Terug
Gepubliceerd op 18/03/2024

2024_CBS_02145 - Omgevingsvergunning - OMV_2023150065. Zonstraat 33. District Borgerhout - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/03/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Erica Caluwaerts, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_02145 - Omgevingsvergunning - OMV_2023150065. Zonstraat 33. District Borgerhout - Goedkeuring 2024_CBS_02145 - Omgevingsvergunning - OMV_2023150065. Zonstraat 33. District Borgerhout - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023150065

Gegevens van de aanvrager:

de heer Matthias Fonteyne met als adres Zonstraat 33 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Ligging van het project:

Zonstraat 33 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 24 sectie A nr. 492E6

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning, het isoleren van de gevels en het wijzigen van de voorgevel

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          5/09/2001: vergunning (180#3954) voor het verbouwen van een woning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadeldak; 
  • bouwdiepte 14,9 m;
  • kroonlijsthoogte 8,8 m;
  • nokhoogte 12,90 m
  • patio op het gelijkvloers met een oppervlakte van 4 m²;

-          gevelafwerking:

  • beige cementering;
  • plint in blauwe hardsteen;
  • houten buitenschrijnwerk;

-          inrichting:

  • terras met een diepte van 1,35 m;
  • tuin 24,26 m².

 

Bestaande toestand

-          functie overeenkomstig vergunde toestand

-          bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd van:

  • nokhoogte 13,05m

-          gevelafwerking overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd van:

  • grijs, aluminium buitenschrijnwerk;
  • dakvlakvensters in het voorste en achterste dakvlak gewijzigd.
  • klimplanten langs de voorgevel;

-          inrichting:

  • terras uitgebreid naar een diepte van 3 m;
  • volledige tuinzone in kunstgras (verharding).

 

Nieuwe toestand

-          functie: 

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadeldak;
  • bouwdiepte 15,01 m;
  • kroonlijsthoogte 8,8 m;
  • nokhoogte 13,05 m
  • supprimeren van de patio;
  • uitbreiden van de eerste verdieping door middel van een lichtstraat;
  • Verhogen scheidingsmuur linker aanpalende nabuur

-          gevelafwerking:

  • beige cementering (voorgevel);
  • witte bepleistering (achtergevel)
  • plint in blauwe hardsteen;
  • grijs, aluminium buitenschrijnwerk;
  • bruin; houten buitenschrijnwerk lichtstraat (achtergevel);

-          inrichting:

  • terras met een diepte van 2,88 m.
  • volledige tuinzone in kunstgras (verharding).

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen van een gedeelte van de achterbouw;

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren; 

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water

17 januari 2024

1 februari 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:

  • op basis van de foto’s is af te leiden dat nagenoeg de volledige tuin voorzien is van kunstgras en bijgevolg dus verhard is. De onverharde zone van de tuin is kleiner dan 1/4de van de afwaterende oppervlakte waardoor er niet wordt voldaan aan de Hemelwaterverordening.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 27 Open ruimte:
    De tuin moet zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht worden en als groene ruimte aangeplant worden.
  • Artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningen:
    Niet-overdekte terrassen grenzend aan een tuin of andere onverharde bodem dienen aangelegd te worden in een helling van 1 à 2 %, om het regenwater hiernaar te laten afwateren en op natuurlijke wijze te laten infiltreren.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het project is gelegen in een zone met een middelgrote pluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Voorliggende aanvraag omvat een volume-uitbreiding van de achterbouw. Op het gelijkvloers wordt enerzijds de vergunde patio gesupprimeerd voor het uitbreiden van de keuken. Anderzijds wordt de bouwdiepte uitgebreid voor de plaatsing van isolatie aan de achtergevel.

In voorliggende aanvraag wordt eveneens om een regularisatie van de uitbreiding van het terras gevraagd.

Deze werken zijn in harmonie met de kenmerkende bouwdiepte in de omgeving en zijn niet onaanvaardbaar storend voor de privacy of bezonning voor de aanpalende percelen.

 

In voorliggende aanvraag wordt ook het bouwvolume uitgebreid aan de achtergevel door het plaatsen van een lichtstraat tussen het gelijkvloers en de eerste verdieping. Deze uitbreiding situeert zich binnen het gabarit van de rechter nabuur en gaat gepaard met een ophoging van 1,55 m van de scheimuur langs de linker perceelsgrens, vanaf de dakrand, met een diepte van 1,70 m. De kenmerkende bouwhoogtes en dieptes in de omgeving worden niet overschreden.

De aangevraagde uitbreiding is conform artikel 10 van de bouwcode en afgestemd op de omgeving.

