2024_CBS_01549 - Omgevingsvergunning - OMV_2023124565. Emile Verhaerenlaan 1A-B-C, Frederik van Eedenplein 4-4A, 5-5A. District Antwerpen. Intrekking en nieuwe beslissing - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          08/05/2015: vergunning onder voorwaarden (2015541) voor het verbouwen van een bankkantoor naar een kiné-ruimte;

-          24/05/1988: weigering (19887955) voor het plaatsen van twee publiciteitspanelen (15 m²);

-          25/01/1963: vergunning (18#44692)) voor de bouw van een appartementsgebouw met handelsgelijkvloers.

Vergunde toestand

-          functie:

• gemengd gebouw:
  • gelijkvloers: supermarkt + kinépraktijk + 2 kleine detailhandelsruimtes;
  • verdiepingen: wonen;

-          bouwvolume:

• 6 bouwlagen met plat dak aan zijde Frederik van Eedenplein;
• 2 bouwlagen met plat dak aan zijde Emile Verhaerenlaan;

-          gevelafwerking:

• crèmekleurig parement;
• plint handelsgelijkvloers in blauwe hardsteen en marmer;
• schrijnwerk in aluminium;

-          inrichting:

• nagenoeg volgebouwd perceel met zone voor laden en lossen naast en achter het gebouw.

Bestaande toestand

-          functie:

• gemengd gebouw:
  • gelijkvloers: supermarkt + kinépraktijk + restaurant + buurtwinkel;

-          gevelafwerking:

• wit schrijnwerk op de verdiepingen;
• grijs schrijnwerk voor het handelsgelijkvloers.

Nieuwe toestand

-          functie:

• gemengd gebouw:
  • gelijkvloers: supermarkt;

-          gevelafwerking:

• nieuwe toegang op hoek Frederik van Eedenplein/Emile Verhaerenlaan in grijs schrijnwerk.

-          inrichting:

• aangepast openbaar domein (met maximale helling van 3%) ter hoogte van de nieuwe toegang.

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de functie;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          de verdiepingen maken geen deel uit van de aanvraag;

-          het restaurant en de buurtwinkel aan de zijde van de Emile Verhaerenlaan maken geen deel uit van de aanvraag.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Op 26 juni 1992 verleende het college aan GB-INNO-BM een milieuvergunning klasse 2 voor de exploitatie van een supermarkt (AN1992/163).

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de uitbreiding en exploitatie van een bestaande Proxy Delhaize supermarkt. Voor deze winkel werd tot op heden nog geen vergunning verleend waardoor de exploitatie beschouwd wordt als een nieuwe inrichting.

Aangevraagde rubriek(en)

Aangevraagde rubriek(en) Proxy Delhaize Linkeroever
 

Omschrijving kleinhandelsactiviteiten

De huidige vestiging Proxy Delhaize gevestigd aan het Frederik Van Eedenplein 4-5 beschikt reeds over een kleinhandelsvergunning (sociaal-economische vergunning), goedgekeurd in de zitting van 24 april 2015 (2015_CBS_03476).  In de beslissing is opgenomen dat de zaak een totale netto-handelsoppervlakte mag hebben van 780 m² op voorwaarde dat de laad- en losvoertuigen niet de laad- en loszone op- of afrijden tijdens de piekmomenten van schoolgaande kinderen.

Proxy Delhaize vraagt een aanpassing van de kleinhandelsvergunning aan omwille van de uitbreiding van de vestiging met meer dan 10% van de huidige nettohandelsoppervlakte. In de nieuwe toestand wordt de huidige publiek toegankelijke winkelzone, die een oppervlakte heeft

