Terug
Gepubliceerd op 11/01/2023

2022_CBS_09864 - Omgevingsvergunning - OMV_2022108699. Cockerillplaats zn te 2660 Hoboken (Antwerpen) - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 09/12/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09864 - Omgevingsvergunning - OMV_2022108699. Cockerillplaats zn te 2660 Hoboken (Antwerpen) - Goedkeuring 2022_CBS_09864 - Omgevingsvergunning - OMV_2022108699. Cockerillplaats zn te 2660 Hoboken (Antwerpen) - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.


Projectnummer:                  OMV_2022108699

Gegevens van de aanvrager: de heer Enver Ajrusi met als adres Cockerillplaats 62 te 2660 Antwerpen

Ligging van het project:     Cockerillplaats zn te 2660 Hoboken (Antwerpen)

Kadastrale percelen: afdeling 37 sectie C nr. 135A3

Vergunningsplichten:         Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag: bouwen van een eengezinswoning


Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-        01/01/1950: toelating (1006#8220) voor vergroten kamer / bouwen afsluitmuur.

Geacht vergunde toestand

  • functie:
    • garage op braakliggend terrein horende bij Cockerillplaats nummer 62;
  • bouwvolume:
    • perceel gelegen op hoek van Louisalei met Cockerillplaats;
    • garagegebouw van 6 m op 3 m, 1 bouwlaag onder plat dak tegen het huis op Cockerillplaats 62;
  • gevelafwerking:
    • gepleisterd garagegebouw met sectionaalpoort;
    • houten schutting op de rooilijn.

Bestaande toestand

  • niet relevant gezien de aanvraag handelt over een sloop en nieuwbouw.

Nieuwe toestand

  • functie:
    • eengezinswoning met 3 slaapkamers;
    • op het gelijkvloers een atelierruimte;
  • bouwvolume:
    • 3 bouwlagen met plat dak;
    • voorgevelbreedte met knik aan de zijde van Louisalei;
    • voorgevelbreedte zijde Cockerillplaats circa 8,60 m;
    • perceel volgebouwd;
    • dakterras van circa 10 m2 achteraan op eerste verdieping met houten schutting van 1,8 m hoog op de rechterperceelgrens;
  • gevelafwerking:
    • roodbruine handvormsteen;
    • zwarte aluminium ramen;
    • gelijkvloerse plint in zwarte aluminium panelen met verticale profielen;
    • dorpels en plinten in arduin;
  • inrichting:
    • inpandige garage, poort bekleed met zwarte verticale profielen zoals in het gevelvlak.

Inhoud van de aanvraag

  • slopen van een garagegebouw;
  • vellen van een hoogstammige boom;
  • bouwen van een eengezinswoning.

Argumentatie

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

AQUAFIN NV

6 september 2022

26 oktober 2022

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator/ Fluvius

6 september 2022

15 september 2022

Geen advies

INFRABEL/ Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant

6 september 2022

7 september 2022

Geen bezwaar

Water-link

6 september 2022

 

Geen advies

 

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en

6 september 2022

29 september 2022


Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

 

 

Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen

6 september 2022

6 september 2022

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

6 september 2022

6 september 2022

Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte

6 september 2022

30 september 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht

zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal- culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van

28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-        Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater). (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

 

-        Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).

(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

-        Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.

(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van

28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.

(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

o   artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:

de bureauhoek op het gelijkvloers krijgt onvoldoende licht en geen rechtstreekse luchttoevoer;

o   artikel 27 Open ruimte:

de buitenruimte bij Cockerillplaats 26 wordt volledig volgebouwd. Het hoekperceel is niet gelegen in een kernwinkelgebied en heeft een aan de woonfunctie complementair atelier op het gelijkvloers, maar er is geen 20% open ruimte gelaten op het niveau van het maaiveld;

o   artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

een houten schutting op de perceelgrens is strijdig met de voorschriften van dit artikel;

o   artikel 43 Septische putten:

de inhoud van de septische put moet minimaal 2000 liter zijn. De inhoud is echter niet gekend.

 

Sectorale regelgeving

-        MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-        Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-        Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.

(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021) De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-        Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.

