Terug
Gepubliceerd op 18/03/2024

2024_CBS_02125 - Omgevingsvergunning - OMV_2023112737. Robert Molsstraat 56. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/03/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Erica Caluwaerts, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_02125 - Omgevingsvergunning - OMV_2023112737. Robert Molsstraat 56. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_02125 - Omgevingsvergunning - OMV_2023112737. Robert Molsstraat 56. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023112737

Gegevens van de aanvrager:

de heer Pascal Van Hove met als adres Robert Molsstraat 56 te 2018 Antwerpen (belgie)

Ligging van het project:

Robert Molsstraat 56 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 1797F6

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een overkapping en het wijzigen van de scheidingsmuur

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          19/01/2018: vergunning (20172583) voor het verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning.

 

Vergunde toestand  

-          functie: wonen (eengezinswoning);

-          inrichting:

  • tuinzone van 82,3 m²;
  • totale verharding 36,48 m² waarvan 21,18 m² aan terras (incl. bloembakken en centrale trap) gekoppeld aan de woning en 15,3 m² achteraan de tuinzone.

 

Bestaande toestand

-          De inrichting van het perceel wijkt af van de vergunde toestand, met name:

  • Verhoogd terras achter de woning met een oppervlakte van 25 m² (incl. bloembakken en centrale trap);
  • Terras achteraan het perceel met een oppervlakte van 18,6 m²;
  • Verharding centraal in de tuinzone bestaande uit houten beplanking met een gezamenlijke oppervlakte van 21 m².

 

Nieuwe toestand

-          inrichting:

  • tuinzone van 82,3 m²;
  • 64,6 m² verharding in de tuinzone;
  • overkapping in antraciet aluminium achteraan perceel van 18,6 m² boven reeds bestaande verharding.

 

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de scheimuren;

-          plaatsen overkapping achteraan perceel.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater).


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 27 Open ruimte:

Verhardingen zoals een terras en een tuinhuis zijn in zij- en achtertuinen beperkt toegestaan, met een maximum van:

  • 1/3 van de totale tuinoppervlakte voor tuinen groter dan 60 m² . De tuinzone is 80 m² dus er mag maar 26 m² aan verhardingen en bijgebouwen voorzien worden.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).


Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B). Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Het aangevraagde is conform aan de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan, gelegen in een woongebied. Het aangevraagde omvat het plaatsen van een overkapping boven een tweede terras in de achtertuin van de woning. Het voorgestelde is functioneel inpasbaar binnen de stedelijke omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Volgens de opgeleverde foto’s en plannen van de bestaande toestand liggen er in de achtertuin verschillende verhardingen, waaronder 2 terrassen: een verhoogd terras tegen de achtergevel van de eengezinswoning en een tweede terras tegen de achterste perceelgrens. Beide terrassen hebben een oppervlakte van 18 m² . Ertussen bevinden zich bloembaken en verhardingen samengesteld uit houten beplanking. Er is verder ook een groenzone van 16 m² . Echter is de aangeleverde laatste vergunde toestand niet correct op plan opgetekend, ondanks de vraag tot verduidelijking bij de aanvrager. Uit een vergelijking met de plannen van de laatste vergunning afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen op 19/01/2018, blijkt dat enkel het verhoogd terras achter de woning met de bloembakken en het terras tegen de achterste perceelsgrens vergund zijn. Het terras achter de woning heeft een diepte van 2,84 meter en een breedte van 5,90 meter. De aangrenzende bloembakken met tussenliggende trap hebben een diepte van 75 cm. Het geheel heeft een oppervlakte van 21,18 m². Het terras achteraan de tuin heeft een oppervlakte van 15,3 m². De totale vergunde oppervlakte aan terrassen en verhardingen in de tuin bedraagt dus 36,48 m².

 

In de nieuwe toestand wordt er een vergunning aangevraagd voor een verhoogd terras achter de woning met een oppervlakte van 25 m² (incl. bloembakken en ingewerkte trap), een overdekt terras van 18,6 m² achteraan het perceel en een verharding in houten beplanking met een gezamenlijke oppervlakte van 21 m². Samen betreft dit dus een oppervlakte van 64,6 m².

