Terug
Gepubliceerd op 17/07/2023

2023_CBS_04862 - Omgevingsvergunning - OMV_2022141279. Kattenstraat 6. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 14/07/2023 - 09:00 digitaal - contact: Tania Stremersch / bz_besluitvorming_mailbox@antwerpen.be
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Bart De Wever, burgemeester; Tom Meeuws, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2023_CBS_04862 - Omgevingsvergunning - OMV_2022141279. Kattenstraat 6. District Antwerpen - Weigering 2023_CBS_04862 - Omgevingsvergunning - OMV_2022141279. Kattenstraat 6. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2022141279

Gegevens van de aanvrager:

de heer Bart Buyens met als adres Kattenstraat 6 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Kattenstraat 6 te 2000 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 2 sectie B nr. 1726C

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

renoveren en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          29/07/2016: vergunning (2016995) voor het verbouwen van een tweegevelwoning;

-          30/07/1982: vergunning (18#61941) voor een verbouwing.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met verscheidene dakvormen;
  • verharde koer van circa 7,3 m² rechts achteraan het perceel;

-          gevelafwerking:

  • plint en dorpels natuursteen;
  • gevelpleister geel;
  • gelijkvloerse verdieping schrijnwerk aluminium;
  • eerste en tweede verdieping schrijnwerk hout wit.

 

Bestaande toestand

-          gewijzigde trap van gelijkvloerse naar eerste verdieping;

-          luifel aan achtergevel;

-          gevelafwerking:

  • gelijkvloerse verdieping schrijnwerk aluminium grijs;
  • eerste verdieping schrijnwerk pvc rood;
  • tweede verdieping schrijnwerk pvc wit;

-          interne constructieve wijzigingen.

 

Nieuwe toestand

-          bouwvolume:

  • 4 bouwlagen met verscheidene dakvormen; 
  • verharde koer van circa 7,3 m² rechts achteraan het perceel;
  • dakterras achteraan derde verdieping;

-          gevelafwerking:

  • trapgevel;
  • gewijzigde gevelopeningen;
  • plint en dorpels natuursteen;
  • baksteen wit gekaleid;
  • schrijnwerk hout rood;
  • schrijnwerk eerste verdieping pvc rood;

-          interne constructieve wijzigingen.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          inrichten van een dakterras;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

10 maart 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel  1:   zone voor wonen - (wo1).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan. De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend(e) punt(en):

-          2.1.2 Harmonie: trapgevels zijn voorkomend, maar niet kenmerkend in de straat, gekaleide baksteen is bovendien niet kenmerkend voor trapgevels.

-          2.1.7 Gevelmaterialen: zie hierboven + ramen in pvc in voorgevel.

-          2.1.9 Dakvormen en Dakkapellen

De vorm en de helling van de daken moet in harmonie zijn met het referentiebeeld. Dwarskappen zijn voorkomend, maar niet kenmerkend.

-          2.1.11.2 Terrassen op platte daken:

Terras overschrijdt maximaal volume. Max onder 45° vanaf rechter gebuur.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht

In een omgeving waar de bestaande bebouwing homogene kenmerken vertoont, moeten de op te richten of de te verbouwen gebouwen zodanig worden ontworpen dat ze in harmonie zijn met de kenmerken van de omgeving. De kenmerken van de omgeving worden bepaald door het referentiebeeld. Het referentiebeeld wordt gevormd door de gebouwde omgeving die de begrenzing vormt met de buitenruimte en bestaat uit de gebouwen welke inzake harmonische samenhang het talrijkste zijn en dus kenmerkend voor de betreffende omgeving kunnen genoemd worden.

 

De dakvorm is niet in harmonie met het referentiebeeld uit de omgeving.

 

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren

Het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) heeft een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden.

 

De scheidingsmuur met de rechterbuur heeft ter hoogte van de nieuwe dakconstructie geen opstand.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan in grote lijnen ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving. De dakvorm daarentegen is echter niet aanvaardbaar. Hoewel voorkomend in de omgeving, zijn trapgevels hier niet kenmerkend. An sich grijpt deze trapgevel terug naar een ooit vergunde situatie en is deze, mede omdat deze aansluit op een ander pand met een trapgevel, als dusdanig aanvaardbaar. Achter een trapgevel bevindt zich logischerwijs een dwarskap. In voorliggende aanvraag bevindt er zich achter de gevel een hybride ondefinieerbare dakvorm die een kruising betreft tussen een dwarskap, een zadeldak en een teruggetrokken daklaag. Deze is niet kenmerkend en bijgevolg niet aanvaardbaar. De aanvraag moet hierom dan ook worden geweigerd. Het dakterras achter deze dakvorm bevindt zich voorbij de bouwdiepte van de randbebouwing en bijgevolg niet binnen de toegelaten volumetrie. Het terras bevindt zich bovendien niet binnen een hoek van 45° ten opzichte van de kop van de scheidsmuur waardoor er vanaf het terras inkijk mogelijk is in het nog te ontwikkelen aanpalende pand, wat naar privacy niet aanvaardbaar is.

De geplande werken zijn storend voor de omgeving en niet in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Cultuurhistorische en Visueel -vormelijke aspecten

Aan de stedelijke dienst Monumentenzorg werd advies gevraagd omdat de aanvraag gelegen is in CHE-gebied en is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. De wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie in dergelijk gebied dient immers onderworpen te worden aan de wenselijkheid van behoud. Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

 

“De aanvraag heeft betrekking op een gesloten bebouwing van 3 traveeën en 3 bouwlagen onder een afgeknot zadeldak. De historische kern van het voormalig diephuis met voor- en achterhuis en geïntegreerd trappenhuis werd gaaf bewaard. Behoudens de vernieuwing van de voorgevel in de 19de eeuw en de afknotting van het zadeldak van het voorhuis, bleef de volledig structuur met tongewelfde kelders, opbouw van moer- en kinderbalken, historische spiltrap en ook de achtergevels en dakstructuur behouden. Een aantal opeenvolgende verbouwingscampagnes in 1972, 1982 en 2016 resulteerden in beperkte aanpassingen met voldoende respect voor de aanwezige erfgoedelementen.

