Terug
Gepubliceerd op 30/05/2023

2023_CBS_03435 - Omgevingsvergunning - OMV_2022168552. Trapstraat 60. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 26/05/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_03435 - Omgevingsvergunning - OMV_2022168552. Trapstraat 60. District Antwerpen - Goedkeuring 2023_CBS_03435 - Omgevingsvergunning - OMV_2022168552. Trapstraat 60. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022168552

Gegevens van de aanvrager:

de heer Yves Huts met als contactadres Vosstraat 10 te 9170 Sint-Gillis-Waas

Ligging van het project:

Trapstraat 60 te 2060 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 7 sectie G nr. 236K3

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume met extra bouwlaag;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          het doorvoeren van constructieve werken aan de gevels en intern.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

27 februari 2023

28 februari 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 1 zone voor wonen - (wo) en artikel 7 zone voor publiek domein - (pu).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgende punten:

-          1.3 Harmonieregel en referentiebeeld:

  • Hoofdgebouw: De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met 4 bouwlagen waarvan de bovenste bouwlaag is uitgewerkt als een schuin dak of mansardedak. De uitwerking van de bovenste laag kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd.
  • Entresol: De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met een entresol van 3 bouwlagen. Een entresol van 4 bouwlagen kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd.
  • Het project overschrijdt de ruimtelijke draagkracht, zie punt 1.4 Draagkracht.

-          1.4 Draagkracht:

  • De plannen tonen 6 slaapkamers met in totaal 9 slaapplaatsen als je alle hoofdkussens telt op de plannen. Enkel de gelijkvloerse verdieping wordt ingericht als verblijfsruimtes voor dagfuncties. Deze oppervlakte staat niet in verhouding met het aantal inwoners. Daarenboven wordt de gelijkvloerse leefruimte 11 m diep voorzien die grotendeels enkelzijdig wordt verlicht en verlucht. Een vermindering van deze diepte en het programma hieromtrent dient te worden opgelegd.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 34 stabiliteit en scheidingsmuren:

Het gedeelte van de scheidingsmuren heeft geen opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden.
De scheidingsmuur ten opzichte van de linkerbuur wordt uitgevoerd in een enkelvoudige muur, bijgevolg dient deze uitgevoerd te worden in een ongeperforeerd materiaal en een minimale dikte te hebben van 18 cm. De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten esthetisch verantwoord en volgens de regels der kunst afgewerkt worden;

  • artikel 38 Groendaken:

De nieuwe daken moeten worden voorzien als groendaken, deze zijn groter dan 20 m² en werden niet aangeduid op de legende.

  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

Toezichtputten dienen zo dicht mogelijk tegen de perceelsgrens voorzien te worden. De toezichtsput van het DWA bevindt zich halverwege de kelder;

  • artikel 43 Septische putten:

Inhoud van de nieuwe septische put werd niet vermeld op de plannen, deze dient minimaal te beschikken over 2000 l.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid en Visueel-vormelijke elementen

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met 4 bouwlagen waarvan de bovenste bouwlaag is uitgewerkt als een schuin dak of mansardedak boven een kroonlijst. De uitwerking van de bovenste laag kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd.

Een afwijking is echter aanvaardbaar gelet op dat de schaal van het volume van een mansardedak grotendeels gelijk is aan de schaal van het volume van de voorziene bovenste laag én gelet op dat door de uitwerking een kwaliteitsvolle relatie tussen de oude en nieuwe architectuur en het bestaande weefsel ontstaat op voorwaarde dat de voorziene kroonlijst wordt voorzien als een uitstekende kroonlijst zoals kenmerkend.

 

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met een entresol van 3 bouwlagen. Een entresol van 4 bouwlagen kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd. De uitbreiding van de entresol zal bijgevolg worden uitgesloten van vergunning.

 

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met een bouwdiepte van circa 17 m op het gelijkvloers. De hoogte van de voorziene uitbreiding tot 17 m overschrijdt de hoogte van het gelijkvloers in het hoofdgebouw niet. De te verwachten hinder die hier zal ontstaan omwille van de uitwerking van de bouwdiepte en hoogte van het gelijkvloers resulteert bijgevolg niet in een bijkomende hinder die in een stedelijke omgeving de gangbare normale burenhinder zal overschrijden gelet op de kenmerkende schaal van deze volumes in de omgeving.

 

De stad Antwerpen hanteert een afwegingskader op aanvragen voor een stedenbouwkundige vergunning voor buitengevelisolatie. Bij een gunstig advies tot plaatsing van buitengevelisolatie is men verplicht om de werken over de volledige dikte van 14 cm uit te voeren. Op die manier wordt er maximale energiebesparing gerealiseerd binnen de bepalingen van het rooilijnendecreet.

Dit zal worden opgelegd in voorwaarden bij het verlenen van de vergunning.

 

De uitstekende delen van een gevel (plint, raamdorpel, kroonlijst, …) zorgen voor een detaillering van de gevel. Daarnaast hebben deze details ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen, vervuiling, ... De foto’s van de bestaande toestand tonen dat er een uitstekende kroonlijst aanwezig is. In voorwaarden van de vergunning wordt opgenomen dat deze kroonlijst dient behouden te blijven door deze te verplaatsen of te vervangen door een nieuw element in hetzelfde materiaal en met dezelfde hoogte en uitsteek ten opzichte van het gevelvlak zoals in de bestaande toestand.