van circa 800 m² + 25 m² publieke toiletten, uitgebreid met circa 225 m² winkelruimte tot een totale nettohandelsoppervlakte van 1.050 m². Het deel van de uitbreiding betreft een ruimte van circa 225 m² waar tot vorig jaar een kinépraktijk was gevestigd. Deze ruimte ligt in hetzelfde gebouw als de huidige supermarkt en is aanpalend. De uitbreiding wordt gerealiseerd door de muur tussen beide ruimtes te verwijderen. Het deel van de uitbreiding van de winkel zal dienst doen als extra winkelruimte, locatie van kassa’s en de in- en uitgang van de winkel.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Op 14 februari 2024 ontving de stad Antwerpen een bericht van het Agentschap Innoveren en Ondernemen via het Omgevingsloket Vlaanderen. Hierin vroeg dit Agentschap om het collegebesluit van 9 februari 2024 (jaarnummer 00700) recht te zetten omdat het aantal m² netto handelsoppervlakte en de aangevraagde/vergunde categorie van kleinhandelsactiviteiten niet in de vergunning werden vermeld. Door een materiële vergissing werd het advies kleinhandelsactiviteiten niet opgenomen en zal dit in onderstaand verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar rechtgezet worden.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor de stad Antwerpen aangewezen is als adviesinstantie.

Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).

Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande supermarkt aan het Frederik van Eedenplein wordt uitgebreid door een aanpalende kinépraktijk te integreren. De functie detailhandel is verenigbaar met de bestemming woongebied volgens het gewestplan.

De wenselijkheid van de uitbreiding van de supermarkt wordt beoordeeld door de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing/Business en Innovatie in kader van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor kleinhandelsactiviteiten.

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen – Dienst Ruimtelijke Economie. Zij gaven ongunstig advies omdat zij van mening zijn dat het dossier onvolledig had moeten verklaard worden. De informatie in het dossier met betrekking tot mobiliteit was ontoereikend om een correct advies te kunnen formuleren. De aanvrager leverde vervolgens bijkomende dossierstukken aan. Een tweede adviesvraag werd niet geagendeerd op de vergadering van het Comité voor Kleinhandel omdat het om een buurtwinkel in de kern gaat.

Bij navraag over het uitblijven van een tweede advies gaf het Agentschap Innoveren en Ondernemen – Dienst Ruimtelijke Economie aan dat zij in principe positief staan ten opzichte van handelsvestigingen in de kern.

Het advies mag als gunstig genoteerd worden. 

De stedelijke dienst Mobiliteit geeft bovendien aan dat de impact van de uitbreiding zeer beperkt is (geen nieuwe bijkomende winkel, enkel meer ruimte in de winkel voor de klanten en verhogen van het klantencomfort door extra winkelruimte toe te voegen). De haalbaarheid van een supermarkt op deze locatie is gemotiveerd geweest in het kader van de sociaal-economische vergunning voor deze winkel uit 2015.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De volumetrie van het bestaande appartementsgebouw met handelsgelijkvloers blijft behouden en blijft verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

Het gebouw wordt gesitueerd op de hoek van het Frederik van Eedenplein en de Emile Verhaerenlaan. Het gebouw springt hier ongeveer 3,00 m terug ten opzichte van de voorgevelbouwlijn langs het Frederik van Eedenplein. De ruimte die vrijkomt door de terugspringende hoek behoort tot het openbaar domein. Ter hoogte van deze terugspringende hoek wordt de nieuwe toegang tot de supermarkt voorzien. Het openbaar domein wordt aangepast om een inpandige helling te kunnen realiseren in functie van de toegankelijkheid van de supermarkt.

De plannen vermelden dat de aanpassing van het voetpad op geen enkel punt de maximale helling van 3% zal overschrijden. De aanvraag werd voorgelegd aan de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Publieke Ruimte. Zij geven voorwaardelijk gunstig advies:

“Er dient onderzocht te worden om de helling van het voetpad aan te leggen met een helling van maximum 2%.

De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer en Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken”.

Het advies wordt bijgetreden en moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe inkomdeur wordt voorzien in hetzelfde grijze schrijnwerk als de rest van het handelsgelijkvloers.

De bestaande toegang tot de supermarkt wordt gesupprimeerd en vervangen door bijkomende automaten. Automaten dragen niet bij aan een levendige plint (bouwcode, artikel 12).

