Terug
Gepubliceerd op 09/10/2023

2023_CBS_06786 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076759. Deken De Winterstraat 25. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 06/10/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_06786 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076759. Deken De Winterstraat 25. District Berchem - Goedkeuring 2023_CBS_06786 - Omgevingsvergunning - OMV_2023076759. Deken De Winterstraat 25. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023076759

Gegevens van de aanvrager:

de heer Glenn De Weerdt met als adres Deken de Winterstraat 25 te 2600 Antwerpen en mevrouw Sofie Demeulenaere met als adres Deken de Winterstraat 25 te 2600 Antwerpen

Ligging van het project:

Deken De Winterstraat 25 te 2600 Berchem

Kadastrale percelen:

afdeling 21 sectie A nr. 355/2W3

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis  

-          27/05/1964: toelating (957#6016) voor het vervolledigen van de tweede verdieping;

-          05/02/1964: toelating (957#1199) voor het oprichten van een woning;

 

Geacht vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte op het gelijkvloers van 10,00 m op de linker perceelsgrens (exclusief trap naar de kelder) en 12,40 m aan de linkerzijde;
  • bouwdiepte van 10,00 m op de 1ste en 2de verdieping;
  • kroonlijsthoogte 9,00 m.

-          gevelafwerking:

  • lichtgeel genuanceerde gevelsteen met kaders rond de ramen en voordeur in witte hardsteen;
  • houten schrijnwerk;
  • plint in arduin van 5 cm hoog;

-          inrichting:

  • onverharde voortuin met wandelpad;
  • zijtuin met wandelpad langs de woning en oprit in de vorm van een karrenspoor;
  • garage op de achterste perceelsgrens.

 

Bestaande toestand

Conform geacht vergunde toestand, behalve:

-          veranda aan de achterzijde van de woning zodat de bouwdiepte 12,40 m bedraagt;

-         oprit naar de garage volledig verhard met grind.

 

Nieuwe toestand

-          functie: 

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte op het gelijkvloers van 15,17 m over de volledige breedte van de woning;
  • bouwdiepte van 10,05 m op de 1ste en 2de verdieping;
  • kroonlijsthoogte 9,00 m.

-          gevelafwerking:

  • voorgevel conform geacht vergunde toestand;
  • zijgevel conform geacht vergunde toestand met nieuwe aanbouw in bronskleurig aluminium plaatmateriaal en een dakrand in donker aluminium;
  • achtergevel in gevelpleister (kleur niet gespecifieerd op plan) na isolatie.

-          inrichting:

  • onverharde voortuin met wandelpad;
  • zijtuin met wandelpad langs de woning en volledig verharde oprit in grind;
  • garage op de achterste perceelsgrens.

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van de veranda aan de achtergevel;

-          uitbreiden van het volume met een gelijkvloerse aanbouw;

-          gevelafwerking van de gelijkvloers aanbouw in bronskleurig aluminium;

-          wijzigen van de scheimuren op het gelijkvloers;

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          na-isoleren van de achtergevel.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt in de verkaveling 196639, goedgekeurd op 22 juni 1966, meer bepaald in lot(en) 59H.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 6 – harmonie en draagkracht. Als gevelafwerking voor de nieuwe uitbreiding wordt bronskleurige aluminium voorzien. Dit binnen een buurt die gekenmerkt wordt door baksteengevels.
  • Artikel 38 – Groendaken. Het is verplicht om nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als een groendak, indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 vierkante meter.
    Het plat dak van de nieuwe aanbouw is afgewerkt met roofing. Er wordt geen informatie over een mogelijke hemelwaterput aangeleverd.
  • Artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen, Artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel en artikel 43 septische putten.
    Er wordt geen informatie over het rioleringsstelsel aangeleverd.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).


Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie. Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd. Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd. Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De Deken De Winterstraat wordt gekenmerkt door zowel meer- als eengezinswoningen. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat. 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het pand van 3 bouwlagen vormt de beëindiging van een reeks van aaneengesloten panden in bebouwing van eveneens 3 bouwlagen hoog. Het pand bestaat uit een hoofdvolume met een bouwdiepte van 10,05 m. Een achterliggende gelijkvloerse aanbouw in het verlengde van de zijgevel brengt de gelijkvloerse bouwdiepte op 12,42 m. De ruimte tussen de aanbouw en de scheimuur met de linkerbuur werd ingevuld met een veranda.

 

Naast enkele beperkte constructieve werken die een beter ruimtegebruik van de beschikbare ruimte beogen, voorziet de aanvraag ook in de sloop van zowel de aanbouw als de veranda en de bouw van een nieuw gelijkvloers volume met een dakrandhoogte op 3,16 m en grotere bouwdiepte. De zijgevel van de aanbouw blijft echter behouden.

