2023_CBS_01154 - ISVAG werkingskosten verwerking restafval - Vastlegging krediet 2023 - Goedkeuring

Het college bevestigde op 15 oktober 2004 (jaarnummer 11107) de beheersoverdracht aan ISVAG, wat de verwerking (verbranding) van brandbaar restafval betreft.

Aan deze opdracht is een milieuheffing verbonden.

Dit besluit legt het krediet vast voor de uitbetaling van de bijdrage aan de werkingskosten 2023, inbegrepen de milieuheffing, aan ISVAG voor de periode vanaf januari 2023 tot en met december 2023. Op basis van de raming wordt het jaarbedrag 2023 voor de werkingskost vastgelegd op 11.739.395,11 EUR. Daarnaast wordt 100.000,00 EUR voorzien voor de milieuheffing op bedrijfsafval.

Met onderstaande bonnen wordt enerzijds reeds 10.971.017,21 EUR vastgelegd voor de werkingskosten, en anderzijds 100.000,00 voor de milieuheffing.

De bedrijfseenheid Stadsbeheer stelt de goedkeuring voor van onderstaande bestelbonnen, zodat de maandelijkse bijdragen in de werkingskosten en de milieuheffing aan ISVAG kunnen betaald worden.

Dienstnota financiën "Bestellen en betalen stad, districten en OCMW" van 17 december 2018 is  van toepassing.

Artikel 398 uit het Decreet Lokaal bestuur bepaalt in paragraaf 1 dat de gemeenten beslissen over de beheersoverdracht overeenkomstig de statuten van het samenwerkingsverband, waarbij in paragraaf 2, 3° de opdrachthoudende vereniging wordt gedefinieerd als een samenwerkingsverband met beheersoverdracht waaraan de deelnemende gemeenten de uitvoering van een of meer duidelijk omschreven bevoegdheden met betrekking tot een of meer functioneel samenhangende beleidsdomeinen toevertrouwen.
Onder beheersoverdracht wordt verstaan het toevertrouwen door de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband van de uitvoering van door hen genomen beslissingen in het kader van zijn doelstellingen, in die zin dat de deelnemende gemeenten zich het recht ontzeggen zelfstandig of samen met derden dezelfde opdracht uit te voeren.

Artikel 30§3 (gezamenlijke In-house-toezicht) van de wet van 17 juni 2016 is van toepassing.
§ 3. De aanbestedende overheid die op een privaat- of publiekrechtelijke rechtspersoon geen controle uitoefent in de zin van paragraaf 1, kan een overheidsopdracht plaatsen bij die rechtspersoon zonder deze wet toe te passen, indien aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:
1° de aanbestedende overheid oefent, samen met andere aanbestedende overheden, op die rechtspersoon toezicht uit zoals op hun eigen diensten;
2° meer dan 80 % van de activiteiten van die rechtspersoon behelst de uitvoering van taken die hem zijn toegewezen door de controlerende aanbestedende overheden of door andere, door diezelfde aanbestedende overheden gecontroleerde rechtspersonen; en
3° er is geen directe participatie van privékapitaal in de gecontroleerde rechtspersoon met uitzondering van geen controle of blokkerende macht opleverende vormen van participatie van privékapitaal, vereist krachtens de nationale wetgeving, in overeenstemming met de verdragen, die geen beslissende invloed uitoefenen op de gecontroleerde rechtspersoon.

Voor 2023 is een werkingskost van 11.739,395,11 EUR vooropgesteld, en daarnaast een bijbehorende milieuheffing van 100.000,00 EUR (beide vrijgesteld van btw). Het bedrag wordt bepaald op basis van jaarlijkse raming die ISVAG aan de stad bezorgd. 

Er wordt reeds 10.971.017,21 EUR vastgelegd op het exploitatiekrediet 2023. Het bedrag van de bijhorende milieuheffing wordt eveneens reeds vastgelegd.

Er wordt niet meer verrekend op een toelagekrediet maar op algemene werkingskosten. 

Bijdragen in de werkingskosten van ISVAG worden maandelijks betaald en een afrekening volgt in mei/juni het jaar erop. Met de volgende aanpassing van de meerjarenplanning wordt het saldo (768.377,90 EUR vrij van btw) verrekend in de budgetten.