Notulen  Raad voor Maatschappelijk Welzijn

Op 26 september 2022 (jaarnummer 32) keurde de raad voor maatschappelijk welzijn de verkoop goed van enkele nood-, doorstart- en ontvoogdingswoningen via Biddit:

• appartement B met autostaanplaats 74, gelegen Frans De Vriendtstraat 34 te 2600 Berchem; 
• appartement A, gelegen Sneeuwbeslaan 27 te 2610 Wilrijk;
• appartement A, gelegen Frederik Van Eedenplein 6 te 2050 Antwerpen;
• appartement 3a en autostaanplaats 25, gelegen Nieuwdreef 107 te 2170 Merksem;
• appartement met autostaanplaats s39, gelegen Fruithoflaan 97 te 2600 Berchem;
• studio A-B-C-D, appartement 1-2-4-5, studio 3-6 en een gemeenschapslokaal, gelegen Schoonbroek 142-144 te 2180 Ekeren.   

In eerste instantie werden enkel de onderstaande appartementen te koop aangeboden via Biddit:

• appartement B met autostaanplaats 74, gelegen Frans De Vriendtstraat 34 te 2600 Berchem;
• appartement A, gelegen Sneeuwbeslaan 27 te 2610 Wilrijk;
• appartement A, gelegen Frederik Van Eedenplein 6 te 2050 Antwerpen.

Wegens het uitblijven van geldige biedingen en de hoge verkoopkosten die (ongeacht het resultaat van de biedingen) verbonden zijn aan de Biddit-procedure, keurde de raad voor maatschappelijk welzijn op 25 september 2023 (jaarnummer 26) de aanpassing van de verkoopwijze naar de door AG Vespa courant gebruikte procedure van biedingen onder gesloten omslag goed voor alle hierboven vermelde nood-, doorstart- en ontvoogdingswoningen.

Ondertussen werden alle appartementen met uitzondering van de studio A-B-C-D, appartement 1-2-4-5, studio 3-6 en een gemeenschapslokaal, gelegen Schoonbroek 142-144 te 2180 Ekeren verkocht.

Artikel 78 Decreet Lokaal Bestuur: "De raad voor maatschappelijk welzijn kan bij reglement zijn bevoegdheden overdragen aan het vast bureau. De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het vast bureau worden toevertrouwd:

- 11° de daden van beschikking over onroerende goederen, behalve die vermeld in artikel 84, § 3, 8°, b).

Bij de verdere voorbereidingen voor de verkoop heeft AG Vespa vastgesteld dat de huidige toestand van het merendeel van de 11 hierboven vermelde kavels niet overeenstemt met de vergunde toestand, waardoor verder onderzoek nodig was.

Overeenkomstig de afgeleverde bouwvergunningen van 23 december 1975 voor het gebouw Schoonbroek 144, Ekeren en 26 juni 1978 voor het gebouw Schoonbroek 142, Ekeren waarvoor respectievelijk de basisakten werden verleden op 14 april 1976 en op 27 september 1978, blijkt dat er geen 11 kavels maar slechts zeven kavels werden vergund.

De indeling van de zeven vergunde kavels werd tijdens de bouw gewijzigd naar de huidige 11 kavels op vraag van de toenmalige eigenaar de gemeente Ekeren. 

Hiervoor werden wijzigende basisakten verleden op 27 september 1978 voor het gebouw Schoonbroek 144, Ekeren en op 17 december 1980 voor het gebouw Schoonbroek 142, Ekeren.

Er werden echter geen stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd voor deze gewijzigde indeling, waardoor de huidige toestand als niet vergund dient beschouwd te worden en er in principe een regularisatie van de huidige toestand zou moeten gebeuren.

De te lage netto vloeroppervlakte van het merendeel van de huidige kavels maakt het echter onmogelijk om een regularisatie te verkrijgen overeenkomstig de huidige geldende bouwcode.

Een studio dient een minimale netto vloeroppervlakte te hebben van minstens 35 m².

Een appartement met één slaapkamer dient een minimale netto vloeroppervlakte te hebben van minstens 60 m².

Hierdoor zijn er in de huidige toestand slechts twee kavels die hieraan voldoen namelijk appartement 1 en 2 op de bel-étage van Schoonbroek 144.

