- De notulen van de raadszittingen van 25 maart 2024 zijn digitaal raadpleegbaar in eBv.
De gemeenteraad neemt kennis van de volgende mededelingen:
De stad Antwerpen is deelnemer in Intercommunale voor Slib- en Vuilverwijdering van Antwerpse Gemeenten (ISVAG).
ISVAG meldt dat op 16 mei 2024 om 17.00 uur de algemene vergadering zal plaatshebben in het administratief gebouw van ISVAG, Boomsesteenweg 1000, 2610 Wilrijk, met volgende agendapunten:
Artikel 432 van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat de algemene vergadering is samengesteld uit de vertegenwoordigers van de deelnemers. Deze worden voor de gemeenten rechtstreeks aangewezen door de gemeenteraden uit hun leden. De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Artikel 454 van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat in de dienstverlenende en opdrachthoudende verenigingen de jaarrekeningen vastgesteld worden door de algemene vergadering in de loop van het eerste semester van het volgende boekjaar aan de hand van het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de revisor. Samen met de uitnodiging worden deze documenten ter beschikking gesteld van de deelnemende gemeenten, die het mandaat van hun afgevaardigde terzake bepalen. De algemene vergadering verleent terzelfder tijd kwijting aan de bestuurders, de leden van de regionale bestuurscomités en de revisoren.
De gemeenteraad dient kennis te nemen van de agenda van de algemene vergadering van ISVAG van 16 mei 2024 en het stemgedrag van de stadsafgevaardigde te bepalen.
De gemeenteraad besliste in zitting van 25 februari 2019 (jaarnummer 86) om de heer Koen Kennis, schepen bevoegd voor financiën, mobiliteit, toerisme, middenstand en decentralisatie, aan te duiden als stadsafgevaardigde op de (buitengewone) algemene vergadering van ISVAG, met als plaatsvervanger een ander lid van het college of van de gemeenteraad.
Inspectie Financiën adviseert de agendapunten van de algemene vergadering van ISVAG van 16 mei 2024 goed te keuren.
De gemeenteraad neemt kennis van de agendapunten van de algemene vergadering van ISVAG van 16 mei 2024.
De gemeenteraad neemt kennis van de afvaardiging van de heer Koen Kennis, schepen bevoegd voor financiën, mobiliteit, toerisme, middenstand en decentralisatie, naar de algemene vergadering van ISVAG van 16 mei 2024, met als plaatsvervanger een ander lid van het college of van de gemeenteraad, waarbij de stadsafgevaardigde handelt volgens de steminstructies van de gemeenteraad.
De gemeenteraad geeft opdracht aan de stadsafgevaardigde om op de algemene vergadering van ISVAG van 16 mei 2024 alle agendapunten goed te keuren.
Op de hoek van de Borsbeeksebrug met de Binnensingel bevindt zich een weg zonder naam. Omwille van de vindbaarheid voor de hulpdiensten dient deze weg ook een naam te krijgen.
Het plein waarop het mastergebouw van de politie gevestigd is, krijgt een nieuwe naam.
De naamgeving van straten wordt geregeld in het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen.
Artikel 1 bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is om de naam van openbare wegen en pleinen vast te stellen of te wijzigen.
Artikel 4 bepaalt de voorschriften voor het vaststellen en wijzigen van de naam van openbare wegen en pleinen.
Artikel 4, 1e lid, 1° van het Decreet over straatnaamgeving bepaalt dat het gemeentebestuur dat de namen van wegen en pleinen wil wijzigen "deelt, met opgave van redenen, dit voornemen schriftelijk mee aan al de personen die, hetzij langs de bedoelde wegen en pleinen wonen en kiesgerechtigd zijn in de gemeente, hetzij eigenaar zijn van erven gelegen langs de bedoelde wegen en pleinen en een in België bekende woonplaats hebben. Deze personen kunnen binnen 30 dagen hun eventuele opmerkingen en bezwaren schriftelijk bij het betrokken gemeentebestuur indienen.”
Met het gemeenteraadsbesluit van 29 mei 2017 (jaarnummer 300) werden de bevoegdheden van de districtsraden vastgelegd. Voor het geven van nieuwe straatnamen is het district niet bevoegd, maar het kan op basis van artikel 138 van het Decreet lokaal bestuur wel advies uitbrengen over zaken die bovenlokaal zijn maar het district aanbelangen.
De gemeenteraad keurde in de zitting van 22 oktober 2018 (jaarnummer 630) de procedure voor straatnaamgeving goed.
De Borsbeeksebrug heeft adressen aan beide zijden van de Ring. Om de leesbaarheid van de adressen op de Borsbeeksebrug te verbeteren, is het aangewezen deze weg ook te benoemen als Borsbeeksebrug.
Door deze aanpassing ontstaat de opportuniteit om de site van het mastergebouw van de politie een naam te geven die de werking van de politie vertegenwoordigt, namelijk Politieplein. Het mastergebouw huisvest meer dan 2.000 politiemedewerkers en centraliseert alle beleidsuitvoerende en -ondersteunende diensten van de Lokale Politie Antwerpen. De naam Politieplein sluit logisch aan op die locatie. Het gedeelte openbare weg nu gekend als Borsbeeksebrug, vanaf de Singel tot aan het begin van de nieuw te benoemen straat als Borsbeeksebrug, net zoals het openbaar domein van het mastergebouw zelf, dient daarom hernoemd te worden. Voor de achterliggende gebouwen wijzigt er niets.
De districtsraad van Berchem gaf gunstig advies op 19 maart 2024 (jaarnummer 23).
Wat | Orgaan | Datum |
advies district | districtsraad | 19 maart 2024 |
voorlopige goedkeuring | gemeenteraad | 29 april 2024 |
openbaar onderzoek | mei 2024 | |
definitieve goedkeuring | college/gemeenteraad | juni 2024 |
De gemeenteraad keurt goed om de weg op de hoek van de Borsbeeksebrug met de Binnensingel te benoemen als Borsbeeksebrug.
De gemeenteraad keurt goed om de site op het openbaar domein van het mastergebouw van de lokale politie Antwerpen, alsook het gedeelte openbare weg nu gekend als Borsbeeksebrug, vanaf de Singel tot aan het begin van de nieuw te benoemen straat als Borsbeeksebrug, te hernoemen als Politieplein.
De gemeenteraad beslist om een openbaar onderzoek te openen.
Tijdens een werkbezoek van het college op 15 juli 2013 aan de gemeente Rotterdam werd overeengekomen om de samenwerkingen die al bestaan of nog opgestart worden, vanuit de verschillende beleidsdomeinen in een meer algemene overeenkomst tussen beide steden samen te brengen. De gemeenteraad keurde op 16 december 2013 (jaarnummer 769) de hernieuwing van de intentieverklaring over de culturele samenwerking tussen de gemeente Rotterdam en de stad Antwerpen goed.
