2023_CBS_01035 - District Wilrijk. Oudestraat 152 – 2022207 - Vraag tot opname vergunningenregister wegens vermoeden vergunning - Kennisneming

Op datum van 1 september 2022 vroeg Hosseini Fatema om het pand gelegen Oudestraat 152, district Wilrijk, op te nemen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning. 

 De beoordeling van de aanvraag gebeurde aan de hand van volgende gegevens:

• digitale plannen van de huidige toestand;
• digitale foto’s van de huidige toestand;
• bewonersgegevens en bewonersgrafiek;
• luchtfoto’s zonder datum;
• foto’s Street Smart uit 2009 en 2021;
• kadastrale gegevens;
• arrest van de Raad van State daterend van 16 oktober 2015;
• begeleidend schrijven van de raadsman, met referentie: 63353/2021/YL;
• positief advies van de dienst Vermoeden van vergunning via mail daterend van 24 november 2021;
• volgend archiefstuk:
  • goedgekeurde stedenbouwkundige vergunning uit 1975.

1. Bestaande juridische toestand
Stedenbouwkundige basisgegevens uit de plannen van aanleg

Ligging volgens de geldende bestemmingsplannen van aanleg en hun bijhorende voorschriften 

Geldende bestemmingsplannen:

Gewestplan:
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) 

Kadastrale gegevens:
Het pand, Oudestraat 152 district Wilrijk, met kadastrale ligging (afd. 44) sectie D grondnummer 305 G is kadastraal gekend als een huis zonder bewoonbare kelder in gesloten bebouwing met twee bouwlagen en een bewoonbare daklaag, met twee woongelegenheden.

Voor dit pand werden de volgende relevante vergunningen / toelatingen verleend:

• 21/04/1975 vergunning (222#451 en 222#13371) voor het oprichten van een woning.

2.Bestaande feitelijke toestand
Omschrijving van de bestaande toestand:
Het pand betreft een rijwoning met drie bouwlagen onder een zadeldak en bestaat momenteel uit een eengezinswoning.

Overtredingen:
Er werd geen proces-verbaal van overtreding teruggevonden.

Het voorwerp
De aanvraag betreft de vraag tot opname in het vergunningenregister van een constructie met de functie van wonen en twee woonentiteiten.

De bewijsvoering

Volgens de kadastrale gegevens dateert de ingebruikneming van het gebouw van 1976.

Uit de kadastergegevens blijkt verder dat, voor de datum van het gewestplan, reeds twee woonentiteiten aanwezig waren in het pand.

Het goedgekeurde bouwdossier uit 1975 bevat een bouwplan van de volledige woning. Uit lezing van dit bouwplan blijkt dat het pand oorspronkelijk vergund was als een eengezinswoning. 

Het aantal aangevraagde woningen tot opname in het vergunningenregister bedraagt twee. Ter bewijsvoering voor deze twee woonentiteiten heeft de aanvrager de historische bewonerskaarten van het pand opgevraagd en toegevoegd aan het dossier. Uit deze bevolkingsgegevens blijkt dat er sinds de eerste bewoning van het pand in 1976 tot in 2001 in hoofdzaak, twee gezinnen tegelijkertijd waren ingeschreven op dit adres. Gezien deze informatie betrekking heeft op de meest relevante periode, dient geoordeeld dat de inhoud van deze bewonerskaarten als doorslaggevend bewijs kan worden beschouwd voor wat betreft het aantal vergund geachte woonentiteiten in het pand. Daarenboven ondersteunt de informatie uit de woongrafiek de kadastergegevens. Uit de foto’s van de toepassing Street Smart (Cyclomedia), die genomen werden in 2009 en 2021 blijkt ook dat het pand aan de straatzijde twee losstaande brievenbussen heeft. Ook deze bevinding staaft het feit dat de huidige toestand van de woning een meergezinswoning met twee woonentiteiten betreft.
De bewoning van het pand door twee gezinnen gedurende een lange periode, is dan ook bewezen. 

Voorgaande bewijst voldoende dat de huidige woonfunctie en de aanwezigheid van twee woonentiteiten in het pand, dateert van vóór de eerste inwerkingtreding van het gewestplan-Antwerpen op 9 november 1979.

In het archief werd een goedgekeurd bouwplan teruggevonden van 1975. Na controle van deze bouwplannen blijken volgende stedenbouwkundige handelingen te zijn toegelaten:

• gebruik /functie
  • een bel-etagewoning met één woonentiteit en uitsluitend een woonfunctie;
• bouwvolume
  • benedenverdieping en eerste verdieping
    • over de ganse perceelsbreedte een bouwdiepte van 13 m;
  • tweede verdieping
    • een bouwlaag onder het schuine dak met een bouwdiepte van 9 m;
• dak- en gevelafwerking
  • materiaal voorgevel van de woning: rode gevelsteen op een arduinen plint;
  • materiaal achtergevel van de woning: rode Kempische steen;
  • buitenschrijnwerk: ramen en deuren in aluminium;
  • een schuin dak onder 45° met een betonnen kroonlijst en afgewerkt met rode dakpannen;
  • zowel in het voorste als in het achterste dakvlak is een dakuitbouw. Beide dakuitbouwen zijn opgetrokken tot op 1 meter van de zijdelingse perceelsgrenzen;
• inrichting
  • de woning is ingericht als een bel-etagewoning met op de benedenverdieping een garage, de woonvertrekken bevinden zich in hoofdzaak op de eerste verdieping en de slaapvertrekken op de tweede verdieping;
  • achteraan de eerste verdieping is er een uitkragend balkon met een breedte van 2 meter en een diepte van 1 m.  Dit balkon blijft respectievelijk 1,77 m en 2,33 m verwijderd van de zijdelingse perceelsgrenzen;
  • er bevinden zich geen constructies in de voor- of achtertuinzone.

