Terug
Gepubliceerd op 22/05/2023

2023_CBS_03289 - Omgevingsvergunning - OMV_2022150193. Victor Driessensstraat 68. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
wo 17/05/2023 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_03289 - Omgevingsvergunning - OMV_2022150193. Victor Driessensstraat 68. District Antwerpen - Weigering 2023_CBS_03289 - Omgevingsvergunning - OMV_2022150193. Victor Driessensstraat 68. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022150193

Gegevens van de aanvrager:

Trocadéro met als adres Schildedreef 22 te 2970 Schilde

Ligging van het project:

Victor Driessensstraat 68 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 1947P11

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

Het inrichten van 4 woongelegenheden, het wijzigen van de voorgevel en het wijzigen van het bouwvolume (voornamelijk bovendaks) van een hoekpand.

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          08/11/2022: onvolledig dossier (OMV_2022135929) voor het vermeerderen naar 4 woongelegenheden, het wijzigen van de voorgevel en het wijzigen van het bouwvolume (voornamelijk bovendaks) van een hoekpand;

-          28/12/2010: onvolledig dossier (20217740) voor het renoveren van de gevel met aanpassing van enkele raamopeningen;

-          04/11/2010: onvolledig dossier (20106582) voor renoveren van de gevel met aanpassing van enkele raamopeningen;

-          25/04/1924: voorwaardelijke toelating (Felixarchief inventarisnummer 1924#18077) voor Frans dak.

 

Vergunde toestand

-          Geacht vergunde functie: meergezinswoning met 3 woongelegenheden;

-          bouwvolume:

o        hoekpand met 4 bouwlagen met een pseudo mansardedak;

o        bouwdieptes van circa 10 m en 4,57 m;

o        per verdieping een totale oppervlakte van 46,8 m²;

o        de kroonlijst op een hoogte van 11,3 m; de dakrand van het mansardedak op een hoogte van 13,15 m;

o        verdieping 2 en 3 uitspringend over de open ruimte van Lange Elzenstraat 80.

-          inrichting:

o        het perceel op de hoek van Victor Driessensstraat met Elzenstraat volledig bebouwd;

o        een grondoppervlakte van 46,8 m².

 

Bestaande toestand

-          functie: een meergezinswoning met 4 woongelegenheden:

o        gelijkvloerse verdieping: een appartement met een netto vloeroppervlakte van 35,4 m²;

o        eerste verdieping: een appartement met een netto vloeroppervlakte van 33,3 m²;

o        tweede verdieping: een appartement met een netto vloeroppervlakte van 37,2 m²;

o        derde verdieping: een appartement met een netto vloeroppervlakte van 38 m².

-          bouwvolume: conform vergunde toestand uitgezonderd van een gedeeltelijk zadeldak op het platte dak van het mansardedak.

-          gevelafwerking:

o        beigekleurig pleisterwerk met houten buitenschrijnwerk (natuurkleur) als algemene gevelafwerking;

o        zwartkleurig houten kroonlijst en gevelornamenten;

o        betonnen plint in terracottakleur;

o        witkleurig leien (volgens aangeleverde foto’s) met witkleurig houten dakrand voor de gevels van het mansardeverdiep;

-          inrichting conform vergunde toestand.

 

Nieuwe toestand

-          functie conform bestaande toestand

-          bouwvolume conform bestaande toestand

-          gevelafwerking:

o        wit geschilderd pleisterwerk met houten buitenschrijnwerk (natuurkleur) als algemene gevelafwerking;

o        zwartkleurig houten kroonlijst en gevelornamenten;

o        lichtgrijs geschilderde betonnen plint;

o        witkleurig pleisterwerk met witkleurig houten dakrand voor de gevels van het mansardeverdiep;

-          inrichting conform vergunde toestand.

 

Inhoud van de aanvraag

-          het vermeerderen van het aantal woongelegenheden;

-          het wijzigen van het bovendakse bouwvolume;

-          het wijzigen van de voorgevel;

-          het doorvoeren van interne constructieve werken.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

22 februari 2023

28 maart 2023

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

22 februari 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning

22 februari 2023

20 april 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-           Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
 

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-         Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

o        artikel 6 Harmonie en draagkracht:

-          Er worden 4 woonentiteiten voorzien op een perceel met een grondoppervlakte van 46,8 m². De draagkracht van het perceel wordt overschreden;

-          De dichtgemaakte voordeur is niet kenmerkend in de omgeving en voor dit type pand;

-          Het zadeldak in combinatie met het platte dak van het mansardedak is niet kenmerkend in de omgeving.

 

o        artikel 11 Afwerken van gevels en materiaalgebruik:
Bij schilderen van een voorgevel dienen elementen en decoraties die niet bedoeld waren om te beschilderen, zoals natuursteen of arduinen plinten en dorpels, onbeschilderd te blijven. De gelijkvloerse gevelplint wordt geschilderd.