Op 23 juli 2014 (jaarnummer 496) keurde de gemeenteraad een algemene overeenkomst, een intentieverklaring, tussen de stad Antwerpen en de gemeente Rotterdam goed met het oog op een brede samenwerking om elkaar te versterken en als vergelijkbare havensteden van elkaar te leren van gedeelde uitdagingen op volgende beleidsdomeinen: veiligheid en samenleven, onderwijs en jeugd, city marketing, studenten, sport, stadsontwikkeling, internationale en Europese samenwerking. Deze intentieverklaring eindigde op 31 december 2018.
Opdat de sinds jaren bestaande goede samenwerking met de gemeente Rotterdam verder wordt gezet, keurde de gemeenteraad op 23 september 2019 (jaarnummer 570) de vernieuwde samenwerkingsovereenkomst goed. De gemeenteraad keurde goed dat bij deze algemene samenwerkingsovereenkomst een uitvoeringsovereenkomst beslist zal worden waar per beleidsdomein concreter opgelijst staat over welke thema's en projecten er samenwerking zal zijn. Op 2 oktober 2019 vond de ondertekening van deze samenwerking door beide steden plaats in het Havenhuis. De samenwerkingsovereenkomst trad in werking op 2 oktober 2019 en eindigde op 31 december 2022.
Gezien de wens om de sinds jaren bestaande goede samenwerking met de gemeente Rotterdam verder te zetten, dient er een nieuwe intentieverklaring te worden opgesteld. Enerzijds zorgde de cybercrisis voor vertraging in informatieverzameling in de diverse beleidsdomeinen. Anderzijds werd aan Rotterdamse zijde gewacht op het in functie treden van het nieuwe bestuur. Daardoor wordt de nieuwe intentieverklaring pas op heden voorgelegd.
Ter voorbereiding van de vernieuwde intentieverklaring met de gemeente Rotterdam heeft de dienst Bestuurszaken/Externe Relaties input gevraagd aan alle entiteiten binnen de groep stad Antwerpen die actief externe contacten onderhouden. De feedback werd gebundeld in een nota en gedeeld met de collega's uit Rotterdam. Op basis hiervan werd een vernieuwde intentieverklaring opgemaakt.
Met de gemeenschappelijke intentieverklaring willen beide steden de brede samenwerking verderzetten om elkaar te versterken op het vlak van onderlinge kennisuitwisseling, grensoverschrijdende projecten en werkbezoeken met betrekking tot de volgende beleidsdomeinen:
Voor een goede opvolging en evaluatie van deze intentieverklaring is het aangewezen om de concretisering van de samenwerking tussen de beide steden te regelen via een addendum-uitvoeringsovereenkomst.
In deze uitvoeringsovereenkomst werd opgenomen de beleidsdomeinen, inclusief partners en stakeholders uit de beide steden te verbinden en zal worden voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen ter goedkeuring.
Rol dienst Bestuurszaken/Externe Relaties
De gemeenteraad keurt de vernieuwde intentieverklaring met de gemeente Rotterdam goed.
Op 27 mei 1984 werd het vriendschapsprotocol tussen de steden Shanghai en Antwerpen plechtig ondertekend. In het volgende jaar, op 17 oktober 1985, werd tevens een overeenkomst afgesloten tussen de havens van beide steden. De stad Antwerpen en de haven ondernamen in de jaren die volgden allerhande acties ter uitvoering van dit protocol.
Het college keurde op 25 maart 2016 (jaarnummer 2451) de organisatie van een missie naar Shanghai en Seoul in 2016 goed. De gemeenteraad keurde op 24 oktober 2016 (jaarnummer 634) een nieuwe gemeenschappelijke intentieverklaring tussen de steden Antwerpen en Shanghai goed. Tijdens de missie in 2016 vond een ontmoeting tussen de burgemeesters van beide steden in het stadhuis van Shanghai plaats, waarbij deze intentieverklaring plechtig werd ondertekend. Er werd een vernieuwde intentieverklaring opgemaakt in 2019, deze werd plechtig ondertekend op 13 december 2019, in het museum Plantijn-Moretus. De huidige overeenkomst liep af in 2022 en werd nog niet vernieuwd omwille van de verstrekkende gevolgen van de coronacrisis in China, waardoor de samenwerking de laatste jaren eerder beperkt was. In juni 2023 werd terug een delegatie uit Shanghai op het stadhuis ontvangen.
Gezien de wens om de sinds jaren bestaande goede samenwerking met de stad Shanghai verder te zetten, dient er een nieuwe intentieverklaring te worden opgesteld.
Ter voorbereiding van de opmaak van de vernieuwing van de overeenkomst met de stad Shanghai heeft de dienst Bestuurszaken/Externe Relaties input gevraagd aan alle entiteiten binnen de groep stad Antwerpen die actief externe contacten onderhouden en de relevante stakeholders en partners. De feedback werd overgemaakt en gedeeld met de Shanghai Foreign Affairs Office. Op basis hiervan is de vernieuwde intentieverklaring opgemaakt.
De vernieuwde intentieverklaring zal plechtig ondertekend worden tijdens het bezoek van een delegatie uit Shanghai in mei 2024 aan Antwerpen.
De gemeenteraad keurt de vernieuwde gemeenschappelijke intentieverklaring tussen stad Antwerpen en stad Shanghai goed.
In 2023 werden 52 schenkingen van privépersonen en instellingen aangeboden aan de dienst Bestuuurszaken/Stadsarchief, FelixArchief Antwerpen.
Conform artikel 41, lid 2, 12° van het Decreet lokaal bestuur is de gemeenteraad bevoegd voor het definitief aanvaarden van schenkingen en het aanvaarden van legaten.
De dienst Bestuurszaken/Stadsarchief bewaart, naast de archieven van de stedelijke administratie van Antwerpen, archieven van instellingen, bedrijven, verenigingen, particulieren en families met een duidelijke band met de stad Antwerpen.
Het doel is om een zo volledig mogelijk historisch beeld te bieden van de Antwerpse stedelijke gemeenschap. De dienst Bestuurszaken/Stadsarchief hanteert hiervoor een acquisitieprofiel, dat voorgelegd en goedgekeurd werd op de archiefraad van 24 februari 2010. Stukken die eerder in collecties van andere instellingen thuishoren, of die al in het stadsarchief aanwezig zijn, worden niet aanvaard, maar doorverwezen naar die instellingen. Het stadsarchief koopt ook geen archieven aan. Op basis hiervan werden in 2023 aangeboden archieven of verzamelingen geweigerd en doorverwezen. De aanvaarde archieven zijn telkens zeer waardevolle archieven en documenten met als onderwerp de geschiedenis van Antwerpen.
