Terug
Gepubliceerd op 22/05/2023

2023_CBS_03308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022169164. Beneluxlaan 7. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
wo 17/05/2023 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_03308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022169164. Beneluxlaan 7. District Wilrijk - Goedkeuring 2023_CBS_03308 - Omgevingsvergunning - OMV_2022169164. Beneluxlaan 7. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022169164

Gegevens van de aanvrager:

de heer Stefan Paeleman met als contactadres Michel De Braeystraat 55 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Beneluxlaan 7 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 44 sectie D nrs. 540B2, 540C2, 540R, 540S, 540E, 540K, 540V, 540X, 540N, 540A2, 540M, 540C, 540B, 540Y, 540G, 540F, 540Z, 540H, 540P, 540L, 540W, 540D, 540A, 540T en 543A

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van 24 eengezinswoningen in de zone D4

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis  

-          Het college van burgemeester en schepenen besliste op 20 december 2019 de verkavelingsvergunning (OMV_2019064857) voor het verkavelen van een terrein in 42 loten voor eengezinswoningen en 7 loten voor meergezinswoningen met ondergrondse parking, en het aanleggen van het openbaar domein te verlenen, welke uitvoerbaar werd op 18 februari 2020.

Inhoud van de aanvraag 

-          bouwen van 24 eengezinswoningen.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

20 maart 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA

20 maart 2023

7 april 2023

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

20 maart 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Provincie Antwerpen/ Dienst Integraal Waterbeleid

20 maart 2023

25 april 2023

Voorwaardelijk gunstig

Water-link

20 maart 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen

20 maart 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

20 maart 2023

20 maart 2023

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

20 maart 2023

30 maart 2023

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Ruimtelijke Planning/ SOK

 

17 maart 2023

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu

20 maart 2023

28 maart 2023

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

20 maart 2023

4 april 2023

Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte

20 maart 2023

4 april 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woonuitbreidingsgebied. De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Neerland 30 bis, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 oktober 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: 11. zone voor geclusterde woningen.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt in de verkaveling 20195, goedgekeurd op 20 december 2019, meer bepaald in lot(en) 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21, 22, 23 en 24.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verkaveling.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

  • artikel 13 Ondergrondse en bovengrondse uitsprongen:
    putten en reservoirs mogen het groene karakter van de voortuin niet aantasten. Er wordt een septische put in de voortuin voorzien bij woning 17 en 18 zonder dat deze onder de verharding wordt geplaatst.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen 
De nota bevat voorwaarden, die moeten opgelegd worden in de vergunning.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag. 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet het bouwen van 24 eengezinswoningen, deze maken deel uit van het stadsontwikkelingsgebied Neerland. De woonfunctie is in overeenstemming met de verkavelingsvoorschriften (OMV_2019064857), het BPA (nr. 30 bis Neerland) en het gewestplan (woonuitbreidingsgebieden) en is verenigbaar met de toekomstige functies binnen deze nieuwe ontwikkeling.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Voorliggende aanvraag voorziet 24 eengezinswoningen met 3, 4 of 5 slaapkamers. De volumes bestaan uit twee bouwlagen onder een plat dak. Achteraan de tuin wordt per woning een fietsenberging voorzien voor 5, 6, of 7 fietsen. Het ontwerp voldoet wat schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid betreft aan de verkavelingsvoorschriften. Bijgevolg kan er worden gesteld dat het ruimtegebruik en de bouwdichtheid aanvaardbaar is.

 

Visueel-vormelijke elementen

Het goedgekeurde Beeldkwaliteitsplan opgemaakt d.d. 04/02/2019 maakt integraal deel uit van de verkavelingsvoorschriften. Dit document legt de gewenste materiële en visuele kwaliteit van de nieuwe woonontwikkeling vast. Het ontwerp voor de wijk is gebaseerd op het idee van een rurale, dorpse woonontwikkeling rond grotere en kleinere pleinen. Lage muurtjes, tuinen en paden die door de groene omgeving lopen scheppen een informele sfeer. Van hieruit opent de bebouwing lange zichten in het omliggende parklandschap.

Toegelaten materialen voor de op te richten gebouwen zijn gevelmetselwerk in aardetinten en eventueel secundaire elementen in beton, natuursteen en hout. Het schrijnwerk moet voorzien worden in hout, staal of aluminium. Bergplaatsen zijn gematerialiseerd in baksteen, aansluitend op de gebouwen waar zij bij horen. Het schrijnwerk is in hout of staal.

 

Voorliggende aanvraag voorziet gevels in roodbruine baksteen met grijsbruin aluminium buitenschrijnwerk. De voorgestelde materialen voldoen hiermee aan de verkavelingsvoorschriften, zijn hedendaags en stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Cultuurhistorische aspecten

De stedelijke dienst Archeologie geeft volgend advies: ‘Voor het gehele projectgebied werden reeds andere verkavelingsvergunningen aangevraagd (waaronder OMV_2019144924 en OMV_2019064857) en onder voorwaarden afgeleverd. Onder de voorwaarden werd opgenomen dat het programma van maatregelen, voortvloeiend uit de archeologienota (ID 9262, https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/9262), verplicht dient te worden uitgevoerd voorafgaand aan de werken (cfr. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1). Dit programma van maatregelen beveelt een vooronderzoek in uitgesteld traject met ingreep in de bodem in de vorm van een proefsleuvenonderzoek eventueel gevolgd met een verkennend en waarderend booronderzoek. Het onderzoek door RAAP werd uitgevoerd op maandag 23 en 24 november 2020. Van de nota werd door het agentschap Onroerend Erfgoed akte genomen op 26/12/2020. De nota beval een opgraving van een geselecteerde zone (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/16991). De opgraving werd ondertussen reeds uitgevoerd en afgerond. De bouwheer is echter nog steeds verplicht om ook de afwerking van het eindverslag correct en conform de Code van Goede Praktijk te faciliteren en ondersteunen.’

