Terug
Gepubliceerd op 05/02/2024

2024_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125585. Jan Breydelstraat 58. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 02/02/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart De Wever, burgemeester

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2024_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125585. Jan Breydelstraat 58. District Berchem - Goedkeuring 2024_CBS_00727 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125585. Jan Breydelstraat 58. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023125585

Gegevens van de aanvrager:

de heer Joren Heynen met als adres Jan Breydelstraat 58 te 2600 Antwerpen en mevrouw Kato Michiels met als adres Jan Breydelstraat 58 te 2600 Antwerpen

Ligging van het project:

Jan Breydelstraat 58 te 2600 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 23 sectie B nr. 444X4

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning en het afbreken van de tuinberging

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden;

 

Bestaande toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • halfopen bebouwing met gevelbreedte van 5,35 m;
  • 2 bouwlagen onder een hellend dak tot een bouwdiepte van 8,55 m waarvan de kroonlijsthoogte 8,16 m en de nokhoogte 11,80 m bedraagt;
  • achterbouw heeft 1 bouwlaag onder een plak tot een bouwdiepte van 17,40 m en een kroonlijsthoogte van 3,57 m;
  • langs de rechter perceelsgrens staat een scheidingmuur tot een diepte van 20,35 m waar tegen een tuinberging van 3,84 m² staat met een hoogte van 2,54 m;

-          gevelafwerking:

  • licht roze voorgevelbepleistering met middenroze decoratieve elementen en gevelplint in blauwe hardsteen, de zijgevel is bezet met antraciet leien;
  • hout bruin geschilderd buitenschrijnwerk;
  • roodbruin genuanceerd dakpannen;

-          inrichting:

  • de achtertuinzone heeft een diepte van ca. 19,68 m;
  • aansluitend op de achtergevel ligt een terras van 10,62 m² en langs de linkse perceelsgrens.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • halfopen bebouwing met gevelbreedte van 5,35 m;
  • 2 bouwlagen onder een hellend dak tot een bouwdiepte van 8,55 m waarvan de kroonlijsthoogte 8,16 m en de nokhoogte 11,80 m bedraagt;
  • achterbouw heeft 1 bouwlaag onder een plak tot een bouwdiepte van 16,12 m;

-          gevelafwerking:

  • licht roze voorgevelbepleistering met middenroze decoratieve elementen en gevelplint in blauwe hardsteen, de zijgevel is bezet met antraciet leien;
  • hout bruin geschilderd buitenschrijnwerk;
  • roodbruin genuanceerd dakpannen;

-          inrichting:

  • de achtertuinzone heeft een diepte van ca. 20,95 m;
  • aansluitend op de achtergevel ligt een terras van 14,80 m².

 

Inhoud van de aanvraag

-          verbouwen en uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          voorgevelwijzigingen maken geen deel uit van de aanvraag.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gemengd woongebied en industriegebied. De gebieden die als gemengd woon- en industriegebied zijn aangeduid, zijn bestemd voor wonen en voor de andere in artikel 5.1.0. van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen. Bedoelde functies alsmede voor de instandhouding en de gerechtvaardigde uitbreiding van de bedrijven die er gevestigd zijn. Wanneer die bedrijven hun huidige bedrijfsactiviteit niet meer voortzetten en geen andere activiteiten die tot dezelfde bedrijfssector behoren, uitoefenen, krijgt het betrokken gebied uitsluitend en definitief de bestemming van woongebied.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan – gemengde woon- en industriegebieden en het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen’

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de vrije hoogte van verblijfsruimtes dient 2,60 meter te bedragen. De slaapkamers onder het zadeldak voldoen hier niet aan;
  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: het gedeelte van de scheidingsmuren dient een opstand te hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand is niet aanwezig;
  • Artikel 38 Groendaken: het is verplicht om nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies aan te leggen als een groendak, indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 m².

