Terug
Gepubliceerd op 13/05/2024

2024_CBS_04015 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049283. Pothoekstraat 104-110. District Antwerpen - Weigering

college van burgemeester en schepenen
wo 08/05/2024 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Karin De Craecker

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_04015 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049283. Pothoekstraat 104-110. District Antwerpen - Weigering 2024_CBS_04015 - Omgevingsvergunning - OMV_2023049283. Pothoekstraat 104-110. District Antwerpen - Weigering

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023049283

Gegevens van de aanvrager:

Haidar Majeed Abd Maktoub met als adres Sint-Janstraat 3 bus 404 te 2140 Borgerhout (België)

Gegevens van de exploitant:

BV Bandenprofile (0765320595) met als adres Pothoekstraat 104 te 2060 Antwerpen

Ligging van het project:

Pothoekstraat 104-110 te 2060 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 5 sectie E nr. 409G20

waarvan:

 

-          20220523-0010

afdeling 5 sectie E nr. 409G20 (Automechanicien en onderhoud)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

wijzigen van de voorgevel, aanbouw en de exploitatie van een werkplaats voor auto's

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          09/12/2022 weigering (OMV_2022103195) voor het wijzigen voorgevel, aanbouw en exploiteren van een autoherstelwerkplaats;

-          17/02/2021: proces-verbaal (11002_2021_13651_VPV) voor het wijzigen van de voorgevel;

-          05/12/2014: vergunning (3582#5991) voor regularisatie van een gevelwijziging;

-          16/07/1965: vergunning (18#82105) voor een flatgebouw;

-          08/04/1960: toelating (18#40806) voor verbouwing – 22.2.1960.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • meergezinswoning met in de kelderverdieping een autobergplaats en op het gelijkvloers aan de rechterzijde en achteraan de functie bedrijvigheid;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 5 bouwlagen onder plat dak;
  • aanbouw van 1 bouwlaag onder plat dak;
  • gelijkvloers volledig dichtgebouwd;
  • interne hoogte aanbouw circa 3 m;

-          voorgevelafwerking:

  • gelijkvloers in natuursteen met buitenschrijnwerk in metaal;
  • verdiepingen in lichtkleurige gevelsteen met buitenschrijnwerk in aluminium;
  • aan de rechterzijde, 2 poorten met inrit naar garage en beenhouwerij.
     

Bestaande toestand

-          bouwvolume:

  • interne hoogte aanbouw 3,27 m;

-          voorgevelafwerking:

  • onverlichte zaakgebonden gevelreclame (haaks en op het gevelvlak);
  • aan de rechterzijde, 1 rolluik met grijze kleur in plaats van 2 poorten.
     

Nieuwe toestand

-          bouwvolume en voorgevelafwerking zoals in bestaande toestand met uitzondering van de volgende wijziging:

  • aan de rechterzijde: 2 nieuwe rolluiken met geïntegreerde deur in het linkse rolluik.

 

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de voorgevel;

-          het aanbrengen van zaakgebonden gevelreclame;

-          interne verbouwingen.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 1 december 2022 weigerde het college een omgevingsvergunning voor het exploiteren van een autoherstelwerkplaats (kenmerk OMV_2022103195).

 

Inhoud van de aanvraag

Het project omvat de exploitatie van een herstelwerkplaats voor motorvoertuigen.