De stukken vormen een relevante en belangrijke aanvulling op het bestaande patrimonium. De schenkers hebben hun toestemming gegeven dat hun naam mag vermeld worden bij de bekendmaking van het materiaal, zowel bij bekendmaking in de meldingen aan het college en de gemeenteraad, het jaarverslag, als in andere publicaties van de dienst Bestuurszaken/Stadsarchief, de website en archiefinventarissen. Op basis van deze principes adviseert de dienst Bestuurszaken/Stadsarchief gunstig voor de genoemde archieven en verzamelingen.
De gemeenteraad beslist de schenkingen van de archieven aan de stad Antwerpen, zoals opgelijst voor het jaar 2023, te aanvaarden.
Op 25 november 2019 (jaarnummer 652) keurde de gemeenteraad de beheersovereenkomst 2019-2024 tussen de stad Antwerpen en AG Vespa goed. Artikel 6, §3.2 bepaalt dat AG Vespa instaat voor de uitvoering en afhandeling van alle in- en uitgaande overdrachten van zakelijke rechten met betrekking tot het stedelijk patrimonium. De beleidsbeslissing hiertoe ligt bij de gemeenteraad van de stad Antwerpen en is vereist voor elke beslissing tot verwerving of vervreemding van zakelijke rechten op stedelijk patrimonium.
De verkoop betreft het eigendom gelegen Lange Nieuwstraat 81, 2000 Antwerpen, kadastraal gekend onder Antwerpen, 2de afdeling, sectie B, nummer 1678b met een kadastrale oppervlakte van 174 m².
Het pand was oorspronkelijk de pastorij en winterkapel van de achterliggende Sint-Jacobskerk. Sinds de jaren '80 van vorige eeuw was het pand in gebruik als toneel-locatie, eerst door de vzw Toneelgezelschap Yvonne Lex en later als kamertheater 'T Appeltje' van Vlaams Fruit vzw. In zitting van 17 maart 2023 (jaarnummer 1559) besliste het college om het pand uit de concessieovereenkomst met Vlaams Fruit vzw te halen met ingang van 1 juni 2023. Sindsdien staat het pand leeg.
Artikel 41,§2, 11° van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor de daden van beschikking over onroerende goederen, behalve die, vermeld in artikel 56, §3, 8°, b).
Het betreft een groot gebouw bestaande uit een gelijkvloers en vier verdiepingen met achteraan een kleine binnenkoer. Het pand bevindt zich in zeer slechte staat met onaangepast comfort. Er is geen centrale verwarming, de verschillende ruimtes werden verwarmd met kachels of elektrische toestellen. De elektriciteit en het sanitair zijn verouderd. De meeste ramen hebben nog enkele beglazing. Op verschillende plaatsen zijn er sporen van vochtinsijpeling. Het pand is volledig uitgeleefd en voldoet niet meer aan de huidige normen voor bewoning. Om het pand terug in orde te maken, moeten er zeer ingrijpende werken met de nodige kosten gebeuren. Hiervoor werden geen budgetten voorzien waardoor een verkoop van het eigendom verantwoord is.
Op het eigendom werd ook een bouwovertreding vastgesteld (dossiernummer 20154501): er werden zonder voorafgaandelijke schriftelijke omgevingsvergunning van het college werken aan de voorgevel uitgevoerd (dicht metsen van ramen op gelijkvloers, schilderen gevel, vervangen van houten ramen op verdiepingen) en de hoofdfunctie van het gebouw werd gewijzigd van wonen naar gemeenschapsvoorzieningen.
Volgens het schattingsverslag, opgemaakt op 28 februari 2024 door de schatters en landmeters van AG Vespa, bedraagt de marktwaarde van de woning met binnenkoer 579.000,00 EUR. Deze waarde geldt als minimumprijs bij verkoop.
Verkoopvoorwaarden:
Op deze verkoop zijn de algemene verkoopsvoorwaarden, zoals vastgesteld in de modelteksten, goedgekeurd door het directiecomité van AG Vespa in zitting van 28 augustus 2017, van toepassing. In afwijking van, of in aanvulling op de voormelde verkoopsvoorwaarden, gebeurt de verkoop mits volgende bijzondere voorwaarden:
De verplichtingen onder 1 en 2 zijn doorslaggevende voorwaarden zonder dewelke AG Vespa deze verkoop niet zou hebben afgesloten. Ze worden opgelegd aan de koper en al zijn rechtsopvolgers. Bij niet naleving van deze verplichting zijn de sancties zoals voorzien in artikel 6 van de algemene verkoopvoorwaarden van toepassing.
De minimale verkoopprijs wordt vastgesteld op 579.000,00 EUR. De gegenereerde middelen worden opgenomen in het vastgoedfonds.
Het eigendom heeft objectcodes 3279 (gebouw) en 1900 (binnenplaats) en vastgoednummer 1099.
De gemeenteraad keurt de verkoop goed van het eigendom, gestaan en gelegen Lange Nieuwstraat 81, 2000 Antwerpen, gekend ten kadaster onder Antwerpen, 2de afdeling, sectie B, perceelnummer 1678b, tegen een minimumprijs van 579.000,00 EUR en onder volgende voorwaarden:
De verplichtingen onder 1 en 2 zijn doorslaggevende voorwaarden zonder dewelke AG Vespa deze verkoop niet zou hebben afgesloten. Ze worden opgelegd aan de koper en al zijn rechtsopvolgers. Bij niet naleving van deze verplichting zijn de sancties zoals voorzien in artikel 6 van de algemene verkoopvoorwaarden van toepassing.
De gemeenteraad ontslaat de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie van het nemen van een ambtshalve inschrijving naar aanleiding van de overschrijving van de authentieke akte en machtigt de vertegenwoordigers van de stad Antwerpen hiertoe de nodige verklaringen af te leggen in de akte.
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Opbrengst verkoop Lange Nieuwstraat 81, 2000 Antwerpen Objectcodes: 3279 (gebouw) en 1900 (binnenplaats) | Minimaal 579.000,00 EUR grondwaarde = 115.800,00 EUR gebouwwaarde = 463.200,00 EUR | Budgetplaats: 5291520000 Budgetpositie: 260I Functiegebied: 2SBS070203A00000 Subsidie: SBT11153 Begrotingsprogramma: 2SA080119 Boekjaar: 2400 | N.v.t. |
Op 26 april 2004 (jaarnummer 692) keurde de gemeenteraad de oprichting van het Bureau voor Integriteit goed. In artikel 3 van dit besluit gaf de gemeenteraad het Bureau de opdracht om jaarlijks te rapporteren aan de gemeenteraad.