Om hoge verbouwings- en administratieve kosten verbonden aan een regularisatie te vermijden, adviseert AG Vespa om de kavels te verkopen in loten. De loten bestaan uit een samenvoeging van de huidige studio's en appartementen zodat de voorwerpen van verkoop overeenstemmen met de in de jaren '70 vergunde appartementen zoals opgenomen in de oorspronkelijke basisakte en bouwplannen.

Bij lot 6 werd een grotere samenvoeging genomen om de toegankelijkheid van de appartementen te garanderen.

De kopers zullen ervan op de hoogte gebracht worden dat de huidige feitelijke toestand niet overeenstemt met de vergunde toestand.

De oorspronkelijke schattingsprijzen dienen aangepast te worden aan deze gewijzigde loten.

De verkoop betreft:

in het gebouw Schoonbroek 142, Ekeren op de eerste verdieping:

• lot 1: het appartement gelegen links achteraan, momenteel studio 2 en studio 5;
• lot 2: het appartement gelegen rechts achteraan, momenteel studio 3 en studio 6.

in het gebouw Schoonbroek 144, Ekeren op de gelijkvloerse verdieping:

• lot 3: een winkelruimte,  gelegen rechts achteraan, momenteel  gemeenschapslokaal.

in het gebouw Schoonbroek 144, Ekeren op de bel-étage verdieping:

• lot 4: het appartement 1, gelegen links vooraan;
• lot 5: het appartement 2, gelegen links  achteraan;
• lot 6: het appartement 3, gelegen rechts achteraan, momenteel studio 3 en appartement 4 samen met het appartement 4, gelegen rechts vooraan, momenteel appartement 5 en studio 6.
  

Volgens de schattingsverslagen opgemaakt op 6 februari 2024 door de schatters en landmeters van AG Vespa, bedraagt de marktwaarde van deze verschillende loten gelegen te Schoonbroek 142-144, kadastraal gekend onder Antwerpen, 35ste afdeling, Ekeren, 4de afdeling, sectie F, deel van nummer 776/W/3: 

De marktwaarden van de verschillende loten gelden als minimumprijs.

Verkoopvoorwaarden:

Op deze verkoop zijn de algemene verkoopsvoorwaarden, zoals vastgesteld in de modelteksten, goedgekeurd door het directiecomité van AG Vespa in zitting van 28 augustus 2017, van toepassing.     

De oorspronkelijk geraamde verkoopprijs voor het geheel van de te verkopen de nood-, doorstart- en ontvoogdingswoningen  bedroeg 2.049.500,00 EUR.

De reeds verkochte woningen brachten 1.021.500,00 EUR op.

De oorspronkelijk geraamde verkoopprijs voor de kavels Schoonbroek 142-144, Ekeren bedroeg 1.028.000,00 EUR.

Het verlagen van de minimumprijzen van deze kavels zou een nieuwe geraamde verkoopprijs betekenen van 932.000,00 EUR. Dit is 96.000,00 EUR minder dan initieel geraamd.

De werkelijk gerealiseerde inkomsten uit deze verkopen zullen integraal toekomen aan het vastgoedfonds.

De jaarrekening 2023 van stad en OCMW Antwerpen is opgemaakt. Vanaf boekjaar 2020 betreft dit een geconsolideerde jaarrekening.

Artikel 249 §3 van het decreet lokaal bestuur stelt dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

De raad voor maatschappelijk welzijn moet zijn deel van de jaarrekening vaststellen in het eerste semester van het boekjaar dat volgt op datgene waarop de jaarrekening betrekking heeft. De gemeenteraad keurt eveneens dit deel van de jaarrekening goed, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn.

Het gecumuleerd budgettair resultaat 2023 van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt
-39.663.741,48 EUR.
Het beschikbaar budgettair resultaat van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt
-44.602.959,49 EUR. De autofinancieringsmarge van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt 304.397.304,08 EUR. De gecorrigeerde autofinancieringsmarge van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt 369.357.279,05 EUR.

Het boekhoudkundig resultaat 2023 van stad en OCMW Antwerpen (inclusief districten) bedraagt 201.952.611,31 EUR. De balans van stad en OCMW Antwerpen (inclusief districten) per 31 december 2023 bedraagt 4.518.042.847,20 EUR.

