2024_CBS_04012 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2024005776. Petroleumkaai 7. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          05/10/2023: voorwaardelijke vergunning (OMV_2022110886) voor inrichting voor het blenden van oliën: verandering door wijziging en uitbreiding;

-          30/04/2020: vergunning (OMV_2020002015) voor het wijzigen voorgevel, regulariseren bestaande bouwconstructie en functiewijzigingen van interne lokalen;

-          23/05/2019: voorwaardelijke vergunning (OMV_2019006545) voor een verandering door wijziging en uitbreiding van een inrichting voor het blenden van oliën;

-          05/09/2014: vergunning (ROL_20141474) voor het slopen en bouwen van een magazijn en verbouwen van een bestaand magazijn met bijhorende technische- en terreinaanlegwerken horend bij Blending Plant + het slopen van een oud pipe-rack;

-          25/02/2011: vergunning (ROL_20107734) voor het slopen van verouderde magazijnen en bouwen van een nieuw magazijn voor opslag met bijhorende technische werken;

-          6/11/2009: vergunning (ROL_20094201) voor het bouwen van een kantoorgebouw en het plaatsen van een weegbrug met bijhorende technische werken.

Vergunde toestand

-          inrichting:

• bedrijventerrein in industriegebied met verschillende gebouwen, technische installaties en wegen.

Bestaande toestand

-          functie: 

• kantoorgebouw;

-          bouwvolume:

• 2 bouwlagen met plat dak;
• kroonlijsthoogte 6,80 m;

-          gevelafwerking:

• rood parement en zwart aluminium schrijnwerk;
• betonnen plint en kroonlijst;

-          inrichting:

• overdekte fietsenstalling.

Nieuwe toestand

-          functie: 

• labo – kantoorgebouw aansluitend op het bestaande kantoorgebouw;

-          bouwvolume:

• 5 bouwlagen met plat dak en een teruggetrokken daklaag zone voor HVAC-technieken;
• kroonlijsthoogte 20,15 m en totale hoogte 23,15 m; 

-          gevelafwerking:

• architectonisch betonpanelen en zwartgrijs aluminum schrijnwerk;
• zwartgrijs aluminium sectionaal poort ter hoogte van de zijgevel;
• bedrijfslogo Q8 in intern verlichte plexi doosletters;

-          inrichting:

• nieuwe overdekte fietsenstalling van 50 m² met 39 fietsstalplaatsen; 
• bijkomende fietsenstalling in een bestaande loods met 71 fietsstalplaatsen;
• 28 parkeerplaatsen langs de toegangsweg ten noorden van het bedrijventerrein;
• dakterras ter hoogte van het bestaande kantoorgebouw.

Inhoud van de aanvraag 

-          slopen bestaande overdekte fietsenstalling;

-          bouwen labo – kantoorgebouw;

-          verbouwen bestaand kantoorgebouw;

-          bouwen nieuwe overdekte fietsenstalling;

-          voorzien van zaakgebonden reclame;

-          aanleg parkeerzone op eigen terrein.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Kuwait petroleum exploiteert aan de Petroleumkaai een Blending Plant via besluit MLAV1/09-292. Deze basisvergunning loopt tot 5 november 2029.

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de bouw en exploitatie van een nieuw R&D gebouw.

Aangevraagde rubriek(en)

Aangevraagde rubriek(en) Q8Oils Blending Plant Antwerpen
 

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: specifiek regionaal bedrijventerrein met watergebonden karakter.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

• Artikel 16 technische installaties:

De technische installaties voorzien op het dak, vallen buiten een verticale hoek van 45° ten opzichte van alle gevelvlakken vertrekkend vanaf de bovenkant van de kroonlijst;

• Artikel 24 minimale lichtinval en luchttoevoer:

Het is onduidelijk of de verschillende verblijfsruimtes rechtstreeks verlucht kunnen worden. De plannen geven hierover geen uitsluitsel;

• Artikel 38 Groendaken:

Er wordt geen groendak voorzien op het nieuwe kantoorgebouw en de nieuwe fietsenstalling.

Sectorale regelgeving

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex wonen van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De site is volgens het GRUP gelegen binnen het specifiek regionaal bedrijventerrein met watergebonden karakter, deelgebied regionaal bedrijventerrein Petroleum Zuid, gekend als Blue Gate Antwerp.

Stad Antwerpen wenst de Blue Gate Antwerp site te ontwikkelen volgens duurzame principes. Deze zijn opgenomen in het Strategisch Masterplan Blue Gate Antwerp. Hoewel dit strategisch masterplan geen bindend, noch verordenend karakter heeft, geeft het duiding omtrent de duurzame ambities bij de ontwikkeling van de site, waaronder de Petroleumcluster.