 

De nieuwe gelijkvloerse bouwdiepte komt zo van 12,42 m op 15,17 m te liggen. Deze bouwdiepte is identiek aan de bouwdiepte van het linkerbuurpand en sluit aan op de opgaande scheimuur van 3 bouwlagen van dit pand waardoor geen bijkomende negatieve gevolgen voor de privacy en de bezonning van de naastgelegen perceel te verwachten valt. 

 

De voorziene uitbreiding is bijgevolg aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

De voorgevel en zijgevel van het hoofdvolume blijven behouden en ongewijzigd. 

 

De gevelwand van nieuwe uitbreiding wordt uitgevoerd in bronskleurig aluminium en afgewerkt met een donkere aluminium dakrand. Er wordt geen informatie over de plaatsingswijze, aansluiting of dimensionering van de platen aangeleverd. Ondanks het feit dat deze afwerking a-typisch en onkenmerkend is in de buurt (bouwcode, art. 6), kan gesteld worden dat de beperkte toepassing van de voorgestelde materialisatie hier stedenbouwkundig aanvaardbaar is.

 

In de voorliggende aanvraag wordt de bronskleurige beplating tot tegen de behouden zijgevel van de verwijderde aanbouw doorgetrokken. De gelijkvloerse zijgevel van de nieuwe aanbouw bestaat zo deels uit baksteen en beplating. Deze uitvoering is niet wenselijk omdat dit geen eerlijke vertaling van een volledige nieuwe aanbouw weergeeft. In voorwaarden wordt opgenomen om de volledige zijgevel van de nieuwe gelijkvloerse aanbouw tot tegen het bestaande hoofdvolume in eenzelfde materiaal uit te werken zodat de leesbaarheid tussen het bestaande hoofdvolume en de nieuwe uitbreiding duidelijk blijft.

 

Enkel de achtergevel wordt na-geïsoleerd en afgewerkt met gevelpleister. Het bestaande houten schrijnwerk blijft behouden. De totale dikte van dit afwerkingspakket wordt niet op de plannen aangeduid. Ook de aansluiting met de bakstenen zijgevel wordt niet aangegeven.

In voorwaarden wordt opgenomen dat de bestaande zichtbare kopse kant van de donkerbruine gevelsteen van de zijgevel zoals deze nu zichtbaar is ook zichtbaar moet blijven. Op deze manier kan de gevelisolatie aansluiten achter de regenwaterafvoer van de zijgevel zonder dat de bakgoot verlengd moet worden. Zo blijft de zijgevel van het hoofdvolume visueel behouden.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden is de aanvraag visueel inpasbaar in de omgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er wordt opgemerkt dat het plat dak van de nieuwe aanbouw meer dan 20 m² meet maar afgewerkt is met roofing en niet aangelegd zal worden als groendak. (bouwcode, art. 38) De bouwcode laat voor eengezinswoningen een uitzondering toe voor de aanleg van platte daken als groendak indien deze aangesloten zijn op een regenwaterput. Omdat hier geen gegevens van worden aangeleverd, wordt in de voorwaarden opgenomen om het plat dak als groendak aan te leggen.

 

Omdat ook geen rioleringsplan wordt aangeleverd kan de aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel niet nagegaan worden. In voorwaarden wordt opgenomen dat dit dient te voldoen aan art. 40, 41 & 43 van de bouwcode. 

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.   

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De gevelafwerking van de gelijkvloerse uitbreiding moet in de zijgevel op het hoofdvolume aansluiten.

3. De gevelisolatie ter hoogte van de achtergevel dient beperkt te blijven zodat de kopse kant van de zijgevelafwerking zichtbaar blijft en de bakgoot van de zijgevel niet verlengd dient te worden.

4. Het plat dak van de uitbreiding moet conform artikel 38 van de bouwcode als groendak aangelegd worden indien dit dak niet aangesloten wordt op een regenwaterput. 

5. Het rioleringsstelsel dient te voldoen aan artikels 40, 41 en 43 van de bouwcode.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

8 juni 2023

Volledig en ontvankelijk

31 juli 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

29 september 2023

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

28 december 2023

Verslag GOA

26 september 2023

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De gevelafwerking van de gelijkvloerse uitbreiding moet in de zijgevel op het hoofdvolume aansluiten.

3. De gevelisolatie ter hoogte van de achtergevel dient beperkt te blijven zodat de kopse kant van de zijgevelafwerking zichtbaar blijft en de bakgoot van de zijgevel niet verlengd dient te worden.

4. Het plat dak van de uitbreiding moet conform artikel 38 van de bouwcode als groendak aangelegd worden indien dit dak niet aangesloten wordt op een regenwaterput. 

5. Het rioleringsstelsel dient te voldoen aan artikels 40, 41 en 43 van de bouwcode.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.