Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023093436 |
Gegevens van de aanvrager: | Provincie Antwerpen met als adres Koningin Elisabethlei 22-24 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Markgravelei 86 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 10 sectie K nr. 1821B |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | plaatsen van een overdekte fietsenstalling met afbraak bestaande verharding en aanleg van een nieuw pad |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7288;
- 30/11/2012: milieuvergunning klasse 3 (2012612) voor een provinciaal centrum voor leerlingenbegeleiding;
- 17/12/1992: milieuvergunning klasse 3 (1992720) voor Het Provinciaal PMS-MST Centrum Voor Provinciaal Onderwijs;
- 22/04/1982: vergunning (1982192018) voor een restauratie en renovatie;
- 13/09/1976: beschermd als monument: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/5580;
- 13/05/1976: beschermd cultuurhistorisch landschap: https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/5551.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- inrichting
Bestaande toestand
- inrichting/bouwvolume:
Nieuwe toestand
- inrichting/bouwvolume/gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- slopen en herbouwen van een fietsenberging op de perceelgrens;
- wijzigen van de verharding in de tuinzone.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap voor Natuur en Bos - Adviezen en Vergunningen Antwerpen | 26 oktober 2023 | 27 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal | 26 oktober 2023 | 13 december 2023 | Geen advies |
Onroerend Erfgoed | 26 oktober 2023 | 13 december 2023 | Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 26 oktober 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 26 oktober 2023 | 27 oktober 2023 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 26 oktober 2023 | 12 december 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen, (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie. Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C)
Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van onderwijs (gemeenschapsvoorziening – centrum voor provinciaal onderwijs in het Hof Van Leysen) blijft behouden.
Het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft is volgens het ‘Gewestplan Antwerpen – Algemene en aanvullende voorschriften’ dd. 07/07/2000 bestemd als parkgebied. Het gewestplan legt op dat de parkgebieden in hun staat bewaard moeten worden of ingericht moeten worden zodat ze hun sociale functie kunnen vervullen. Voorliggende aanvraag voorziet het oprichten van een fietsenberging en wijzigen van de verharding horende bij het gebouw met als vergunde functie onderwijs. Gezien de fietsenberging hoort bij deze vergunde functie kan de voorgestelde fietsenberging vergund worden in het parkgebied aangezien hierdoor de sociale functie versterkt wordt.
Daarnaast voldoet de aanvraag aan de bepalingen van artikel 4.4.19 van de VCRO waarin wordt gesteld dat het uitbreiden van een bestaande zonevreemde constructie, niet zijnde woningbouw vergunbaar is in parkgebied op voorwaarde dat de uitbreiding noodzakelijk is omwille van de infrastructurele behoeften ingevolge de werking van erkende, gesubsidieerde of gefinancierde onderwijsinstellingen of van een erkende jeugdvereniging in de zin van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid en het decreet van 18 juli 2008 houdende het voeren van een Vlaams jeugd- en kinderrechtenbeleid of van een toeristisch logies dat aangemeld is als jeugdverblijf conform het decreet van 5 februari 2016 houdende het toeristische logies. In de beschrijvende nota wordt vermeld dat de fietsenberging nodig is om de personeelsleden van voorliggende onderwijsinstelling een kwalitatieve fietsstalplaats aan te bieden. Dit duidt op de noodzaak van deze uitbreiding.
Gelet op voorgaande motivering is voorliggende aanvraag functioneel inpasbaar.
Schaal - visueel-vormelijke elementen - Cultuurhistorische aspecten
Gelet op de erfgoedwaarde van het pand en de omgeving werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg en aan het agentschap Onroerend Erfgoed.
Het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg kan als volgt samengevat worden:
“De fietsenstalling grenzend aan het Torenhof heeft geen erfgoedwaarde. De nieuwe stalling wordt opnieuw losgetrokken van het gebouw en blijft onder de tuinmuur waardoor de visuele impact beperkt is. De stedelijke dienst Monumentenzorg adviseert de aanvraag enkel gunstig indien er een toelating van het Agentschap wordt verkregen.”
Het agentschap onroerend erfgoed bracht gunstig advies uit op voorliggende aanvraag zonder verdere bemerking.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg en het agentschap Onroerend Erfgoed bijgetreden. Gelet op de positie en inplanting van de fietsenberging ten opzichte van de aanwezige tuinmuren is de visuele impact ten opzichte van het gebouw Torenhof beperkt. De gebruikte materialen in vuurhout en staal zijn in harmonie met een tuinzone.
De aanvraag is bijgevolg in overeenstemming met de schaal, visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bijgevolg stelt het Agentschap voor Natuur en Bos in haar advies dat bij het uitvoeren van de werken in de periode 1 maart tot 1 juli er geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men na te gaan vóór de werken beginnen of vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen, moet de aanvrager contact op nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mail adres van AVES. Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning.
Daarnaast stelt artikel 18 van de bouwcode dat bij het uitvoeren van werken alle mogelijke voorzorgen moeten genomen worden om de opgaande beplanting te beschermen, om deze in goede gezondheid te houden en om schade te voorkomen. Er wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning dat de aanvrager rekening moet houden met de gestelde maatregelen in het voornoemde artikel.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Er wordt opgemerkt dat de inrichting van de fietsenstalling niet volledig voldoet aan de principes bepaald in artikel 24 van de bouwcode. Voornamelijk de tussenafstand tussen de fietsen is onvoldoende. Bij fietsstalplaatsen op 1 rij moet de tussenafstand as-op-as 60 cm bedragen en bij 2 lagen 50 cm. Het voldoen aan deze inrichtingsprincipes wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Bij het uitvoeren van de werken in de periode 1 maart tot 1 juli mogen er geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.
2. Voor de aanvang van de werken moet de aanvrager nagaan of er vleermuizen aanwezig zijn. Indien dit het geval is, moet de aanvrager contact op nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos alvorens de werken aan te vatten.
3. De aanvrager moet alle maatregelen, zoals gesteld in artikel 18 van de bouwcode, respecteren om de opgaande beplanting te beschermen, in goede gezondheid te houden en schade te voorkomen.
4. De inrichting van de fietsenberging moet voldoen aan de inrichtingsprincipes zoals gesteld in artikel 24 van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 4 augustus 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 26 oktober 2023 |
Start openbaar onderzoek | 6 november 2023 |
Einde openbaar onderzoek | 5 december 2023 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 8 februari 2024
|
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 8 mei 2024 |
Verslag GOA | 27 maart 2024 |
Naam GOA | Cynthia Steurs |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
6 november 2023 | 5 december 2023 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Bij het uitvoeren van de werken in de periode 1 maart tot 1 juli mogen er geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.
2. Voor de aanvang van de werken moet de aanvrager nagaan of er vleermuizen aanwezig zijn. Indien dit het geval is, moet de aanvrager contact op nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos alvorens de werken aan te vatten.
3. De aanvrager moet alle maatregelen, zoals gesteld in artikel 18 van de bouwcode, respecteren om de opgaande beplanting te beschermen, in goede gezondheid te houden en schade te voorkomen.
4. De inrichting van de fietsenberging moet voldoen aan de inrichtingsprincipes zoals gesteld in artikel 24 van de bouwcode.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.