De aangevraagde activiteit en de bestemming voldoen op het vlak van functionele inpasbaarheid en zijn in overeenstemming met de ambities van het masterplan en de bestemmingsvoorschriften van het GRUP.

Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing / Business en Innovatie. Het advies is gunstig en luidt samengevat als volgt:

“De site is gelegen op het industrieterrein Blue Gate Antwerp zoals voorzien in de beleidsnota ruimtelijke economie. Het project past binnen de goedgekeurde beleidsvisie.”

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

In het beeldkwaliteitsplan voor BGA lezen we over de bebouwing in de Zone Watergebonden Bedrijvigheid het volgende:

“In de Zone Watergebonden Bedrijvigheid kan over het deel Petroleumcluster weinig gezegd worden. De morfologie is voorlopig bepaald door de huidige bebouwing. De exacte morfologie van eventuele nieuwe bebouwing zal ook sterk samenhangen met het type ontwikkeling dat hier op termijn zal plaatsvinden.”

Het gebouw is qua schaal, volumetrie en inplanting stedenbouwkundig aanvaardbaar en inpasbaar in de context.

Visueel-vormelijke elementen

Het project werd besproken op de Kwaliteitskamer. Het advies luidt (samengevat) als volgt:

“De Kwaliteitskamer waardeert de inspanningen om tegemoet te komen aan de aanbevelingen in eerder advies. De voorkeur gaat uit naar een monoliet volume in één materiaal, met name de volledige uitwerking in beton. Met betrekking tot de uitlijning van de ramen en de deur aan het terras komt de Kwaliteitskamer terug op het idee van de buitentrap. Door het voorzien van de buitentrap kan men de terrasdeur centraal onder de ramen plaatsen. Eveneens voorziet het in de mogelijkheid om de voordeur te verhogen en uit te lijnen met de bovenzijde van de gevelopeningen op de eerste verdieping. Voor de buitentrap vraagt de Kwaliteitskamer om een voldoende ruime maar lichte trap met bordessen uit te werken.

Voor de uitwerking van het platte dak op het hoofdvolume en het dakterras op het platte dak van het bestaande gebouw suggereert de Kwaliteitskamer om het strekmetaal de begrenzing van de dakrand consequent te laten volgen. Voor het hoofdvolume geldt hetzelfde principe.  Een andere mogelijkheid bestaat erin om de dakrand van het hoofdvolume rondom op te trekken zodat men de technieken kan laten verzinken in het dak.”

Het advies is voorwaardelijk gunstig. Het gebouw dient zich als een monoliet te manifesteren en moet ook zo gedetailleerd worden, met aandacht voor ondermeer de naden van de prefab onderdelen, diepere neggen, bredere kolommen aan de bovenzijde en in het bijzonder de hoekkolom, enzovoort.

De meeste opmerkingen van de Kwaliteitskamer werden verwerkt in het ontwerp. De borstwering in strekmetaal op het dak blijft beperkt tot een deel van het dak, maar is aanvaardbaar. We dringen erop aan om ook in uitvoering en verdere detaillering met de opmerkingen van de Kwaliteitskamer rekening te houden.

Het project is visueel inpasbaar in de omgeving en in het BKP Blue Gate.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Artikel 16 van de bouwcode bepaalt dat technische installaties bij voorkeur inwendig in het gebouw ondergebracht worden. Indien ze uitwendig worden aangebracht kan dit enkel op het hoogstgelegen dak en op voorwaarde dat de technische zone niet hoger is dat 2,50 m ten opzichte van de kroonlijst, binnen een verticale hoek van 45° ten opzichte van alle gevelvlakken vertrekkend vanaf de bovenkant van de kroonlijst en binnen het toegelaten bouwvolume.

De zone voor technische installaties is indicatief aangegeven op de plannen maar valt buiten de verticale hoek van 45° ten opzichte van de gevelvlakken. Er wordt in voorwaarden opgelegd dat de plaatsing van de technische installaties moet voldoen aan de bepalingen van artikel 16.

Artikel 24 van de bouwcode bepaalt dat elke verblijfsruimte openingen moet hebben voor de toetreding van daglicht en zicht. De plannen geven hierover geen uitsluitsel. Er wordt opgelegd in voorwaarden dat elke verblijfsruimte moet voldoen aan de bepalingen van artikel 24.

Volgens artikel 38 van de bouwcode (groendaken) is het verplicht om nieuwe daken aan te leggen als een groendak, indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 m², omwille van de voordelen die dit biedt op het vlak van duurzaamheid en beeldkwaliteit, de hoeveelheid afgevoerd regenwater en het piekdebiet bij stortbuien, de vermindering van het “urban heat island” effect en de verhoging van de biodiversiteit.

