Terug
Gepubliceerd op 15/04/2024

2024_CBS_03131 - Omgevingsvergunning - OMV_2023159298. Koningin Elisabethlei 18. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 12/04/2024 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_03131 - Omgevingsvergunning - OMV_2023159298. Koningin Elisabethlei 18. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_03131 - Omgevingsvergunning - OMV_2023159298. Koningin Elisabethlei 18. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023159298

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Leslie De Backer met als adres Koningin Elisabethlei 22 te 2018 Antwerpen en Provincie Antwerpen met als adres Koningin Elisabethlei 22-24 te 2018 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

AUTOPRB APB Provinciaal Onderwijs Antwerpen (0541414804) met als adres Koningin Elisabethlei 22 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Koningin Elisabethlei 18 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nrs. 1552Y8 en 1589N9

waarvan:

 

-     20231129-0072

afdeling 10 sectie K nr. 1552Y8 (Parkhuis_klaslokalen)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

het verbouwen van kantoren en vergaderzalen met openbare functies tot een school met klassen en ateliers en de exploitatie van een school

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis 

-     29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: Hotel Good-Engelshttps://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7056;

-     29/07/1910: toelating (1910#1284) voor binnenveranderingen;

-     24/01/1896: toelating (1896#36) voor de heropbouw van een huis.

 

Vergunde toestand 

-     functie: gemeenschapsvoorziening (overheidsgebouw met kantoorruimte);

-     bouwvolume: 

  • pand in halfopen bebouwing met 3 bouwlagen en souterrain onder een afgeknot schilddak met dakkapellen;
  • wintertuin met 1 bouwlaag onder plat dak (aanbouw, linkerzijde hoofdgebouw);
  • variërende bouwhoogte en bouwdiepte;

-     gevelafwerking: 

  • gevel in natuursteen en gele baksteen;
  • plinten en dorpels in blauwe hardsteen;
  • smeedijzeren borstweringen en traliewerk;
  • gevernist houten buitenschrijnwerk.

 

Bestaande toestand

-     afwijkend met betrekking tot de interne indeling (constructieve wijzigingen) en de gevelafwerking (geplaatste ventilatieroosters, noodtrappen, etc.).

 

Nieuwe toestand

-     functie: gemeenschapsvoorziening (schoolgebouw);

-     bouwvolume: 

  • bouwdiepte en -hoogte ongewijzigd;
  • noodtrap ter hoogte van de wintertuin/linker perceelgrens;

-     gevelafwerking ongewijzigd met uitzondering van de nieuw toegevoegde noodtrap.

 

Inhoud van de aanvraag 

-     wijzigen van de invulling van de functie gemeenschapsvoorziening van kantoorruimte naar school;

-     voorzien van een nieuwe externe noodtrap (linkerzijde perceel);

-     doorvoeren van interne constructieve werken naar aanleiding van de nieuwe invulling van het gebouw.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag heeft betrekking op de exploitatie van een school.

 

Aangevraagde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

19.3.1°b)

inrichtingen voor het mechanisch behandelen en het vervaardigen van artikelen van hout en dergelijke andere dan deze bedoeld in rubriek 19.8 met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 100 kW, wanneer de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een gebied ander dan industriegebied.

70 kW

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen

26 januari 2024

22 februari 2024

Voorwaardelijk gunstig

Aquafin

26 januari 2024

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken - ASTRID

26 januari 2024

13 februari 2024

Gunstig

Fluvius System Operator

26 januari 2024

12 februari 2024

Voorwaardelijk gunstig

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

26 januari 2024

11 maart 2024

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

26 januari 2024

26 januari 2024

Stadsontwikkeling/ Klimaat en Leefmilieu/ luchtkwaliteit en geluid

26 januari 2024

13 februari 2024

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

26 januari 2024

7 februari 2024

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

26 januari 2024

20 maart 2024

Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte

26 januari 2024

16 februari 2024

Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving/ Onderwijsbeleid/ Capaciteit

26 januari 2024

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Provinciehuis Harmonie, goedgekeurd op 23 mei 2013. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 3 zone voor centrumfuncties - provinciesite (ce).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 18:
    De zolderverdieping is niet bereikbaar met een lift;
  • artikel 20:
    De nieuwe trappen moeten voorzien worden van een trapleuning conform de voorschriften van dit artikel;
  • artikel 22:
    De nieuwe deuren beschikken niet allemaal over een minimale breedte van 105 cm zodat na afwerking een minimale vrije doorgangsbreedte van 90 cm gegarandeerd kan worden. Bij de dubbele manueel te bedienen deuren wordt deze minimale breedte ook niet voorzien voor het eerst opendraaiende deurblad;
  • artikel 24:
    Door het voorzien van het nieuwe sas op het tussenverdiep (+0.5) is het niet langer mogelijk een vrije en vlakke draairuimte te voorzien voor de deur die uitgeeft op het sanitair;
  • artikel 25:
    De nieuwe deuren beschikken niet allemaal over een minimale vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van 45 cm (50 cm na afwerking) naast de krukzijde van de deur.

