Terug
Gepubliceerd op 12/06/2023

2023_CBS_03924 - Meerjarenplan 2020-2025 - Versneld inschrijven middelen in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 09/06/2023 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Annick De Ridder, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2023_CBS_03924 - Meerjarenplan 2020-2025 - Versneld inschrijven middelen in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan - Goedkeuring 2023_CBS_03924 - Meerjarenplan 2020-2025 - Versneld inschrijven middelen in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Op het college van 20 januari 2023 (jaarnummer 377) werd de timing voor de zevende aanpassing van het meerjarenplan goedgekeurd. Gewoonlijk voert de stad 2 aanpassingen meerjarenplan per jaar uit, één in het voorjaar en één in het najaar. De impact van de cyber-aanval vereist een bijstelling van deze aanpak. In 2023 gebeurt er daarom enkel in het najaar een aanpassing van het meerjarenplan.

In afwachting van de aanpassing van het meerjarenplan kunnen de nodige budgettaire verschuivingen maximaal uitgevoerd worden door middel van interne kredietaanpassingen light. In voorliggend collegebesluit gaat het om specifieke budgettaire dossiers die in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan reeds extra actie vereisen.

Gelijkaardige besluiten werden goedgekeurd op het college van 24 februari 2023 (jaarnummer 1078) , 10 maart 2023 (jaarnummer 1429) en 31 maart 2023 (jaarnummer 1967), 21 april 2023 (jaarnummer 2556), 2 juni 2023 (jaarnummer 3683) en op het vast bureau van 5 mei 2023 (jaarnummer 105). 

Juridische grond

Artikel 13 van het Besluit van de Vlaamse regering betreffende de beleids- en beheerscyclus van 26 juni 2018:
"De uitgavenkredieten zijn limitatief op het niveau van het totaal van de exploitatie en het totaal van de investeringen.
De kredieten mogen alleen gebruikt worden voor de bestemming die in het meerjarenplan wordt vooropgesteld."

Argumentatie

Voorstellen

1. Vlaamse subsidie e-Inclusie

Voor stad Antwerpen werd er in november 2022 3.633.512,00 EUR toegekend vanuit Vlaanderen voor in het kader van de subsidie 'Iedereen Digitaal - uitrol van een lokaal e-inclusiebeleid'. In eerdere besluiten van 24 februari 2023 (jaarnummer 1078) en 31 maart 2023 (jaarnummer 1967) werd al respectievelijk 835.976,59 EUR en 112.500,00 EUR versneld voorzien voor concrete projecten.

De resterende middelen van deze subsidie werden nog niet opgenomen in het meerjarenplan. Voor de realisatie van (stadsinterne) digitale inclusie-acties, wordt er gevraagd om opnieuw een deel van de uitgaven in 2023 versneld in te schrijven. Het gaat concreet om volgende zaken:

  • Communicatiebudget voor het aanmaken van roll ups, beachflags en ander promotie- en sensibiliseringsmateriaal: 25.000,00 EUR
  • Middelen voor nulmeting digitale inclusie via burgerbevraging: 65.000,00 EUR
  • Middelen voor pilootopleiding digitale vaardigheden van stadsmedewerkers: 10.000,00 EUR
  • Werkingsmiddelen voor uitvoering van stadsinterne digitale inclusieprojecten die momenteel in voorbereiding zijn: 300.000,00 EUR

Te voorzien bedrag: 400.000,00 EUR


2. Individueel maatwerk

Op 14 januari 2022 keurde de Vlaamse Regering het decreet maatwerk bij individuele inschakeling definitief goed. Het decreet maatwerk bij individuele inschakeling zou ingaan vanaf 1 januari 2023, maar werd met 6 maanden uitgesteld. Vlaanderen vroeg om in de overgangsperiode 2023-2025 het bestaande lokale dienstenaanbod te continueren, het college nam hierover op 17 juni 2022 een positieve principesbeslissing (jaarnummer 5057).