Er wordt vastgesteld dat in het ontwerp geen groendak werd voorzien op het nieuwe kantoorgebouw en de nieuwe fietsenstalling. De aanleg van een groendak zal opgelegd worden als voorwaarde in de beslissing van de aanvraag.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

De nieuwe parkeerplaatsen zullen moeten worden uitgevoerd conform artikel 30 van de bouwcode. In dat kader wordt ook vastgesteld dat de plannen geen voorzieningen treffen voor het laden van elektrische wagens (artikel 30 §5). In voorwaarden wordt dus bijkomend opgenomen om per 10 autostalplaatsen één elektriciteitsvoorziening te voorzien ten behoeve van elektrische oplaadpunten voor wagens.

Fietsvoorzieningen

Voor het R&D gebouw moeten er 12 fietsstalplaatsen voorzien worden:

650 m² kantoor: 8 plaatsen (1,25/100 m²);

603 m² labo: 4 plaatsen (0,60/100 m²).
 

Verder moet ook 10% van de fietsstalplaatsen bruikbaar zijn voor buitenmaatse fietsen (cargofiets, bakfiets, enzovoort).

Er was reeds een vergunde fietsenstalling van 96 plaatsen, in totaal moeten er nu 108 fietsstalplaatsen voorzien worden. Er worden 2 fietsenbergingen voorzien van 39 en 71 plaatsen.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Deze aanvraag omvat de bouw en exploitatie van een nieuw R&D gebouw. Het gebouw omvat twee nieuwe onderzoekslaboratoria (1 op het gelijkvloers en 1 op een verdieping) en een warmtepompsysteem (HVAC). Het GWP van het koelmiddel is 698. De koeling zal ook gebeuren met de lucht-water warmtepomp.

Voor de bouwwerken worden er ook nieuwe hemelwaterputten geplaatst en een septische put voor het sanitaire afvalwater. Er wordt echter geen nieuw lozingspunt voorzien of een verhoging van het bestaande debiet voor huishoudelijk afvalwater (1.300 m³/jaar) beoogd.

Milieutechnisch beoogt de aanvrager een uitbreiding van de activiteiten met een nieuw R&D gebouw bestaande uit twee bijkomende onderzoekslabo’s en 2 warmtepompen voor verwarming en de ventilatie van het gebouw. Algemeen dient opgemerkt te worden dat het aanvraagdossier vrij summier is. De activiteiten in de voorziene labo’s worden niet toegelicht. De exploitatie van de voorziene labo’s - onder rubriek 24.3 - veronderstellen een uitbreiding van het afvalwater; al dan niet geloosd via een waterzuiveringsinstallatie. Nochtans worden er geen wijzigingen aan de rubriek 3.6 gevraagd.

Op het dak worden er twee warmtepompen voorzien voor een vermogen van 171,3 kW. Mogelijk wordt de gezamenlijke drijfkracht van de installaties bekomen door het koel- en warmtevermogen op te tellen. In het licht is de elektrische drijfkracht allicht veel lager. Aan de exploitant wordt verzocht dit na te kijken vóór vergunningverlening zodat de juiste vermogens worden opgenomen in de vergunning. 

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden. De omgevingsvergunning voor uitbreiding van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten loopt tot en met 5 november 2029, einddatum van de lopende milieuvergunning.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De ruimte tussen de twee rijen haakse parkeervakken moet 6 m bedragen. Per 10 autostalplaatsen moet één elektriciteitsvoorziening voorzien worden ten behoeve van elektrische oplaadpunten voor wagens.

2. De plaatsing van de technische installaties op het dak moet voldoen aan de bepalingen van artikel 16 van de bouwcode. De technische zone mag niet hoger zijn dan 2,50 m ten opzichte van de kroonlijst, binnen een verticale hoek van 45° ten opzichte van alle gevelvlakken vertrekkend vanaf de bovenkant van de kroonlijst en binnen het toegelaten bouwvolume.

3. Elke verblijfsruimte moet openingen hebben voor de toetreding van daglicht en zicht en dient minimaal één te openen gevel- of dakdeel te hebben zodat de ruimte op natuurlijke wijze geventileerd kan worden, in overeenstemming met artikel 24 van de bouwcode.

4. Zowel het dak van het nieuwe kantoorgebouw als het dak van de fietsenstalling moeten aangelegd worden als groendak, in overeenstemming met de bepalingen van artikel 38 van de bouwcode.

Geadviseerde rubriek(en)

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.