Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023078247 |
Gegevens van de aanvrager: | Anik Verschueren met als adres Lage Kaart 21 te 2930 Brasschaat en Paul Goetstouwers met als adres Lage Kaart 21 te 2930 Brasschaat |
Ligging van het project: | Kloosterstraat 128 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 4 sectie D nr. 3491P5 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een meergezinswoning tot een meergezinswoning met handelgelijksvloers |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 06/08/1990: vergunning (86#8725057) voor de verbouwing voorgevel gelijkvloers en afbraak achterbouw
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- functie en bouwvolume en schil overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd van:
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume hoofdbouw:
- bouwvolume achterbouw:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van de functie op het gelijkvloerse van garage tot handelspand;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 26 september 2023 | 10 november 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 26 september 2023 | 13 oktober 2023 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 26 september 2023 | 27 september 2023 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 26 september 2023 | 12 oktober 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 26 september 2023 | 18 oktober 2023 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vermoeden van vergunning | 26 september 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 26 september 2023 | 23 oktober 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 26 september 2023 | 4 december 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 1: zone voor wonen - (wo1) en artikel 8: zone voor publiek domein - (pu).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend(e) punt(en):
- 2.1.9 Dakvormen en dakkapellen
Dakkappellen zijn toegelaten tot minimum 0,75 meter van het midden van scheidsmuren. Ze zijn maximum 1.50 m breed.
- 2.2.5 Onbebouwde ruimte en tuinen
Bij verbouwingen moet het percentage onbebouwde ruimte/bebouwde ruimte per perceel vergroten of gelijk blijven. Voor nieuwbouw moet een oppervlakte van minimum 15 % van de perceelsoppervlakte voorzien worden als onbebouwde ruimte.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.
Het project is gelegen in een zone met een fluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat.
Het project is gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag wenst een gelijkvloerse verdieping volledig te bebouwen en de garage om te vormen naar een winkelfunctie. De twee woningen op de verdiepingen blijven behouden. Alhoewel de woning op verdieping +3 en +4 geen deel uitmaakt van de aanvraag, zijn er feitelijk twee woningen ingetekend omdat op verdieping +1 en +2 een zelfstandige wooneenheid wordt ingericht.
Het omvormen van de gelijkvloerse woning naar winkel is aanvaardbaar, echter zorgt dit wel voor het verdwijnen van functionaliteiten horende bij de bovenliggende woning(en). Dit betekent dat de druk op het perceel toeneemt en de woningen in kwaliteit afnemen. De algemene woonkwaliteit voor de woning op verdieping +3 en +4 zou aanzienlijk verbeteren wanneer ook voor deze woongelegenheden in de toekomst een buitenruimte voorzien zou worden.
In deze aanvraag wordt de woning op +3 en +4 en de toegangen ernaar uitgesloten.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het gelijkvloerse is momenteel onbebouwd. Voorliggende aanvraag wenst het perceel volledig te bebouwen en een winkelfunctie in te richten.
Het bebouwen van open ruimte in de Antwerpse binnenstad is stedenbouwkundig in vele gevallen niet wenselijk. Open ruimte is schaars en dit zijn plekken waar hemelwater op een natuurlijke wijze kan infiltreren in de bodem en waar beplanting mogelijk is. Artikel 2.2.5 van het RUP-Binnenstad bepaalt dan ook dat het percentage onbebouwde ruimte per perceel moet vergroten of gelijk moet blijven. Door het perceel te bebouwen is de aanvraag strijdig met dit voorschrift. Ook artikel 27 van de bouwcode stelt voorop dat percelen niet volledig bebouwd mogen worden, maar dat dit uitzonderlijk mogelijk is in afgebakend kernwinkelgebied. Voorliggende aanvraag is gelegen in afgebakend kernwinkelgebied en de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing adviseert de komst van een bijkomende winkel gunstig.
Economische verwevenheid in de stad is tevens een stedenbouwkundige wens waardoor het uitzonderlijk toegelaten is om het perceel volledig te bebouwen ten voordele van verkoopoppervlakte van de winkelfunctie. Ter compensatie van de bebouwde open ruimte wordt een intensief groendak aangelegd zodat enige buffering van hemelwater bij piekneerslag en beplanting mogelijk is.
Een afwijking op artikel 2.2.5 van het RUP-Binnenstad en artikel 27 van de bouwcode is ruimtelijk aanvaardbaar.