Het Vlaamse departement Werk & Sociale Economie (WSE) moest na de goedkeuring van het decreet duidelijkheid verschaffen over het bedrag dat aan stad Antwerpen in functie van het decreet werd toegekend. Die duidelijkheid heeft aanzienlijke vertraging opgelopen, waardoor het bedrag tot voor kort onbekend bleef en niet kon voorzien worden in het meerjarenplan. Stad Antwerpen krijgt voor een volledig jaar voorlopig 2.050.756,12 euro toegekend. Voor 2023 wordt er rekening gehouden met de helft van dit bedrag, nl. 1.025.378,06 euro, omdat het decreet ingaat vanaf 1 juli 2023.

Deze middelen zullen bestemd worden voor deels voor personeelskosten van Werkhaven (stedelijke personeelslijn) (429.735,95 euro) en deels voor de externe organisaties die actief zijn in de lokale diensteneconomie (LDE) op het grondgebied stad Antwerpen (595.642,12 euro). Omdat de middelen die aan de LDE-organisaties worden toegekend betrekking zullen hebben op de periode 1 juli 2023-31 december 2023, is het niet mogelijk om de zevende aanpassing van het meerjarenplan af te wachten om deze organisaties uit te betalen. De nominatieve toekenningen zullen op de gemeenteraad van september worden gebracht. 

Te voorzien bedrag: 595.642,12 euro


Financieel-technisch

Voor deze uitgaven wordt voorgesteld om, in afwijking van het organisatiebeheersingssysteem, uitzonderlijk de voorgestelde methode aan te wenden in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025. Aangezien er in dit geval ontvangsten toegekend zijn en deze nog kunnen worden verwerkt bij de zevende aanpassing van het meerjarenplan, is er geen risico op een blijvende impact op de financiële evenwichten.

Bij de decretale grenzen voor kredietbewaking wordt er gekeken naar de totale geraamde exploitatie-uitgaven of investeringsuitgaven als uiterste grens voor de som van de aanrekeningen op exploitatie of investeringen. De diepere inhoudelijke onderverdeling (zoals doelstelling, budgetpositie,...) werkt niet beperkend, in tegenstelling tot de beperking die er vroeger was op niveau van het beleidsdomein. Hierdoor wordt het mogelijk om een bijkomend uitgavenkrediet in het meerjarenplan op exploitatie of investeringen op te nemen en onmiddellijk te besteden. 

Financiën/meerjarenplan zal erop toezien dat de totale aanrekeningen op exploitatie-uitgaven het initieel geraamd bedrag van de exploitatie-uitgaven na de zesde aanpassing van het meerjarenplan, niet overschrijden. Er zal in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 een negatieve exploitatie-uitgave worden opgenomen in 2023 voor het totaal van de toegevoegde bedragen. 

Deze uitgaven zullen in het meerjarenplan worden verwerkt zoals aangegeven in bijlage.

Voor het besteden van deze middelen zijn de gewone bestelprocedures van kracht.

Algemene financiële opmerkingen

De uitgaven worden in afwachting van de zevende aanpassing van het meerjarenplan in 2023 opgenomen zoals vermeld in bijlage.

De ontvangsten worden verwerkt bij de zevende aanpassing van het meerjarenplan, zoals vermeld in bijlage.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist om de kredieten vermeld in bijlage in uitgaven op te nemen in het meerjarenplan in 2023, zonder dat het totaal van de aanrekeningen op exploitatie-uitgaven het initieel voorziene totaal op exploitatie na de zesde aanpassing van het meerjarenplan mag overschrijden. 

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Artikel 3

Het college geeft opdracht aan:

AfdelingOpdracht
Fi/meerjarenplante bewaken dat het totaal van de aanrekeningen op exploitatie-uitgaven het initieel voorziene totaal op exploitatie na de zesde aanpassing van het meerjarenplan niet overschrijdt.
FI/meerjarenplande genoemde uitgaven te verwerken in het meerjarenplan in 2023 en SAP
FI/meerjarenplande genoemde effecten te verwerken in het meerjarenplan in 2023 bij de zevende aanpassing van het meerjarenplan.