 

Wanneer er zich in de bestaande toestand openbare verlichtingsarmaturen (of andere elementen van nutsvoorzieningen) bevinden aan de gevel moeten deze na het uitvoeren van de werken opnieuw gemonteerd worden aan de gevel op een duurzame manier (eventueel met een achterliggende constructie). Deze elementen moeten te allen tijde kunnen hersteld worden of weggenomen worden. Indien nodig wordt hiervoor contact opgenomen met de dienst Openbaar Domein.

 

Wanneer de nieuwe constructie tot op het openbaar domein komt moet er rekening mee worden gehouden dat het voetpad in de toekomst hersteld kan worden zonder dat er aan de voorgevel ingrepen moeten gebeuren. Dit kan door de bestaande stoeptegel voor de werken weg te nemen en na de werken terug te plaatsen.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De plannen tonen 6 slaapkamers met in totaal 9 slaapplaatsen als je alle hoofdkussens telt op de plannen. Enkel de gelijkvloerse verdieping wordt ingericht als verblijfsruimtes voor dagfuncties. Deze oppervlakte staat niet in verhouding met het aantal inwoners. Daarenboven wordt de gelijkvloerse leefruimte 11 m diep voorzien die grotendeels enkelzijdig wordt verlicht en verlucht. Een vermindering van deze diepte en het programma hieromtrent dient te worden opgelegd.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De kroonlijst te voorzien als een uitstekende kroonlijst zoals kenmerkend.

3. Alle handelingen, werken en wijzigingen in verband met de uitbreiding van de entresol met een bijkomende bouwlaag worden uitgesloten van de vergunning.

4. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter.

5. De elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen.

6. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein op die manier dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

7. Het gelijkvloers maximaal uit te breiden tot een bouwdiepte van 15 m.

8. De scheidingsmuur ten opzichte van de linkerbuur dient uitgevoerd te worden conform de bepalingen van artikel 34 van de bouwcode.

9. De verblijfsruimten op +3 niet te voorzien als slaapkamer.

10. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

11. De nieuwe daken te voorzien als groendak conform de bepalingen van artikel 38 van de bouwcode.

12. De toezichtsputten dienen zo dicht mogelijk tegen de perceelsgrens voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 41 van de bouwcode.

13. Een septische put te voorzien met een inhoud conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

19 december 2022

Volledig en ontvankelijk

27 februari 2023

Start openbaar onderzoek

8 maart 2023

Einde openbaar onderzoek

6 april 2023

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

10 september 2023

Verslag GOA

12 mei 2023

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

8 maart 2023

6 april 2023

0

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

 

  1. De kroonlijsthoogte en het aantal bouwlagen wijken af van het referentiebeeld en de dominante bestaande bebouwing: de bezwaarindiener geeft aan dat de aanvraag niet in harmonie is binnen het referentiebeeld. Dit referentiebeeld betreft namelijk 3 bouwlagen en een zadeldak. De aanvrager voorziet 4 volwaardige bouwlagen, zowel ter hoogte van het hoofdvolume als ter hoogte van het achtervolume. Dit is volgens de bezwaarindiener niet in harmonie met de omgeving.

Beoordeling

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met 4 bouwlagen waarvan de bovenste bouwlaag is uitgewerkt als een schuin dak of mansardedak boven een kroonlijst. De uitwerking van de bovenste laag kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd. Het bezwaar is hieromtrent deels gegrond.

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met een entresol van 3 bouwlagen. Een entresol van 4 bouwlagen kan bijgevolg niet kenmerkend worden genoemd. Het bezwaar is hieromtrent gegrond.

Met betrekking tot het eerste punt is een afwijking echter aanvaardbaar gelet op dat de schaal van het volume van een mansardedak grotendeels gelijk is aan de schaal van het volume van de voorziene bovenste laag én gelet op dat door de uitwerking een kwaliteitsvolle relatie tussen de oude en nieuwe architectuur en het bestaande weefsel ontstaat op voorwaarde dat de voorziene kroonlijst wordt voorzien als een uitstekende kroonlijst zoals kenmerkend.

 

  1. Lichtinval, bezonning en privacy: de bezwaarindiener geeft aan dat de aanvraag niet aan de eisen voor lichtinval, bezonning en privacy voldoet. De privacy en bezonning van o.a. nummer 62 komen door de bijkomende bouwlaag zwaar onder druk te staan.

Beoordeling

Gelet op de typische configuratie binnen het stedelijk weefsel bestaat er altijd een vorm van hinder, veroorzaakt door de omwonenden waarbij van alle betrokken partijen een zekere tolerantie is vereist. De te verwachten hinder die hier zal ontstaan omwille van de uitwerking van de bovenste bouwlaag ter hoogte van het hoofdvolume resulteert niet in een bijkomende hinder die in een stedelijke omgeving de gangbare normale burenhinder zal overschrijden gelet op de kenmerkende schaal van deze volumes in de omgeving. Het bezwaar is hieromtrent ongegrond.