Op 20 december 2004 (jaarnummer 2610) en 24 oktober 2022 (jaarnummer 606) nam de gemeenteraad kennis van het huishoudelijk reglement van het Bureau voor Integriteit. Hierin is bepaald dat het Bureau elk jaar een werkingsverslag over het voorbije kalenderjaar publiceert en dit verslag ter kennis te brengt aan de gemeenteraad.
Volgens het huishoudelijk reglement van het Bureau voor Integriteit brengt het Bureau jaarlijks een werkingsverslag over het voorbije kalenderjaar ter kennis van de gemeenteraad.
Het Bureau voor Integriteit rapporteert jaarlijks over de behandelde dossiers en realisaties van het voorbije jaar. Tevens worden een aantal aandachtspunten naar voor geschoven.
De gemeenteraad neemt kennis van het jaarverslag van 2023 van het Bureau voor Integriteit.
Bij gemeenteraadsbesluit van 22 mei 2023 (jaarnummer 316) keurde de gemeenteraad in functie van de klokkenluidersregeling de oprichting goed van een gezamenlijk intern meldingskanaal voor alle entiteiten van de groep stad Antwerpen die geen eigen meldingskanaal hebben.
In het najaar van 2023 werden er gesprekken gevoerd met de CEO's van de entiteiten van de groep stad Antwerpen die moeten kunnen toetreden (volgens artikel III.60/2 van het Bestuursdecreet) en die eigen personeel hebben in dienst hebben, namelijk: AG VESPA, AG Stedelijk Onderwijs, AG Digipolis, AG Mobiliteit en Parkeren Antwerpen, Zorgbedrijf, vzw Integratie & Inburgering en vzw Beschut Wonen.
In artikel III.60/2 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018 is de verplichting opgenomen om een meldingskanaal voor klokkenluiden op te richten door onder andere elke gemeente, district, openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, samenwerkingsvorm (zoals vermeld in deel 3, titel 3 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur), welzijnsvereniging (zoals vermeld in deel 3, titel 4, hoofdstuk 2 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur), autonome verzorgingsinstelling (zoals vermeld in deel 3, titel 4, hoofdstuk 3 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur) en verzelfstandigd agentschap. In artikel III.60/3 §3 wordt de mogelijkheid voorzien voor deze entiteiten om deel te nemen aan een gezamenlijk intern meldingskanaal.
AG VESPA, AG Stedelijk Onderwijs, AG Digipolis, AG Mobiliteit en Parkeren Antwerpen, Zorgbedrijf en vzw Integratie & Inburgering gaven aan te willen toetreden tot het gezamenlijk intern meldingskanaal. Beschut Wonen gaf aan dit zelf intern op te nemen.
Bij de eerstvolgende wijziging van de beheersovereenkomst(en) zal deze toetreding vastgelegd worden.
De samenwerking wordt daarom alvast in dit besluit vastgelegd. Aan de entiteit wordt gevraagd om dit aan hun raad van bestuur ter goedkeuring voor te leggen. De samenwerking wordt voorgesteld als volgt:
De gemeenteraad keurt goed dat het Bureau voor Integriteit zal fungeren als gezamenlijk intern meldingskanaal.
De gemeenteraad keurt goed dat AG VESPA, AG Stedelijk Onderwijs, AG Digipolis, AG Mobiliteit en Parkeren Antwerpen, Zorgbedrijf en vzw Integratie & Inburgering gebruik maken van het gezamenlijk intern meldingskanaal.
De gemeenteraad keurt de volgende opdrachten goed:
Aan het Bureau voor Integriteit | Opvolgen dat entiteit de instap in het gezamenlijk intern meldingskanaal laat beslissen |
Aan de juridische dienst van Bestuurszaken | De toetreding tot het gezamenlijk intern meldingskanaal in de eerstvolgende wijziging van de beheersovereenkomst(en) opnemen. |
De jaarrekening 2023 van stad en OCMW Antwerpen is opgemaakt. Vanaf boekjaar 2020 betreft dit een geconsolideerde jaarrekening.
Artikel 249 §3 van het decreet lokaal bestuur stelt dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
De gemeenteraad moet zijn deel van de jaarrekening vaststellen in het eerste semester van het boekjaar dat volgt op datgene waarop de jaarrekening betrekking heeft. De gemeenteraad keurt eveneens het deel van de jaarrekening goed, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn.
Het gecumuleerd budgettair resultaat 2023 van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt
-39.663.741,48 EUR.
Het beschikbaar budgettair resultaat van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt
-44.602.959,49 EUR. De autofinancieringsmarge van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt 304.397.304,08 EUR. De gecorrigeerde autofinancieringsmarge van stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten) bedraagt 369.357.279,05 EUR.
Het boekhoudkundig resultaat 2023 van stad en OCMW Antwerpen (inclusief districten) bedraagt 201.952.611,31 EUR. De balans van stad en OCMW Antwerpen (inclusief districten) per 31 december 2023 bedraagt 4.518.042.847,20 EUR.
De gemeenteraad stelt zijn deel van de jaarrekening 2023 van stad en OCMW vast.
De gemeenteraad stelt het volgende vast voor stad en OCMW Antwerpen (exclusief districten):
De gemeenteraad stelt het volgende vast voor stad en OCMW Antwerpen (inclusief districten):
De gemeenteraad keurt het deel van de jaarrekening 2023 goed, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, waardoor de jaarrekening 2023 in zijn geheel geacht wordt definitief vastgesteld te zijn.
Fase | Bestuursorgaan | Datum | Jaarnummer |
Aquafin nv. Bestek. Goedkeuring | 28 maart 2024 |
Stad Antwerpen bereidt zich voor om mogelijke toekomstige overstromingen te voorkomen. De Vlaamse Waterweg zal, als onderdeel van het Sigmaplan, de Scheldeboorden op beide oevers ophogen. Te Linkeroever grijpt de stad deze werken aan voor het realiseren van een nieuwe, zes kilometer lange groene wandelpromenade langs de Schelde. Het uitvoeringsdossier voor de realisatie van het eerste deelgebied, Scheldeboorden-noord, is klaar. Met de goedkeuring ervan kan de stad op zoek naar een aannemer om de werken uit te voeren.
Het college keurde in zitting van 5 mei 2023 (jaarnummer 03003) het definitief ontwerp goed.
In toepassing van artikel 35, eerste lid, 1° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, zal deze opdracht worden gegund bij openbare procedure.
Overeenkomstig en binnen de grenzen van artikel 71 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten legt de aanbestedende overheid aan de kandidaten of inschrijvers selectiecriteria op als voorwaarde voor deelname.
In toepassing van artikel 81 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, baseert de aanbestedende overheid de gunning van de overheidsopdracht op de economisch meest voordelige offerte. De economisch meest voordelige offerte uit het oogpunt van de aanbestedende overheid wordt vastgesteld rekening houdend met de gunningscriteria. Ze vermeldt de gunningscriteria in de aankondiging van de opdracht of in een ander opdrachtdocument.
