Terug
Gepubliceerd op 23/01/2024

2024_CBS_00231 - Omgevingsvergunning - OMV_2023119504. Vlaamsekunstlaan 52. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 19/01/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_00231 - Omgevingsvergunning - OMV_2023119504. Vlaamsekunstlaan 52. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_00231 - Omgevingsvergunning - OMV_2023119504. Vlaamsekunstlaan 52. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023119504

Gegevens van de aanvrager:

BVBA RONMAN met als adres Atealaan 1 te 2270 Herenthout

Ligging van het project:

Vlaamsekunstlaan 52 te 2020 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 9 sectie I nr. 2122A5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden en verbouwen van een meergezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          12/06/2023: navolgend proces-verbaal 11002_2023_17518_VPV voor controle van stakingsbevel;

-          27/04/2023: proces-verbaal 11002_2023_17327_VPV voor het werken uitvoeren zonder voorafgaande omgevingsvergunning en omgevingsmelding;

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:

https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/104848;

-          07/11/1952: toelating (18#30150) voor het bijbouwen van een kamer;

-          10/04/1934: toelating (18#215) voor het bouwen van een huis;

 

 

Geacht vergunde toestand  

-          functie:

  • meergezinswoning;
  • 1 eenslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 70 m² op het gelijkvloers met overdekte koer en tuin;
  • 2 tweeslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 65 m² met overdekte terras op de eerst en tweede verdiepingen;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak; 
  • bouwdiepte van de voorbouw 11,76 m en 10,15 m hoogte;
  • bouwdiepte van de achterbouw tegen rechter perceelsgrens met 15,14 m en hoogte van 3,50 m;
  • overdekte inpandige koer op het gelijkvloers van 2 m2;
  • inpandige terrassen op de eerste en tweede verdieping van 2 m².

-          gevelafwerking:

  • parement van de bovenbouw in bruine zandsteen en houten schrijnwerk;
  • pui bekleed met platen in witte natuursteen, voorzien van een inkomportaal met deur en venster met smeedijzeren traliewerk;

-          inrichting:

  • tuin van 33 m2.

 

Bestaande toestand

-          functie:

  • meergezinswoning;
  • 1 eenslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 82 m² op het gelijkvloers;
  • 2 tweeslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 67 m² op de eerst en tweede verdiepingen;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak; 
  • bouwdiepte van de voorbouw 11,76 m en 10,15 m hoogte;
  • bouwdiepte van de achterbouw perceelbreed met 15,20 m en hoogte van 3,50 m;
  • inpandige terrassen toegevoegd aan intern volume;
  • dakterras van 17 m² op de eerste verdieping;
  • nog niet afgewerkt terras van 4,6m² op de tweede verdieping.

-          gevelafwerking:

  • parement van de bovenbouw in bruine zandsteen en antraciet PVC schrijnwerk;
  • pui bekleed met platen in witte natuursteen, voorzien van een inkomportaal met venster met smeedijzeren traliewerk;

-          inrichting:

  • verharde koer van 27 m2.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • meergezinswoning;
  • 1 eenslaapkamerappartement met een netto vloeroppervlakte van circa 82 m² op het gelijkvloers;
  • 2 tweeslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 67 m² op de eerst en tweede verdiepingen;

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen onder plat dak; 
  • bouwdiepte van de voorbouw 11,76 m en 10,15 m hoogte;
  • bouwdiepte van de achterbouw perceelbreed met 15,20 m en hoogte van 3,50 m;
  • inpandige terrassen toegevoegd aan intern volume;
  • dakterras van 14,7 m² op de eerste verdieping;
  • terras van 4,2 m² op de tweede verdieping met een diepte van 1,3 m.