De te verwachten hinder die hier zal ontstaan omwille van de uitwerking van de bovenste bouwlaag ter hoogte van de entresol resulteert wel in een bijkomende hinder die in een stedelijke omgeving de gangbare normale burenhinder zal overschrijden gelet op de kenmerkende schaal van deze volumes in de omgeving. Het bezwaar is hieromtrent gegrond.

 

  1. Onaanvaardbare bouwdiepte en bouwhoogte gelijkvloers: de bezwaarindiener geeft aan dat de gewenste nieuwe gelijkvloerse achterbouw bijkomende onaanvaardbare hinder creëert ten opzichte van de tuin van huisnummer 60.

Beoordeling

De omgeving bestaat het talrijkst uit panden met een bouwdiepte van circa 17 m op het gelijkvloers. De hoogte van de voorziene uitbreiding tot 17 m overschrijdt de hoogte van het gelijkvloers in het hoofdgebouw niet. De te verwachten hinder die hier zal ontstaan omwille van de uitwerking van de bouwdiepte en hoogte van het gelijkvloers resulteert bijgevolg niet in een bijkomende hinder die in een stedelijke omgeving de gangbare normale burenhinder zal overschrijden gelet op de kenmerkende schaal van deze volumes in de omgeving.

Het bezwaar is bijgevolg ongegrond.

 

  1. Constructieve problemen: de bezwaarindiener geeft aan dat de gewenste gelijkvloerse uitbreiding niet-geringe constructieve problemen met zich meebrengt. Ook de thermische isolatie van de diepere uitbouw zal volledig op eigen perceel dienen te gebeuren, wat de beperkte nuttige breedte achteraan verder zal beperken en de woonkwaliteit dus niet ten goede komt.

Beoordeling

Het bezwaar betreft een uitvoeringstechnische aangelegenheid die losstaat van de stedenbouwkundige beoordeling van de aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de aanvrager/bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke afspraken voor en tijdens de uitvoer der werken. Het bezwaar is ongegrond.

 

  1. Overschrijden ruimtelijke draagkracht en te verwachten overlast:

De bezwaarindiener geeft aan dat het project de ruimtelijke draagkracht van het terrein en de ruimere omgeving overschrijdt. De functie ‘eengezinswoning’ wordt niet ondersteund door het bouwvolume, bouwhoogte, bouwdiepte en binneninrichting. De oppervlaktes van de leefruimten en de tuin staan niet in verhouding tot het aantal slaapkamers. Het inwonen van 9 personen zal voor de nodige akoestische en andere overlast zorgen.

Beoordeling

Het bouwvolume en de bouwhoogte worden al behandeld in voorgaande bezwaren.

De plannen tonen inderdaad 6 slaapkamers met in totaal 9 slaapplaatsen als je alle hoofdkussens telt op de plannen.

Enkel de gelijkvloerse verdieping wordt ingericht als verblijfsruimtes voor dagfuncties. Deze oppervlakte staat inderdaad niet in verhouding met het aantal inwoners. Daarenboven wordt de gelijkvloerse leefruimte 11 m diep voorzien die grotendeels enkelzijdig wordt verlicht en verlucht. Dit is onaanvaardbaar. Het bezwaar is bijgevolg hieromtrent deels gegrond.

 

  1. Foutieve plannen:

De bezwaarindiener geeft aan dat er verkeerde en onduidelijke informatie is weergegeven op de plannen.

Beoordeling

De ingediende plannen en documenten omschrijven voldoende hoe het nieuwe project er zal uitzien en wat de invulling zal zijn. Het dossier is nagekeken op volledigheid en is tevens volledig beoordeelbaar. Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De kroonlijst te voorzien als een uitstekende kroonlijst zoals kenmerkend.

3. Alle handelingen, werken en wijzigingen in verband met de uitbreiding van de entresol met een bijkomende bouwlaag worden uitgesloten van de vergunning.

4. De isolatie samen met het afwerkingsmateriaal uit te voeren met een totale dikte van 14 centimeter.

5. De elementen voor straatverlichting of nutsvoorzieningen die zich aan de gevel bevinden in de bestaande toestand, integraal te verplaatsen.

6. De nieuwe constructie te laten aansluiten op het openbaar domein op die manier dat toekomstige werkzaamheden aan het openbaar domein kunnen plaatsvinden los van herstelwerken aan de nieuwe constructie.

7. Het gelijkvloers maximaal uit te breiden tot een bouwdiepte van 15 m.

8. De scheidingsmuur ten opzichte van de linkerbuur dient uitgevoerd te worden conform de bepalingen van artikel 34 van de bouwcode.

9. De verblijfsruimten op +3 niet te voorzien als slaapkamer.

10. Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

11. De nieuwe daken te voorzien als groendak conform de bepalingen van artikel 38 van de bouwcode.

12. De toezichtsputten dienen zo dicht mogelijk tegen de perceelsgrens voorzien te worden conform de bepalingen van artikel 41 van de bouwcode.

13. Een septische put te voorzien met een inhoud conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.