Terug
Gepubliceerd op 18/09/2023

2023_CBS_06179 - Omgevingsvergunning - OMV_2023008839. Luithagen - Haven 2. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/09/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06179 - Omgevingsvergunning - OMV_2023008839. Luithagen - Haven 2. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_06179 - Omgevingsvergunning - OMV_2023008839. Luithagen - Haven 2. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023008839

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

NV GREENSPEED (0444879315) met als adres Elisalei 14 te 2930 Brasschaat

Ligging van het project:

Luithagen-Haven 2 te 2030 Antwerpen.

Kadastrale percelen:

afdeling 17 sectie F nr. 633/6

waarvan:

 

-          20230121-0009

afdeling 17 sectie F nr. 633/6 (Greenspeed NV)

Vergunningsplichten:

exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

een opslagplaats voor reinigingsproducten

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Stedenbouwkundige voorgeschiedenis

-          21/10/1977: vergunning (18/58880-12729/B/1977626) voor uitbreiden en wijziging;

-          02/07/1976: vergunning (18/57530-11376/B/1976695) voor bedrijfshallen met kantoren.

 

Voorgeschiedenis milieu

Het betreft een nieuwe ingedeelde inrichting of activiteit.

 

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft de exploitatie van een opslagplaats voor reinigingsproducten.

 

Aangevraagde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

3 voertuigen

17.3.3.1°a)

opslagplaatsen gelegen volledig in industriegebied voor oxiderende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS03) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 kg tot en met 20 ton;

2,50 ton

17.3.4.2°a)

opslagplaatsen voor bijtende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS05) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, als de inrichting volledig is gelegen in in­dustrie­gebied;

40,00 ton

17.3.6.2°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied;

60,00 ton

34.3.

opslagplaatsen voor reinigingsmiddelen en poetsmiddelen met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 17 en 48.

142,00 ton

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

20 juni 2023

11 augustus 2023

Voorwaardelijk gunstig

Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu

21 juni 2023

5 juli 2023

Gunstig

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond het goed is het voormelde GRUP tevens van toepassing met volgende bestemmingen:

-          Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven;

-          Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Noorderlaan;

-          Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Noorderlaan;

-          overdruk Leidingstraat ten zuiden van en parallel aan de Noorderlaan;

-          overdruk Hoogspanningsleiding ten noorden van het goed;

-          overdruk Bouwvrije strook ten oosten van het goed, langs de grens van het afgebakend zeehavengebied.

 

Buiten de afbakeningslijn is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met bestemmingen Bufferzones, Bestaande hoofdverkeerswegen, Bestaande autosnelweg (voor de A12) en Bestaande hoogspanningsleiding.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

De ingedeelde inrichting of activiteit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund. Er lijken geen stedenbouwkundige handelingen gepaard te gaan met het beoogde project. De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Onderhavige aanvraag betreft de exploitatie van een opslagplaats voor reinigingsproducten, gelegen in de Luithagen-Haven 2 te Antwerpen. De exploitant Greenspeed is gespecialiseerd in de verkoop van reinigingsproducten aan groothandelaars. Dit zijn zowel gevaarlijke als niet gevaarlijke reinigings- en poetsmiddelen. Het magazijn heeft louter een opslagfunctie. Van hieruit worden producten verder verpakt en verzonden naar klanten.

 

Het lozen van huishoudelijk afvalwater afkomstig van de sanitaire voorzieningen is niet indelingsplichtig. Op heden is er geen individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater aanwezig en wordt er ongezuiverd geloosd in oppervlaktewater via riolering.

 

Huishoudelijk afvalwater moet conform artikel 4.2.8.1.1. §2 van VLAREM II gezuiverd worden via een individuele behandelingsinstallatie voor afvalwater (IBA) alvorens het te lozen op oppervlaktewater. De plaatsing van een IBA zal worden opgelegd als een bijzondere milieuvoorwaarde.

 

De opslagplaats dient voor de opslag van de Greenspeed producten. Dit zijn hoofdzakelijk reinigings- en desinfectiemiddelen, vaatwasmiddelen, toiletreinigers en vloerreinigers in kleine recipiënten van maximum 10 kg of liter. Behalve de individuele verpakkingen zijn de producten ook voorzien van secundaire verpakkingen. Er is zowel opslag van niet-gevaarlijke reinigingsmiddelen en poetsmiddelen als van gevaarlijke. De opslag van gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen in het magazijn wijzigt regelmatig. Verschillende producten met verschillende eigenschappen worden in wisselende hoeveelheden en op diverse tijdstippen opgeslagen. De producten staan gegroepeerd per gevarenklasse. De minimale scheidingsafstanden voor de opslag van gevaarlijke vaste stoffen en vloeistoffen worden gerespecteerd conform bijlage 5.17.1 van VLAREM II volgens de exploitant, er zijn geen inkuipingen aanwezig, er is wel een vloeistofdichte vloer. Bij het accidenteel morsen van een product wordt dit onmiddellijk verwijderd. Hiertoe zijn de nodige absorptiematerialen ter beschikking.