-          gevelafwerking:

  • parement van de bovenbouw in bruine zandsteen en antraciet PVC schrijnwerk;
  • pui bekleed met platen in witte natuursteen, voorzien van een inkomportaal met venster met smeedijzeren traliewerk;

-          inrichting:

  • koer van 27 m2, 11 m2 verharde terras en 16 m2 groene zone.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          toevoegen terrassen;

-          isoleren van de achtergevel;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

17 november 2023

15 december 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

17 november 2023

6 december 2023

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 24 Minimale licht lichtinval en luchttoevoer: de keuken op het gelijkvloers is volledig ingesloten en krijgt hierdoor geen rechtstreek licht en zicht.
  • art 40  en 41 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:
    er is geen gescheiden riolering en wordt niet aangeboden aan de straat.
  • art. 43 Septische putten: er is geen septische put waar deze op de plannen van de laatst vergunde toestand (beerput) wel aanwezig was.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af op artikel 24, 40, 41 en 43 van de bouwcode. Er kan niet op geldige wijze worden van afgeweken. Dit wordt als voorwaarde opgenomen bij de vergunning.

 

Functionele inpasbaarheid

Voorafgaand aan de omgevingsaanvraag werd er advies gevraagd aan de stedelijke dienst Vermoeden Van Vergunning om zekerheid te hebben over het aantal woningen dat onder het vermoeden  van vergunning valt. Het advies is gunstig voor 3 woningen:

“Op basis van de feitelijke toestand en het kadaster is het voldoende bewezen dat het hier gaat om 3 volwaardige woningen op respectievelijk gelijkvloers, eerste en tweede verdieping.”

De functionele inpasbaarheid blijft hiermee gegarandeerd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt de regularisatie van een gelijkvloerse beperkte perceel brede uitbreiding, het toevoegen van terrassen achteraan en het isoleren van de achtergevel. De perceel brede uitbreiding op het gelijkvloers is niet onlogisch en sluit aan bij het linker buurpand. Dit is stedenbouwkundig aanvaardbaar.

Om de woonkwaliteit te verbeteren voor de bestaande appartementen wenst men achteraan terrassen toe te voegen. Doorheen de tijd werden immers de zeer beperkte inpandige terrassen (2 m²) toegevoegd aan het binnenvolume. Zo wordt er op de 1ste verdieping een dakterras aangelegd dat aansluit bij de linker hoger opgaande scheidingsmuur. Initieel werd dit dakterras tot op de perceelgrens met het rechterbuurperceel voorzien wat stedenbouwkundig onaanvaardbaar is. Hierdoor ontstond er immers rechtstreeks zicht naar het rechterbuurperceel. De scheidingsmuur verhogen in functie van dit terras zou eveneens niet aanvaardbaar zijn aangezien de context zich kenmerkt door kleinere ondiepe percelen. In voorliggende aanvraag wordt de terraszone om voormelde stedenbouwkundige reden aangepast en voorzien onder een hoek van 45 graden ten opzichte van het rechterbuurperceel. Dit is stedenbouwkundig aanvaardbaar. Er wordt geoordeeld dat op voormelde wijze de hinder naar de omgeving beperkt blijft. Er wordt echter opgemerkt dat de oorspronkelijke borstwering wel behouden blijft en er een dubbele borstwering wordt geplaatst die voldoet aan de 45 graden regel. In voorwaarde bij de vergunning zal worden opgenomen om de borstwering gelegen buiten de hoek van 45 graden te supprimeren. Op de tweede verdieping wordt er eveneens een terras  voorzien in de vorm van een uitkragend balkon. Ook hier tracht men de hinder naar de rechter aanpalende te beperken door een hap uit het origineel voorzien terras te nemen. Volgens de huidige regelgeving is dit terras met een oppervlakte van 4,2 m² te klein voor een twee slaapkamer appartement. Het bureau kan immers dienen als slaapkamer. Aan de hand van het voorgestelde ontwerp wordt aangetoond dat het niet evident is om in een context met kleinere ondiepe percelen, voor elke woning een kwalitatieve buitenruimte te voorzien die bovendien geen hinder veroorzaakt op het perceel en de omgeving. Met deze aanvraag wordt er tevens een inspanning geleverd om de woonkwaliteit van de bestaande appartementen te verbeteren door hen te voorzien van een buitenruimte. Dit wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt erg gewaardeerd. Omwille van voormelde argumentatie kan er bijgevolg met behulp van artikel 3 van de bouwcode een afwijking worden verleend op artikel 28 van de bouwcode.