In toepassing van artikel 57 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, kan de aanbestedende overheid – wanneer ze de noodzaak daartoe aantoont – een opdracht plaatsen die één of meer vaste gedeelten en één of meer voorwaardelijke gedeelten omvat. Hoewel de sluiting van de opdracht betrekking heeft op de volledige opdracht, is de aanbestedende overheid enkel gebonden door de vaste gedeelten. De uitvoering van de voorwaardelijke gedeelten is afhankelijk van een beslissing van de aanbestedende overheid die aan de opdrachtnemer wordt meegedeeld overeenkomstig de in de opdrachtdocumenten bepaalde modaliteiten. De uitvoering van het voorwaardelijk gedeelte mag de algemene aard van de opdracht niet wijzigen.
In toepassing van artikel 48 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, kunnen bepaalde specifieke opdrachten voor werken door twee of meerdere aanbestedende overheden gezamenlijk worden geplaatst. De betrokken aanbestedende overheden kunnen één aanbestedende overheid onder hen aanduiden die de plaatsingsprocedure beheert en die optreedt voor rekening van zichzelf en voor rekening van de andere betrokken aanbestedende overheden. De stad Antwerpen treedt voor deze opdracht op als aanbestedende overheid. De rioleringswerken zijn ten laste van Aquafin nv.
Artikel 41, tweede lid, 10° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten.
De opdracht wordt gegund aan de inschrijver die de economisch meest voordelige offerte heeft ingediend, rekening houdend met het gunningscriterium prijs.
Het aandeel van de stad Antwerpen in de projectkost verhoudt zich in grootorde als volgt tot het aandeel van de overige aanbestedende overheden:
Aanbestedende overheid | Aandeel in de projectkost (afgerond) |
De stad Antwerpen | 81% |
Aquafin nv | 19% |
Het toepasselijk bestek voorziet in een afzonderlijke betaling voor elk van de betrokken aanbestedende overheden. Er worden per aanbestedende overheid gescheiden schuldvorderingen (vergezeld door de gedetailleerde staat van de gerealiseerde werken waarop deze vorderingen steunen) en facturen opgemaakt.
Het budget is voorzien in de cluster investeringen Openbaar domein op 2LMS039801A00000/5150980000/224/SUB_NR/2400 tem 2700 en zal bij gunning door middel van Interne Kredietaanpassing verplaatst worden naar 2LMS030101M01183/5153000000/226 en 61414/SUB_NR/2400 tem 2700.
De gemeenteraad keurt bestek GAC_2023_02589 voor "Wegeniswerken Scheldeboorden-Noord, Linkeroever" goed en keurt eveneens goed dat hiervoor een openbare procedure met Europese bekendmaking wordt uitgeschreven.
De financieel directeur verleent zijn visum en regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving |
Bedrag |
Boekingsadres |
Bestelbon |
Wegeniswerken Scheldeboorden-Noord, Linkeroever |
|
budgetplaats: 5153000000 | volgt later |
Op 17 mei 2005 (jaarnummer 1202) keurde de gemeenteraad de code van gemeentelijke politiereglementen van de stad Antwerpen goed. Inbreuken op de code van gemeentelijke politiereglementen kunnen sindsdien gesanctioneerd worden met administratieve sancties waaronder een administratieve geldboete.
Deze code van politiereglementen werd later nog verscheidene keren gewijzigd. De nieuwe gecoördineerde versie werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 16 december 2013 (jaarnummer 753). De laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 februari 2024 (jaarnummer 19).
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet
De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd:
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41, tweede lid, 2°.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet:
De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen, met uitzondering van de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer bedoeld in artikel 130bis.
Deze reglementen en verordeningen mogen niet in strijd zijn met de wetten, de decreten, de ordonnanties, de reglementen en de besluiten van de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen, de Gemeenschapscommissies, de provincieraad en de bestendige deputatie van de provincieraad.
De raad zendt hiervan binnen de achtenveertig uren een afschrift aan de bestendige deputatie van de provincieraad.
Een afschrift van die reglementen en politieverordeningen wordt dadelijk toegezonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank, waar zij in een daartoe bestemd register worden ingeschreven.
Van die reglementen en verordeningen wordt melding gemaakt in het Bestuursmemoriaal van de provincie.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari 2014. Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Artikel 2 §1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: de gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
Artikel 6 §1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege.
Artikel 4 §5 van deze wet bepaalt: indien de gemeenteraad in zijn reglementen of verordeningen de mogelijkheid voorziet om de administratieve geldboete ten aanzien van minderjarigen op te leggen, wint hij vooraf het advies in betreffende dat reglement of die verordening van het orgaan of de organen die een adviesbevoegdheid hebben in jeugdzaken, voor zover het aanwezig is of zij aanwezig zijn in de gemeente.
Verbod op consumptie van alcohol in de openbare ruimte – Groenplaats en omgeving
(Politiezone Antwerpen - Maatschappelijke Veiligheid)
Overeenkomstig artikel 135, §2, 7° van de Nieuwe Gemeentewet hebben gemeenten tot taak om de openbare orde te handhaven en daarbij alle vormen van openbare overlast tegen te gaan. Reeds in 2011 werd er in het kader van deze bevoegdheid in bepaalde delen van de stad een alcoholverbod in de openbare ruimte ingevoerd. Het ging daarbij om de zone op en rond het De Coninckplein en het Koningin Astridplein.
Het alcoholverbod was slechts één van de maatregelen om de leefbaarheid en veiligheid in deze buurt te verbeteren. De buurt werd immers van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat geteisterd door dronken personen die heel wat overlast veroorzaakten. Zij bevoorraden zich met alcohol bij de winkels in de buurt en hingen vervolgens geïntoxiceerd en/of dronken rond op het plein en in de omgeving. Zij vertoonden niet alleen rondhanggedrag maar veroorzaakten ook veel lawaai, gooiden hun blikjes bier op het plein, vielen winkeliers en hun klanten lastig, kwamen agressief tussen bij politionele tussenkomsten en riepen voorbijgangers na. Als gevolg van deze alcoholintoxicatie deden zich bovendien veel vechtpartijen voor. Het De Coninckplein en omgeving waren een magneet geworden voor dronken personen met de nodige overlast tot gevolg. Het ging duidelijk om gedragingen die het harmonieus verloop van de menselijke activiteiten kunnen verstoren en de levenskwaliteit van de inwoners van een wijk, een straat kunnen beperken op een manier die de normale druk van het sociale leven overschrijdt. Het plein werd als gevolg van deze overlast gemeden door vele bewoners en passanten.
