Terug
Gepubliceerd op 11/01/2023

2022_CBS_09871 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113102. Floraliënlaan 93 te 2020 Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 09/12/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09871 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113102. Floraliënlaan 93 te 2020 Antwerpen - Weigering 2022_CBS_09871 - Omgevingsvergunning - OMV_2022113102. Floraliënlaan 93 te 2020 Antwerpen - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:                  OMV_2022113102

Gegevens van de aanvrager:  Rafaël Verheyen met als adres Mortselsesteenweg 49 te 2540 Hove

Ligging van het project:     Floraliënlaan 93 te 2020 Antwerpen

Kadastrale percelen:   afdeling 12 sectie M nrs. 276E, 279A en 280B

Vergunningsplichten:    Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:   verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde eengezinswoning


Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-        27/02/2003: weigering (86#20417) voor bouwen van een appartementsgebouw met 15 appartementen.

Geacht vergunde toestand

-        functie:

o   eengezinswoning;

-        bouwvolume:

o   2 bouwlagen met plat dak;

o   voorgevelbreedte van 9 m;

o   bouwdiepte van 10 m;

o   open ruimte;

-        gevelafwerking:

o   gelijkvloerse bouwlaag gepleisterd in lichte kleur;

o   rode baksteen op de verdieping;

o   groen geverfde houten ramen;

o   houten, zwart geschilderde inkomdeur en garagepoort in linkerzijgevel;

-        inrichting:

o   perceel in spie gevormd door Floraliënlaan en afrit E19 naar Ring richting Breda;

o   gelegen langs fietspad in Floraliënlaan;

o   zachte berm voor het huis;

o   toegangspoort gelegen op 10 m van de linkerzijgevel van de woning.

Bestaande toestand

-        conform vergunde toestand, volgens verslag stadsingenieur:

o   Het gebouw staat zichtbaar al vele jaren leeg. Het gebouw en zijn omgeving is globaal verwaarloosd en verwilderd.


o   Het gebouw is niet regen- en winddicht: er is veel glasbreuk in de ruiten. Weliswaar is het gebouw niet gemakkelijk toegankelijk. Ik deed geen vaststellingen binnen.

o   De conditiestaat van het dak is niet bekend, maar ik kon geen waterinfiltratie vaststellen in de kamers, geen instortingen.

o   De achterste kamers liggen vol met een grote stapel/ verzameling boeken.

o   De draagstructuur van het gebouw is zichtbaar nog in goede staat.

Nieuwe toestand

-        functie:

o   eengezinswoning;

-        bouwvolume:

o   2 bouwlagen met plat dak;

o   gelijkvloerse aanbouw met gebogen dak op voorgevellijn aan linkerzijde van 3 op 4 m;

o   gelijkvloerse aanbouw op rechterzijde en achteraan:

-        vooraan inspringende inkom met berging van 3,50 m op 5,50 m;

-        achteraan living van 7,5 op 8 m;

-        verbinding tussen beide delen op de rechterzijde van circa 1,50 m breed

-        dakoversteek van 0,80 m rondom de living achteraan;

-        gevelafwerking:

o   verplaatsing voordeur naar voorgevel;

o   zwart geverfd houten schrijnwerk;

o   gelijkvloerse aanbouw (veranda) links (zichtbaar vanaf de straat) in zwart staal;

-        inrichting:

o nieuwe toegangspoort voor auto’s op rechterzijde in de punt van de spie op circa 67 m van het woonhuis.

Inhoud van de aanvraag

-        uitbreiden van het volume aan een zonevreemde woning;

-        wijzigen van de voorgevel;

-        wijzigen van de scheimuren;

-        doorvoeren van interne constructieve werken.

Argumentatie

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie
Datum advies gevraagd
Datum advies ontvangen
Advies
Agentschap voor Natuur en Bos/ Adviezen en Vergunningen Antwerpen
19 oktober 2022
14 november 2022
Ongunstig
AQUAFIN NV
19 oktober 2022
17 november 2022
Ongunstig
Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie
19 oktober 2022
19 oktober 2022
Geen bezwaar
Water-link
19 oktober 2022
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag
 

 

Interne adviezen

Adviesinstantie
Datum advies gevraagd
Datum advies
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen
19 oktober 2022
28 oktober 2022
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit
19 oktober 2022
25 oktober 2022
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu
19 oktober 2022
2 november 2022
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw/ vermoeden van vergunning
19 oktober 2022
9 november 2022

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht

zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het

Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht

zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:

-    4.4. parkgebieden: de parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. Een eengezinswoning in een parkgebied vervult geen sociale functie. De aanvraag handelt evenwel over de uitbreiding van een niet verkrotte en vergund geachte zonevreemde woning.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-        Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater). (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:

o   Er wordt geen infiltratiesysteem voorzien. De overloop van de hemelwaterput en/of verharding dient op een infiltratievoorziening aangesloten te worden.

o   Er wordt geen groendak voorzien.