 

Aangevraagde rubriek(en)

 

 

Aangevraagde rubriek(en) Automechanicien en onderhoud
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

200,00 liter

15.2.

andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3;

2 hefbruggen

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter;

300,00 liter

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

5 september 2023

19 oktober 2023

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

5 september 2023

14 september 2023

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

5 september 2023

19 september 2023

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: overdruk - handel en reca - (hr) en artikel 1 zone voor wonen - (wo).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

-          1 Algemene voorschriften, 1.3 Harmonieregel en referentiebeeld:
Het reclamebord is niet afgestemd op de architectuur van het gebouw, door zijn uitstraling (als tijdelijke karakter) én de plaatsing half op de erker, waardoor geen kwaliteitsvolle relatie tussen de oude en nieuwe architectuur en het bestaande weefsel bestaat.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
    elke verblijfsruimte dient openingen te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. De voorziene oppervlakte in de aanvraag (1 m²) voldoet niet aan dit artikel;
  • artikel 33 Zaakgebonden publiciteit:

de haakse gevelreclame houdt een afstand van minder dan 0,60 m tot de rechter perceelsgrens en komt meer dan 0,60 m uit het gevelvlak.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit). 

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd.

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid en Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Voorliggende aanvraag omvat geen vergunningsplichtige functiewijziging voor het gelijkvloers. In de laatst vergunde toestand uit 1965 werd het rechtergedeelte van de gelijkvloerse verdieping vergund als werkplaats voor het verwerken van vleeswaren.

Dit valt binnen de hoofdfunctie bedrijvigheid, dit is dezelfde hoofdfunctiecategorie als voor ‘automechanicien-onderhoud’.

 

In het advies van de brandweer wordt net als in de voorgaande aanvraag opgemerkt dat de opslag van banden niet thuishoort in een woongebied of gebied met mogelijk kwetsbare personen. In het advies van de brandweer wordt in voorwaarden dan ook opgelegd dat enkel de dagelijks benodigde voorraad aan banden aanwezig mag zijn in de autowerkplaats. Er mag geen opslag van oude banden plaatsvinden.

 

In voorliggende aanvraag worden in de gevel opnieuw 2 garagepoorten voorzien zoals in de laatst vergunde toestand ook het geval was. Hierdoor zijn de kelderverdieping en het gelijkvloers opnieuw onafhankelijk van elkaar ontsloten. De kelderverdieping was volgens het plan van 1965 ingericht als bergplaats voor personenwagens en fietsen. Volgens de info in het huidige dossier reikt de kelderverdieping minder diep en werd deze lager uitgevoerd waardoor ze volgens de aanvrager niet meer kan worden gebruikt als parking. Of deze wijzigingen ten opzichte van het plan van 1965 geacht vergund zijn is niet duidelijk. Dit dient nagegaan te worden door de dienst Vermoeden van vergunning alvorens een nieuwe aanvraag wordt ingediend. Indien zou blijken dat deze wijzigingen niet geacht vergund zijn, dan komt het supprimeren van de auto- en fietsstalplaatsen niet in aanmerking voor een gunstig advies.

 

Visueel-vormelijke elementen

Enkel de gelijkvloerse wijzigingen ter hoogte van de rechterzijde maken deel uit van de aanvraag.

 

De 2 nieuwe garagepoorten worden uitgevoerd als rolluiken in antracietgrijze aluminium. In het linkse rolluik wordt een deur geïntegreerd in functie van evacuatie.

 

Boven de dubbele poort wordt een reclamebord voorzien. Dit bord is echter niet afgestemd op de architectuur van het gebouw door zijn tijdelijke uitwerking en plaatsing half op de erker. De aanvraag is hierdoor strijdig met artikel 1.3 van het RUP. Bovendien werd ter hoogte van de eerste verdieping ook een reclamedoek haaks op de gevel geplaatst. De publiciteitsinrichting houdt een afstand van minder dan 0,60 m tot de rechter perceelsgrens en komt meer dan 0,60 m uit het gevelvlak. Dit is niet in overeenstemming met artikel 33 van de bouwcode.