 

Voorliggende aanvraag is strijdig met artikel 27 van de Bouwcode dat oplegt dat tuinen zoveel mogelijk groen en onverhard aangelegd moeten worden. Het voorzien van voldoende groen is belangrijk voor de leefbaarheid binnen bouwblokken en de infiltratie van regenwater in de bodem. Van dit voorschrift kan bijgevolg niet afgeweken worden. De tuin dient minstens voor 2/3 van de beschikbare oppervlakte als groenzone te worden voorzien en dit is niet het geval in de huidige situatie. De tuinzone heeft een oppervlakte van 82,3 m², waardoor er maar 27,4 m² aan verhardingen en bijgebouwen is toegestaan.

 

Aangezien er in de laatst vergunde toestand een oppervlakte van 36,48 m² aan verhardingen werd vergund, kan er een beperkte afwijking worden toegestaan ten opzichte van de bepalingen van de bouwcode en kan de reeds vergunde oppervlakte behouden blijven. Het inrichten van een overkapping boven de vergunde verharding achteraan de tuin met een oppervlakte van 15,3 m² kan toegelaten worden mits de oppervlakte aan verhardingen in de rest van de tuinzone beperkt wordt tot de reeds vergunde oppervlakte. In de bestaande toestand heeft het verhoogde terras achter de woning echter een oppervlakte van 25 m² i.p.v. de vergunde 21,18 m². Om de balans ten opzichte van de laatst vergunde toestand te houden, dient de overige verharding en bebouwing in de tuinzone beperkt te worden tot 11,48 m². Omdat er in de huidige aanvraag enkel een ophoging van de linker scheimuur aangevraagd wordt en om de bruikbaarheid van het terras te verhogen, wordt er opgenomen dat het terras beperkt moet worden tot een zone langsheen de linker perceelsgrens. Dit zou resulteren in een overdekt terras met een diepte van 3,45 m langsheen de linker perceelsgrens en een breedte van 3,55 m².  Het resterende gedeelte van de verharding in polybeton achteraan het perceel en de verhardingen in houten beplanking centraal dienen verwijderd te worden. Dit wordt meegenomen naar de voorwaarden van de beslissing en in rood aangeduid op de plannen.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De geplande overkapping is 2,84 m hoog, dit is hoger dan de bestaande scheimuren. De gemene tuinmuur aan de rechterzijde blijft ongewijzigd; aan de linkerzijde wordt hij plaatselijk verhoogd tot 2,90 m. Conform artikel 19 van de bouwcode dienen de afsluitingen in de achtertuin maximaal 2,60 m hoog zijn. Aangezien het om een beperkte ophoging van de scheimuur gaat in functie van het oprichten van een overdekte constructie en er geen hinder verwacht wordt op de bezonning van het aangrenzende perceel, kan de afwijking aanvaard worden.

 

Er wordt opgemerkt dat de scheimuren ter hoogte van de overkapping niet worden uitgevoerd met een opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Dit is strijdig met artikel 34 van de Bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden. Dit wordt meegenomen naar de voorwaarden van de beslissing.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke omgevingsvergunningsaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De centrale terrassen in houten beplanking met een gezamenlijke oppervlakte van 21 m² worden uitgesloten van de vergunning.

3. De verharding in gepolierd beton incl. de overkapping achteraan het perceel dienen beperkt te worden tot een oppervlakte van 11,48 m² zoals in rood aangeduid op het inplantingsplan en grondplan nieuwe toestand. Het overige deel van de zone van het terras achteraan het perceel dient opnieuw ingericht te worden met groen in volle grond.

4. De scheimuur ter hoogte van de overkapping op de linker perceelsgrens moet worden uitgevoerd met een opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak conform de bepalingen van artikel 34 van de bouwcode.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

14 september 2023

Volledig en ontvankelijk

26 oktober 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

25 december 2023

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

24 maart 2024

Verslag GOA

7 maart 2024

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De centrale terrassen in houten beplanking met een gezamenlijke oppervlakte van 21 m² worden uitgesloten van de vergunning.

3. De verharding in gepolierd beton incl. de overkapping achteraan het perceel dienen beperkt te worden tot een oppervlakte van 11,48 m² zoals in rood aangeduid op het inplantingsplan en grondplan nieuwe toestand. Het overige deel van de zone van het terras achteraan het perceel dient opnieuw ingericht te worden met groen in volle grond.

4. De scheimuur ter hoogte van de overkapping op de linker perceelsgrens moet worden uitgevoerd met een opstand van 30 cm ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak conform de bepalingen van artikel 34 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.