-        Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).

(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.


Algemene bouwverordeningen

-        Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.

(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-        Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van

28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.

(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

o Artikel 38: Groendaken: Het is verplicht om nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als een groendak, indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 vierkante meter. De gelijkvloerse uitbreiding heeft een oppervlakte van circa 105 m² en is niet uitgevoerd als groendak. Er is ook geen hemelwaterput die de verplichting van een groendak zou kunnen opheffen.

 

Sectorale regelgeving

-        MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-        Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-        Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.

(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021) De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-        Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.

(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))

Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikel 38 van de bouwcode. Er kan niet op geldige wijze worden afgeweken van dit artikel. Indien er een vergunning zou worden verleend, zou dit als voorwaarde worden opgenomen.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft het uitbreiden van een zonevreemde woning in parkgebied. De vergunning verlenende overheid kan deze handelingen bij een zonevreemde woning vergunnen:

 

Artikel 4.4.12.In alle bestemmingsgebieden geldt dat de vigerende bestemmingsvoorschriften op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een Omgevingsvergunning voor het verbouwen van een bestaande zonevreemde woning, op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal. De creatie van een zorgwoning in de zin van artikel 4.2.4, eerste lid, 1°, is wel toegelaten.

Artikel 4.4.15.Het uitbreiden van een bestaande zonevreemde woning is vergunbaar, voor zover het bouwvolume beperkt blijft tot ten hoogste 1 000 m3 en op voorwaarde dat het aantal woongelegenheden beperkt blijft tot het bestaande aantal. De creatie van een zorgwoning in de zin van artikel 4.2.4, eerste lid, 1°, is wel toegelaten.

De mogelijkheden, vermeld in het eerste lid, gelden niet in :

ruimtelijk kwetsbare gebieden, met uitzondering van parkgebieden;

2° recreatiegebieden, zijnde de als dusdanig door een plan van aanleg aangewezen gebieden, en de gebieden, geordend door een ruimtelijk uitvoeringsplan, die onder de categorie van gebiedsaanduiding « recreatie » sorteren.

Om na te gaan of de constructie van zonevreemde woning effectief vergund is, werd er advies gevraagd aan de stedelijke dienst vermoeden van vergunning. Op basis van luchtfoto's, kadaster en foto's uit het dossier geven zij een gunstig advies voor de huidige bestaande constructie met name een volume aan de straatkant van 9 bij 10 meter over twee bouwlagen.

In de voorbesprekingsfase is ook de stadsingenieur ter plaatse geweest om na te gaan of het om een niet verkrotte constructie gaat. Uit het verslag, dat tevens aan de eigenaar werd bezorgd, kwam naar voren dat er niet kan geconcludeerd worden dat het gebouw verkrot is in de betekenis van ‘niet voldoend aan de elementaire eisen van stabiliteit' en dat er niet kan geconcludeerd worden dat slopen een proportionele maatregel (voldoende én noodzakelijk) is.

In voorliggend ontwerp wordt de eengezinswoning gerenoveerd en uitgebreid tot een volume van 999,3 m³.

Vanuit stedenbouwkundig standpunt kan er geconcludeerd worden dat de renovatie en uitbreiding van de woning functioneel inpasbaar is.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt het uitbreiden en renoveren van een zonevreemde woning. De constructie heeft in zijn huidige vergunde toestand een volume van 562,4 m³ en een footprint van 9 bij 10 (90 m²). Na uitbreiding zal het volume 999,3 m³ bedragen met een footprint van 198,5 m².

