Terug
Gepubliceerd op 25/03/2024

2024_CBS_02377 - Omgevingsvergunning - OMV_2023171664. Oscar De Gruyterlaan 23. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 22/03/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Jinnih Beels, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_02377 - Omgevingsvergunning - OMV_2023171664. Oscar De Gruyterlaan 23. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_02377 - Omgevingsvergunning - OMV_2023171664. Oscar De Gruyterlaan 23. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023171664

Gegevens van de aanvrager:

de heer Edwin Walsh met als adres Oscar De Gruyterlaan 23 te 2050 Antwerpen en mevrouw Sanne De Decker met als adres Oscar De Gruyterlaan 23 te 2050 Antwerpen

Ligging van het project:

Oscar De Gruyterlaan 23 te 2050 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 13 sectie N nr. 908A5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eeengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          18/05/1650: vergunning voor het bouwen van een premiewoning.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning in halfopen bebouwing;

-          bouwvolume:

  • 1 bouwlaag met zadeldak (waarbinnen nog 2 bouwlagen zitten); 
  • hoofvolume met bouwdiepte van 11,00m;
  • aanbouw met overdekte buitenruimte en berging met bouwdiepte van 2,21m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel afgewerkt in witgeschilderd gevelmetselwerk;
  • plint in natuursteen;
  • wit geschilderd schrijnwerk;
  • dak afgewerkt in oranjerode klassieke dakpannen met een dakrand uit wit hout;
  • voordeur in zijgevel;

-          inrichting:

  • voortuin van 22,71 m² waarvan 20,01 m² onverharde en 2,70 m² verhard als en toegang naar voordeur;
  • (rechter)zij- en achtertuin van 196,95 m² met een terras tegen de achtergevel van 14,23 m² en een toegangspad van 18,67 m².

 

Bestaande toestand

Conform de vergunde toestand met uitzondering van:

-          aanbouw springt 0.70m uit ten opzichte van de zijgevel;

-          schrijnwerk in wit PVC;

-          houten terras in de achtertuin van 14,23m²

-          onverharde voortuin met toegangspad richting zijgevel en achtertuin van 20,54m²;

-          tuinhuis in achtertuin.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • eengezinswoning in halfopen bebouwing;

-          bouwvolume:

  • 1 bouwlaag met zadeldak (waarbinnen nog 2 bouwlagen zitten); 
  • hoofvolume met bouwdiepte van 11,00m;
  • aanbouw met bouwdiepte van 2,21m (exclusief isolatie);

-          gevelafwerking:

  • voorgevel afgewerkt in witgeschilderd gevelmetselwerk;
  • plint in natuursteen;
  • schrijnwerk in wit PVC;
  • dak afgewerkt in oranjerode klassieke dakpannen met een dakrand uit wit hout;
  • voordeur in zijgevel;
  • geïsoleerde en wit bepleisterde aanbouw;

-          inrichting:

  • voortuin van 22,71 m² waarvan 16,35 m² onverharde en 6,36 m²  verhard als oprit en toegang naar voordeur;
  • (rechter)zij- en achtertuin van 193,87 m² met een terras tegen de achtergevel van 17,48m², een tuinhuis achteraan in de tuin van 12,50m² en een oprit en autostalplaats rechts van het gebouw van 25,03 m².

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume door vergroten achterbouw;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          verharding aanleggen in de tuin in de vorm van onder andere een oprit, autostalplaats en tuinhuis.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer III overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

bij nieuwbouw, herbouw, functiewijziging of voor elke nieuwe ruimte bij volume-uitbreiding, dienen verblijfsruimten een minimale vrije hoogte te hebben van 2,60 meter. De plafonds in de zithoek en het bureau op het gelijkvloers zijn slechts 2,50 m hoog;

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

scheimuren dienen een opstand te hebben van minstens 30 cm ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. Deze opstand is er niet ten opzichte van het eigen dakvlak en de scheimuur met de linker buur.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor de Provincie Antwerpen – Rupel en Dijle aangewezen is als adviesinstantie.

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande vergunde eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met de bestemming woongebied volgens gewestplan.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag maakt deel uit van een wijk met eenheidsbebouwing. De woning vormt de uiterst rechtse woning van een reeks woningen in halfopen bebouwing die telkens met garages aan elkaar zijn gekoppeld. De bestaande volumetrie blijft ongewijzigd. De aanbouw springt beperkt uit ten opzichte van de zijgevel en werd vermoedelijk zo opgericht bij de bouw van de woning. Deze uitsprong wijkt niet af van het referentiebeeld van de omgeving met gekoppelde garages. De oorspronkelijke overdekte buitenruimte wordt in het volume van de woning opgenomen. Het dak van de aanbouw wordt geïsoleerd waardoor de kroonlijst van de aanbouw beperkt wordt verhoogd. Deze ingreep is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Het bestaande houten terras wordt vervangen door een terras in beton dat afwatert naar de tuin. Achteraan wordt een houten tuinhuis voorzien. In de zijtuinstrook wordt verharding aangelegd in waterdoorlatende klinkers die tevens dienst doet als autostalplaats. De oppervlakte van de verhardingen en het tuinhuis is beperkt en er blijft een voldoende ruime onverharde tuinzone ter beschikking voor waterinfiltratie en groenaanleg.

Deze ingrepen blijven beperkt en zijn bijgevolg stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

De gevels van het hoofdvolume blijven ongewijzigd. De aanbouw wordt geïsoleerd en wit bepleisterd waardoor deze in harmonie blijft met de kenmerken van de eenheidsbebouwing in de wijk. Het schrijnwerk van de aanbouw wordt uitgevoerd in zwart aluminium.

De visueel-vormelijke inpassing van de aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De plafonds in de zithoek en het bureau op het gelijkvloers zijn slechts 2,50 m hoog (bouwcode, artikel 21). Deze hoogte vloeit echter voort uit de vergunde toestand waarbij er een niveauverschil zit tussen de voorste en de achterste ruimten op de eerste verdieping om voldoende vrije hoogte te creëren onder het hellend dak in de achterste slaapkamer op de eerste verdieping. Dit niveauverschil vertaalt zich in een verschil in plafondhoogte op het gelijkvloers. Met toepassing van artikel 3 van de bouwcode wordt een afwijking toegestaan.

 

Het is niet duidelijk af te lezen op de plannen of de scheidingsmuur een opstand heeft van minstens 30 cm ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak (bouwcode, artikel 34). Van dit artikel kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet afgeweken worden. Daarom moet als voorwaarde bij de vergunning worden opgelegd dat de dakbekleding aan bepaalde eisen dient te voldoen.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.   

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak van de aanbouw, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1).

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

29 december 2023

Volledig en ontvankelijk

24 januari 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

24 maart 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

23 april 2024

Verslag GOA

15 maart 2024

Naam GOA

Axel Devroe

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak van de aanbouw, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1).

2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.