Op 21 februari 2022 keurde de gemeenteraad van Antwerpen de principiële beslissing van de stad Antwerpen tot samenvoeging met de gemeente Borsbeek goed. In voormelde beslissing werd, in uitvoering van de samenvoeging, de oprichting van een binnengemeentelijk gedecentraliseerd district Borsbeek goedgekeurd (jaarnummer 117).  

Dezelfde principiële intentie tot samenvoeging werd op 21 februari 2022 door de gemeenteraad van de gemeente Borsbeek goedgekeurd. 

Op 18 december 2023 keurde de gemeenteraad van Antwerpen de definitieve beslissing van de stad Antwerpen tot samenvoeging met de gemeente Borsbeek goed (jaarnummer 770).

Dezelfde definitieve beslissing werd op 18 december 2023 door de gemeenteraad van de gemeente Borsbeek goedgekeurd. 

De beoogde datum van samenvoeging is 1 januari 2025. 

De Vlaamse Regering voorziet een schuldovername voor samenvoegingsoperaties die een bepaalde minimale schaalgrootte bereiken en die ten laatste op 31 december 2023 de definitieve beslissing tot samenvoeging op 1 januari 2025 indienen bij de Vlaamse Regering. De voorwaarden voor deze schuldovername werden uitgewerkt in omzendbrief FB 2021/1.

Op 26 februari 2024 keurde de gemeenteraad van Antwerpen de lijst van de over te dragen schulden aan Vlaanderen in het kader van de samenvoeging goed. 

• Artikel 384 van het Decreet over het Lokaal Bestuur
• Omzendbrief FB 2021/1 van het departement Financiën en Begroting van de Vlaamse Overheid. 

Op 1 maart 2024 werd de door de gemeenteraad goedgekeurde lijst van de over te nemen schulden bezorgd aan het Departement Financiën en Begroting van de Vlaamse Overheid. 

Op 29 maart 2024 liet het Departement Financiën en Begroting van de Vlaamse Overheid weten dat ook de raad voor maatschappelijk welzijn haar goedkeuring dient te geven om de OCMW lening door te geven aan Vlaanderen. 

De opgenomen schulden voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in omzendbrief FB 2021/1

Doordat Antwerpen en Borsbeek voor 31 december 2023 een gezamenlijk voorstel tot samenvoeging per 1 januari 2025 indienden bij de Vlaamse Regering, kunnen zij genieten van een overname van hun schulden door de Vlaamse overheid met een maximum van 50.000.000 euro.

Voor leningen waarvan het uitstaande kapitaal op 30/09/2024 wordt overgenomen zal de Vlaamse Overheid samen met de betrokken bank de contractuele overdracht afhandelen.

Lening met nummer 726-4795427-21, op naam OCMW Antwerpen, zal slechts gedeeltelijk worden overgenomen doordat het maximumbedrag van 50.000.000 euro bereikt werd. 

De raad voor maatschappelijk welzijn van 20 december 2021 (jaarnummer 50) keurde de opstart van het proefproject 'Schuldsanering' goed. 

Het project startte op 1 januari 2022 en liep tot en met 31 december 2023. Er werd gelijktijdig een impactonderzoek uitgevoerd door de Karel De Grote Hogeschool Antwerpen om de effectiviteit van deze actie te meten. De resultaten van het impactonderzoek bevestigen dat schuldsanering een positief effect heeft op welzijn, financiële vaardigheden en bijdraagt aan het afbouwen van de schuldenlast.

Wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van 8 juli 1976.

Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 78, tweede lid, 3°.

1.Algemeen kader

Schuldsanering is een aanvullende financiële ondersteuning voor klanten met een schuldhulpverleningstraject binnen de dienst Budget en Schulden. Het is een vorm van maatschappelijke dienstverlening gericht op het versterken van kwetsbare mensen met een structurele schuldenoverlast.

2. Doelgroep

Schuldsanering heeft als doelgroep klanten met een actief schuldhulpverleningstraject bij de dienst Budget en Schulden.