 

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:
    De kelderverdieping heeft geen vrije hoogte van minimaal 2,60 m.
    Het vloerniveau van de kelderverdieping ligt lager dan 1,10 m onder het maaiveld;
  • artikel 26 Afvalverzameling:
    Er is geen gemeenschappelijke afgescheiden ruimte voor afvalverzameling voorzien;
  • artikel 29 Fietsstalplaatsen en fietsparkeerplaatsen:
    Er worden onvoldoende overdekte fietsstalplaatsen voorzien;
  • artikel 35 Afvoerkanalen en uitlaten van alle gassen:
    De plannen bevatten onvoldoende informatie om na te kunnen gaan of de aanvraag voldoet aan de voorschriften van dit artikel;
  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:
    De plannen bevatten onvoldoende informatie om na te kunnen gaan of de aanvraag voldoet aan de voorschriften van dit artikel;
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:
    De plannen bevatten onvoldoende informatie om na te kunnen gaan of de aanvraag voldoet aan de voorschriften van dit artikel;
  • artikel 43 Septische putten:
    De inhoud van de septische put wordt niet vermeld;
  • artikel 44 Vetafscheiders en olieafscheiders:
    Het afvalwater van de keukens moet verplicht geloosd worden via een vetafscheider. De plannen bevatten echter onvoldoende informatie om na te kunnen gaan of de vetafscheider al dan niet aanwezig is.

 

Sectorale regelgeving

-     MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit). 


Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)


De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-     Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Het perceel is gelegen binnen het goedgekeurde ruimtelijk uitvoeringsplan Provinciehuis - Harmonie in de bestemmingszone voor centrumfuncties. Binnen deze bestemmingszone zijn de volgende functies toegelaten als hoofdbestemming: gemeenschapsvoorziening. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging, maar de wijziging van de invulling van de functie gemeenschapsvoorziening van overheidsinstelling met kantoorruimte naar school. De bestaande functie van gemeenschapsvoorziening blijft behouden en is daarmee in overeenstemming met de toegelaten hoofdbestemmingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan en bijgevolg stedenbouwkundig aanvaardbaar.
 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

In voorliggende aanvraag wordt het bestaande hoofdgebouw met wintertuin behouden en aangevuld met een nieuwe externe noodtrap aan de linker zijgevel. De beperkte voorgestelde aanvulling is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Verder situeren de werken zich binnen het bestaande volume in functie van de nieuwe invulling van het gebouw. Bijgevolg wordt geoordeeld dat de draagkracht van het perceel, noch de omgeving wordt overschreden.

 

Cultuurhistorische aspecten en visueel-vormelijke elementen

Gelet op de opname van het pand in de inventaris bouwkundig erfgoed en de aanduiding als waardevol gebouw in het RUP Provinciehuis - Harmonie is er advies gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg:

 

“De aangevraagde ingrepen omvatten de verbouwing van het pand in functie van de geplande herbestemming tot school met klassen en ateliers. De nieuwe functie van het pand noodzaakt een tweede noodtrap (deels exterieur, deels interieur).

 

De werken werden voorafgaand besproken met de dienst Monumentenzorg. Het ontwerp houdt voldoende rekening met aanwezige erfgoedwaarde en voldoet aan de randvoorwaarden die vanuit historisch standpunt werden meegegeven.

 

Advies

De stedelijke dienst Monumentenzorg verleent een gunstig advies.”

 

Dit advies wordt uit stedenbouwkundig oogpunt gevolgd.
 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Het ontwerp wijkt af van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

 

Artikel 18

De zolderverdieping is niet bereikbaar met een lift. Aangezien deze verdieping enkel toegankelijk is voor personeel en er op de lagere verdiepingen ook een vergaderzaal en kantoorruimte beschikbaar zijn, die wel toegankelijk zijn met een lift, kan deze afwijking worden toegelaten.

