Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2022170405 |
Gegevens van de aanvrager: | Belkacem El Azaoui met als adres Marnixstraat 16 bus A46 te 2060 Antwerpen |
Ligging van het project: | Handelstraat 8 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 5 sectie E nr. 444C4 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van aanbouwen en het wijzigen van de voorgevel |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een volume (gemeenschappelijke koer) op de derde verdieping tegen de rechter perceelgrens;
- uitbreiden van het volume met een aanbouw van 1 bouwlaag op de eerste verdieping;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de rechter scheimuur;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Brandweerzone Antwerpen-Zwijndrecht - Hulpverleningszone 1 (Antwerpen)/ Brandweer Zone Antwerpen BZA | 28 februari 2023 | 6 maart 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 28 februari 2023 | 16 maart 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone recht van voorkoop - algemene voorschriften en artikel 2 zone voor detailhandel - (de).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:
- Artikel 2.1 Bestemmingen (Zone voor detailhandel)
Detailhandel is enkel toegelaten op het gelijkvloers. Het toevoegen van een berging op de 1ste verdieping in functie van de ondergelegen handelsruimte is strijdig met de bestemmingsvoorschriften.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De berging in functie van de gelijkvloerse detailhandel op de 1ste verdieping is strijdig met de bestemmingsvoorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan 2060 en aldus niet functioneel inpasbaar. Detailhandel is enkel toegelaten op het gelijkvloers.
De uitbreiding van de handel naar de 1ste verdieping wordt uitgesloten van vergunning.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume zoals voorgesteld. De invulling op de 1ste verdieping en het supprimeren van buitenruimte op de 2de verdieping is echter niet aanvaardbaar.
De volume-uitbreiding ter hoogte van de achterbouw op de 1ste verdieping is op zich ruimtelijk aanvaardbaar en niet storend voor de omgeving. De functie (berging bij detailhandel) is echter niet aanvaardbaar op de 1ste verdieping. Verder is deze uitbreiding in functie van het gelijkvloers nefast voor de woonkwaliteit of uitbreidingspotentieel van het appartement op de 1ste verdieping. Zo beschikt de achtergelegen verblijfsruimte over onvoldoende verblijfskwaliteit door beperkte lichten, zichten en privacy. Licht en lucht worden gezien als basiskwaliteiten voor elke ruimte waar mensen langer verblijven. Voldoende daglichttoetreding, gecombineerd met uitzicht van de woning zijn basisvoorwaarden voor een minimum verblijfskwaliteit van elke woning. Bij de lichttoetreding is niet alleen daglichttoetreding belangrijk, maar ook het zicht. Voor de belevingswaarde van elke verblijfsruimte moet er effectief naar buiten gekeken kunnen worden. Lichten en zichten dienen oordeelkundig geplaatst te worden, rekening houdende met bezonning, privacy, visueel contact met de omgeving en de interne planschikking.
De uitbreiding op de 1ste verdieping wordt uitgesloten van vergunning.
Het supprimeren van de overdekte koer in de achterbouw op de 2de verdieping vormt een ruimtelijke verbetering in het bouwblok. Gezien het pand gelegen is in de oksel van het bouwblok wordt meer openheid gecreëerd. Dit vormt een aanzienlijke verbetering voor de woonkwaliteit van de aangrenzende panden. Dit volume op de 2de verdieping betreft echter in laatst vergunde toestand een gemeenschappelijke koer die als (overdekte) buitenruimte voor alle bewoners gebruikt kan worden. Het verplichten van buitenruimte is erop gericht om het wonen in de stad aantrekkelijker te maken. In voorwaarde wordt opgelegd een dakterras te voorzien op het hoogste dak met opengaande koepel zoals rood aangeduid op de plannen. De overige oppervlakte van het dak dient aangelegd te worden als groendak. De stad zet erg in op klimaatrobuuste ingrepen. Zowel vanuit duurzaamheid als vanuit beeldkwaliteit heeft een groendak een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van een gewoon dak. Ze zorgen voor een kleinere hoeveelheid afgevoerd regenwater en beperken gelijktijdig het piekdebiet bij stortbuien. Ook verminderen ze het “urban heat island” effect en werken ze als (extra) dakisolatie. Door hun groene karakter zijn ze aangenamer om op te kijken en verhogen ze de biodiversiteit. Omwille van deze positieve effecten is het noodzakelijk platte daken ten minste als extensief groendak aan te leggen.
Visueel-vormelijke elementen
Het voorgestelde materiaalgebruik, wit PVC buitenschrijnwerk op de verdiepingen en grijs PVC buitenschrijnwerk op het gelijkvloers past zich in in de omgeving.
De combinatie van het grijs buitenschrijnwerk met een afwerkingsboord in wit aluminium boven de gelijkvloerse pui en de penanten links en rechts naast deze pui afgewerkt in hout doen afbreuk aan de beeldkwaliteit van de handelsplint in de straatwand. De boord boven de pui en de afwerking van de twee penanten aan weerszijde van de gelijkvloerse pui worden uitgesloten van vergunning.
Verder is het onduidelijk hoe de reclame wordt aangebracht. Indien deze niet wordt aangebracht conform het vrijstellingenbesluit dient hiervoor een vergunning aangevraagd te worden.
De afmetingen van de lichtbak op de eerste verdieping zijn niet conform artikel 33 van de bouwcode. De lichtbak wordt uitgesloten van vergunning.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag is strijdig met een aantal artikels van de bouwcode zoals omschreven in de toetsing van de voorschriften. Hieromtrent zullen voorwaarden worden opgelegd in de vergunning.
Voor het overige voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4. een dakterras te voorzien op het hoogste dak met opengaande koepel zoals rood aangeduid op de plannen. De overige oppervlakte van het dak dient aangelegd te worden als groendak;
5. een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;
6. het gescheiden rioolstelsel uit te voeren conform artikel 40 en 41 van de bouwcode;
7. de volume-uitbreiding op de eerste verdieping wordt uitgesloten van vergunning;
8. de voorgestelde wijzigingen aan de omlijsting van de winkelpui worden uitgesloten van vergunning.
9. de publiciteit ter hoogte van de eerste verdieping wordt uitgesloten van vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 28 december 2022 |
Volledig en ontvankelijk | 28 februari 2023 |
Start openbaar onderzoek | 9 maart 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 7 april 2023 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 11 september 2023 |
Verslag GOA | 30 mei 2023 |
naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
9 maart 2023 | 7 april 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4. een dakterras te voorzien op het hoogste dak met opengaande koepel zoals rood aangeduid op de plannen. De overige oppervlakte van het dak dient aangelegd te worden als groendak;
5. een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;
6. het gescheiden rioolstelsel uit te voeren conform artikel 40 en 41 van de bouwcode;
7. de volume-uitbreiding op de eerste verdieping wordt uitgesloten van vergunning;
8. de voorgestelde wijzigingen aan de omlijsting van de winkelpui worden uitgesloten van vergunning.
9. de publiciteit ter hoogte van de eerste verdieping wordt uitgesloten van vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.