Vanuit het oogpunt goede ruimtelijke ordening wordt er geoordeeld dat de uitbreiding en gewenste footprint inpasbaar zijn op het perceel. Schaal en ruimtegebruik zijn aldus gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gevelmaterialen van het bestaand volume bestaan uit licht geschilderd pleisterwerk voor het gelijkvloerse deel van de gevel en rode baksteen op de verdieping. Dit zal in nieuwe toestand behouden blijven. De houten ramen worden vervangen door nieuwe houten ramen die zwart geschilderd zullen worden. De aangebouwde veranda wordt uitgevoerd in zwart staal. Deze nieuwe stalen structuur met een invulling van glas sluit aan bij de bestaande constructie. Gezien de verloederde constructie zichtbaar is in de straat, zal de renovatie een verbetering zijn voor de beeldkwaliteit in het algemeen. De visueel vormelijke elementen zijn gunstig.

 

Hinderaspecten gezondheid gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er werd advies gevraagd aan de Verkeerspolitie. De verkeerspolitie heeft vanuit veiligheidsoogpunt geen bezwaar tegen de aanvraag voor het verbouwen en uitbreiden van een zonevreemde eengezinswoning.

Er werd advies gevraagd aan de stedelijke groendienst. Het advies is gunstig mits de hieronder omschreven algemene voorwaarden worden opgevolgd:

“Bij een te behouden boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

o   In het ontwerp van de gebouwen en de volledige infrastructuur errond, mag er niets voorzien worden waardoor de wortels of kroon van de boom onaanvaardbaar moeten beschadigd worden, noch nu, noch in de toekomst. Praktisch gezien wil dit zeggen dat het ontwerp niet mag leiden tot noodzaak om:

-        Het bestaande maaiveld af te graven of op te hogen in de wortelzone van de te behouden boom;

-        Graafwerken uit te voeren waarbij wortels dikker dan 5 cm moeten doorgestoken worden en/of waarbij 20 % van het totale wortelpakket moet verwijderd worden;

-        Het bestaande doorwortelbaar volume van de bomen te verminderen;

-        De boom drastisch te snoeien. (D.w.z. hoger opkronen dan het huidig eindbeeld of toppen of kandelaren of verwijderen van takken dikker dan 8cm).

o   Als er werken (zowel bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moet de te behouden boom beschermd worden. Zowel wortels, als stam, als kroon moeten beschermd worden.

Afhankelijk van de ruimte rond de boom en de opdracht zijn er globaal gezien twee mogelijkheden:

o   Er is voldoende ruimte om de boom, inclusief de volledige wortelzone volledig af te sluiten en er moeten in die zone geen werken uitgevoerd worden: dan moeten er

werfhekkens geplaatst die aan elkaar vast gemaakt zijn, zodat ze niet, of in ieder geval moeilijk, te verplaatsen zijn. De grootte van de wortelzone wordt idealiter bepaald door onderzoek; als onderzoek om een of ander reden niet kan, moet men ervan uitgaan dat de wortelzone bij niet zuilvormige bomen even groot is als de diameter van de kroonprojectie + 2m. Bij zuilvormige bomen is de straal van de wortelzone gelijk aan 12 x de diameter van de stam op 1,00 m hoogte. In die volledig afgebakende zone mag niets gebeuren. (Niet graven, niet stockeren, geen afvalwater of spoelwater lozen, …)

o   Er is onvoldoende ruimte om de boom, incl. volledige wortelzone, volledig af te sluiten, of er dienen werken uitgevoerd te worden in die zone: dan moeten er beschermingsmaatregelen op maat genomen worden, zodat de ruimte onder de boom toch geheel of gedeeltelijk kan gebruikt/bewerkt worden zonder dat er schade berokkend wordt. Enkele voorbeelden van maatregelen zijn:

o   Het gebruiken van rijplaten om bodemverdichting door machines te voorkomen. Het type rijplaat (staal of kunststof) moet afgestemd zijn op de belasting.

o   Het stockeren enkel voorbehouden voor licht materieel, op rijplaten.

o   Het voorzien van een beluchtings- en bevloeiingssysteem onder de rijplaten voor een werfweg of stockageplaats als deze langer dan drie weken in een groot deel (meer dan 20 %) van de wortelzone komt te liggen.

o   Het handmatig uitvoeren van graafwerken tot op minstens 1m uit de stam. Verderop mag een machine ingezet worden, maar er moet begeleiding zijn van handwerk.

o   Het afkasten van de stam, incl. de bredere stamvoet, indien er regulier verkeer zal zijn langs de boom. Tussen de boom en de afkasting moet een schokdemper, zoals bijv. autobanden of een drainagebuis, worden voorzien.

o   Het preventief snoeien van lichte takken (diameter kleiner dan 8 cm) om aanrijschade te voorkomen. Het snoeien wordt bij voorkeur uitgevoerd door een gecertificeerd boomverzorger.

o   Het afbakenen van dikke (diameter groter dan dan 8 cm) laaghangende takken om te voorkomen dat er aanrijschade veroorzaakt wordt.

