Terug
Gepubliceerd op 11/01/2023

2022_CBS_09854 - Omgevingsvergunning - OMV_2022091447. Akkerwindestraat 25 te 2050 Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 09/12/2022 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2022_CBS_09854 - Omgevingsvergunning - OMV_2022091447. Akkerwindestraat 25 te 2050 Antwerpen - Goedkeuring 2022_CBS_09854 - Omgevingsvergunning - OMV_2022091447. Akkerwindestraat 25 te 2050 Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.


Projectnummer:  OMV_2022091447

Gegevens van de aanvrager: mevrouw Hanne De Bauw met als adres Gustaaf Wappersstraat 11 bus 0.3 te 2050

Antwerpen

Ligging van het project: Akkerwindestraat 25 te 2050 Antwerpen

Kadastrale percelen:    afdeling 13 sectie N nr. 779P4 

Vergunningsplichten:   Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag: renovatie en uitbreiding van een eengezinswoning


Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-        20/10/1961: toelating (18#43022) om een premiewoning te bouwen.

Vergunde toestand

-        functie: eengezinswoning;

-        bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak;
  • bouwdiepte hoofdvolume van circa 10 m;
  • terras met buitentrap tot circa 13 m bouwdiepte;

-        gevelafwerking:

  • voorgevel in grijs metselwerk;
  • achtergevel in beige metselwerk;
  • stalen schrijnwerk;
  • plint in natuursteen;
  • houten poort naar inpandige garage.

Bestaande toestand

-        functie: eengezinswoning;

-        bouwvolume:

  • bouwdiepte gelijkvloerse uitbouw aan de linkerzijde tot circa 13 m;
  • luifel boven dakterras tot circa 13 m bouwdiepte;
  • buitentrap tot circa 14,2 m bouwdiepte;
  • interne wijzigingen;

-        inrichting: tuinhuis met oppervlakte van circa 23 m² rechts achteraan in de tuin.

Nieuwe toestand

-        functie: eengezinswoning;

-        bouwvolume: perceelsbrede uitbouw over 2 bouwlagen tot circa 13 m bouwdiepte;

-        gevelafwerking:

o   gevels hoofdvolume in lichtgrijze/beige gevelpleister;

o   plint in groene tegels;

o   uitbouw in geelbeige metselwerk;

o   gewijzigde gevelopeningen;

o   houten schrijnwerk;

o   houten schrijnwerkgeheel naar inpandige garage;

-        inrichting:

o   behoud bestaande tuinhuis;

o   groendak;

o   regenwaterput;

o   septische put.

Inhoud van de aanvraag

-        slopen van terras met buitentrap;

-        uitbreiden van het volume over 2 bouwlagen tot een bouwdiepte van circa 13 m;

-        ophogen van de scheimuren;

-        aanleggen van een groendak;

-        wijzigen van de gevels;

-        plaatsen van een tuinhuis;

-        doorvoeren van interne wijzigingen.

Argumentatie

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.


Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht

zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal- culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van

28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.


Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-        Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater). (De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)

De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-        Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake

toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid). (De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via

https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

-        Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.

(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-        Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van

28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.

(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

o   Artikel 6 Harmonie en draagkracht:

In een omgeving waar de bestaande bebouwing homogene kenmerken vertoont, moeten de te verbouwen gebouwen zodanig worden ontworpen dat ze in harmonie zijn met de kenmerken van de omgeving. De kenmerken van de omgeving worden bepaald door het referentiebeeld. Het referentiebeeld wordt gevormd door de gebouwde omgeving die de begrenzing vormt met de buitenruimte en bestaat uit de gebouwen welke inzake harmonische samenhang het talrijkste zijn en dus kenmerkend voor de betreffende omgeving kunnen genoemd worden. De bepleisterde voorgevel is niet in harmonie met het referentiebeeld.

o   Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

Bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen verblijfsruimten een minimale vrije hoogte van 2,6 m te hebben. De keuken heeft slechts een vrije hoogte van 2,5 m en de bureauruimte achteraan op de eerste verdieping heeft slechts een vrije hoogte van 2,44 m.

o   Artikel 34: Stabiliteit en scheidingsmuren:

Het bestaande gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) heeft een opstand van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. De opstand van de schedingsmuren van het uitgebreide volume bedraagt slechts 0,20 m. Het dak van het nieuwe volume is aangevraagd als groendak, dus er kan eventueel wel een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aangelegd worden tussen de scheidingswand en de vegetatie.

o   Artikel 41: Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

De aansluitpunten van DWA en RWA moeten minstens 0,20 m en hoogstens 0,50 m uiteen gelegen zijn. De aansluitpunten liggen verder dan 0,50 m uiteen.

 

Sectorale regelgeving

-        MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-        Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-        Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.

(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”)

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-        Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.

(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))

Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordenin


Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande vergunde eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met het woongebied volgens het gewestplan.

 

Schaal ruimtegebruik bouwdichtheid

De schaal en het ruimtegebruik zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. De woningen in de Akkerwindestraat worden gekenmerkt door drie bouwlagen, een strakke eenvormige kroonlijsthoogte en een bouwdiepte die varieert tussen 10 en 13 meter. De uitbreiding van de laatst vergunde toestand van de woning van 10 naar 13 meter op het gelijkvloers en de eerste verdieping is bijgevolg in overeenstemming met het referentiebeeld.