(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))

Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van volgende bepalingen van de bouwcode:

Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer (art.24):

-        Licht en lucht worden gezien als basiskwaliteiten voor elke ruimte waar mensen langer verblijven. Er wordt opgemerkt dat de bureauruimte achter het atelier onvoldoende verlicht en verlucht wordt. Deze maakt deel uit van het gelijkvloers atelier. Langs straatzijde worden beperkte raampartijen voor op het gelijkvloers. De levendige functie aan de straatzijde is hierdoor bijkomend zeer beperkt. Om zowel tegemoet te komen aan de natuurlijke verlichting en verluchting van de ruimte en het creëren van meer levendigheid aan de straatwand, wordt in voorwaarde opgenomen dat er een bijkomend raampartij voorzien moet worden in de voorgevel.

Open ruimte (art.27):

-        In toepassing van de bouwcode dient de open ruimte op het perceel bij een nieuwbouw minimaal 20% van de perceel oppervlakte te bedragen. Het volledig perceel werd in de nieuwe toestand bebouwd. Het betreft hier echter kleiner hoekperceel, welke zeer ondiep is. Gelet op de specifieke perceelconfiguratie kan voor de open ruimte kan volgens artikel 3 van de bouwcode in alle redelijkheid een afwijking toegestaan.

Stabiliteit en scheidingsmuur (art.34):

-        De terrasafsluiting op de perceelsgrens wordt niet uitgevoerd in massief ongeperforeerd materiaal. Het dakterras bevindt zich op de gelijkvloerse 

uitbreiding. Deze afsluiting wordt geplaatst tussen twee woningen van dezelfde eigenaar. Gelet op bovenstaande argumentatie kan hierdoor een terrasscherm alsnog gunstig worden geadviseerd. Aangezien er met de afsluiting geen opstand gerealiseerd wordt van 30cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak, zal in voorwaarde een minimale brandklasse opgelegd voor de dakbekleding. Een stedenbouwkundige vergunning doet de burgerrechtelijke aspecten echter niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning er niet van om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.

Septische put (art.43):

-        Aan de hand van de plannen kan er niet worden nagegaan of de inhoud van de septische put voldoet aan artikel 43 van de bouwcode. Dit wordt dan ook opgenomen als voorwaarde van vergunning.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een eengezinswoning met nevenfunctie. Het bouwen van een eengezinswoning is in overeenstemming met de bestemming van het perceel en de aanwezige woonfuncties op de omliggende percelen.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag heeft betrekking op het bouwen van een eengezinswoning op een hoekperceel. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Het voorgestelde project komt overeen met de aanwezige bebouwing in de omgeving. Het voorstel is bijgevolg ruimtelijk aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe woning wordt voorzien van een plint met zwarte panelen in combinatie met een roodbruine gevelsteen op de verdiepingen. Mits opvolgen van de eerder gestelde voorwaarde is de aanvraag visueel inpasbaar in deze woonomgeving.

 

Hinderaspecten gezondheid gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het dossier werd voorwaardelijke gunstig geadviseerd door Aquafin. De voorgestelde voorwaarde worden mee opgenomen als voorwaarde van vergunning.

Het dossier werd gunstig geadviseerd door de stedelijke dienst groen en begraafplaatsen. Deze dienst maakte wel volgende opmerking:

-        Tijdens de ontwerpfase voor de heraanleg van de Louisalei is deze boom in beeld gekomen. Toen is gebleken dat de boom op openbaar domein stond en werd ook aan de bewoner gevraagd de bestaande schutting achter de boom te plaatsen. Dat is ook gebeurd. Er werd door de groendienst een kapvergunning aangevraagd en de boom zal geveld worden bij de heraanleg van de Louisalei. Het is vreemd dat de eigenaar van de woning nu ook een aanvraag tot vellen doet.

Vanuit veiligheidsoogpunt is het verantwoord om de boom te rooien wanneer de werken aan de woning aanvatten. De graafwerken zullen de wortels immers ernstig beschadigen aan één zijde, waardoor de boom riskeert instabiel te worden. Bovendien hindert de boom de uitvoering van de werken. Het advies omtrent deze handelingen blijft hetzelfde.