 Na controle van de opgevraagde documenten en de ingediende dossierstukken blijkt het volgende:

• uit de aangeleverde bouwplannen van de huidige toestand van de woning, blijkt dat de woning vandaag is ingericht als een meergezinswoning met twee afzonderlijke woonentiteiten.
  Voor het realiseren van deze twee woonentiteiten werden er geen structurele ingrepen uitgevoerd aan het pand, waardoor de  inrichting van de woning quasi onveranderd bleef. Gezien de woning vanaf de eerste ingebruikname werd bewoond door twee gezinnen kan in alle redelijkheid aangenomen worden dat de beperkte interne wijzigingen op de tweede verdieping reeds bij het bouwen van de woning werden uitgevoerd. De vergunde toestand van deze huidige indeling van de woning is dan ook als volgt:
  • een twee-slaapkamerappartement met een netto-vloeroppervlakte van circa 65,50 m² op de eerste verdieping;
  • een één-slaapkamerappartement met een netto-vloeroppervlakte van circa 43 m² op de tweede verdieping;

Deze huidige indeling van de woning is voldoende bewezen als zijnde aanwezig van vóór de eerste inwerkingtreding van het gewestplan-Antwerpen op 9 november 1979. Bijgevolg zal de huidige indeling van de woning worden opgenomen als zijnde geacht vergund in het vergunningenregister.

Uit de aangeleverde bouwplannen van de huidige toestand van de woning, blijkt dat de dakuitbouw in het achterste dakvlak werd uitgebreid tot tegen de perceelsgrens van huisnummer 150. De voorzijde van huidige dakuitbouw is volledig afgewerkt in roodkleurige Kempische steen en afgedekt met een rooskleurige dakpan. Uit de bijgeleverde fotoreportage blijkt dat het huidige volume van deze dakuitbouw gelijktijdig met het hoofdgebouw werd opgericht. Het huidige volume van de woning is dan ook voldoende bewezen als zijnde aanwezig van vóór de eerste inwerkingtreding van het gewestplan-Antwerpen op 9 november 1979. Bijgevolg zal het huidige volume van de woning worden opgenomen als zijnde geacht vergund in het vergunningenregister;

• Het goedgekeurde bouwplan uit 1975 geeft weer dat het platte dak van de eerste verdieping is vergund als een niet toegankelijk plat dak. Zowel de bouwplannen van de huidige toestand van de woning alsook de bijgevoegde fotoreportage in het dossier geven weer dat het platte dak momenteel in gebruik is als een dakterras. Om dit dakterras toegankelijk te maken vanuit de slaapkamer op de tweede verdieping werd er in de dakuitbouw in het achterste dakvlak een raam met naastliggende deuropening geïnstalleerd.
  Er zijn geen concrete aanwijzingen aangeleverd binnen dit dossier waaruit blijkt dat het omvormen van dit plat dak naar een dakterras heeft plaatsgevonden vóór de eerste inwerkingtreding van het gewestplan-Antwerpen op 9 november 1979. De vergunde toestand van het huidige dakterras achteraan de tweede verdieping, wordt dan ook geacht als zijnde, onvoldoende bewezen. Dit geldt eveneens voor het geplaatste raam en deur in de gevel van de dakuitbouw in het achterste dakvlak van de woning. Bijgevolg zal zowel het dakterras alsook het geplaatste schuifraam uitgesloten worden van opname in het vergunningenregister;
• Het goedgekeurde bouwplan uit 1975 vermeldt geen constructies in de achtertuinzone. Zowel de bouwplannen van de huidige toestand alsook  de foto’s van de bijgevoegde fotoreportage in het dossier, geven in de tuinzone een constructie weer opgetrokken uit betonplaten en afgedekt met een golfplaten dak. Dit dak is heden begroeid met grassen en planten.
  Er zijn echter geen concrete aanwijzingen aangeleverd binnen dit dossier waaruit blijkt dat de huidige constructie in de achtertuinzone werd opgericht en vóór de eerste inwerkingtreding van het gewestplan-Antwerpen op 9 november 1979. De vergunde toestand van de huidige constructie in de achtertuinzone, wordt dan ook geacht als zijnde, onvoldoende bewezen. Bijgevolg zal deze constructie uitgesloten worden van opname in het vergunningenregister.

Voorgaande bewijst voldoende dat de huidige constructie, dateert van voor het van kracht zijnde gewestplan (9 november 1979), met uitsluiting van (zoals in rood aangeduid op de plannen):

• het ingerichte dakterras achteraan de tweede verdieping;
• het geplaatste raam en deur in de voorgevel van de dakuitbouw in het achterste dakvlak;
• de geplaatste constructie in de achtertuinzone.

Iedere constructie waarvan aangetoond is dat ze gebouwd werd voor 22 april 1962 ofwel tussen deze en voor de eerste invoering van het gewestplan (3 oktober 1979, van kracht 9 november 1979), dient te worden opgenomen in het vergunningenregister als “vergund geacht” in toepassing van artikel 5.1.3. §1 en §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Regelgeving bevoegdheid

Het college is bevoegd in het kader van de opmaak van het vergunningenregister en de actieve onderzoeksplicht in toepassing van artikel 5.1.3 §1 en §2, en artikel 7.6.2. §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.