De reclame inrichtingen zijn onaanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De plannen tonen dat de lichtkoepels achteraan vrijwel allemaal worden dichtgemetseld. Uit de informatie in de nota blijkt dat deze worden dichtgemaakt om brandveiligheidsredenen. Om tegemoet te komen aan de opmerkingen uit de voorgaande weigering wordt nu 1 lichtkoepel met een oppervlakte van 1 m2 bewaard. Dit is echter nog steeds veel te weinig om te voldoen aan artikel 24 van de bouwcode. Dit artikel geeft aan dat elke verblijfsruimte openingen dient te hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. Licht en lucht worden gezien als basiskwaliteiten voor elke ruimte waar mensen langer verblijven. Voldoende daglichttoetreding, gecombineerd met uitzicht en voldoende ventilatie van de verblijfsruimte zijn basisvoorwaarden voor de gezondheid van de bewoners en voor een minimumverblijfkwaliteit van elke verblijfsruimte. Het dichtmaken van de koepels is onaanvaardbaar.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

In een voormalige beenhouwerij in de Pothoekstraat 104 wenst de exploitant een werkplaats voor het onderhoud van voertuigen in te richten. Op het gelijkvloers wordt de herstelwerkplaats ingericht met volgende IIOA:

-          opslag van 200 liter oliën;

-          twee hefbruggen;

-          300 liter gevaarlijke producten in kleine verpakkingen.

De oliën zullen worden bewaard op een lekbak. In de bijlagen van het dossier wordt gesproken over een opslag van 2.000 liter oliën, in de rubriekentabel wordt 200 liter gevraagd. Dergelijke hoeveelheid is laag voor een herstelwerkplaats, maar de uitvoeringsplannen tonen dat geen ruimte of lekbakken voorzien zijn om een grotere hoeveelheid reglementair op te slaan. In het besluit wordt derhalve vastgehouden aan de 200 liter opgenomen in de rubriekentabel.
De gevaarlijke producten die opgeslagen zullen worden zijn volgens het dossier thinner (100 liter), white-spirit (100 liter) en 100 liter allerhande andere producten gebruikt in de werkplaats. De opslag vindt plaats in de brandkast in de stockageruimte of de veiligheidskast nabij de werkplaatsen. Daarnaast geeft de exploitant aan tot 850 banden of circa 8,5 ton rubber op te slaan in een aparte kamer. De opslag van de banden wordt pas aanzien als ingedeelde activiteit vanaf 10 ton. Echter zijn er wel veiligheidsrisico’s aan verbonden. Het advies dat Brandweer Zone Antwerpen (BZA) gaf naar aanleiding van het voorliggende dossier is ongunstig wat de opslag van de autobanden betreft. Brandende banden geven een zwarte onweerlegbare toxische en kankerverwekkende rookontwikkeling en zijn moeilijk te blussen. Dit soort opslag hoort dan ook niet thuis in een woongebied of gebied met kwetsbare personen. Het is de exploitant enkel toegestaan om de dagelijkse benodigde voorraad aan banden aanwezig te hebben in de werkplaats. Er mag geen opslag van oude banden plaatsvinden. Gelet op het ongunstig advies wordt in een bijzondere milieuvoorwaarde de opslag van de banden dan ook uitgesloten.
Tenzij de exploitant Bandenprofile bv afziet van het vervangen van autobanden bij zijn klanten, zullen dagelijks nieuwe banden aangeleverd en oude banden afgevoerd moeten worden. Daarnaast zullen naar verwachting ook nog andere leveringen (oliën, onderhoudsproducten, onderdelen) en ophalingen (afval) moeten gebeuren. De Pothoekstraat is een drukke lokale weg die van belang is in de ontsluiting van de woonwijken. Ze vormt eveneens een verbinding tussen het kruispunt Schijnpoort en de Turnhoutsebaan. Obstructie van doorgaand verkeer en het in gevaar brengen van de veiligheid van de weggebruikers tijdens leveringen dienen vermeden te worden. Alle leveringen en ophalingen dienen op eigen terrein te gebeuren.
De inrichting beschikt over een afzuiging voor de extractie van de uitlaatgassen uit het atelier. De evacuatie in de atmosfeer dient te gebeuren boven het hoogste dak in de onmiddellijke omgeving om een snelle en volledige dispersie te verzekeren. Het gelijkvloerse atelier wordt immers langs verschillende zijden omgeven door gevoelig hogere gebouwen met woongelegenheden (en ramen). Aangezien het niet duidelijk is uit het dossier waar en hoe hoog de schoorsteen is, wordt dit opgelegd als bijzondere voorwaarde.
Er wordt geen bedrijfsafvalwater geloosd. Het geloosde debiet huishoudelijk afvalwater is lager dan 600 m³/jaar. Van de kelderverdieping werden geen uitvoeringsplannen toegevoegd in het luik IIOA en hoort niet bij de exploitatie van de herstelwerkplaats.