Eind 2021 diende te worden vastgesteld dat de omgeving op en rond het Sint-Jansplein met eenzelfde problematiek geconfronteerd werd, met als gevolg dat er vanaf begin december 2021 een alcoholverbod werd ingevoerd op het Sint-Jansplein en de omgeving rond het Sint-Jansplein.
Ook de omgeving op en rond de Groenplaats blijkt nu geconfronteerd te worden met overlast gelinkt aan overmatig alcoholgebruik.
In de ruime omgeving op en rond de Groenplaats is er een opvallende toename van personen die overlast veroorzaken en de openbare rust verstoren, waaronder ook de zogeheten “claimers”. Claimers zijn personen die door hun gedrag overlast veroorzaken, hetzij personen die door het recidive karakter van hun gedrag de openbare orde verstoren.
Het aantal “claimers” aan de Groenplaats en de nabije omgeving groeit gestaag en gaat gepaard met een duidelijk waarneembare overlast, hoofdzakelijk veroorzaakt door deze groep mensen die vaak onder invloed van alcohol zijn.
Er dient te worden vastgesteld dat de overlast op de Groenplaats en in de aanpalende straten onder meer veroorzaakt wordt door dak- en thuislozen en drank- en drugsverslaafden, waarbij deze overlast bestaat uit:
De overlast veroorzaakt door deze personen beperkt zich niet tot de Groenplaats, maar doet zich ook voor in nabijgelegen straten zoals onder meer de Groenkerkhofstraat, Zwaluwstraat, Jan Blomstraat, Sint-Pieterstraat, Eiermarkt en Pandstraat.
Sinds oktober 2022 is de stijging van de overlast het grootst. Deze overlast wordt enerzijds veroorzaakt door bepaalde verdachte (hang)jongeren die indrinken en anderzijds gaat het om plein- en omgevingsoverlast (claimers, sluikstort, geluidshinder).
In de periode tussen 1 september 2019 en 20 september 2023 is er een opvallende stijging van het aantal processen-verbaal die gelinkt kunnen worden aan “claimers”. In 2022 steeg het aantal processen-verbaal gelinkt aan “claimers” met 277%. In 2023 lag het aantal processen-verbaal zelfs nog hoger. Daarnaast is er sedert 2022 ook een sterke stijging van het aantal meldingen gerelateerd aan (dronken) personen, bedelaars en daklozen. In vergelijking met 2019 stegen deze meldingen met 78%. Daarnaast wordt ook sedert eind april/begin mei 2023 door de politiediensten en hulpverlening vastgesteld dat het aantal dak- en thuislozen en drank- en drugsverslaafden aan de Groenplaats en omgeving sterk stijgt.
De eerdere pogingen van het stadsbestuur om met minder ingrijpende maatregelen de overlast in te dijken, zoals verhoogd politioneel toezicht, gerichte inzet vanuit de hulpverlening, het verwijderen van banken en van de kiosk op de Groenplaats, plaatsverboden en diverse acties door de toezichts- en politiediensten, hebben de overlast niet binnen de perken kunnen houden.,
Zo wordt er door de toezichts- en politiediensten al sinds eind 2022 elke maand minstens één actie gericht op de jongeren en één actie gericht op de plein- en omgevingsoverlast uitgewerkt en uitgevoerd. Deze acties resulteerden tot op heden in een verhoogde inzet met minstens 960 manuren tussen 1 november 2022 en 17 september 2023. Daarnaast werd de locatie Groenplaats en omgeving ook als zogenaamde hotspot toegevoegd aan de jongerenpatrouilles. In totaal gaat het om een inzet van 2128 manuren in deze periode.
Bijkomend wordt er sedert mei 2023 ook extra ingezet door het wijkteam waarbij een integraal veiligheidsbeleid wordt nagestreefd voor de sector Groenplaats – Grote Markt – Steenplein – Grote Pieter Potstraat. De controles in het kader van deze actie vinden plaats op vrijdag- en/of zaterdagavond en spitsen zich – binnen bovengenoemde perimeter – toe op vier domeinen, met name actieve overlastdossiers controles van (uitbatingsvergunningsplichtige) ondernemingen, controles van portiers en controles van algemene overlast (claimers, sluikstort, geluidshinder, verkeersinbreuken, ...).
In het kader van het plan van aanpak van dak- en thuislozen op het openbaar domein werd bovendien het holistische ‘Actieplan Groenplaats’ opgezet. Het plan van aanpak van dak- en thuislozen op het openbaar domein kadert in een breed strategisch overleg tussen politie, parket, dienst vreemdelingenzaken, hulpverleningsdiensten en de bedrijven maatschappelijke veiligheid en sociale dienstverlening bij de stad Antwerpen. In het kader van dit actieplan werden sinds begin 2023 tientallen processen-verbaal opgemaakt lastens overlastplegers (claimers) op de Groenplaats. Hieruit volgden een aantal plaatsverboden.
Ten einde de overlast te bestrijden, wordt op de Groenplaats een verhoogd toezicht uitgevoerd door politie en stadstoezicht, waarbij de vinger aan de pols wordt gehouden.
Het verhoogde toezicht en de bijhorende handhaving ter hoogte van de Groenplaats en omgeving gaan gepaard met flankerende maatregelen ten einde toekomstige overlast te voorkomen. De dak- en thuislozen die worden aangetroffen in de desbetreffende zone worden aangesproken door hulpverleners van het team ‘Outreach’ van het CAW Antwerpen en men tracht hen te overhalen om gebruik te maken van de opvang en faciliteiten die worden aangeboden. Het dak- en thuislozenrestaurant van Kamiano ligt in de nabijheid van de Groenplaats en is elke woensdagavond en zaterdagmiddag geopend. In het restaurant worden er gratis warme maaltijden aangeboden aan dak- en thuislozen. Daarnaast bevindt zich in de Blindestraat het inloopcentrum ‘Noen’ voor eenieder die geen aansluiting (meer) vindt bij de reguliere hulpverlening en waar er beroep gedaan kan worden op een vrijblijvend aanbod van hulpverlening, waaronder ook materiële hulpverlening. Tot slot worden er binnen de werking van ‘KADANS’ eveneens een aantal personen actief opgevolgd die de Groenplaats en omgeving frequenteren.
De meeste personen die aan de Groenplaats en omgeving aangetroffen worden en overlast veroorzaken, zijn reeds gekend bij verschillende stedelijke diensten en politie. Bijna dagelijks worden er mensen bestuurlijk aangehouden. De politie kan hierbij pas laattijdig optreden tegen overlast, en dit wanneer betrokkenen reeds in sterke mate onder invloed of in staat van dronkenschap zijn. Ook voor de hulpverlening is het op dat moment vaak niet meer mogelijk om op een zinvolle of veilige wijze de nodige hulp en ondersteuning te verstrekken of kan niet meer op een zinvolle wijze doorverwezen worden naar deze hulpverlening. Er werden dossiers met het oog op een plaatsverbod opgestart. Dat alles heeft slechts een kortdurend effect, want de volgende dag zijn deze personen hier opnieuw aanwezig. Dit is dus geen oplossing op langere termijn. Het is zeer moeilijk om een gedragsverandering te bekomen van deze groep of afspraken te maken met deze groep. Deze personen kunnen bovendien niet of vaak moeilijk georiënteerd worden naar bijvoorbeeld inloopcentra voor daklozen omdat men daar geen alcohol mag drinken. Verschillende personen binnen deze groep hebben een alcoholverslaving.