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Om het ruimtecomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden, als er enkel gekeken wordt naar de oppervlakte, onvoldoende wooncomfort bieden.

Echter kan vastgesteld worden dat de gewenste kwaliteit door een innovatieve planschikking, op een kleinere oppervlakte bereikt wordt.

Gelet op het procesverloop, de samenhang en de ambities van de ontwikkeling, kan er geoordeeld worden dat de voorgestelde oppervlaktes aanvaardbaar zijn.

 

De dienst Milieuvergunningen geeft volgend advies: ‘De aanvrager heeft betrekking op de bouw van een verkaveling bestaande uit 24 eengezinswoningen. De aanvraag heeft betrekking op een project als vermeld in bijlage III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004. De m.e.r.-screening werd bijgevoegd. Het is uit de huidige beschikbare plannen niet op te maken of er indelingsplichtige activiteiten van toepassing zijn op het voorwerp van de aanvraag, bijvoorbeeld collectieve warmtepompen. Het is aan te raden dat de exploitant dit nagaat en zich indien nodig in regel stelt met de Vlarem-wetgeving.

In geval een bronbemaling voorzien wordt, dient de exploitant de vergunning voor de bronbemaling te bekomen vóór de start van de werken. Indien het gaat om een bemaling van meer dan 30.000 m³ op jaarbasis of een bemaling dieper dan 4 m –mv moet de vergunningsaanvraag een bemalingsstudie bevatten. De inhoud van deze studie wordt bepaald door VMM (Richtlijnen bemalingen ter bescherming van het milieu 2021 - zie checklist 1 en 2). 

Er wordt gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen vanuit milieutechnisch standpunt.’

 

Het advies van de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie Antwerpen bevat voorwaarden. Er zal opgenomen worden om dit advies strikt na te leven.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 14 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.

De laatste fase van het project Fase B/D aan de Krijgslaan is nu ingediend. Hier worden nog 24 sociale eengezinswoningen voorzien in zone D4.

Voor sociale huurwoningen is de parkeernorm in de bouwcode 0,6 pp per wooneenheid.

De werkelijke parkeerbehoefte is 24 x 0,6 = 14,4 afgerond 14 parkeerplaatsen.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte van deze ontwikkeling wordt volledig voorzien onder het eerste gebouw dat aan de Krijgslaan voorzien wordt.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen voor deze ontwikkeling bedraagt 14.

 

Dit aantal is voorzien in de gezamenlijke ondergrondse parking.

(pro memorie: aantal plaatsen gerealiseerd of afgekocht 300 +28+6. Aantal plaatsen nodig volgens vergunningen oorspronkelijk 298 (= incl. deze 14) + door wijzigingen 12 extra. Per saldo 334 – 310 = 24 op overschot volgens vergunning)

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de Omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De adviezen van Fluvius en de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie Antwerpen strikt na te leven.

3. De septische put bij woning 17 en 18 achteraan de woning te voorzien of onder de verharding in de voortuin.

4. De bouwheer faciliteert en ondersteunt de opmaak van het eindverslag van de opgraving (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/16991) conform de bepalingen van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en de Code van Goede Praktijk. De opgraving (en eindverslag) werd(en) opgenomen als voorwaarden bij de verkavelingsvergunning en dienen dus nog voldaan te worden.

5. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Lasten

Artikel 75 van het Omgevingsvergunningendecreet bepaalt dat de vergunningverlener lasten bij vergunningen kan opleggen.

 

De last kan de vorm aannemen van een louter financiële last of een realisatie in natura door de ontwikkelaar. In elk geval kan ingespeeld worden op maatschappelijke noden en behoeften op buurt- en wijkniveau. Het is aan de vergunningverlenende overheid om te bepalen of een louter financiële last aan de ontwikkelaar wordt opgelegd of een realisatie in natura door de ontwikkelaar wordt geëist. De inkomsten voor de stad van lasten moeten vanuit de regelgeving een expliciete bestemming krijgen met een link in de nabijheid van het project. Bij beslissing van de lasten moet dit meteen vastgelegd worden. Het kaderbesluit van 9 maart 2018 (jaarnummer 2203) legde de principes voor de lasten vast.

 

Het project valt onder het kaderbesluit aangaande stedenbouwkundige lasten, goedgekeurd door het college op 9 maart 2018.

Door het college werd op 27 januari 2017 (jaarnummer 00832) beslist om  voor de verkoop onder voorwaarden van de projectgebieden B en D binnen Neerland geen bijkomende stedenbouwkundige ontwikkelingskosten op te leggen gelet op de verplichting tot de realisatie van 60 sociale woningen en de historische dading afgesloten op 6 juni 2006 (gemeenteraad 27 maart 2006, jaarnummer 526).

Besloten kan worden dat hierdoor aan de SOK plicht is voldaan.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

20 december 2022

Volledig en ontvankelijk

20 maart 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

17 augustus 2023

Verslag GOA

10 mei 2023

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. De adviezen van Fluvius en de Dienst Integraal Waterbeleid van de Provincie Antwerpen strikt na te leven.

3. De septische put bij woning 17 en 18 achteraan de woning te voorzien of onder de verharding in de voortuin.

4. De bouwheer faciliteert en ondersteunt de opmaak van het eindverslag van de opgraving (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/16991) conform de bepalingen van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en de Code van Goede Praktijk. De opgraving (en eindverslag) werd(en) opgenomen als voorwaarden bij de verkavelingsvergunning en dienen dus nog voldaan te worden.

5. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.