Terug
Gepubliceerd op 22/05/2023

2023_CBS_03302 - Omgevingsvergunning - OMV_2022152980. Pinksterbloemlaan 12. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
wo 17/05/2023 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_03302 - Omgevingsvergunning - OMV_2022152980. Pinksterbloemlaan 12. District Ekeren - Goedkeuring 2023_CBS_03302 - Omgevingsvergunning - OMV_2022152980. Pinksterbloemlaan 12. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022152980

Gegevens van de aanvrager:

de heer Christos Doulas met als adres Pinksterbloemlaan 12 te 2180 Antwerpen

Ligging van het project:

Pinksterbloemlaan 12 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 226T2

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden woning en bouwen tuinhuis

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          22/11/2022: weigering (20221132) voor het uitbreiden van de gelijkvloerse verdieping van een eengezinswoning;

-          15/05/1963: vergunning (803#1005) voor het bouwen van een woning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • bel-etagewoning, in gesloten koppelbebouwing, van 3 bouwlagen onder plat dak;
  • bouwdiepte van 7,50 m;

-          gevelafwerking:

  • parement in steen, met deels bekleding in witte kunststeen en schrijnwerk in wit geschilderd hout.

 

Bestaande toestand

-          conform vergunde toestand, afgezien van:

  • geheel verharde voortuin.

 

Nieuwe toestand

-          conform bestaande toestand, afgezien van:

-          bouwvolume:

  • uitgebreide gelijkvloerse bouwdiepte, tot een maatvoering van 13 m;

-          gevelafwerking:

  • in wit PVC uitgevoerd schrijnwerk;

-          inrichting:

  • nieuw op te trekken perceelsbreed houten tuinhuis, met een bouwdiepte van 1,50 m, geheel achteraan op het terrein.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van de gelijkvloerse verdieping;

-          regulariseren verharding in de voortuin;

-          plaatsen van een nieuw tuinhuis.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Provincie Antwerpen/ Dienst Integraal Waterbeleid

29 november 2022

9 januari 2023

Geen advies

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer II overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 17C De Bist, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 15 juli 1997. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: strook voor binnenplaatsen en tuinen-1, strook voor hoofdgebouwen-1 en voortuinstrook.

 

(Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van Bijzonder Plan van Aanleg op volgend punt:

2.1.2 – Strook voor binnenplaatsen en tuinen – 6 Welstand van de gebouwen – b) Materialen: gevels van bijgebouwen dienen uitgevoerd te worden in gevelsteen, geschilderde baksteen, natuursteen, sierbepleistering, … in lichte kleur. De tuinberging wordt in deze afgewerkt in hout.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  •       artikel 27 – Open ruimte: §4 Voortuinen zijn vrij van constructies met uitzondering van tuinafsluitingen, brievenbussen. Enkel de strikt noodzakelijke verhardingen zijn toegelaten: paden, palend aan de bebouwing en toegangspaden met een maximumbreedte van 1,50 meter en opritten naar een garage, carport of autostaanplaatsen met een maximumbreedte van 3 meter per autostaanplaats. In vergunde toestand blijkt de verharding in de voortuin beperkt te zijn tot een pad naar de voordeur met een breedte van 0,9 m, een oprit met een breedte van 3,0 m en aanvullend een strook langs de gevel met een breedte van 0,6 m. Nu wordt de volledige voortuin verhard;
  • artikel 38 – Groendaken: ook bij eengezinswoningen dient elk nieuw plat dak met een oppervlakte van meer dan 20 m² te worden voorzien als groendak, tenzij de dakwaterafvoer ervan naar een hemelwaterput leidt. Er wordt in de huidige aanvraag noch hemelwaterput noch groendak voorzien;
  • artikel 40 – Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen: elk gebouw dient voorzien te zijn van een gescheiden rioolstelsel, dat bestaat uit 1 droogweerafvoer (DWA) en 1 hemelwaterafvoer (RWA). Dit gescheiden rioolsysteem moet aangeboden worden aan de straat maar aan de hand van de aangeleverde tekeningen is niet te oordelen of de woning aan betreffend artikel voldoet;
  • artikel 41 – Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbare rioolstelsel: er kan op basis van het aangeleverde tekenmateriaal niet eenduidig worden beoordeeld of de woning in kwestie voldoet aan het betreffende artikel;
  • artikel 43 – Septische putten: elk gebouw dient over een septische put te beschikken, met een grootte die afhankelijk is van het aantal gebruikers. Er kan ook in deze niet geoordeeld worden of de woning hieraan voldoet.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een zeer beperkte oppervlakte en ligt in een mogelijks overstromingsgevoelig gebied, maar gelet op de zeer geringe omvang kan eenduidig geoordeeld worden dat geen nadelige impact te verwachten valt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: art. 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Art. 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag vertoont een aantal strijdigheden ten aanzien van de geldende voorschriften en voor een deel daarvan kunnen in de eindevaluatie voorwaarden worden opgenomen, zodat het project in uitvoering alsnog zal voldoen aan betreffende artikels.