Enkele beschermingsmaatregelen moeten altijd genomen worden, zowel voor bomen die geheel zijn afgesloten als die gedeeltelijk zijn afgesloten.

o   Het geven van water aan alle bomen die in de invloedssfeer van een droogzuiging staan (dus mogelijks ook de bomen van een naburige eigendom) om uitdroging van de wortelzone te voorkomen, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is.

o   Het voorzien van een voldoende hoge bouwkraan om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen. Als de kraan ronddraait met een last eraan, mag niets de top van een boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling of …

Het is aangewezen, zeker voor complexe werven, om voor de nodige onderzoeken en voor het opstellen van beschermingsmaatregelen op maat, een gecertificeerd boomverzorger te raadplegen.

Bij het aanplanten van een nieuwe boom moeten volgende zaken in acht genomen worden:

Voor elke straatboom moet er voldoende ondergrondse volume worden voorzien volgens het bomenplan 2.0.

Het aspect duurzaamheid moet nagestreefd worden.

Voor de nieuwe boom moet een groeiplaats voorzien worden die ondergronds voldoende geschikt doorwortelbaar volume heeft om zijn natuurlijke grootte en leeftijd te kunnen halen, en waar er ook bovengronds voldoende ruimte is voor zijn natuurlijke grootte.

Duurzame vergroening kan verder gerealiseerd worden door middel van waterdoorlatende verharding, gevelgroen en lokale infiltratie van hemelwater (bijvoorbeeld door koppeling van de regenwaterafvoer van daken op plantvakken).”

Er werd advies gevraagd aan de stedelijke milieudienst. Het advies is voorwaardelijk gunstig:

“De aanvraag betreft het verbouwen van een zonevreemde eengezinswoning. Gegeven de beperkte omvang en het karakter van een eengezinswoning is een project- merscreening niet vereist. Het is uit de huidig beschikbare plannen niet op te maken of er indelingsplichtige activiteiten van toepassing zijn. Het is aan te raden dat de exploitant dit nagaat en zich indien nodig in regel stelt met de Vlarem-wetgeving. Er dient opgemerkt te worden dat de te verbouwen eengezinswoning omgeven wordt door hoogstammige bomen waarvan op de plannen geen vermelding gemaakt wordt. De aanvrager dient informatie te verschaffen omtrent de te kappen bomen.”

In aansluiting op het advies van de Stedelijke milieudienst dient er te worden vermeld dat de aanvrager op 29/03/2022, voorafgaandelijk aan de omgevingsaanvraag, een kapmachtiging heeft bekomen voor het kappen van bomen in privé bos. De kapmachtiging houdt een dunning in en is geen ontbossing (d.i. wijziging van het grondgebruik van bos naar niet-bos). Het gaat om een selectieve kapping die kadert binnen het regulier bosbeheer met als doel de realisatie van de economische en de ecologische bosfunctie. Het gaat om een eindkap van fijnspar aangetast door letterzetter, een exotenbestrijding van Amerikaanse vogelkers en het vellen van 2 beuken en 3 kastanjes die mogelijks een gevaar kunnen betekenen voor constructie of passanten, gecombineerd met herbebossing. Deze ingreep stimuleert de ontwikkeling van de overblijvende bomen in het bos, door meer ruimte te geven aan wortels en kruinen. Door de herbebossing wordt op dezelfde plaats en over dezelfde oppervlakte een nieuwe bosgeneratie tot stand gebracht van een ecologisch minstens evenwaardig bostype. De kapping betreft dus geen ontbossing (d.i. wijziging van het grondgebruik van bos naar niet-bos).

Er werd advies gevraagd aan het Agentschap Natuur en Bos. Zij geven een ongunstig advies.