 

o        artikel 22 Minimale oppervlakte van een zelfstandige woning:

-          §1. Een zelfstandige woning dient een netto-vloeroppervlakte te hebben van minimaal 35 vierkante meter;

-          §2. De netto-vloeroppervlakte wordt gemeten in de zone met een plafondhoogte van minstens 2,60 meter of conform de bepalingen van artikel 21;

-          De wooneenheid op de eerste verdieping heeft volgens de plannen slechts een oppervlakte van 33,3 m². De eerste en derde verdieping hebben daarnaast geen vrije hoogte van 2,60 m, waardoor er geen 35 m² aan netto-vloeroppervlakte beschikbaar is.

 

o        artikel 25 Toegankelijkheid van de functie:

-          §1. Elke woning dient rechtstreeks of via een circulatieruimte (binnen of buiten) toegankelijk te zijn vanaf de openbare ruimte;

-          §4. Binnen een meergezinsgebouw of gemengd gebouw met meer dan 2 woningen dienen alle ruimten die onderdeel vormen van een woning, met uitzondering van garages, fietsstalplaats of bergplaatsen, één aaneengesloten geheel te vormen

-          §5. De bereikbaarheid van iedere bouwlaag met een verblijfsruimte of terras dient via een vaste trap en/of helling verzekerd te zijn:

  • De gemeenschappelijke trap is vanwege de helling, kleine breedte en vorm in zijn geheel niet bruikbaar. Daarnaast is de vrije hoogte boven de trap op bepaalde plaatsen slechts 1,70 m en 1,90 m;
  • Voor de toegangsdeur van de woonentiteit op de eerste verdieping is een bordes voorzien van circa 0,8 m bij 0,6 m;
  • De toegangsdeur van de woonentiteit op de tweede verdieping kan niet 90° opendraaien, heeft een netto doorgangsbreedte van circa 0,75 m en er is een driehoekig bordes voor deze deur van circa 0,95 m bij 0,6 m (basis x hoogte);
  • In de woonentiteiten zelf zijn bv. de badkamers van verdieping 2 en 3 zeer slecht of in praktijk ontoegankelijk. Zo is de netto breedte van de deuropening circa 0,4 a 0,45 m, terwijl net na de deuropening de toiletpot geplaatst is. Het toilet op verdieping 1 is onbruikbaar vanwege de plaatsing onder de trap.

 

o        artikel 26 Afvalverzameling:

§1. Meergezinsgebouwen of gemengde gebouwen met minimaal 4 woningen dienen een gemeenschappelijke afgescheiden ruimte voor afvalverzameling te hebben die voorzien wordt van verluchting.

Er is geen afvalberging voorzien.

 

o        artikel 28 Minimale oppervlakte buitenruimte:

§1. Bij nieuwbouw, herbouw, vermeerdering van het aantal woongelegenheden of functiewijziging naar wonen dient elke zelfstandige woning over een buitenruimte te beschikken. De minimale netto-vloeroppervlakte van deze buitenruimte is 4 vierkante meter, vermeerderd met 2 vierkante meter per slaapkamer, te rekenen vanaf de tweede slaapkamer:

Voor geen van de woonentiteiten is een buitenruimte voorzien.

 

o        artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:

er zijn geen fietsstalplaatsen voorzien;

 

o        artikel 30 Autostalplaatsen en autoparkeerplaatsen:

er zijn geen autostalplaatsen voorzien.

 

Sectorale regelgeving

-           MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
 

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-           Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
 

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-           Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
 

Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag heeft betrekking op het verbouwen van een meergezinswoning. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande woonfunctie blijft behouden en komt hiermee overeen met de kenmerkende functies in de Victor Driessenstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De aangevraagde werken situeren zich voornamelijk binnen het bestaande volume met uitzondering van de regularisatie van het volume van het zadeldak bovenop het bestaande mansardedak. Deze dakvorm is niet in harmonie met de kenmerkende dakvorm bij dit type pand. De aanvraag wijkt hiermee af van artikel 6 van de bouwcode. Bij een vergunning dient het zadeldak uitgesloten te worden van de vergunning. Enkel op die manier blijft de schaal van het bouwvolume gerespecteerd.

 