 

Artikel 20

De nieuwe trappen dienen voorzien te worden van een trapleuning conform de voorschriften van artikel 20. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

 

Artikels 22 en 25

Alle nieuwe deuren moeten beschikken over een minimale breedte van 105 cm zodat na afwerking een minimale vrije doorgangsbreedte van 90 cm gegarandeerd kan worden. Dit geldt ook voor het eerst opendraaiende deurblad van dubbele manueel te bedienen deuren. Bijkomend dienen alle nieuwe manueel te bedienen deuren te beschikken over een minimale vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van 45 cm (50 cm na afwerking) naast de krukzijde van de deur. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

 

Er wordt echter opgemerkt dat de ingrepen voor de brandcompartimentering van de bestaande lift in dit geval tegenstrijdig werken met de voorschriften voor toegankelijkheid met betrekking tot toegangen, deuropeningen en deuren. Daarom werd contact opgenomen met de aanvrager voor verduidelijking. Er werd bevestigd dat de nuttige openingen van alle nieuwe branddeuren van de liftcompartimentering minstens 93 cm breed zullen zijn. Al deze nieuwe deuren worden bovendien voorzien van een magneetcontact, verbonden met de brandcentrale. De deuren staan permanent open, tenzij bij brandmelding. Op dat moment zullen de deuren automatisch sluiten. Aangezien deze nieuwe deuren permanent open zullen staan, zijn deze geen manueel te bedienen deuren en vallen deze niet onder artikel 25 van de verordening toegankelijkheid. 

 

Artikel 24
Door het voorzien van het nieuwe sas op het tussenverdiep (+0.5) is het niet langer mogelijk een vrije en vlakke draairuimte te voorzien voor de deur die uitgeeft op het sanitair. Aangezien het geen aangepaste sanitaire voorzieningen betreft en deze op een andere plaats zijn voorzien, kan hier een afwijking worden toegelaten.

 

De vrije hoogte van de kelderverdieping bedraagt 2,51 m en het vloerniveau ligt 1,21 m lager dan het aangrenzend maaiveld. Dit is niet conform artikel 21 van de Bouwcode dat een minimale vrije hoogte voor verblijfsruimtes oplegt van 2,60 m en een diepte voor het vloerniveau van maximum 1,10 m onder het niveau van het aangrenzend maaiveld. Na contact met de aanvrager werd verduidelijkt dat het laklokaal en de atelierruimte die worden voorzien in de kelder slechts sporadisch zullen worden gebruikt en dat hier geen langdurig gebruik wordt voorzien. Gelet op het tijdelijk verblijfskarakter en het feit dat beide ruimtes zijn voorzien van voldoende raamopeningen, is er voldoende daglicht- en luchttoetreding in deze ruimtes. Mits toepassing van artikel 3 van de bouwcode kan deze beperkte afwijking toegelaten worden.

 

Voorliggende aanvraag voorziet niet in een afgescheiden afvalberging van minstens 4 m², voorzien van verluchting. Dit is strijdig met artikel 26 van de Bouwcode. Van dit voorschrift kan met betrekking tot een minimum aan comfort en hygiëne niet afgeweken worden. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd dat op de kelderverdieping een dergelijke afvalberging dient ingericht te worden.

 

Tot slot bevatten de plannen onvoldoende informatie om na te gaan of voorliggende aanvraag voldoet aan artikels 35, 40, 41, 43 en 44 van de Bouwcode. In voorwaarden wordt opgenomen te voldoen aan deze artikels.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot. De geplande verbouwingswerken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.

 

De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Publieke Ruimte. De dienst adviseert gunstig met volgende beoordeling:

“Er worden geen aanpassingen voorzien aan het openbaar domein van de stad Antwerpen.“
 

Dit advies wordt uit stedenbouwkundig oogpunt gevolgd.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 4 parkeerplaatsen.

 

Het parkhuis van de Provincie zal worden verbouwd tot een school voor Ilsa (de internationale school voor instrumentenbouw) enerzijds en voor klassen voor OKAN (onthaalonderwijs voor anderstalige kinderen) anderzijds. 

De kelder en het gelijkvloers zullen worden ingenomen door Ilsa met ateliers, de eerste en tweede verdieping worden omgebouwd tot klassen voor OKAN. In dit geval betreft het leerlingen van de middelbare school. De zolderverdieping huisvest kantoren en vergaderzalen voor het personeel van de scholen. In totaal worden er 13 klassen en ateliers ingericht en 1 machinekamer.