De uitbreiding zal dieper komen dan de aanpalende bebouwing. De scheidingsmuur op de linker perceelsgrens wordt met anderhalve meter verlengd ten opzichte van de oorspronkelijke bouwtoelating uit 1961. De aanvrager beschikt bovendien over een bouwplan uit 1989 dat grotendeels overeenstemt met de bestaande situatie. Ten opzichte van de bestaande situatie wordt de scheidingsmuur enkel met anderhalve meter verlengd op de eerste verdieping ter hoogte van de linker perceelsgrens. Op het gelijkvloers werd deze verlenging reeds uitgevoerd. De inplanting van de ramen in de achtergevel van de linker aanpalende woning staan op voldoende afstand van de scheidingsmuur zodat de hinder naar daglichttoetreding bijgevolg beperkt is. De scheidingmuur op de rechter perceelsgrens wordt enkel beperkt opgehoogd.

 

Visueel-vormelijke elementen

De uitbouw wordt voorzien in geelbeige baksteen die kenmerkend is voor de wijk. Afwisseling in baksteenverband zorgt voor een levendige detaillering. De bestaande gevels worden na-geïsoleerd en voorzien van lichtgrijze/beige geschuurde gevelpleister op de verdiepingen. De plint op het gelijkvloers in de voorgevel wordt afgewerkt van groene tegels. De uitwerking van de plint in een ander materiaal is kenmerkend voor de omgeving en de groene tegels vormen een frisse toets.

Het gebruik van pleisterwerk aan de voorgevel is echter niet in overeenstemming met het referentiebeeld. De aanvraag is daarmee in strijd met artikel 6 van de bouwcode. Het materiaalgebruik in de Akkerwindestraat wordt gekenmerkt door metselwerk. De voorgevel moet afgewerkt worden met steenstrips in dezelfde een geelbeige kleur. Dit wordt als voorwaarde aan de vergunning gekoppeld. Mits het respecteren van deze voorwaarde is de aanvraag visueel-vormelijke inpasbaar in de omgevng.

 

Hinderaspecten gezondheid gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

In de bestaande wasplaats achter de garage en aansluiting in de uitbouw wordt de keuken met eetruimte ingericht. De uitbouw voorziet in een vide waardoor het daglicht tot diep in de centraal gepositioneerde keuken valt. Een grote raampartij maakt contact met de ruime tuin. De uitbreiding en de functionele herindeling brengen de verouderde woning naar het wooncomfort van de 21ste eeuw.

Bij volume-uitbreiding moet elke nieuwe verblijfsruimten conform artikel 21 van de bouwcode een minimale vrije hoogte van 2,60 meter hebben. De bureauruimte achteraan op de eerste verdieping heeft slechts een vrije hoogte van 2,44 meter. De bureauruimte is beperkt in oppervlakte, vormt ruimtelijke een geheel met de leefruimte en grenst aan de vide. Het ruimtelijke gevoel zal niet gehinderd worden door een lagere interne hoogte en zal net het intimiteitsgevoel op de kleine oppervlakte vergroten. Er kan een afwijking worden toegestaan op deze bepaling van de bouwcode.

De opstand van de scheidingsmuren van het uitgebreide volume bedraagt slechts 0,20 meter in plaats van 0,30 meter zoals vastgesteld in artikel 34 van de bouwcode. Hier kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet van afgeweken worden.

Het dak van het nieuwe volume wordt aangelegd als groendak, dus er kan eventueel wel een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed aangelegd worden tussen de scheidingswand en de vegetatie. Dit wordt als voorwaarde aan de vergunning gekoppeld.

De aansluitpunten van DWA en RWA moeten minstens 0,20 meter en hoogstens 0,50 meter uiteen gelegen zijn conform artikel 41 van de bouwcode. De aansluitpunten liggen verder dan 0,50 meter uiteen, maar dit kan op eigen terrein opgelost worden.

Dit wordt als voorwaarde aan de vergunning gekoppeld.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande toestand ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.


Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.  De lichtgrijze geschuurde gevelpleister op de voorgevel wordt uitgesloten uit de vergunning. De voorgevel moet op de verdiepingen afgewerkt worden met steenstrip in een geel-beige kleur.

2.  Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL- s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

3.  De aansluitpunten van DWA en RWZ moeten minstens 0,20 meter ten ten hoogste 0,50 meter uit elkaar liggen conform artikel 41 van de bouwcode.

4.  Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

22 september 2022

Volledig en ontvankelijk

17 oktober 2022

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

16 december 2022

Verslag GOA

2 december 2022

naam GOA

Katrine Leemans

Onderzoek

Bevraging aanpalenden

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschrift

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0000


Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De lichtgrijze geschuurde gevelpleister op de voorgevel wordt uitgesloten uit de vergunning. De voorgevel moet op de verdiepingen afgewerkt worden met steenstrip in een geel-beige kleur.
  2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 m ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL- s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.
  3. De aansluitpunten van DWA en RWZ moeten minstens 0,20 meter ten ten hoogste 0,50 meter uit elkaar liggen conform artikel 41 van de bouwcode.
  4. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.