Op het Sint-Jansplein werd het ‘peeroutreachproject’, uitgevoerd met steun van de Vlaamse overheid, positief geëvalueerd en er werd een verlenging toegekend vanuit het Vlaamse Departement Zorg. Dit project bestaat uit een integrale persoonsgerichte aanpak in samenwerking met partners en detecteert risicopersonen, die vervolgens aanklampend begeleid worden met het oog op het verhogen van de integratiekansen in de maatschappij en het voorkomen van overlast of criminaliteit. Gezien de Groenplaats en omgeving geconfronteerd wordt met een gelijkaardige problematiek als het Sint-Jansplein wordt niet enkel het alcoholverbod uitgebreid, maar zal ook dit ondersteunende project worden uitgebreid naar de Groenplaats en de nabijgelegen omgeving. De doelgroep hier zijn vaak mensen met een multi-problematiek die veel tijd doorbrengen op het plein omdat hun sociale contacten zich hier ook bevinden. Er zijn gesprekken aan de gang met Kamiano, met de vraag om dit project op zich te nemen, zo is er ook voldoende continuïteit van de werking tijdens de zomermaanden.
Teneinde het plein minder overlastgevoelig te maken, werden er op de Groenplaats ook infrastructurele werken uitgevoerd. Er werden zitbanken verwijderd in de zones waar het rondhanggedrag de meeste hinder veroorzaakte. De zitbanken die buiten het bereik van de veiligheidscamera’s vielen, werden ook verwijderd. Deze werken werden uitgevoerd opdat de claimers ontmoedigd worden om hier rond te hangen.
Ook de op de Groenplaats aanwezige kiosk werd ingenomen door de dak- en thuislozen en alcoholverslaafden en veroorzaakte overlast. Zo werd deze plaats gebruikt om te sluikstorten, als slaapplaats en als publiek toilet. De fecaliën sijpelden door de vloer van de kiosk tot in het onderliggende premetrostation. In eerste instantie werd de kiosk afgesloten met nadarhekken, wat echter niet afdoende bleek om de overlast te beperken. Vervolgens werd door middel van een besluit burgemeester van 24 augustus 2023 de metalen overkapping van de kiosk, met inbegrip van de metalen draagpalen tot op het maaiveld, afgebroken met het oog op het bewaken van de openbare veiligheid en gezondheid.
De reeds uitgevoerde infrastructurele aanpassingen hebben evenmin het gewenste effect bereikt. De claimers hebben zich immers de nog aanwezige openbare zitbanken op de Groenplaats, kant Jan Blomstraat, toegeëigend. Dit leidde tot klachten van het horecapersoneel aan die zijde van de Groenplaats, de aanzienlijke overlast en onveiligheidsgevoel veroorzaakt door de betrokkenen is hinderlijk voor de klanten die op de terrassen vertoeven en de talrijke passanten die het plein kent. Een deel van de claimers verplaatste zich bovendien naar de overdekte premetro-ingang aan de Karel de Grote-hogeschool om er te slapen of beschut rond te hangen. Dat leidde ook op die plek tot een niet meer te harden geurhinder door het achterlaten van allerhande afval. Daarnaast werden de muren van de hogeschool en de premetro-ingang volgeklad met graffiti, waarvan de nodige vaststellingen werden opgemaakt.
Er wordt derhalve gelijktijdig onderzocht welke maatregelen er naast de invoering nog genomen kunnen worden op vlak van publieke ruimte en infrastructuur, om te voorkomen dat het rondhangen en slapen van dak- en thuislozen zich zou verplaatsen van de Groenplaats zelf naar de overdekte metro ingang aan de Karel de Grote Hogeschool.
Het blijkt niet mogelijk te zijn om de ondergrond onder de overdekte metro ingang onbeslaapbaar te maken. Dit impacteert de toegankelijkheid en verhoogt de struikelgevoeligheid voor ouderen en mensen die minder goed ter been zijn. Het verplaatsen van de aanwezige pakjesautomaat, eventueel ondergronds, verbetert de zichtlijn en zorgt ervoor dat er ter plaatse makkelijker gereinigd kan worden. Deze laatste ingreep zal slechts een zeer beperkt effect hebben op het rondhanggedrag.
De graffiti werd verwijderd en de ingang van de Karel de Grote-hogeschool (vloer en onderste deel van de muren) wordt regelmatig schoongemaakt.
Bij de toekomstige heraanleg van de Groenplaats zullen nog bijkomende maatregelen ingevoerd worden die de sociale veiligheid zullen bevorderen.
De hogergenoemde geïmplementeerde en multidisciplinaire aanpak van de overlastklachten leidde vooralsnog niet tot het gewenste resultaat. De meldingen, klachten en vaststellingen van overlast blijven binnenkomen. De groep dak- en thuislozen met een ‘zwaar profiel’ breidt tevens uit op deze locatie.
Binnen deze perimeter zijn – zoals hierboven aangegeven – de meldingen over dronken personen significant gestegen, net zoals de vaststellingen gerelateerd aan overlast door dronken personen. De invoering van een alcoholverbod binnen een afgebakende zone van de openbare ruimte is een maatregel die, naast de hogergenoemde aanpak van bepaalde verdachte (hang)jongeren die indrinken, claimers, afdoende hulpverstrekking en infrastructurele ingrepen, zal bijdragen aan een structurele verbetering van de leefbaarheid en de veiligheid in deze zone.
De effectiviteit van een dergelijke maatregel blijkt immers in de zone op en rond het De Coninckplein, het Koningin Astridplein en het Sint-Jansplein. De huidige overlast beperkt zich niet tot de Groenplaats en de aldaar gelegen ondergrondse premetro-stations, maar wordt ook vastgesteld in de aanpalende straten. Bovendien bevinden zich in de straten rondom de Groenplaats voedingswinkels en dag- en nachtwinkels waar alcoholische dranken kunnen verkregen worden. Indien in deze straten nog wel alcohol zou mogen geconsumeerd worden in de openbare ruimte, is de afstand ten opzichte van de Groenplaats te klein zodat men na het consumeren van de alcohol onmiddellijk terug kan keren naar de Groenplaats om daar toch nog openbare overlast te veroorzaken.