Schaal en ruimtegebruik zijn gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultureel historische aspecten

De aanvraag heeft betrekking een pand dat is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten.

Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Het pand betreft een modernistische meergezinswoning uit 1934, gebouwd voor Carolus Elen, naar een ontwerp van de architect Arie Landwaard. De bouwwerken zijn uitgevoerd door aannemer Simons, gevestigd Van Trierstraat 48. De uit Nederland afkomstige Landwaard bouwde net zoals René Cnoops, Jan Jacobs, Karel Mattheussen en Gustaaf Van Meel vanaf 1933 in de Tentoonstellingswijk. Landwaard bouwde in de jaren 1930 in deze wijk een aantal gelijkaardige woningen in modernistische stijl, die in juli 1936 werden gepubliceerd in het toonaangevende Belgische architectuurtijdschrift Bâtir: de woning Hans in de Ryckmansstraat, de woning Gyselaers-Bonte in de Vlaamsekunstlaan, de woning De Pauw-De Vos in de Tentoonstellingslaan.

Deze rijwoning is drie bouwlagen hoog onder plat dak. De lijstgevel heeft een pui, die bekleed is met platen in witte natuursteen, en een bovenbouw uitgevoerd in een parement van bruine Hollandse zandsteen, in klezorenverband met Dudokvoeg - dieperliggende lintvoegen gecombineerd met platvolle stootvoegen. De parementgevel is verlevendigd door een licht geprofileerde middentravee ter breedte van de vensterpartijen en twee smalle verticale baksteenstroken in tegelverband aan weerszijden van het gebouw. Het gelijkvloers is voorzien van een inkomportaal aan rechterzijde en een breed venster. Op de verdiepingen zijn de gevelopeningen uitgewerkt als bandramen, centraal doorbroken met een verzonken muurdam in klezorenverband. Het gebruik van doorlopende vensterdorpels en rollagen benadrukt het horizontale karakter van de bovenbouw. Diens sobere modernistische uitstraling wordt versterkt door de eenvoudige afwerking van de dakrand met een arduinen deksteen. Het inkomportaal is contrasterend uitgewerkt met een verticaal gelede deuromlijsting in art-decostijl. Hierin zijn de voordeur en een langgerekt staand venster aangebracht, voorzien van strak vormgegeven smeedijzeren traliewerk, die in hun oorspronkelijke vorm behouden zijn. De ramen zijn alle voorzien van recent vervangen houten schrijnwerk. De achtergevel kreeg een sobere zakelijke vormgeving met gevelmetselwerk in klampsteen. Aan de keukens op de verdiepingen zijn twee inpandige terrasjes voorzien, met borstweringen in ijzerwerk.

Volgens de oorspronkelijke bouwplannen is de woning volledig onderkelderd, met provisie- en koolkelders voor de verschillende huurders. De drie bouwlagen zijn bijna identiek, waarbij de kamers steeds georganiseerd zijn rondom een centrale hall, die verbonden is met de zijdelings ingeplante inkom en de traphal. Aan de voorzijde bevindt zich de woonkamer. De achterliggende keuken is hiervan gescheiden door een sanitaire zone met badkamer en wc, en geeft uit op een inpandige overdekte koer, een gaanpad van cementdallen en een kleine stadstuin. Ook de slaapkamer is aan de achtergevel gelegen. De verdiepingen hebben een gelijkaardig grondplan, zij het met een opdeling in slaapkamer en woonkamer aan de straatzijde. De vloeren van badkamers en keukens zijn uitgevoerd in gewapend beton. De traphal is verlicht door een dakkoepel.

 

Men wenst de uitgevoerde werken te regulariseren. We betreuren het dat de eigenaar ons niet voorafgaand heeft gecontacteerd over het project. In het interieur bleef enkel de trap behouden, indeling en overige interieurelementen die nog aanwezig waren, zijn gesloopt. Aan de achtergevel werden terrassen voorzien en de achtergevel werd geïsoleerd en bepleisterd. Ook deze werken betekenen geen meerwaarde vanuit erfgoedoogpunt.

In de voorgevel werd het houten schrijnwerk vervangen, net zoals de oorspronkelijke voordeur, door antraciet pvc schrijnwerk.

