Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023088738 |
Gegevens van de aanvrager: | BV STYLECOM met als adres Dokter Vandeperrelaan 1 te 2110 Wijnegem |
Ligging van het project: | Sint-Gummarusstraat 4 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 5 sectie E nr. 521F |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een pand en het vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 1 naar 3 |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 5/03/2019: proces verbaal (11002_2019_8776_VPV) voor het vermeerderen van het aantal woongelegenheden, het wijzigen van de voorgevel en het uitbreiden van het pand zonder omgevingsvergunning;
- 7/04/2006: vergunning (3151#1016) voor het bepleisteren van de gevel;
- 30/05/1975: vergunninig (18#57243) voor het uitbreiden van een winkel en zonnetent.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- aantal woongelegenheden vermeerderd van 1 naar 2;
- dagopening voorgevel tweede verdieping verkleind;
- raam in achtergevel gesupprimeerd;
- open koer verkleind tot 3,5 m²;
- buitenschrijnwerk verdiepingen in wit pvc;
- bovenste bouwlaag bekleed met grijze leien.
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een uitbreiding achteraan;
- vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 1 naar 3;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Aquafin | 18 augustus 2023 | 3 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Oost | 18 augustus 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal | 18 augustus 2023 | 4 oktober 2023 | Geen advies |
Fluvius System Operator | 18 augustus 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 18 augustus 2023 | 4 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 9 oktober 2023 | 19 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 16 februari 2024 | 19 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Water-link | 18 augustus 2023 | 3 oktober 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) | 18 augustus 2023 | 23 augustus 2023 |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) | 16 februari 2024 | 23 februari 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 18 augustus 2023 | 6 september 2023 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 18 augustus 2023 | 5 september 2023 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 18 augustus 2023 | 31 augustus 2023 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: overdruk - binnengebied, zone recht van voorkoop - algemene voorschriften en artikel 2 zone voor detailhandel - (de).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:
- 1.4 Draagkracht:. Het voorliggende project voorziet in een te klein tweeslaapkamerappartement en 2 te kleine éénslaapkamerappartementen. Door de voorgestelde configuratie van woningtypes daalt het woongenot en stijgt de densiteit op onaanvaardbare wijze waardoor de functie overlast genereert.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Het project is gelegen in een zone met een pluviale overstromingskans van 1 keer op 100 jaar onder huidig klimaat.
Het project is gelegen in een zone met een fluviale overstromingskans van 1 keer op 1000 jaar onder huidig klimaat.
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De Beleidsnota Detailhandel 2020 stelt dat in deze zone behoud van de vergunde commerciële ruimten mogelijk is en dat optimalisatie ervan gunstig wordt geadviseerd. Investeringen in het winkelvastgoed helpen om leegstand van de commerciële ruimte te vermijden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume zoals voorgesteld in PIV3. Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen en dakvorm overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving. De geplande werken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Visueel-vormelijke elementen
Het voorgestelde materiaalgebruik, wit metselwerk met zwart aluminium buitenschrijnwerk voor de gevel en zwarte imitatieleien met zwart aluminium buitenschrijnwerk voor de daklaag, past zich in in de omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Om het wooncomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden onvoldoende wooncomfort bieden.
Appartement 101 is onvoldoende groot om voor 3 personen een kwalitatieve en aangename woonbeleving te garanderen. Ook is slaapkamer 2 van Appartement 101 te klein gedimensioneerd om voldoende comfort te bieden. Daarenboven beschikt het appartement niet over een berging. Bergen en wassen nemen nuttige oppervlakte van een leefruimte weg.
Verder is het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner onvoldoende voor Appartement 201 en 301. De leefruimtes zijn te klein gedimensioneerd om op een kwalitatieve manier een leefruimte en leefkeuken te voorzien die een aangename woonbeleving te garanderen.
Om bovenstaande hinderaspecten aanvaardbaar te houden en tegelijk de woonkwaliteit te garanderen, is het bijgevolg noodzakelijk om de juiste verhoudingen te zoeken tussen verschillende woningtypes enerzijds en de omvang (oppervlakte) van de verschillende functies binnen de woningen anderzijds.
Gezien bovenstaande argumentatie wordt in voorwaarde opgelegd slaapkamer 2 van Appartement 101 te voorzien als bureau (Deze ruimte kan ook gebruikt worden om zaken op te bergen) en appartement 201 en 301 te voorzien als studio (dit wil zeggen als één doorlopende ruimte zonder aparte slaapkamer).
Voor het overige voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden van 1 naar 3. Het handelsgelijkvloers blijft behouden. De bovenliggende woning wordt verbouwd tot 3 appartementen. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1 2 bijkomende wooneenheden : 2 x 1 = 2 De werkelijke parkeerbehoefte is 2
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 2 plaatsen.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven;
2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4. Slaapkamer 2 van appartement 101 te voorzien als bureau;
5. Appartement 201 en 301 te voorzien als studio (dit wil zeggen één doorlopende ruimte zonder aparte slaapkamer);
6.Het bijgevoegde advies en voorwaarden van Aquafin zijn na te leven.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 6 juli 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 18 augustus 2023 |
Start 1e openbaar onderzoek | 30 augustus 2023 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 28 september 2023 |
Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag | 9 oktober 2023 |
Start laatste openbaar onderzoek | 28 februari 2024 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 28 maart 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 30 januari 2024
|
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 29 april 2024 |
Verslag GOA | 4 april 2024 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
Wijzigingsverzoeken
De aanvrager heeft één of meerdere verzoeken ingediend om zijn oorspronkelijke dossier te wijzigen.
Minstens één van die verzoeken werd aanvaard, waardoor de aanvaarde wijzigingen mee beoordeeld worden.