 

Er zullen in het totaal 124 leerlingen en 16 personeelsleden aanwezig zijn op de school.

Voor secundaire scholen is de norm 3,3ppl/100 leerlingen. Dat komt hier neer op 4 parkeerplaatsen.

 

De werkelijke parkeerbehoefte is 4.

 

De plannen voorzien in 10 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

In de parking van het Provinciegebouw worden 10 parkeerplaatsen ter beschikking gesteld voor het parkhuis die nu kunnen gebruikt worden door het personeel van de school.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 10.

 

Dit aantal is toereikend.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 4 – 10 = 0.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen:

De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de stedelijke dienst Mobiliteit. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling:

 

Momenteel komen een 10-tal leerlingen van Ilsa met de fiets naar school. Dit aantal zal niet heel erg toenemen gezien deze internationale leerlingen hun verblijfplaats kiezen in functie van de school en er in de buurt rond Harmonie meer mogelijkheden zijn voor studio’s, koten en appartementen dan op de huidige ligging. De site is ook makkelijk bereikbaar met deelfietsen en openbaar vervoer.

Uit bevraging blijkt dat de leerlingen van OKAN vaak niet kunnen fietsen. Ze zoeken een school dicht bij hun huisvesting of makkelijk bereikbaar met het openbaar vervoer. 

 

Er wordt verwezen naar 20 fietsbeugels die achter het gebouw staan in het park voor de leerlingen van de school maar deze fietsbeugels zijn bedoeld voor de bezoekers van het Provinciehuis dus dit kunnen we niet meetellen als plaatsen voor de leerlingen, deze plaatsen zijn ook niet overdekt.

Voor de 124 leerlingen zouden er toch 31 fietsstalplaatsen (1/4) moeten voorzien worden die overdekt zijn en in de toekomst uitgebreid moeten kunnen worden als blijkt dat er toch meer leerlingen met de fiets naar school komen.

Voor het personeel moeten er 8 fietsstalplaatsen voorzien worden. Het personeel kan gebruik maken van de ondergrondse personeels-fietsparking onder het Provinciehuis. Hier is ook de nodige infrastructuur voorzien voor het opladen van elektrische fietsen.

 

De dienst Mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:

  • Voor de leerlingen moeten er 31 overdekte fietsstalplaatsen voorzien worden zo dicht mogelijk bij of in het gebouw. De stalplaatsen moeten uitgebreid kunnen worden als blijkt dat er in de toekomst meer leerlingen met de fiets naar school komen.

 

Gelet op de ligging in een open parkstructuur is het stedenbouwkundig niet wenselijk om een bijkomende overdekte constructie te voorzien voor de fietsstalplaatsen voor de leerlingen. Daarom kan in functie van de goede ruimtelijke ordening hierop een afwijking toegelaten worden. Op het aantal fietsstalplaatsen kan niet worden afgeweken, daarom wordt in voorwaarde opgelegd dat er 16 bijkomende fietsnietjes moeten worden voorzien zo dicht mogelijk bij het gebouw of aansluitend aan de bestaande fietsbeugels tussen het gebouw van de aanvraag en het Provinciehuis.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

De aanvraag omvat de exploitatie van een school. Het voormalige parkhuis zal worden verbouwd tot een school voor Ilsa (de internationale school voor instrumentenbouw) enerzijds en voor klassen voor OKAN (onthaalonderwijs voor anderstalige kinderen) anderzijds.

 

De kelder en het gelijkvloers zullen worden gebruikt door Ilsa voor haar ateliers, en de eerste en tweede verdieping worden omgebouwd tot klassen voor OKAN. In dit geval betreft het leerlingen van de middelbare school. De zolderverdieping zal bestaan uit kantoren en vergaderzalen voor het personeel van de scholen. In totaal worden er 13 klassen en ateliers ingericht en 1 houtatelier.

 

De gemelde rubriek voor de exploitatie van het schoolgebouw betreft het mechanisch behandelen en het vervaardigen van artikelen van hout. Het houtatelier voor het vervaardigen van muziekinstrumenten bevindt zich op het gelijkvloers. Alle houtbewerkingsmachines staan opgesteld in het houtatelier. Deze machines zullen enkel overdag tussen 9.00 uur en 16.00 uur worden gebruikt. De studenten dragen gehoorbescherming bij gebruik van de machines. 