In de beschrijvende nota wordt aangehaald dat de aanvraag het verbouwen van een meergezinswoning zonder vermeerderen van het aantal woonentiteiten betreft. De plannen van de laatst vergunde toestand geven echter geen duidelijkheid betreffende het aantal woonentiteiten. Om deze reden werd er advies gevraagd aan de stedelijke dienst Vermoeden van Vergunning. Hieruit blijkt dat er slechts drie woningen als geacht vergund beschouwd kunnen worden. De aanvraag betreft dus wel degelijk het vermeerderen van drie naar vier wooneenheden. Het is onduidelijk waar deze wooneenheden zich bevonden in het gebouw waardoor het van belang is om de kwaliteit van alle woongelegenheden binnen het project te onderzoeken en te bewaken. Het is nodig om in het algemeen in te zetten op voldoende ruime woningen. In ieder geval dient elke woning over voldoende natuurlijk licht, lucht en uitzicht te beschikken, alsook over een logische planschikking met een voldoende aantal grote slaapkamers en een kwalitatieve buitenruimte (balkon, terras of tuin). Bergingen, gangen, technische (energie) ruimten en afvalverzameling worden bijgevolg functioneel georganiseerd. Deze voorzieningen kunnen ook collectief voorzien worden. De woongelegenheden van een gebouw, of van een project, bestaande uit meerdere gebouwen die vervat zitten in dezelfde vergunningsaanvraag, dienen ook gevarieerd in grootte te zijn. De woongelegenheden opgenomen in voorliggende aanvraag voldoen niet aan bovenstaande criteria. Ze zijn klein, beschikken over onvoldoende bergruimte en de planschikking van de woongelegenheden is onvoldoende logisch. Daarenboven zijn de woongelegenheden binnen het project niet gevarieerd in grootte. Het geheel van deze criteria maakt dat de woningen in voorliggend project niet kwalitatief zijn. De aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Visueel-vormelijke elementen

De plannen tonen dat de voordeur ter hoogte van de hoek van het perceel dichtgemaakt werd. Dit is niet kenmerkend bij dit type hoekpand. Hierdoor wijkt de aanvraag af van artikel 6 van de bouwcode. Bij een nieuw ontwerp dient dit herbekeken te worden.

 

De plannen tonen dat de gelijkvloerse gevelplint in blauwe hardsteen geschilderd wordt. Dit is strijdig met artikel 11 van de bouwcode. Bij een vergunning dient dit te worden uitgesloten van de beslissing. Bijkomend is de afwerking in wit pleisterwerk van de opstaande kanten van het mansardedak geen dakmateriaal. Een mansardedak dient afgewerkt te worden met een typerende dakmaterialisatie. Bij een vergunning dient in de voorwaarde opgelegd te worden om deze opstaande kanten af te werken met een dakmaterialisatie.

 

De overige voorgestelde gevelmaterialisatie in wit geschilderd pleisterwerk, zwartkleurige kroonlijst, zwartkleurige gevelornamenten en houten schrijnwerk zijn inpasbaar in de Victor Driessensstraat.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De voorziene woningen voldoen niet aan de actuele eisen wat betreft gezondheid, gebruiksgenot en wooncomfort:

-          De verblijfsruimtes op de eerste verdieping en op de derde verdieping hebben een vrije hoogte van minder dan 2,60 meter. De aanvraag wijkt hiermee af van artikel 21 van de bouwcode. Een voldoende vrije hoogte garandeert echter dat elk vertrek over een minimale verblijfskwaliteit beschikt waardoor van dit artikel niet afgeweken kan worden.

-          Door de beperkte vrije hoogte van het appartement op de eerste en het appartement op de derde verdieping beschikken deze entiteiten niet over een netto-vloeroppervlakte van minimaal 35 m². De aanvraag wijkt hiermee af van artikel 22 van de bouwcode. Ook de minimale oppervlakte van een zelfstandige woning is essentieel om te garanderen dat er op een gezonde en kwalitatieve manier gewoond kan worden.

-          In het algemeen zijn de verschillende functies van de woonentiteiten en de woonentiteiten zelf niet op een kwalitatieve manier toegankelijk. Dit wordt beschouwd als nadelig voor de leefkwaliteit van de woning en is daarom niet toegestaan.

-          Er wordt geen gemeenschappelijke afvalruimte voorzien. Dit is strijdig met artikel 26 van de bouwcode.

-          Geen enkele woonentiteit beschikt over een buitenruimte. Dit is strijdig met artikel 28 van de bouwcode.

 

Omwille van alle bovenstaande afwijkingen dient de aanvraag geweigerd te worden.

 

Bij een vergunning dient in voorwaarden te worden opgelegd dat de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven zijn.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaatsen.

De aanvraag betreft het vermeerderen van 3 naar 4 woonentiteiten. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De werkelijke parkeerbehoefte is 1.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:

Dit perceel betreft een hoekperceel. De grootte en/of vorm van het perceel laten het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan [1] – [0] = [1].

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt [1] – [0] = [1].

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.

Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor [0] parkeerplaatsen.

 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan [1] – [0] = [1].

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Fietsvoorzieningen

Voor de bijkomende wooneenheid moeten er 2 fietsenstalplaatsen voorzien worden (1 appartement met 1 slaapkamer = 1 x 2 (1 slaapkamer + 1 extra) = 2 fietsstalplaatsen).

Er zijn geen fietsstalplaatsen. Het ontbreken van een gemeenschappelijke fietsenstalling heeft op zijn beurt ook een negatieve impact op de leefkwaliteit binnen het project.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

10 november 2022

Volledig en ontvankelijk

20 januari 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

19 juni 2023

Verslag GOA

10 mei 2023

naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.