De gevel van het handelsgelijkvloers is evenwel quasi volledig beglaasd  waardoor er voldoende interactie tussen de straat en de supermarkt blijft en aanvraag in overeenstemming met artikel 12 van de bouwcode is.

De visueel-vormelijke inpassing van de aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

De aanvraag betreft het uitbreiden van een bestaande supermarkt.

Laden en lossen

Er zijn geen extra leveringen ten opzichte van de huidige toestand. De supermarkt heeft een laad- en loszone op eigen terrein.

Achteruit inrijden in de laad- en loszone moet gebeuren onder begeleiding.

Deze voorwaarde van de mobiliteitsdienst wordt integraal opgenomen in voorwaarde bij de vergunning.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) worden gevraagd:

• koelinstallaties met een vermogen van 88,8 kW (rubriek 16.3.2.a.);
• verkooppunt voor producten van dierlijke oorsprong met hieraan verbonden slagerij (45.4.d.);
• opslag van 10 ton producten van dierlijke oorsprong (45.4.e.1.);
• ovens met een totaal vermogen van 40 kW voor het afbakken van broodjes (45.8.1.b.);
• opslag van 1 ton diverse gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (17.4).

Voor afbakovens voor broodjes is rubriek 45.8.1.b niet van toepassing. Deze gevraagde rubriek wordt zonder voorwerp verklaard.

Volgende activiteiten zijn aanwezig maar niet ingedeeld:

• de lozing van 400 m³/jaar huishoudelijk afvalwater;
• een transformator met een vermogen van 250 kVA;
• een stookinstallatie met een vermogen van 284 kW.

De winkel beschikt over een eigen laad-en loszone die toegankelijk is via het Frederik van Eedenplein. Hierdoor wordt de hinder voor gebruikers van het openbaar domein tot een minimum beperkt. De koelcentrale is gevuld met CO2 wat een klimaatvriendelijk koelmiddel met een lage GWP waarde is. De motoren van de koelcentrale staan opgesteld in de kelder, enkel de ventilatoren staan buiten. Een kleinere, nieuwe koelgroep wordt bij de toonbank geplaatst. Deze zal werken met het koelmiddel R449a. Dit koelmiddel heeft een GWP (Global Warming Potential) van 1.397. Het is dan ook jammer dat de exploitant voor deze nieuwe koelgroep niet ook gekozen heeft voor het meer milieuvriendelijke CO2 dat een meer duurzaam koelmiddel is.

Van deze exploitatie wordt geen hinder verwacht.

De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). Dat is hier niet het geval.

Overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Uit de toepassing van de watertoets blijkt dat er geen verdere adviezen moeten gevraagd worden.

Toetsing van het aangevraagde aan de beoordelingsgronden van het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid

Doelstelling 1: Duurzame vestigingsmogelijkheden en vermijden van handelslinten

Het pand is gelegen in het afgebakende lokale kernwinkelgebied Linkeroever. De Beleidsnota Detailhandel 2020 stelt dat voor deze zone gelijkvloers handelsruimte of een andere commerciële functie gewenst is. Behoud en optimalisatie van de commerciële activiteit is dus een grote meerwaarde. Het kleinhandelsbedrijf (Proxy Delhaize) situeert zich in de zone B3 binnen het lokale kernwinkelgebied. Het project past in de geformuleerde visie rond kleinhandel, met name een verdere concentratie en clustering van de detailhandel bij voorkeur in kernwinkelgebieden.

Het project maakt deel uit van het gewestplan Antwerpen. Hierin staat de omgeving van het project aangeduid als woongebied. Woongebieden zijn bestemd “voor wonen, alsmede handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven”. De voorgestelde stadssupermarkt lijkt verenigbaar met deze omgeving waardoor voorliggende aanvraag voldoet aan de eisen van het gewestplan.

De aanvraag is niet gelegen op een bedrijventerrein.