Geluidsoverlast van de activiteiten wordt niet verwacht gelet op de inpandige opstelling van de machines. Er dient te allen tijde voldaan te worden aan de geluidsnormen zoals bepaald in bijlage 4.5.4 van Vlarem II. 

 

Een mogelijke bron van stofemissies betreft het gebruik van de houtbewerkingsmachines in het atelier. Deze zijn inpandig geplaatst, zodat enige emissie van houtzaagsel en -stof naar buiten uitgesloten is. Een houtstofafzuiginstallatie wordt voorzien in het houtatelier. Mits een goed onderhoud van de filters en indien de ramen gesloten blijven wordt geen hinder voor de omgeving verwacht. Deze worden opgenomen in de bijzondere voorwaarden.

 

Er werd advies gevraagd aan Klimaat & Leefmilieu dienst luchtkwaliteit en lucht. 

Op 13 februari 2024 brachten zij een voorwaardelijk gunstig advies uit met volgende voorwaarden: 

  • Het mechanische ventilatiesysteem laat toe om bij elk weertype de klaslokalen volledig en voldoende te ventileren en een aangenaam binnenklimaat te realiseren. Op die manier kunnen de ramen aan de straatzijde continu gesloten blijven en kan toch voldoende luchtverversing voorzien worden. De inlaatopeningen van het ventilatiesysteem bevinden zich niet aan de straatzijde.
  • De akoestische prestatie van de voorgevel is voldoende om in de klaslokalen aan de straatzijde doorgaans een geluidsniveau (LAeq, 30min) te realiseren van maximaal 35 dB(A), enkel als gevolg van verkeerslawaai. Indien nodig worden de ramen aan de straatzijde vervangen door ramen met een geschikte akoestische isolatiewaarde. Voor de berekening van de akoestische isolatiewaarde wordt uitgegaan van een gevelbelasting van 69 dB(A).

 

De voorwaarden uit het advies van de dienst Afvalwater en Lucht van Klimaat & Leefmilieu moeten worden opgevolgd. Dit wordt opgenomen in de bijzondere voorwaarden.

 

De verwarming van het gebouw vindt plaats door 2 reeds bestaande gasgestookte CV-installaties van elk 86 kW, een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 172 kW. Deze zijn niet indelingsplichtig. Verder zullen de vier aanwezige airconditioninginstallaties worden verwijderd. Een nieuwe luchtgroep voor mechanische ventilatie met een debiet van 5.000 m³/uur zal worden geïnstalleerd. Hiervoor dient geen koelvloeistof gebruikt te worden. De luchtgroep wordt voorzien van warmterecuperatie en geluidsdempers.

 

Het huishoudelijk afvalwater blijft onder het debiet van 600 m³/jaar en wordt geloosd in de openbare riolering. Verder zijn er gevaarlijke producten aanwezig in kleine verpakkingen met een totale hoeveelheid van minder dan 50 kg/liter. Deze producten worden ingekuipt en in een aparte brandwerende kast bewaard. De hoeveelheden van deze beide activiteiten zijn niet indelingsplichtig.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
  1. De nieuwe trappen dienen te worden voorzien van een trapleuning conform de voorschriften van artikel 20 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Alle nieuwe deuren moeten beschikken over een minimale ruwbouwbreedte van 105 cm zodat na afwerking een minimale vrije doorgangsbreedte van 90 cm gegarandeerd kan worden conform artikel 22 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Alle nieuwe manueel te bedienen deuren dienen te beschikken over een minimale vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van 45 cm (50 cm na afwerking) naast de krukzijde van de deur conform artikel 25 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Een afgescheiden afvalberging van minstens 4 m², voorzien van verluchting, te voorzien op de kelderverdieping.
  1. De afvoer van gassen te voorzien conform artikel 35 van de Bouwcode.
  1. Het privaat gescheiden rioolstelsel en de afvoerleidingen moeten voldoen aan artikels 40 en 41 van de Bouwcode.
  1. De septische put dient te voldoen aan artikel 43 van de Bouwcode.
  1. Een vetafscheider te voorzien voor de lozing van het afvalwater van de keukens conform artikel 44 van de Bouwcode.
  1. Men dient 16 bijkomende fietsnietjes te voorzien, zo dicht mogelijk bij het gebouw of gekoppeld aan de bestaande fietsnietjes tussen het gebouw en het provinciehuis.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de Vlarem-wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

19.3.1°b)

inrichtingen voor het mechanisch behandelen en het vervaardigen van artikelen van hout en dergelijke andere dan deze bedoeld in rubriek 19.8 met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 100 kW, wanneer de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een gebied ander dan industriegebied.