In oorsprong was hier stalen schrijnwerk voorzien, het houten schrijnwerk was niet meer het oorspronkelijke schrijnwerk. Het nieuwe schrijnwerk is zowel qua materiaalgebruik als qua indeling niet aanvaardbaar in de voorgevel van dit pand en vormt een beeldverstorende toevoeging. Ook het vervangen van de voordeur doet afbreuk aan de erfgoedwaarde van dit pand. Deze werken komen dan ook niet in aanmerking voor regularisatie.

 

Gelet op het voorgaande wordt een ongunstig advies verleend voor de regularisatie van het schrijnwerk. De overige werken zijn aanvaardbaar.

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt sluiten wij ons aan bij het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg. Het schrijnwerk in de voorgevel zal bijgevolg uitgesloten worden van vergunning.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Intern werd de woning herschikt. Waar de leefruimte in het origineel ontwerp gescheiden was van de keuken worden deze ruimtes nu bij elkaar georganiseerd. Volgens hedendaagse woonkwaliteitsnormen is dit een verbetering. Echter is hierdoor de keuken op het gelijkvloers nu ingesloten waardoor deze, strijdig met artikel 24, geen rechtstreeks licht en zicht heeft. Om die reden zal er in voorwaarde opgenomen worden om in de muur (tussen keuken en bureau) van het oorspronkelijk  inpandig gelijkvloers terras (archiefplan 18#30150) een opening te maken naar analogie van de raamopeningen op de verdiepingen ter hoogte van de oorspronkelijk inpandige terrassen.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De borstwering ter hoogte van het dakterras op de 1ste verdieping achteraan, gelegen buiten de hoek van 45 graden dient te worden gesupprimeerd.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
  1. In de muur (tussen keuken en bureau) van het oorspronkelijk inpandig gelijkvloers terras (archiefplan 18#30150) dient er een opening te worden gemaakt op dezelfde plek en met dezelfde afmetingen als de bovenliggende raamopeningen op de verdiepingen ter hoogte van de oorspronkelijk inpandige terrassen.
  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
  1. Er dient een rioolstelsel te worden voorzien dat voldoet aan artikel 40 en 41 van de bouwcode.
  1. Er dient een septische put te worden voorzien conform artikel 43 van de bouwcode.
  1. Het schrijnwerk (antraciet PVC) in de voorgevel wordt uitgesloten uit de vergunning.


Standpunt College

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert om het schrijnwerk in de voorgevel uit te sluiten van vergunning. Het nieuwe antraciet pvc schrijnwerk zou zowel qua materiaalgebruik als qua indeling beeldverstorend zijn.

Het klopt inderdaad dat de indeling en de materialisatie van het schrijnwerk doorheen de jaren verschillende keren werd aangepast, in oorsprong was hier namelijk stalen schrijnwerk voorzien. Het college is echter van mening dat het antraciet pvc schrijnwerk geen afbreuk doet aan het gevelbeeld en inpasbaar is in het straatbeeld.

Wat de raamindeling betreft, is het aanbevolen om, bij een toekomstige vernieuwing van het schrijnwerk, opnieuw meer aansluiting te zoeken bij de oorspronkelijke raamverdeling.

Het college schrapt bijgevolg de desbetreffende uitsluiting.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 september 2023

Volledig en ontvankelijk

17 november 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

16 januari 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

15 februari 2024

Verslag GOA

11 januari 2024

Naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De borstwering ter hoogte van het dakterras op de 1ste verdieping achteraan, gelegen buiten de hoek van 45 graden dient te worden gesupprimeerd.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
  1. In de muur (tussen keuken en bureau) van het oorspronkelijk inpandig gelijkvloers terras (archiefplan 18#30150) dient er een opening te worden gemaakt op dezelfde plek en met dezelfde afmetingen als de bovenliggende raamopeningen op de verdiepingen ter hoogte van de oorspronkelijk inpandige terrassen.
  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
  1. Er dient een rioolstelsel te worden voorzien dat voldoet aan artikel 40 en 41 van de bouwcode.
  1. Er dient een septische put te worden voorzien conform artikel 43 van de bouwcode.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.