Doelstelling 2: Het waarborgen van een toegankelijk aanbod voor consumenten

De consument doet zijn dagelijkse boodschappen het liefst zo dicht mogelijk bij zijn eigen woonomgeving. Hierbij spelen nabijheid (inclusief bereikbaarheid en parkeren), gemak en comfort een belangrijke rol. Gezien de ligging nabij het centrum, een woonwijk en een aantal dienstverleningen, past deze handelsfunctie perfect in zijn omgeving.

In bepaalde wijken wordt een tekort vastgesteld van buurtwinkels en kleine supermarkten. De vraag naar buurtwinkels en -supermarkten zal in de toekomst nog stijgen door maatschappelijke evoluties als kleinere huishoudens en een toenemend aantal ouderen.

Ook de minst mobiele burgers dienen zich te kunnen voorzien in hun behoeften en moeten op een aanvaardbare afstand toegang hebben tot een voldoende groot aanbod voedingsmiddelen om gezond te blijven. De vernieuwde Proxy Delhaize zal beantwoorden aan de verwezenlijking van deze doelstelling. Rolstoelgebruikers kunnen de supermarkt op een eenvoudige manier betreden.

Doelstelling 3: Het waarborgen en versterken van de leefbaarheid in het stedelijk milieu/kernwinkelgebieden

Deze Proxy Delhaize is als buurtsupermarkt sterk gefocust op verse producten en maaltijdoplossingen en richt zich vooral naar de omliggende bewoning, waar klanten hun dagelijkse aankopen komen verrichten. Dit type winkel wordt steeds gevestigd centraal in de stedelijke centra. Proxy Delhaize vervult op deze locatie al lange tijd een belangrijke buurtfunctie; daarvoor was dit een vestiging van Carrefour Market. Een dergelijke supermarkt wordt doelgericht bezocht. Bij het doelmatig winkelen ligt de nadruk op het aankopen van de noodzakelijke dagelijkse goederen.

Doelstelling 4: Het bewerkstelligen van een duurzame mobiliteit

Voor de impact op de mobiliteit verwijst OS/BI door naar de stedelijke dienst Mobiliteit.

De eerdere argumentatie uit de sociaal-economische vergunning van 2015 was als volgt:

-          de winkel beschikt over een eigen laad- en loszone toegankelijk via het Frederik van Eedenplein. Hierdoor is de hinder voor het openbaar domein tot een minimum beperkt. Omdat de laad- en losvoertuigen over het voetpad moeten rijden is het aan te bevelen niet tijdens het begin- en einduur van de scholen te laden en lossen;

-          er zijn geen parkeerplaatsen voor wagens op eigen terrein. De klanten kunnen echter gebruikmaken van de openbare parkeerplaatsen op het Frederik van Eedenplein. Dit zorgt ervoor dat er zich weinig parkeerproblemen zullen voordoen onder het winkelend cliënteel;

-          de supermarkt voorziet niet in fietsparkeerplaatsen op het eigen domein. Er zijn vlakbij voldoende fietsparkeerplaatsen zijn op het openbaar domein. Het personeel kan zijn fiets stallen in het afgesloten magazijn.

Bovenstaande voorwaarden worden opgevangen in het laatste advies van dienst Mobiliteit en de hierin voorgestelde stedenbouwkundige voorwaarde.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Er dient onderzocht te worden om de helling van het voetpad aan te leggen met een helling van maximum 2%.

De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer en Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken.

3. Achteruit inrijden in de laad- en loszone moet gebeuren onder begeleiding.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de Vlarem-wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

Geadviseerde rubriek(en)

Advies over de kleinhandelsactiviteiten

Op basis van doelstellingen 1 tot en met 4 geeft de dienst Investdesk voorwaardelijk gunstig advies voor het uitreiken van een omgevingsvergunning kleinhandelsactiviteiten met het oog op de uitbreiding van een buurtsupermarkt aan het Frederik van Eedenplein 4-5A en de Emile Verhaerenlaan 1A-C in 2050 Antwerpen voor een netto handelsoppervlakte van 1.050 m² voor de verkoop van voeding (categorie 1 decreet integraal handelsvestigingsbeleid van 15 juli 2016).

Wijzigingsverzoeken

De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.

Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.