Bij vergunning worden volgende bijzondere voorwaarden voorgesteld:
1. Elke opslag van banden in de inrichting is niet toegelaten. Het is enkel toegestaan om de dagelijks benodigde voorraad aan banden aanwezig te hebben in de inrichting. 
2. Het laden en lossen dient op eigen terrein te gebeuren. 
3. Auto’s van klanten moeten, in afwachting van herstelling of ophaling, gestald worden in de inrichting. 
4. De evacuatie in de atmosfeer van de afgezogen gassen dient te gebeuren boven het hoogste dak in de onmiddellijke omgeving om een snelle en volledige dispersie te verzekeren. 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Aangezien de ingedeelde inrichtingen of activiteiten onlosmakelijk verbonden zijn met de in dit dossier gevraagde stedenbouwkundige handelingen, en deze onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening bevatten, wordt ongunstig advies gegeven.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geweigerd voor

6.4.1°

opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; (inrichting Automechanicien en onderhoud)

200,00 liter

15.2.

andere werkplaatsen voor het nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen (met inbegrip van carrosseriewerkzaamheden) dan de werkplaatsen, vermeld in rubriek 15.3; (inrichting Automechanicien en onderhoud)

2 hefbruggen

17.4.

opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; (inrichting Automechanicien en onderhoud)

300,00 liter


Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

20 april 2023

Volledig en ontvankelijk

5 september 2023

Start 1e openbaar onderzoek

15 september 2023

Einde 1e openbaar onderzoek

14 oktober 2023

Beslissing toepassing administratieve lus

7 november 2023

Start laatste openbaar onderzoek

16 november 2023

Einde laatste openbaar onderzoek

15 december 2023

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

17 februari 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

17 mei 2024

Verslag GOA

25 april 2024

Naam GOA

Wim Van Roosendael en Bieke Geypens

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

De affiche voor de bekendmaking van het openbaar onderzoek werd niet opgehangen.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

 

Het laatste openbaar onderzoek werd ook niet correct uitgevoerd. De bekendmaking werd tijdig per beveiligde zending bezorgd aan de aanvrager. Artikel 20 van het Omgevingsvergunningenbesluit bepaalt dat de bekendmaking ten laatste de dag voor de begindatum van het openbaar onderzoek moet worden uitgehangen. Er werd vastgesteld dat de bekendmaking niet conform de wettelijke bepalingen was aangebracht. Bijgevolg zijn de voorgeschreven formaliteiten van het Omgevingsvergunningenbesluit niet vervuld.

Het openbaar onderzoek is bedoeld om de derde-belanghebbenden de gelegenheid te geven hun bezwaren en opmerkingen te doen gelden en om de bevoegde overheid de nodige gegevens te bezorgen zodat zij met kennis van zaken kan beslissen.

De regels met betrekking tot de bekendmaking zijn substantieel. Een schending ervan zou de goedkeuring van de aanvraag automatisch onwettig maken. De vaststelling dat de procedure geschonden is door de aanvrager heeft procedureel tot gevolg dat de aanvraag dient geweigerd te worden.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

15 september 2023

14 oktober 2023

0

0

0

0

16 november 2023

15 december 2023

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.