De afwijking op artikel 27, met name de volledige verharding van de voortuin, is niet aanvaardbaar. De bouwcode beschouwt de voortuin als een volwaardig deel van de tuin omwille van een aantal redenen. Een groene voortuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat of binnen in een bouwblok en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Door de tuin niet te bebouwen of te verharden blijft een deel beschikbaar voor natuurlijke infiltratie van regenwater in de bodem, zodat de openbare riolering minder belast wordt en het risico op problemen met de waterhuishouding vermindert. Bovendien is elke tuin, hoe klein ook, een natuurlijke oase in de bebouwing voor vogels, insecten,… en zorgt ze ervoor dat de opwarming van de stedelijke omgeving licht verminderd wordt. De vergunde toestand dient behouden te blijven.

Inzake echter de buitenafwerking van de tuinberging, dewelke in hout voorzien wordt in plaats van het opgelegde gevelmetselwerk, kan eenduidig worden ingestemd met een houten afwerking, dit aangezien laatstgenoemde algemeen aanvaard wordt voor dergelijke bijgebouwen en bovendien zonder meer visueel passend is in de gebouwde omgeving.

Er wordt dan ook geadviseerd betreffende afwijking als dusdanig te bekrachtigen.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet louter een beperkte uitbreiding en verbouwing van een vergunde eengezinswoning en gelet op de verenigbaarheid van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde ordeningsplan, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De geplande volumetrie, zowel van de uitgebreide gelijkvloerse bouwlaag als die van de tuinberging, is geheel in overeenstemming met de bepalingen dienaangaande van het geldende Bijzonder Plan van Aanleg.

Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gehanteerde materialen, rode gevelsteen, houten beplanking en wit schrijnwerk, zijn grotendeels reglementair, gelet op de geldende voorschriften. Enkel de houten gevelafwerking is strijdig maar gelet op de argumentatie in de eerste paragraaf hierboven, kan betreffende aanvaard worden.

Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).


De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden van artikel 38 van de Antwerpse bouwcode, inzake groendaken, zodat ofwel een groendak dient te worden voorzien bovenop de gelijkvloerse uitbreiding, ofwel dient een voldoende grote regenwaterput met recuperatie te worden geplaatst.

3. Er dient inzake riolering te worden voldaan aan de bepalingen van artikels 40 en 41 uit de Antwerpse bouwcode, aangaande de uitvoering van een gescheiden stelsel en de onderlinge afstanden tussen de verschillende aansluitpunten.

4. Er dient een septische put van voldoende grootte te worden voorzien.

5. Het volledig verharden van de voortuin wordt uitgesloten uit de vergunning.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

16 november 2022

Volledig en ontvankelijk

29 november 2022

Start 1e openbaar onderzoek

9 december 2022

Einde 1e openbaar onderzoek

7 januari 2023

Beslissing toepassing administratieve lus

13 februari 2023

Start laatste openbaar onderzoek

22 februari 2023

Einde laatste openbaar onderzoek

23 maart 2023

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

11 augustus 2023

Verslag GOA

9 mei 2023

naam GOA

Gerd Cryns

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

Gelet op de cyberaanval op de systemen van de stad Antwerpen is in het kader van de lopende procedure onvoldoende de mogelijkheid geboden aan geïnteresseerde belanghebbenden en derden om het eerste georganiseerde openbare onderzoek (daterend van 9 december 2022 en lopend over 30 kalenderdagen) op een degelijke en correcte manier te raadplegen – betreffende zorgt eenduidig voor een procedurefout waardoor de noodzaak ontstaat een administratieve lus en bijkomend openbaar onderzoek te organiseren.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

9 december 2022

7 januari 2023

0

0

0

0

22 februari 2023

23 maart 2023

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Er dient te worden voldaan aan de voorwaarden van artikel 38 van de Antwerpse bouwcode, inzake groendaken, zodat ofwel een groendak dient te worden voorzien bovenop de gelijkvloerse uitbreiding, ofwel dient een voldoende grote regenwaterput met recuperatie te worden geplaatst.

3. Er dient inzake riolering te worden voldaan aan de bepalingen van artikels 40 en 41 uit de Antwerpse bouwcode, aangaande de uitvoering van een gescheiden stelsel en de onderlinge afstanden tussen de verschillende aansluitpunten.

4. Er dient een septische put van voldoende grootte te worden voorzien.

5. Het volledig verharden van de voortuin wordt uitgesloten uit de vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.