70 kW

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

  1. De filters van de houtstofafzuiginstallatie worden regelmatig gecontroleerd en onderhouden.
  1. Het mechanische ventilatiesysteem laat toe om bij elk weertype de klaslokalen volledig en voldoende te ventileren en een aangenaam binnenklimaat te realiseren. Op die manier kunnen de ramen aan de straatzijde continu gesloten blijven en kan toch voldoende luchtverversing voorzien worden. De inlaatopeningen van het ventilatiesysteem bevinden zich niet aan de straatzijde.
  1. De akoestische prestatie van de voorgevel is voldoende om in de klaslokalen aan de straatzijde doorgaans een geluidsniveau (LAeq, 30min) te realiseren van maximaal 35 dB(A), enkel als gevolg van verkeerslawaai. Indien nodig worden de ramen aan de straatzijde vervangen door ramen met een geschikte akoestische isolatiewaarde. Voor de berekening van de akoestische isolatiewaarde wordt uitgegaan van een gevelbelasting van 69 dB(A).


Standpunt college
Het college sluit zich grotendeels aan bij het standpunt van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. Het college sluit zich aan bij het advies van de dienst mobiliteit. Er dienen, in plaats van fietsnietjes, 31 overdekte fietsstalplaatsen te worden voorzien zo dicht mogelijk bij of in het gebouw. De desbetreffende voorwaarde wordt in die zin aangepast.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

1 december 2023

Volledig en ontvankelijk

26 januari 2024

Start openbaar onderzoek

5 februari 2024

Einde openbaar onderzoek

5 maart 2024

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

10 mei 2024 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

9 juni 2024

Verslag GOA

3 april 2024

Naam GOA

Bieke Geypens en Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

5 februari 2024

5 maart 2024

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
  1. De nieuwe trappen dienen te worden voorzien van een trapleuning conform de voorschriften van artikel 20 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Alle nieuwe deuren moeten beschikken over een minimale ruwbouwbreedte van 105 cm zodat na afwerking een minimale vrije doorgangsbreedte van 90 cm gegarandeerd kan worden conform artikel 22 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Alle nieuwe manueel te bedienen deuren dienen te beschikken over een minimale vrije en vlakke wand- en vloerbreedte van 45 cm (50 cm na afwerking) naast de krukzijde van de deur conform artikel 25 van de verordening Toegankelijkheid.
  1. Een afgescheiden afvalberging van minstens 4 m², voorzien van verluchting, te voorzien op de kelderverdieping.
  1. De afvoer van gassen te voorzien conform artikel 35 van de Bouwcode.
  1. Het privaat gescheiden rioolstelsel en de afvoerleidingen moeten voldoen aan artikels 40 en 41 van de Bouwcode.
  1. De septische put dient te voldoen aan artikel 43 van de Bouwcode.
  1. Een vetafscheider te voorzien voor de lozing van het afvalwater van de keukens conform artikel 44 van de Bouwcode.
  1. Er dienen 31 overdekte fietsstalplaatsen te worden voorzien zo dicht mogelijk bij of in het gebouw.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

  1. De filters van de houtstofafzuiginstallatie worden regelmatig gecontroleerd en onderhouden.
  1. Het mechanische ventilatiesysteem laat toe om bij elk weertype de klaslokalen volledig en voldoende te ventileren en een aangenaam binnenklimaat te realiseren. Op die manier kunnen de ramen aan de straatzijde continu gesloten blijven en kan toch voldoende luchtverversing voorzien worden. De inlaatopeningen van het ventilatiesysteem bevinden zich niet aan de straatzijde.
  1. De akoestische prestatie van de voorgevel is voldoende om in de klaslokalen aan de straatzijde doorgaans een geluidsniveau (LAeq, 30min) te realiseren van maximaal 35 dB(A), enkel als gevolg van verkeerslawaai. Indien nodig worden de ramen aan de straatzijde vervangen door ramen met een geschikte akoestische isolatiewaarde. Voor de berekening van de akoestische isolatiewaarde wordt uitgegaan van een gevelbelasting van 69 dB(A).

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

19.3.1°b)

inrichtingen voor het mechanisch behandelen en het vervaardigen van artikelen van hout en dergelijke andere dan deze bedoeld in rubriek 19.8 met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 100 kW, wanneer de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een gebied ander dan industriegebied.

70 kW

 

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.