 

 

De opslag van de gevaarlijke vloeistoffen dient conform artikel 5.17.4.3.1. §1 van VLAREM II te gebeuren in of boven een inkuiping teneinde brandverspreiding, bodem- of grondwaterverontreiniging te voorkomen. Een gelijkwaardig opvangsysteem kan toegelaten worden. Echter wordt de voorgestelde combinatie van een vloeistofdichte vloer, het beperkte volume van de recipiënten, de secundaire verpakking en de aanwezigheid van absorptiematerialen als niet voldoende geacht. De vergunningverlenende wijst er op afdoende opvangcapaciteit te voorzien conform artikel 5.17.4.3.7. van VLAREM II.

 

Met onderhavige aanvraag wenst men verder het stallen van 3 motorvoertuigen te vergunnen. Deze zullen binnen gestald worden.

 

Uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets blijkt dat de gevraagde activiteiten niet van die aard zijn dat ze een invloed hebben op het watersysteem. De vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen opgenomen in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

De aanvraag heeft geen betrekking op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Een MER, ontheffing of project-m.e.r.-screening is bijgevolg niet vereist.

 

Op 11 augustus 2023 verleende de hulpverleningszone Brandweer Zone Antwerpen een voorwaardelijk gunstig advies (kenmerk H.00353.A3.0003). De voorgestelde brandweervoorwaarden dienen strikt opgevolgd te worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

3 voertuigen

17.3.3.1°a)

opslagplaatsen gelegen volledig in industriegebied voor oxiderende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS03) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 kg tot en met 20 ton;

2,50 ton

17.3.4.2°a)

opslagplaatsen voor bijtende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS05) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, als de inrichting volledig is gelegen in in­dustrie­gebied;

40,00 ton

17.3.6.2°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied;

60,00 ton

34.3.

opslagplaatsen voor reinigingsmiddelen en poetsmiddelen met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 17 en 48.

142,00 ton

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

  1. Uiterlijk drie maanden na datum van deze vergunning wordt een getekende offerte voor de installatie van een IBA bezorgd aan de dienst milieuvergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentie OMV_ 2023008839;
  1. Uiterlijk zes maanden na datum van deze vergunning wordt een bewijs van plaatsing van een IBA bezorgd aan de dienst milieuvergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentie OMV_ 2023008839.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

26 april 2023

Volledig en ontvankelijk

20 juni 2023

Start openbaar onderzoek

30 juni 2023

Einde openbaar onderzoek

29 juli 2023

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Beslissingsdatum na V&O (zonder noodbesluit)

3 oktober 2023

Uiterste beslissingsdatum (noodbesluit)

1 januari 2024

Verslag GOA

7 september 2023

naam GOA

Bieke Geypens

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

30 juni 2023

29 juli 2023

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

  1. Uiterlijk drie maanden na datum van deze vergunning wordt een getekende offerte voor de installatie van een IBA bezorgd aan de dienst milieuvergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentie OMV_ 2023008839;
  1. Uiterlijk zes maanden na datum van deze vergunning wordt een bewijs van plaatsing van een IBA bezorgd aan de dienst milieuvergunningen van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be) met vermelding van referentie OMV_ 2023008839.


Brandweervoorwaarden

de opmerkingen en voorwaarden uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden.

Artikel 3

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

15.1.1°

al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn;

3 voertuigen

17.3.3.1°a)

opslagplaatsen gelegen volledig in industriegebied voor oxiderende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS03) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 kg tot en met 20 ton;

2,50 ton

17.3.4.2°a)

opslagplaatsen voor bijtende vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS05) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, als de inrichting volledig is gelegen in in­dustrie­gebied;

40,00 ton

17.3.6.2°a)

opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied;

60,00 ton

34.3.

opslagplaatsen voor reinigingsmiddelen en poetsmiddelen met een capaciteit van meer dan 10 ton, met uitzondering van deze bedoeld onder rubriek 17 en 48.

142,00 ton


Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 15 september 2023 voor een termijn van onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.