2024_CBS_01222 - Redders - Functiedifferentiatie - Goedkeuring

Zwembaden en openluchtbaden vinden in heel Vlaanderen moeilijk redders. Sinds 2010 is het beroep Hoger Redder een knelpuntberoep en dat is anno 2024 nog steeds zo. Redders hebben nochtans een essentiële veiligheidsfunctie in het openhouden van onze stedelijke zwembaden; zij zijn opgeleid en getraind in levensreddende reddings- en reanimatietechnieken en kunnen vakkundig ingrijpen bij verdrinkingsrisico’s. De moeilijke invulling van de vacatures voor redder zorgt momenteel voor structurele tekorten in de dienstverlening. Dit verplicht ons na te denken over structurele, alternatieve wijzen om redders te vinden en te binden. De bedrijfseenheid Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving/Sport en Personeel & Organisatie werken samen in het zoeken naar oplossingen hiervoor.

Om extra invulling van de vacatures te genereren en zo de dienstverlening op punt te houden, willen we inzetten op gedifferentieerde aanwerving voor redders en de mogelijkheid tot functieverhoging van D1/3-niveau naar C1/3-niveau.

 Dit betekent ook dat we inzetten op gedifferentieerde taken. ‘Senior redders’ op C1/3-niveau krijgen bijkomende taken zoals bijvoorbeeld de controle op materiaal en de controle op het correct gebruik ervan, coaching van nieuwe collega’s, coördinatie van het dagelijkse onderhoud van de accommodatie, en zij kunnen de taak van teamleider op zich nemen tijdens het openluchtseizoen (zwembad De Molen en zwemvijver Boekenberg). 

 Er worden geen minima of maxima bepaald in de verhouding tussen redders op D1/3- en C1/3-niveau.  We streven naar een mix per zwembad. De bijkomende taken zijn zo bepaald dat een zwembad steeds kan openen volgens de geldende veiligheidsvoorschriften met een team van redders op D1/3-niveau. De aanwezigheid van een redder van C1/3-niveau is dus niet vereist voor het openen van een zwembad. We benadrukken dat zowel D1/3- als C1/3-niveau redders, beide volwaardig redder zijn en op gelijke wijze instaan voor de veiligheid. Beide zijn op eenzelfde wijze opgeleid en getraind in levensreddende reddings- en reanimatietechnieken. 

Dit is het voorstel:

Hoe kan je aan de slag als redder stad Antwerpen?

• Aanwerving redder is mogelijk zowel op C1/3-niveau als op D1/3-niveau
• Voor redders op D1/3-niveau: na 5 jaar anciënniteit wordt er een loopbaanperspectief geboden waardoor alle redders de mogelijkheid krijgen deel te nemen aan een selectie op C1-niveau (vakspecialist). Bij slagen krijgen zij de functietitel “senior redder”. 
• Er is een verschillend takenpakket voor redders op D1/3-niveau en op C1/3-niveau uitgewerkt. 

 Wat zijn de voorwaarden om door te groeien? 

• 5 jaar positieve evaluatie als redder op D1/3-niveau
• Slagen in de selectie voor vakspecialist C1/3-niveau 
• Extra taken bij start als redder op C1/3-niveau 

 Sollicitatievoorwaarden zowel extern als intern: 

• Vacature junior profiel redder polyvalent vakmedewerker (D1/3-niveau)  (0 jaar ervaring) 
  • Geen diploma secundair onderwijs en minder dan 5 jaar ervaring
  • Hoger Reddersbrevet uitgereikt door Sport Vlaanderen (vroegere BLOSO) / Vlaamse Reddingsfederatie (vroegere VRC) 
• Vacature senior profiel redder op C1/3-niveau
  • Ofwel diploma hoger secundair en Hoger Reddersbrevet uitgereikt door Sport Vlaanderen (vroegere BLOSO) / Vlaamse Reddingsfederatie (vroegere VRC) (incl. bijscholing)
  • Ofwel min 5 jaar (equivalent voltijds) aantoonbare professionele ervaring als redder

De instroom op beide niveaus D1/3 en C1/3 blijft essentieel in het vinden van redders.  Op deze wijze kunnen we een brede basis aanspreken als potentiële kandidaten redder.  Op deze wijze bieden we ook een loopbaanperspectief aan redders.

Daarnaast zetten we ook in op een opleidingstraject voor interne en externe medewerkers. Externe medewerkers komen na het doorlopen van een D1/3 selectie in dienst bij Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving op E-niveau, bijvoorbeeld als zwembadtoezichter. Na het behalen van het reddersdiploma kan een kandidaat dan aangesteld worden als redder op D1/3 niveau.

De geraamde meerkost wordt op jaarbasis op 66.600,00 euro berekend. Deze meerkost zal gecompenseerd worden binnen de bestaande kredieten van de personeelslijn.