Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023023574 |
Gegevens van de aanvrager: | Bert Huybrechts met als adres Onze-Lieve-Vrouwstraat 9 te 2180 Antwerpen |
Ligging van het project: | Onze-Lieve-Vrouwstraat 9 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 35 sectie F nr. 259S |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | isoleren van de gevels |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 27/02/2002: vergunning (871#2280) voor het aanbouwen van een veranda;
- 15/02/1977: vergunning (19775163) voor het bouwen van een landhuis met garage en bijgebouw;
- 19/02/1913: toelating (802#494) voor de vergroting van villa “Clara”;
- 24/11/1948: toelating (961#5915) voor het vervangen van een houten rolluik.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
- overeenkomstig vergunde toestand, afgezien van:
Nieuwe toestand
- conform bestaande toestand (dus mits het regulariseren van vermelde zonnepanelen), uitgezonderd:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- het isoleren van de gevels en het aanbrengen van nieuwe gevelbekleding.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is strijdig met volgende bepalingen van het van kracht zijnde verkavelingsplan:
- 2.01.5° - Welstand van de gebouwen: qua gevelafwerking zijn enkel gevelsteen (al dan niet geschilderd in een lichte kleur), natuursteen en sierbepleistering in lichte kleur toegestaan. In deze wordt een afwerking voorzien in gekaleide steenstrips en spuitkurk.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag vertoont een aantal strijdigheden met de geldende voorschriften van de van kracht zijnde verkaveling, voornamelijk inzake de afwerking van gebouwen: zo worden hier gekaleide steenstrips en spuitkurk als materialisatie aangewend, terwijl de voorschriften dit niet expliciet toelaten.
Vermelde materialisatie, expliciet enerzijds een kaleilaag op steenstrips en anderzijds spuitkurk op isolatie, zijn echter wel in overeenstemming te noemen met de geest van de opgelegde bepalingen, dit aangezien in eerste instantie en in essentie steenstrips visueel identiek zijn aan bakstenen en een kaleilaag niet meer is dan een rijkelijk aangebrachte verflaag; in deze is geschilderde gevelsteen wel toegelaten en kan dus geoordeeld worden dat betreffende nagenoeg identiek is.
In tweede instantie kan vlak uitgevoerde spuitkurk zonder meer doorgaan voor een afwerking in, de in de voorschriften wel toegelaten, sierpleister – bovendien wordt laatstgenoemde voorzien op zij- en achtergevels en is daardoor de visuele impact ervan te verwaarlozen. Bovendien is de kleurtint (in beide gevallen) geheel verenigbaar met de van kracht zijnde bepalingen.
Er wordt dan ook geadviseerd betreffende afwijkingen als dusdanig te bekrachtigen.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet louter gevelaanpassingen aan een vergunde eengezinswoning en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van de van kracht zijnde verkaveling, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Er werden geen wezenlijke wijzigingen voorzien aan de vergunde volumetrie (de gehele opdikking van het gebouwde volume, ter isolatie, is in het totaalbeeld uitzonderlijk gering en nauwelijks waarneembaar te noemen) zodat het advies inzake schaal en ruimtegebruik zonder meer gunstig is.
Visueel-vormelijke elementen
De te hanteren materialisatie is niet geheel in overeenstemming te noemen met de geldende voorschriften maar gelet op de in eerste paragraaf hierboven opgelijste argumentatie, kan betreffende onregelmatigheid zonder meer aanvaard worden.
Het advies voor dit deelaspect is dan ook eenduidig gunstig.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Uit de aangeleverde foto’s blijkt dat, naast de op het hellende dak aangebrachte exemplaren (dewelke in hetzelfde vlak werden aangebracht, waardoor de plaatsing ervan dus vrijgesteld is), ook op het platte dak van de achteraan bijgebouwde veranda (zonder vergunning) zonnepanelen werden voorzien; er kan duidelijk worden vastgesteld dat de totale hoogte ervan ten opzichte van de dakrand van betreffend dak zich ruwweg tussen 1,70 en 2 m zal situeren; op basis hiervan kan eenduidig worden geconcludeerd dat de plaatsing niet vrijgesteld is en dat een omgevingsvergunning vereist was/is.
Het dossier bevat dienaangaande echter onvoldoende informatie (inzake maatvoering en dergelijke) waardoor de vergunbaarheid van specifiek dit onderdeel niet op een correcte manier kan worden afgewogen – in de eindevaluatie zullen de panelen in kwestie dan ook worden uitgesloten.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing omdat deze aanvraag betrekking heeft op werken die geen aanleiding geven tot de vermeerdering van het aantal woongelegenheden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De schuin geplaatste zonnepanelen op het platte dak van de gelijkvloerse veranda achteraan worden uitgesloten uit de vergunning – er dient hiervoor een afzonderlijke omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 18 februari 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 31 maart 2023 |
Start openbaar onderzoek | 11 april 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 10 mei 2023 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 12 oktober 2023 |
Verslag GOA | 27 juni 2023 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
11 april 2023 | 10 mei 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De schuin geplaatste zonnepanelen op het platte dak van de gelijkvloerse veranda achteraan worden uitgesloten uit de vergunning – er dient hiervoor een afzonderlijke omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.