Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023081138 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Sascha Kerschot met als adres Dorpsbeekstraat 31 te 2040 Antwerpen |
Ligging van het project: | Dorpsbeekstraat 31 te 2040 Berendrecht (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 19 sectie B nr. 494A |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 26/8/2005: vergunning (3172#71) voor het verbouwen van
een bestaande woning;
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/99537;
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed elementen: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/10784.
Vergunde toestand
- functie: eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- functie en bouwvolume: overeenkomstig de vergunde toestand;
- gevelafwerking:
Nieuwe toestand
- functie: eengezinswoning;
- bouwvolume:
- gevelafwerking woning: overeenkomstig de bestaande toestand;
- gevelafwerking uitbouw;
- inrichting: tuinberging.
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van een eengezinswoning met een dakuitbouw op de eerste verdieping;
- wijzigen van de scheidingsmuur op de rechter perceelsgrens;
- interne constructieve werken;
- wijzigen van de gevel.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 25 september 2023 | 10 oktober 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag voldoet aan de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel de Provincie aangewezen is als adviesinstantie.
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd. Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 100 jaar onder huidig klimaat .
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 van de VCRO is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat het verbouwen en uitbreiden van een bestaande eengezinswoning. De voorgestelde werken tasten de bestaande functie van eengezinswoning niet aan.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De woning betreft de linkse woning van twee gekoppelde woningen, beiden bestaande uit 1 bouwlaag met daarboven een zadeldak met een basis van +/- 7 meter. Met een breedte van 8,76 meter en een maximale bouwdiepte van 11, 31 op het gelijkvloers betreffen dit bescheiden woningen.
Met deze aanvraag wordt achteraan de eerste verdieping tegen de rechtse perceelsgrens een uitbreiding voorzien tot een totale bouwdiepte van 13 meter, waarmee de uitbreiding 1,69 meter overkraagt ten opzichte van de bouwdiepte van het gelijkvloers en dit over een breedte van 6,24 meter. hierdoor ontstaat een deels overdekt terras. De nieuwe kroonlijsthoogte bedraagt 6,12 meter en blijft hiermee onder de nokhoogte van 6,66 meter. Ten behoeve van de uitbreiding wordt de rechter scheidingsmuur aangepast. De eigenaar van het rechts aanpalende pand verklaart zich akkoord met de geplande werken. Ze hypothekeren een toekomstige uitbouw van het rechts aanpalende pand dan ook niet.
Aangezien de nieuwe uitbouw zich aan de rechterzijde van het perceel situeert en zodoende een afstand van 2,48 meter bewaart ten opzichte van de linker perceelsgrens, is de uitbouw quasi onzichtbaar vanop de openbare weg en blijven bovendien het profiel van de woning en de dakvorm duidelijk afleesbaar.
De impact van de gevraagde werken op de omgeving is dan ook te verwaarlozen, waardoor de aanvraag ruimtelijk inpasbaar is.
Visueel-vormelijke elementen
De nieuwe uitbouw wordt afgewerkt met grijze vezelcementplaten en voorzien van antraciet PVC schrijnwerk, wat passend is bij het aanwezige grijs aluminium schrijnwerk in de achtergevel op het gelijkvloers.
Ook in de voorgevel wordt het bestaande houten schrijnwerk vervangen door grijs aluminium schrijnwerk. Verder wordt de wit geschilderde gevel voorzien van grijze gevelbepleistering.
De omgeving wordt bepaald door de aanwezigheid van gevelmetselwerk, maar ook bepleisterde gevels komen vaker voor. De voorgestelde materialen zijn visueel inpasbaar in de omgeving.
Cultuurhistorische aspecten
Aangezien het pand opgenomen is in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed wordt de aanvraag ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Het advies luidt als volgt:
“Het pand is, samen met het buurpand, opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. De gekoppelde dorpswoningen van 1 bouwlaag onder een zadeldak zijn nog waardevolle getuigen van de kenmerkende historische bebouwing in de Dorpsbeekstraat. Het typische gabarit van de bescheiden dorpswoning is daarom vanuit historisch standpunt belangrijk en dus zeker te behouden. De voorgestelde uitbreiding achteraan staat niet in verhouding tot het volume van de dorpswoning en kan om die reden vanuit oogpunt monumentenzorg niet gunstig worden geadviseerd. Een dakkapel ondergeschikt aan het historische volume, waarbij het gabarit en het hellende dakvlak maximaal leesbaar blijven, zou wel aanvaardbaar zijn.”
Gelet op de beperkte afmetingen van de beide woningen en om te kunnen voldoen aan de hedendaagse kwaliteitseisen voor een woning, dringt een optimalisering van de ruimtes en daarmee een uitbreiding van de woning zich op. Een uitbreiding op de eerste verdieping zoals in dit dossier voorgesteld biedt de enige garantie op het toevoegen van kwaliteitsvolle ruimtes die kunnen voldoen aan onder andere de bouwcode. Door het toevoegen van enkel dakkapellen in het achterste dakvlak kan slechts en beperkte verbetering gerealiseerd worden.
Aangezien de uitbreiding zich aan de rechterzijde van het perceel bevindt, is ze quasi onzichtbaar vanop de openbare weg. Hierdoor blijft het aanwezige profiel van de polderwoningen afleesbaar. Door het bewaren van voldoende afstand ten opzichte van de linker perceelsgrens en aangezien de hoogte van de uitbreiding niet tot aan de nok reikt, blijft ook de dakvorm van het achterste gevelvlak afleesbaar. Vanuit die benadering kan alsnog voldaan worden aan de stellingen in voornoemd advies vanuit het oogpunt monumentenzorg.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Door de gevraagde werken ontstaat een woning die aan de hedendaagse woon- en kwaliteitseisen voldoet.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 3 juli 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 25 september 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 24 november 2023 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 22 februari 2024 |
Verslag GOA | 4 december 2023 |
Naam GOA | Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.