

Stapelplaats

61.2.1°

tussentijdse opslagplaats voor uitgegraven bodem die voldoet aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo met een capaciteit van 1.000 m³ tot en met 10.000 m³.

2.500 m³


Zone werfketen

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

5 voertuigen

17.1.2.1.1°
opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van 300 liter tot en met 1.000 liter;
500 liter
17.3.2.1.1.1°b)
opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;
1,66 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter.

1.500 liter

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarde

  1. De opleggers voor de afvoer van de grond mogen geen woonwijken doorkruisen. De afvoer gebeurt bij voorkeur via het water.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

17 oktober 2022

Volledig en ontvankelijk

18 januari 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

17 juni 2023

Verslag GOA

10 februari 2023

naam GOA

Brenda Dierckx en Bieke Geypens

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarde

1. De grond mag enkel gestockeerd worden op de zone in kasseien. Op die manier ligt er zeker niets op privaat terrein.

Bijzondere milieuvoorwaarde
1. De opleggers voor de afvoer van de grond mogen geen woonwijken doorkruisen. De afvoer gebeurt bij voorkeur via het water.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):


Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

Stapelplaats

61.2.1°

tussentijdse opslagplaats voor uitgegraven bodem die voldoet aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo met een capaciteit van 1.000 m³ tot en met 10.000 m³.

2.500 m³

Zone werfketen

6.5.1°

brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen;

1 verdeelslang

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

5 voertuigen

17.1.2.1.1°
opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in verplaatsbare recipiënten met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen van 300 liter tot en met 1.000 liter;
500 liter
17.3.2.1.1.1°b)
opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;
1,66 ton

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter.

1.500 liter

Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning geldig is voor een periode van drie maanden vanaf het verlenen van de vergunning.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.