Op het nieuwe platte dak van de gelijkvloerse verdieping wordt een terras aangelegd voor de woning op +1 en +2. Een kwalitatieve buitenruimte is aanvaardbaar. Hiervoor moet wel de scheimuur links verhogen. Principieel is deze ingreep niet wenselijk omdat dit de bebouwde densiteit achter het hoofdvolume doet toenemen en de daglichttoetreding bemoeilijkt. Omdat nr. 128 en ook nr. 132 op de eerste verdieping geen uitbouw hebben in afwijking op de overige bebouwing binnen de omgeving, zit deze scheimuur vervat in het theoretisch toegelaten bouwvolume. Zo is er ook voor nr. 132 de mogelijkheid om, mits vergunning, een buitenruimte op het platte dak aan te leggen.
De dakkapel aan de achterzijde is niet vergund. Opgemerkt wordt dat deze strijdig is met artikel 2.1.9 van het RUP-Binnenstad en artikel 15 van de bouwcode.
De dakkapel wordt uitgesloten in deze vergunning. Op deze plek, mits voldoende afstand van de perceelgrens, kan een inpandige buitenruimte gemaakt worden voor een bovenste wooneenheid.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De garagepoort wordt aangepast naar een winkelpui. De nieuwe uitstraling zorgt voor meer openheid en levendigheid in het straatbeeld. De ingrepen aan de voorgevel zijn aanvaardbaar.
Het voorstel werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.
De aanvraag heeft betrekking op een 19de eeuws pand, gelegen in CHE-gebied. Het betreft een voormalig ensemble (samen met linkerpand) van winkelhuizen die eertijds voorzien waren van houten winkelpuien met gedecoreerde arduinen plint. De erfgoedwaarde van het pand werd zwaar uitgehold door vervlakking van het pleisterwerk, vernieuwing van het schrijnwerk en de plaatsing van een garagepoort. De intenties van de aanvrager tot herwaardering van de gevelpui worden gewaardeerd vanuit oogpunt monumentenzorg.
De atypische raamverdelingen van het recente schrijnwerk en gedichte bovenlichten resulteren helaas in een sterke verstoring van de historische typologie van de bovengevel. De stedelijke dienst Monumentenzorg adviseert daarom om het schrijnwerk bij vernieuwing uit te voeren met een T-verdeling en beglaasde bovenlichten.
Wanneer het buitenschrijnwerk in de toekomst vervangen wordt dient te worden teruggegaan naar de historische raamverdeling. Het advies van Monumentenzorg kan in die zin als gunstig gelezen kan worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag ontbreekt een afvalberging voor de winkelfunctie. In voorwaarden wordt opgenomen om overeenkomstig artikel 26 van de bouwcode een afvalberging te voorzien.
De aanvraag ontbreekt een toezichtsmogelijkheid voor de aansluiting met het openbaar rioolstelsel. In voorwaarden wordt opgenomen om te voldoen aan artikel 41 van de bouwcode.
De stedelijke Mobiliteitsdienst geeft advies dat minimaal één fietsstalplaats voor het personeel voorzien moet worden. Dit wordt opgenomen in voorwaarden.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van garage naar handel. De garage op het gelijkvloers wordt ingericht als handelsfunctie.
De handelsfunctie heeft een beperkte oppervlakte van +/- 91 m² (< 500 m²). Er wordt geen parkeerbehoefte bepaald.
Er verdwijnt door de verbouwing 1 parkeerplaats. Deze wordt bijgeteld bij de parkeerbehoefte. Bestaande parkeerplaatsen moeten maximaal behouden worden.
De werkelijke parkeerbehoefte is 1.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:
‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.
Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 0 parkeerplaatsen.
Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De dakkapel aan de achterzijde wordt uitgesloten. Dit werd aangeduid op het plan ROOD_BA_011_G_N_11_Achtergevel.
4. Er dient minimaal één fietsstalplaats voor het personeel te worden voorzien conform artikel 29 van de bouwcode.
5. Er dient een afvalberging te worden voorzien conform artikel 26 van de bouwcode.
6. De aansluiting op het openbaar rioolstelsel dient te worden voorzien conform artikel 41 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 17 juli 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 26 september 2023 |
Start openbaar onderzoek | 5 oktober 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 3 november 2023 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 9 januari 2024 |
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 8 april 2024 |
Verslag GOA | 19 december 2023 |
Naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
5 oktober 2023 | 3 november 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
3. De dakkapel aan de achterzijde wordt uitgesloten. Dit werd aangeduid op het plan ROOD_BA_011_G_N_11_Achtergevel.
4. Er dient minimaal één fietsstalplaats voor het personeel te worden voorzien conform artikel 29 van de bouwcode.
5. Er dient een afvalberging te worden voorzien conform artikel 26 van de bouwcode.
6. De aansluiting op het openbaar rioolstelsel dient te worden voorzien conform artikel 41 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.