De doelgroep wordt afgebakend op basis van:

• Werkzaamheid en activering:
  • Klanten hebben een inkomen op basis van arbeid- of loondienst en moeten dit ook behouden gedurende de begeleiding.
  • Indien klanten uitkeringsgerechtigd zijn, zoals bijvoorbeeld een werkloosheidsuitkering, ziekte-uitkering of leefloon, dan dienen zij een activeringstraject te doorlopen. 
  • Voor niet-professioneel activeerbare klanten is de medewerking aan een begeleidingstraject een minimumvoorwaarde. Een klant wordt als niet-professioneel activeerbaar beschouwd indien hij:
    • ofwel 66% arbeidsongeschikt is (te staven met een officieel attest);
    • ofwel + 65 jaar is (voorheen 60 jaar);
    • ofwel een individuele beslissing heeft van het BCSD dat hij professioneel niet activeerbaar is.
• Naleven van het traject schuldhulpverlening:
  • De aanvullende financiële ondersteuning kan geweigerd of afgeschaft worden indien de klant niet meewerkt aan het  traject schuldhulpverlening.

3. Vormen van schuldsanering

Er kunnen binnen de verschillende trajecten schuldhulpverlening volgende vormen van schuldsanering gehanteerd worden: 

• Stap 1:
  • A. Schuldsaneringsbudget
    • Een maandelijkse financiële ondersteuning (niet in leen) t.b.v. 150,00 euro die gedurende 12 maanden wordt verstrekt aan de klant. 
    • De klant beschikt hierdoor over enerzijds voldoende leefgeld en kunnen schulden stelselmatig worden weggewerkt. 
    • Het saneringsbudget kan slechts één keer per klant toegekend worden.
  • B. Saneringskrediet
    • Dit is een financiële ondersteuning (in leen) t.b.v. maximaal 1.800,00 euro. Deze wordt verstrekt zodanig dat verschillende schuldeisers gebundeld afbetaald kunnen worden.
    • De klant betaalt de verleende steun terug aan het OCMW.
    • Het saneringskrediet kan slechts één keer per klant toegekend worden. 
• Stap 2:
  • A. Schuldovername
    • Een schuldovername is een éénmalige financiële ondersteuning (niet in leen) van maximum 3.600,00 euro die niet in leen wordt verstrekt. Het betreft het ten laste nemen van de schulden van de klant. 
    • De schuldovername kan toegepast worden:
      • Indien het schuldsaneringsbudget onvoldoende effect heeft gehad;
      • Indien de klant insolvabel is;
      • Indien de klant reeds 1 jaar in begeleiding is.
    • Volgende schulden zullen niet ten laste genomen worden:
      • schulden aan OCMW;
      • strafrechtelijke schulden;
      • fiscale schulden;
      • sociale zekerheidsschulden;
      • vergoedingen aan burgerlijke partijen;
      • hypotheken. 

4. Werkwijze 

Zowel nieuwe klanten als klanten met een lopend hulpverleningstraject komen in aanmerking voor Schuldsanering. Klanten dienen geen individuele aanvraag in. De maatschappelijk werkers binnen Budget en Schulden zullen de sociaal-financiële situatie van hun klanten onderzoeken.

Het voorstel voorleggen gebeurt in eerste instantie aan de screening Schuldhulpverlening i.f.v. een advies en in tweede instantie aan het subcomité van het bijzonder comité voor de sociale dienst. Het subcomité van het bijzonder comité voor de sociale dienst beslist. De uitbetaling gebeurt via de toepassing: e-Vita.

5. Opvolging impact

De opvolging van het langetermijneffect van Schuldsanering blijft een aandachtspunt - binnen de actieve begeleidingstrajecten van Budget en Schulden - na de uitrol van deze vorm van maatschappelijke dienstverlening. Daarnaast wordt de impact op het begeleidings- en schuldhulpverleningstraject van de klant in beeld gebracht.

De vorm van schuldsanering zal via een voorstel aanvullende bijstand in e-Vita beslist worden.

Het schuldsaneringskrediet zal teruggevorderd worden conform het principe van de Uitzonderlijke Financiële Bijstand.

Er wordt ingeschat dat 1 werkingsjaar 270.000,00 EUR aan uitgaven genereert en 15.000,00 EUR aan ontvangsten.

De federale regering wil de OCMW’s stimuleren om op basis van het REMI-systeem (Referentiebudget Menswaardig Inkomen-systeem), zoals ontwikkeld door het Centrum voor budgetadvies en -onderzoek (CEBUD), aanvullende financiële steun voorzien voor huishoudens die over een ontoereikend inkomen beschikken. 

Het vast bureau keurde op 3 maart 2023 (jaarnummer 52) de deelname aan het project "Het ter beschikking stellen van het REMI-systeem aan de OCMW's" van de Programmatorische Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie goed.