 

Visueel-vormelijke elementen

In voorliggende aanvraag wordt de wijziging van het buitenschrijnwerk aan de voorgevel, van hout naar grijs aluminium, voorzien. Tegen de voorgevel werd gevelbegroening (klimplanten)geplaatst. Dit is bevorderlijk voor het groene karakter en de leefkwaliteit van de bewoners en omwonenden. Dit wordt bijgevolg gunstig beoordeeld. Voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de vergunde toestand zijn afgestemd op de omgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Op basis van de foto’s is af te leiden dat nagenoeg de volledige tuin voorzien is van kunstgras en bijgevolg verhard is. De aanvraag wijkt hierdoor af van de bepalingen van artikel 27 van de bouwcode, dat bepaalt dat de tuin zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht-, en als groene ruimte aangeplant moet worden.

De onverharde zone van de tuin is bijgevolg kleiner dan 1/4de van de afwaterende oppervlakte waardoor voorliggende aanvraag niet voldoet aan de bepalingen van de Hemelwaterverordening.

 

Daarnaast kan uit de aangeleverde plannen niet opgemaakt worden in welk materiaal of onder welke hellingsgraad de uitbreiding van het terras uitgevoerd werd. De uitbreiding is hierdoor mogelijk strijdig met artikel 39 van de bouwcode, dat bepaalt dat niet-overdekte terrassen, grenzend aan een tuin of andere onverharde bodem, aangelegd dienen te worden in een helling van 1 à 2 %, om het regenwater hiernaar te laten afwateren en op natuurlijke wijze te laten infiltreren.

 

Om hemelwater te laten infiltreren in de bodem, wordt als voorwaarde voor vergunning, het verwijderen van de verharding, en het aanleggen van een natuurlijke groene aanplanting in de tuinzone opgelegd. Bijkomend wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd dat het terras minstens voldoet aan de bepalingen van artikel 39.

 

De perceel- en gebouwscore van de watertoets is D, waardoor een advies werd ingewonnen bij de stedelijke dienst Water. Dit advies is voorwaardelijk gunstig en laat zich als volgt samenvatten: “Het overstromingsveilig peil bedraagt volgens de huidige richtlijnen 5,55 mTAW. Dit is circa 70 cm boven het voetpadniveau. […] De aangevraagde werken hebben geen verlies aan overstromingsvolume tot gevolg. […] De patio, een buitenruimte, wordt binnenruimte en bevindt zich volgens het overstromingsveilig peil dat vandaag van toepassing is, onvoldoende hoog. De grootte van de gewonnen ruimte is echter heel beperkt. […] De aangevraagde werken vergroten de schade bij overstromingen niet. Om die reden wordt de aanvraag gunstig geadviseerd.”

 

In het advies worden volgende aandachtspunten meegegeven: “Voor de voordeur ligt er een kelderrooster in het voetpad. Onder het raam van de gelijkvloerse verdieping zit tegen het voetpad een uitsparing in de voorgevel met daarachter een kelderraam. Via deze plaatsen kan het water eenvoudig de kelder binnenstromen. Er kan het best onderzocht worden hoe de kelder beveiligd kan worden zonder daarbij het geveluitzicht te wijzigen of de kelderverluchting te compromitteren.

Terugslagkleppen op de gemengde riolering die nu nog onder het gebouw ligt houdt terugstroom vanuit de straatriool tegen, waardoor er geen opstuwing via roosters of toiletten mogelijk is. De terugstroom onmogelijk maken via de terugslagklep houdt ook het water in de regenwaterput zuiver.”

 

De, in voorliggende aanvraag voorziene lichtstraat, gaat gepaard met een ophoging van 1,55 m van de scheimuur langs de linker perceelsgrens, vanaf de dakrand, met een diepte van 1,70 m. Er worden door de uitbreiding echter geen lichten noch zichten van de linkerbuur ontnomen. De geplande werken zijn conform de bepalingen artikel 34 van de bouwcode betreffende scheidingsmuren, zijn niet onaanvaardbaar storend voor de privacy of bezonning voor de aanpalende percelen, noch voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

3. Verharding van de tuinzone, buiten de aangeduide zone met terras, wordt uitgesloten van vergunning. 

4. Het terras te voorzien conform de bepalingen vermeld in artikel 39 van de bouwcode.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 november 2023

Volledig en ontvankelijk

17 januari 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

17 maart 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

16 april 2024

Verslag GOA

5 maart 2024

Naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

3. Verharding van de tuinzone, buiten de aangeduide zone met terras, wordt uitgesloten van vergunning.

4. Het terras te voorzien conform de bepalingen vermeld in artikel 39 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.