De aanvaarde wijzigingen zijn zodanig dat er een nieuw openbaar onderzoek werd gehouden en eventuele adviezen opnieuw werden gevraagd.
De aanvraag werd onderworpen aan 3 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
30 augustus 2023 | 28 september 2023 | 0 | 0 | 0 | 3 |
18 oktober 2023 | 16 november 2023 | 0 | 0 | 0 | 1 |
28 februari 2024 | 28 maart 2024 | 0 | 0 | 0 | 2 |
Bespreking van de bezwaren
Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.
Het bezwaar is gebaseerd op vermoedens die losstaan van de beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Beoordeling:
Het is correct te stellen dat het voorstel in PIV1 en PIV2 van voorliggende aanvraag, waarbij de scheidsmuur met bezwaarindieners circa 5,00 m verhoogd werd, mogelijks hinder zou kunnen veroorzaken qua lichttoetreding. In de definitieve projectinhoudversie (PIV3) werden de plannen aangepast waarbij deze scheidsmuur slechts 1,00 m wordt verhoogd. In alle redelijkheid kan gesteld worden dat dit, gezien de ligging en oriëntatie, geen onaanvaardbare hinder in functie van lichtinval zal teweegbrengen. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Het is onduidelijk uit het bezwaar op te maken op basis van welke gegevens de bezwaarindieners tot de conclusie komen dat een verluchtingsinstallatie zal moeten geplaatst worden. De appartementen blijven gelegen aan een buitengevel. Het bezwaar is gebaseerd op vermoedens die losstaan van de beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Het is correct te stellen dat het voorstel in PIV1 en PIV2 van voorliggende aanvraag, waarbij de scheidsmuur met bezwaarindieners circa 5,00 m verhoogd werd, mogelijks hinder zou veroorzaken qua lichttoetreding. In de definitieve projectinhoudversie (PIV 3) werden de plannen aangepast waarbij deze scheidsmuur slechts 1,00 m wordt verhoogd. In alle redelijkheid kan gesteld worden dat dit, gezien de ligging en oriëntatie, geen onaanvaardbare hinder in functie van lichtinval zal teweegbrengen. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Het is correct te stellen dat het voorstel in PIV1 en PIV2 van voorliggende aanvraag, waarbij de scheidsmuur met bezwaarindieners circa 5,00 m verhoogd werd, hinder zou veroorzaken qua zichten. In de definitieve projectinhoudversie (PIV3) werden de plannen aangepast waarbij deze scheidsmuur slechts 1,00 m wordt verhoogd. In alle redelijkheid kan gesteld worden stellen dat dit geen onaanvaardbare hinder zal teweegbrengen in functie van zichten. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Het bezwaar overlast door het terras van de onderbuur is gebaseerd op vermoedens die losstaan van de beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
De bezorgdheden van de bezwaarindiener rond de kwaliteit van de werken is een uitvoeringstechnische aangelegenheid die los staat van de beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de bouwheer/aannemer zich te ontzien van burgerrechtelijke plichten. Het bezwaar is ongegrond;
Het bezwaar met betrekking tot waardeverlies is gebaseerd op vermoedens die losstaan van de beoordeling van voorliggende aanvraag door de vergunningverlenende overheid. Het bezwaar is bijgevolg ongegrond;
Een aanvraag wordt beoordeeld conform de bij de aanvraag ingediende plannen en de aanvrager is verplicht de werken uit te voeren volgens deze plannen indien deze hiervoor een vergunning verkrijgt. Het bezwaar is ongegrond;
Voorliggende aanvraag betreft een handelspand op het gelijkvloers. De functie is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan 2060. De dienst Ondernemen en stadsmarketing geeft een gunstig advies voor het herinrichten en optimaliseren van een voormalige handelsruimte (bakkerij) gelijkvloers van een pand gelegen in de zone lokaal kernwinkelgebied Antwerpen-Noord. De Beleidsnota Detailhandel 2020 stelt dat in deze zone behoud van de vergunde commerciële ruimten mogelijk is en dat optimalisatie ervan gunstig wordt geadviseerd. Investeringen in het winkelvastgoed helpen om leegstand van de commerciële ruimte te vermijden. Het bezwaar is ongegrond;
Beoordeling:
Voorliggende aanvraag voldoet aan de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan en de bouwcode. De draagkracht van het pand en de omgeving wordt niet overschreden door het toevoegen van 2 bijkomende woongelegenheden waardoor in totaal 3 woongelegenheden en een handelsruimte ontstaan.
Wel wordt de draagkracht overschreden door de voorgestelde configuratie van de woningtypes waardoor de densiteit op onaanvaardbare wijze stijgt en tegelijkertijd het woongenot daalt. In functie van bovenstaande zullen een aantal zaken opgenomen worden in de voorwaarden. Het bezwaar is ongegrond.
Beoordeling:
Wat betreft groene daken voldoet de aanvraag aan het desbetreffende artikel 38 van de bouwcode. Het bezwaar is ongegrond.
Het openbaar onderzoek werd gevoerd op basis van de gegevens die op dat moment beschikbaar waren volgens het kadaster. Mogelijks zijn deze gegevens ondertussen gewijzigd. Het openbaar onderzoek werd correct gevoerd. Daarenboven heeft bezwaarindiener de kans gehad om zijn bezwaren kenbaar te maken, blijkt uit voorliggend bezwaar en werden deze in het verslag behandeld. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven;
2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4. Slaapkamer 2 van appartement 101 te voorzien als bureau;
5. Appartement 201 en 301 te voorzien als studio (dit wil zeggen één doorlopende ruimte zonder aparte slaapkamer);
6.Het bijgevoegde advies en voorwaarden van Aquafin zijn na te leven.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.