De raad voor maatschappelijk welzijn keurde op 22 januari 2024 (jaarnummer 6) de aanwending van de federale subsidie voor het project "Het ter beschikking stellen van het REMI-systeem aan de OCMW's" van de POD MI goed.

OCMW Antwerpen heeft hiervoor opnieuw een toelage ontvangen om enerzijds een REMI-licentie te bekomen voor een periode van één jaar anderzijds om de toekenning van de aanvullende maatschappelijke dienstverlening op basis van dit meetinstrument te financieren. 

Koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

Koninklijk besluit van 13 maart 2024 houdende een toelage voor het blijvende gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 78, tweede lid, 3° bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd is voor het vaststellen van andere reglementen dan die over personeelsaangelegenheden.

1. Kader

In de tweede toelageperiode (1 maart 2024 tot en met 31 december 2024) wordt de federale subsidie ingezet op de volgende doelgroepen: 

• eenpersoonshuishoudens;
• gezinnen die vanuit steun starten met een tewerkstelling;
• dak- en thuislozen.

Bovenstaande doelgroepen ervaren moeilijkheden om een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid, dat blijkt uit verschillende armoedestatistieken.  Zo hebben deze groepen vaker te maken met een beperkt gezinskomen en schulden. Bovendien hebben verschillende socio-economische feiten in de afgelopen jaren - zoals de corona-crisis, de energiecrisis en de inflatie - het financieel huishouden van deze groepen sterk verzwakt .

2. Doelgroep (simulatie)

De doelgroep bestaat uit onderstaande categorieën:

3. Principes

De volgende principes worden gehanteerd:

• een actief dossier leefloon of equivalent leefloon in de periode van maart 2024 tot en met augustus 2024;
• het uitvoeren van een sociaal-financieel onderzoek en op basis hiervan wordt voor iedere gerechtigde een referentiebudget voor een menswaardig inkomen berekend;
• een maandelijkse berekening van de REMI over een referteperiode van zes maanden;
• het voorzien van een eenmalige financiële steun ten bedrage van maximum 300,00 euro per gerechtigde.

4.Aanvraag, sociaal onderzoek en beslissing 

De aanvullende financiële steun op basis van REMI wordt automatisch toegekend aan de gerechtigden die tot de doelgroep behoren. In e-Vita wordt een gestandaardiseerd sociaal verslag opgenomen. Beslissingen worden op lijst, ter bekrachtiging, voorgelegd aan het subcomité.

5. Verwerking gegevens

De gegevens worden maximaal digitaal verzameld en verwerkt.

6. Uitbetaling

De ondersteuning REMI wordt gestort op de bankrekening van de gerechtigden. 

De verantwoording van de middelen dient te gebeuren via een elektronisch verslag in de webapplicatie 'Uniek verslag' van de POD MI voor 30 april 2025 waarin onder andere gegevens omtrent de datum, de soort actie en het aantal gerechtigden worden meegedeeld. Voor deze verantwoording zal een besluit voor het vast bureau opgemaakt worden. 

De subsidie wordt opgevolgd via subsidiefiche SBT11411. De uitgaven zullen gedaan worden via e-Vita. Bijgevolg worden de uitgaven niet op de subsidiefiche geregistreerd.

Op 31 maart 2021 (jaarnummer 51) keurde het managementteam de geactualiseerde "procedure dagelijks geldbeheer" goed.

Op 2 april 2024 (2024_BAD_00831) nam de algemeen directeur kennis van de kasverschillen gemeld in 2023.

Artikel 217 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur bevatten de bepalingen met betrekking tot het organisatiebeheer. 

In het kader van het organisatiebeheersingssysteem beschrijft de "procedure dagelijks geldbeheer" de aanstelling van geldinners, het beheer van geïnde gelden en de te volgen stappen in geval van kasverschil, diefstal of fraude.

In 2023 werden 5 kasverschillen gemeld voor de juridische entiteit OCMW, waarvan 2 kastekorten voor een totaalbedrag van -90,00 EUR en 3 kasoverschotten voor een totaalbedrag van +106,40 EUR.  

Er werden geen gevallen van diefstal of onregelmatigheden gemeld.

De kasverschillen werden gemeld binnen de vooropgestelde termijn van maximum 5 weken die nodig is voor het aanmaken van de afrekening.

De gemelde kasverschillen werden reeds opgenomen in de boekhouding.