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en komt hiermee overeen met de kenmerkende woonfuncties in de Jan Breydelstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De Jan Breydelstraat wordt gekenmerkt met panden bestaande uit 2 of 3 bouwlagen onder een zadeldak. Het betreffende pand behoudt het hoofdvolume, bestaande uit 2 bouwlagen en een zadeldak. De achterbouw wordt verbouwd, tot een kenmerkende, gelijkvloerse bouwdiepte van 16,12 meter. Op de verdieping, tegen de rechter perceelsgrens, wordt het bestaande volume beperkt uitgebreid tot een hoogte van 5,87 meter.

 

De gelijkvloerse achterbouw wordt perceelsbreed voorzien tot een diepte van 16,12 meter. Deze uitbreiding, waarbij de keuken en ontbijthoek via grote glaspartijen in relatie komen te staan met de gelijkvloerse tuin, heeft een positieve impact op de woonkwaliteit. Er moeten hiervoor geen scheimuren worden opgehoogd. De gelijkvloerse uitbreiding is aanvaardbaar.

 

Achteraan de eerste verdieping wordt de uitbouw ter hoogte van de rechter perceelgrens beperkt uitgebreid. De dakrand en de aangrenzende scheimuur verhogen van 5,77 meter tot een hoogte van 5,87 meter. Deze beperkte uitbreiding is aanvaardbaar.

 

De overige werken situeren zich binnen het bestaande volume in functie van een beter intern ruimtegebruik. Bijgevolg wordt geoordeeld dat de draagkracht van het perceel, noch de omgeving, wordt overschreden.

 

Visueel-vormelijke elementen

In de aanvraag werden er geen voorgevelwijzigingen opgenomen. De gevel werd in de bestaande toestand roze geschilderd. Er kan geen bewijs teruggevonden worden dat deze gevelwijziging in het verleden vergund werd. Alle wijzigingen in verband met de voorgevel ten opzichte van de laatst vergunde of vergund geachte toestand worden uitgesloten van de vergunning.

 

De voorgestelde materialisatie voor de achterbouw in houten latwerk is hedendaags en stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De minimale hoogte van de slaapkamers dient volgens artikel 21 van de bouwcode 2,60 meter te bedragen. De aanvraag voldoet hier niet aan aangezien er slechts een vrije hoogte van 2,20 meter gerealiseerd wordt. Een minimale vrije hoogte garandeert een ruimte van een minimale verblijfskwaliteit. Er kan hierop geen afwijking gegeven worden. In voorwaarden van de vergunning dient te worden opgelegd dat de vrije hoogte van de slaapkamers op de tweede verdieping in overeenstemming moet gebracht worden met art. 21 van de bouwcode om als verblijfsruimtes te worden gebruikt. 

 

Omdat er onvoldoende dakopstand voorzien wordt ter hoogte van het nieuwe dak (bouwcode, artikel 34) worden voorwaarden opgelegd naar de brandweerstand ervan. Eveneens wordt opgelegd om de nieuwe daken, met een oppervlakte groter dan 20 m², aan te leggen als groendak (bouwcode, artikel 38).

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Alle wijzigingen, werken en handelingen in verband met de voorgevel ten opzichte van de laatst vergunde of vergund geachte toestand worden uitgesloten van de vergunning.
  1. De vrije hoogte van de slaapkamers op de tweede verdieping moet in overeenstemming gebracht worden met art. 21 van de bouwcode om als verblijfsruimtes te worden gebruikt.
  1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.) of, indien een groendak, een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.
  1. De nieuwe platte daken dienen voorzien te worden van een groendak conform de bepalingen van artikel 38 van de bouwcode.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 september 2023

Volledig en ontvankelijk

8 november 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

7 januari 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

6 februari 2024

Verslag GOA

17 januari 2024

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Alle wijzigingen, werken en handelingen in verband met de voorgevel ten opzichte van de laatst vergunde of vergund geachte toestand worden uitgesloten van de vergunning.
  1. De vrije hoogte van de slaapkamers op de tweede verdieping moet in overeenstemming gebracht worden met art. 21 van de bouwcode om als verblijfsruimtes te worden gebruikt.
  1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.) of, indien een groendak, een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.
  1. De nieuwe platte daken dienen voorzien te worden van een groendak conform de bepalingen van artikel 38 van de bouwcode.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.