Het dossier werd voorwaardelijke gunstig geadviseerd door de stedelijke dienst publieke ruimte:

“De bouwheer zal voor de werken contact dienen op te nemen met Stadsontwikkeling

– Dienst Structureel Onderhoud betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en voor de aanwerking aan het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. De Louisalei wordt heraangelegd en op de plannen staat een afgeschuinde boordsteen ingetekend thv de nieuwe inrit.”

De voorgestelde voorwaarde wordt mee opgenomen als voorwaarde van vergunning.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.

“De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. Op een braakliggend stuk grond wordt een eengezinswoning gebouwd met 3 slaapkamers en op het gelijkvloers een garage en atelierruimte. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. Voor de woning is de parkeerbehoefte 1 parkeerplaats. Er verdwijnt door de verbouwing 1 parkeerplaats. Op het braakliggende terrein was een garage ten behoeve van het buurpand. Deze worden bijgeteld bij de parkeerbehoefte. Bestaande parkeerplaatsen moeten maximaal behouden worden.

De werkelijke parkeerbehoefte is 1 + 1 = 2 parkeerplaatsen.”

De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Het plan voorziet niet in (minstens) het aantal te realiseren plaatsen.

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en

autoparkeerplaatsen.

Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is.

Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 0 parkeerplaatsen.

“De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan niet verminderd worden aangezien de parkeerbehoefte van nr 62 op het braakliggende terrein werd opgevangen.”

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1.

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

Fietsvoorziening:

“De fietsparkeerbehoefte is 1 x (3+1) = 4 fietsstalplaatsen. Er worden 2 plaatsen in de gangberging voorzien en 2 plaatsen in de garage. Deze laatste 2 kunnen niet als nuttige plaatsen voorzien worden aangezien de fietsen niet bereikbaar zijn wanneer er een wagen in de garage geparkeerd staat. Er moeten 2 fietsplaatsen extra (4 in totaal) voorzien worden, waarbij de fietsen rechtstreeks te nemen zijn.”

De bezorgdheid van de stedelijke dienst mobiliteit wordt begrepen. De aanvraag betreft echter een eengezinswoning met nevenfunctie. De fietsenstalplaatsen worden door hetzelfde gezin gebruikt. De fietsen worden enerzijds geplaatst in een ruime garage met een breedte van 3,6 en de sas tussen de inkom en berging. Deze ruimtes bieden ruim voldoende oppervlakte om 4 fietsen kwalitatief te gebruiken. De voorgestelde voorwaarde wordt bijgevolg niet mee opgenomen.

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.  Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2.  Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

- die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

3.  Er moet een bijkomende raampartij voorzien worden in de gelijkvloerse gevel waar in rood aangeduid op het gevelplan. (BA_AJRUSI_G_N_01_rood en BA_AJRUSI_G_N_03_rood)

4.  De septische put moet voldoen aan artikel 43 van de bouwcode.

5.  De bouwheer zal voor de werken contact dienen op te nemen met Stadsontwikkeling – Dienst Structureel Onderhoud betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en voor de aanwerking aan het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. De Louisalei wordt heraangelegd en op de plannen staat een afgeschuinde boordsteen ingetekend thv de nieuwe inrit.

6.  Het voorwaardelijk gunstig advies van Aquafin dient strikt nageleefd te worden.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 augustus 2022

Volledig en ontvankelijk

6 september 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

20 december 2022

Verslag GOA

29 november 2022

naam GOA

Gerd Cryns

Onderzoek

De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.    Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2.    Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van:

-      die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

3.    Er moet een bijkomende raampartij voorzien worden in de gelijkvloerse gevel waar in rood aangeduid op het gevelplan. (BA_AJRUSI_G_N_01_rood en BA_AJRUSI_G_N_03_rood)

4.    De septische put moet voldoen aan artikel 43 van de bouwcode.

5.    De bouwheer zal voor de werken contact dienen op te nemen met Stadsontwikkeling – Dienst Structureel Onderhoud betreffende de opmaak van een plaatsbeschrijving en voor de aanwerking aan het openbaar domein na afloop van de bouwwerken. De Louisalei wordt heraangelegd en op de plannen staat een afgeschuinde boordsteen ingetekend thv de nieuwe inrit.

6.    Het voorwaardelijk gunstig advies van Aquafin dient strikt nageleefd te worden.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.