Het agentschap is van oordeel dat de vergunningsaanvraag in strijd is met direct werkende normen en dat gelet op artikel 4.3.3 van de VCRO de vergunningverlenende overheid de vergunning niet kan toekennen:

“Op 29/03/2022 werd een kapmachtiging aangevraagd voor dit perceel, onze ref. 22- 002396.Deze kapmachtiging werd verleend op 23/05/2022 en in tussentijd uitgevoerd (zoals vastgesteld is bij recente terreincontrole). Het volledige perceel is hierbij als bos aanzien, met uitzondering van het bestaande vervallen gebouw met een beperkte zone rondom. De aanvraag voorziet in een uitbreiding van het bestaande gebouw en de aanleg van een nieuwe toegangsweg, die onvermijdelijk de bosoppervlakte zullen doen afnemen. De aanvraag omvat dan ook een ontbossing. Volgens het gewestplan is

het perceel gelegen in parkgebied. Volgens art. 90bis van het Bosdecreet (laatst gewijzigd bij decreet van 08/11/2014) kan ontbossing voor algemeen belang, of in woongebied of industriegebied, of gelegen in een goedgekeurde verkaveling, vergund worden mits compensatie. In alle andere gevallen dient voorafgaandelijk een individuele ontheffing van het ontbossingsverbod te worden verleend door de Vlaamse Regering. Een ontheffing van het ontbossingsverbod werd tot op heden niet aangevraagd (en bijgevolg niet beoordeeld/beslist). De vergunningsaanvraag is bijgevolg onvolledig. Er dient op gewezen te worden dat het hier om een zone-eigen bos gaat (in een groene bestemming) en dat een eventuele ontbossing geen evidentie is. Wij raden dan ook aan om het bestaande bosbestand integraal/maximaal te behouden. Een ontheffingsaanvraag zal ook in die zin beoordeeld worden.

Tot slot wijst het agentschap er op dat de vergunning plichtige handelingen bij een zonevreemde woning onder meer slechts kunnen vergund worden op voorwaarde dat het gaat om een niet verkrotte constructie. Men is van oordeel dat het hier om een kraakpand gaat (waar vrijwel geen ramen en deuren meer intact zijn) wat doet vermoeden dat de toestand binnen het gebouw mogelijk nog onvoldoende in orde is om als niet verkrot beschouwd te worden. De vergunningverlener dient de stabiliteit van het gebouw afdoende na te gaan (bij voorkeur op basis van een plaats bezoek) en haar standpunt kenbaar te maken, dit in functie van navolgende vergunningsaanvragen en/of aanvraag tot ontheffing van het ontbossingsverbod (zie hoger).

Gezien de hogervermeld direct werkende normen volgens het Agentschap Natuur en bos dient de omgevingsaanvraag te worden geweigerd.

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt dient er wel aan toegevoegd te worden dat door het Agentschap gesuggereerd wordt dat dit om een verkrotte woning gaat. Aan de hand van het plaats bezoek van de stadsingenieur wordt de woning echter als niet verkrot beoordeeld.

Er werd advies gevraagd aan Aquafin. Het advies is ongunstig en wordt bijgevoegd aan het verslag.

“Het dossier wordt negatief geëvalueerd en kan voorlopig niet aanvaard worden. Volgende zaken dienen bijgestuurd te worden:

o   De diameter van de afval- en hemelwateraansluiting moet minimaal 125 mm en maximaal 200 mm bedragen.

o   Er wordt geen infiltratiesysteem voorzien. De overloop van de hemelwaterput en/of verharding dient op een infiltratievoorziening aangesloten te worden. Deze voorziening heeft een volume van minstens 25 liter/m² aangesloten verharding en een infiltratieoppervlakte van minstens 4 m² per 100 m² aangesloten verharding.

o   In het kader van de op hande zijnde klimaatverandering is toch aangeraden om een hemelwaterput te plaatsen om zo weinig mogelijk water verloren te laten gaan en de waterfactuur te beperken.

o   In de Stad Antwerpen dienen alle nieuwe platte daken verplicht uitgevoerd te worden als groendaken.

Tevens dient er voldaan te worden aan de algemene voorwaarden.”

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

23 augustus 2022

Volledig en ontvankelijk

19 oktober 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

18 december 2022

Verslag GOA

28 november 2022

naam GOA

Gerd Cryns

Inspraak

Bevraging aanpalenden

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.