 

De geplande werken omvatten enerzijds de uitbreiding van de woning door de bouw van een nieuwe dakverdieping en anderzijds een herziening van de voorgevel tot trapgevel.

 

Voorafgaand aan de aanvraag werd door de bouwheer een advies monumentenzorg aangevraagd, dat als volgt kan worden samengevat: Principieel akkoord voor het teruggrijpen naar de traditionele, historische situatie, mits een correcte afweging van de geplande ingrepen ten opzichte van de bestaande erfgoedwaarden. De opmaak van een CHE-rapport is noodzakelijk.

 

Aan de aanvraag werd een CHE-rapport toegevoegd. Dit rapport dateert van 05/09/2021 en werd opgemaakt door de bouwheer Bart Buyens zelf. De bouwhistorische analyse en cultuurhistorische waardenstelling in dit rapport werden zeer summier samengesteld en weinig onderbouwd. Uit het aangeleverde bronnenmateriaal kan de concrete bouwchronologie van het pand (voorhuis, achterhuis en trappenhuis) niet worden achterhaald. De opgemaakte waardenstelling vertrekt dan ook voornamelijk vanuit aannames die niet deskundig werden gestaafd. Toch kan op basis van de aangeleverde informatie en fotoreportage worden vastgesteld dat de oorspronkelijke 16de /17de eeuwse balkenstructuur grotendeels werd bewaard, alsook een historische spiltrap op zijn oorspronkelijk plaats in het trappenhuis.

 

Er worden verschillende tegenstrijdigheden opgemerkt tussen de gevelplannen en de doorsnedes wat betreft de vloerniveaus, aanzet zadeldak en ook de raamopeningen. Omdat de vloer- en dakopbouw niet gedetailleerd worden weergegeven, kan bovendien moeilijk worden vastgesteld of de oorspronkelijke structuur blijft bewaard. De stedelijke dient Monumentenzorg meent op te maken dat, behoudens de kapstructuur van het achterhuis, alle oorspronkelijke balkstructuren behouden blijven. Daarbij voldoet de aanvraag aan de voorschriften m.b.t. behoud van de historische elementen.

 

Het pand werd in de 19de eeuw voorzien van een nieuwe voorgevel. De bouwaanvraag uit 1845 toont naast het nieuwe ontwerp met lijstgevel een schetsmatige toestand van de bestaande toestand van het pand met trapgevel. De tekening bevat helaas onvoldoende informatie om een realistisch beeld te kunnen vormen van de exacte gevelformatie en/of -uitwerking.

 

Advies

Gezien de uitbreiding van het voorhuis met een bijkomende verdieping, wordt de aangepaste gevel niet aanzien als een herstel van het historische gevelbeeld, maar als een hedendaagse interpretatie van een historische architectuur. Zowel de gekozen gevelafwerking, de gevelordonnantie, de raamverhoudingen; de dakvorm en de opbouw van de trapgevel voldoen niet aan de correcte, historische principes van een 16de diephuis, wat resulteert in een eerder betekenisloze historiserende architectuur.

De stedelijke dienst Monumentenzorg beschouwt de voorgevel dan ook volledig als een nieuw element dat naar actuele welstandsnormen moet worden beoordeeld.

 

Daarbij leidt het vereiste behoud van het (afgeknotte) spant in het voorhuis in combinatie met een nieuwe en zeer afwijkende dakvorm tot een vreemde constellatie waarbij het historische spant zijn draagfunctie verliest en contextloos in de nieuwe ruimte zal staan.

 

Ondanks het behoud van de oorspronkelijke structuren, versterken de nieuwe elementen daarom geenszins de erfgoedwaarden en worden hierdoor de goedbedoelde intenties tot opwaardering van dit waardevolle pand helaas voor een stuk tenietgedaan.

 

Gelet op het bovenstaande wordt voorliggende aanvraag ongunstig geadviseerd door de stedelijke dienst Monumentenzorg.

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt dit advies gevolgd. De voorgestelde gevel is zeer atypisch van opbouw en bezwaarlijk kenmerkend te noemen.

 

Ook de voorgestelde materialisatie: wit gekaleide gevelsteen, rood schrijnwerk dat bovendien op de eerste verdieping zal worden uitgevoerd in pvc, een arduinen plint en een maximaal beglaasde voordeur is niet afgestemd op elkaar, noch op de architectuur van het gebouw en kan bezwaarlijk kenmerkend worden genoemd. Bij de uitwerking van de gevels is onvoldoende aandacht besteed aan de geveldetaillering en geleding zodat het nieuwe gebouw zich niet integreert in de bestaande omgeving. Bijgevolg is de geveluitwerking onverenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De plannen bevatten tegenstrijdigheden zodat de scheimuur met de rechteraanpalende mogelijk niet overal wordt uitgevoerd met een opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is strijdig met artikel 34 van de Bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 november 2022

Volledig en ontvankelijk

10 maart 2023

Start openbaar onderzoek

21 maart 2023

Einde openbaar onderzoek

19 april 2023

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

21 september 2023

Verslag GOA

5 juli 2023

naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

21 maart 2023

19 april 2023

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.