Om die reden wordt er een alcoholverbod ingevoerd voor een duidelijk afgelijnd gebied dat een logisch geheel vormt.
Door het invoeren van de duidelijk omschreven perimeter bestaat er geen onduidelijkheid voor de burgers en de handhavers en kan een waterbedeffect zo veel als mogelijk proactief vermeden worden.
De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan de code van politiereglementen goed. Deze wijzigingen treden onmiddellijk in werking.
Op 27 november 2023 (jaarnummer 712) keurde de gemeenteraad aanpassing 7 van het meerjarenplan 2020-2025 goed. Met ditzelfde besluit keurde de gemeenteraad ook de lijst van werkings- en investeringssubsidies, zoals opgenomen bij de aanpassing van het meerjarenplan, goed. Met dit besluit wordt de nominatieve toekenning, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 november 2023 aangepast in functie van nieuwe noden.
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen is van toepassing.
Het Kaderbesluit Basisprincipes Ondersteuningsbeleid zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 oktober 2020 (jaarnummer 595).
Artikel 41, tweede lid 23° van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het toekennen van nominatieve toelagen.
Sinds de zomer van 2022 vangt het Zorgbedrijf Antwerpen vzw Oekraïense vluchtelingen met tijdelijk beschermingsstatuut op in serviceflats in Hof Ter Beke te Antwerpen en 't Zand te Linkeroever. Deze serviceflats zijn voorzien als noodopvang zodat de vluchtelingen een langere periode kunnen verblijven in ruil voor een huurbijdrage voor hun verblijf. In deze serviceflats worden enkel individuen en duo's gehuisvest. Vaak gaat het over personen met specifieke noden rond zorg.
Zorgbedrijf Antwerpen vzw geeft de vluchtelingen, die door de stad zijn doorverwezen, een huurcontract en is eerste aanspreekpunt op de locatie voor vragen i.v.m. het huurcontract en logistieke problemen.
De nominatieve toekenning van de ondersteuning wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad:
Functiegebied | Project | Uitvoerder | Budget |
2VGS010801PA6972 | Omkadering huur aan oorlogsvluchtelingen | Zorgbedrijf Antwerpen vzw | 11.063,93 EUR |
Het boekingsadres voor de bijkomende ondersteuning is 2400/5365000000/6496450/2VGS010801PA6972/SBT11375.
De nominatieve toekenning gebeurt van op de lijn ‘nog te bepalen’ op dit boekingsadres.
De financiële gevolgen worden geregeld in afzonderlijke collegebesluiten.
De gemeenteraad keurt, voor de omkadering van verhuur van serviceflats in Hof Ter Beke en 't Zand voor Oekraïense vluchtelingen met het tijdelijk beschermingsstatuut, de nominatieve toewijzing van de ondersteuning aan Zorgbedrijf Antwerpen vzw, Ballaarstraat 35 te 2018 Antwerpen, met ondernemingsnummer 0809.699.184, voor een bedrag van 11.063,93 EUR in 2024 goed.
Met dit besluit wordt de lijst van nominatieve toekenningen aangepast in functie van nieuwe maatschappelijke noden.
Volgens artikel 41, tweede lid 23° van het decreet lokaal bestuur is de gemeenteraad bevoegd voor het toekennen van nominatieve subsidies.
De omgeving op en rond de Groenplaats blijkt geconfronteerd te worden met overlast gelinkt aan overmatig alcoholgebruik. In de ruime omgeving op en rond de Groenplaats is er een opvallende toename van personen die overlast veroorzaken en de openbare rust verstoren, waaronder ook de zogeheten “claimers”. Claimers zijn personen die door hun gedrag overlast veroorzaken, hetzij personen die door het recidive karakter van hun gedrag de openbare orde verstoren.
Eind 2021 werd de omgeving op en rond het Sint-Jansplein geconfronteerd met eenzelfde problematiek. Als gevolg daarvan werd vanaf begin december 2021 een alcoholverbod ingevoerd op het Sint-Jansplein en de omgeving rond het Sint-Jansplein. Tegelijkertijd werd op het Sint-Jansplein het peeroutreachproject uitgevoerd met steun van de Vlaamse overheid als ondersteunende maatregel bij de invoering van het alcoholverbod. Dit project werd positief geëvalueerd en er werd een verlenging toegekend vanuit het Vlaamse Agentschap Zorg. Het project biedt een integrale persoonsgerichte aanpak aan, in samenwerking met partners, en detecteert risicopersonen, die vervolgens aanklampend begeleid worden met het oog op het verhogen van de integratiekansen in de maatschappij en het voorkomen van overlast of criminaliteit.
Gezien de problematiek in de omgeving van de Groenplaats gelijkaardig is aan die van het Sint-Jansplein, is het aangewezen om ook voor de Groenplaats en de nabijgelegen straten een ondersteunend project te voorzien, bij het invoeren van een alcoholverbod voor deze omgeving.
De deelwerking Kamiano van de Vereniging Voor Solidariteit vzw heeft al linken en contacten opgebouwd met de site Groenplaats en omgeving. Zij zijn betrokken bij heel wat van de pleingebruikers uit de aandachts-groepen en hebben kennis en ervaring opgebouwd in het werken met en opvangen van de doelgroepen. De werking Kamiano, Vereniging Voor Solidariteit vzw, is dan ook de aangewezen partner om dit ondersteunend project op te zetten.
De doelstelling van dit ondersteunend project is om verbinding te maken met kwetsbare doelgroepen op en in de buurt van de Groenplaats. Door middel van een uitdrukkelijke focus op relatie-uitbouw en verbindend werken tussen verschillende kwetsbare groepen en hun culturen op het plein wordt ingezet op het opbouwen en versterken van de sociale cohesie. Er is hierbij voornamelijk aandacht voor het duidelijk zicht krijgen op de noden van de verschillende pleingebruikers, het signaleren, overdragen en stimuleren van preventieve boodschappen alsook hen te ondersteunen in te nemen stappen richting zorg en hulpverlening. De doelgroep kenmerkt zich immers voornamelijk door kwetsbare mensen met een multi-problematiek, die voor hun sociale contacten vaak afhankelijk zijn van de publieke ruimte. En net daarom ook veel van de tijd doorbrengen op de Groenplaats of in de onmiddellijke omgeving van het plein.
Het ondersteunend project bestaat uit de inzet van 1 VTE in de omgeving van de Groenplaats, gedurende de periode van mei 2024 tot en met 31 december 2025.
Voor de periode van mei 2024 tot en met 31 december 2024 wordt onderstaande aanpassing van de nominatieve toekenning voorgelegd aan de gemeenteraad:
Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Project | Uitvoerder | Budget |
5361500000 | 2VGS010301A00000 | 6496800 | Outreach Groenplaats en omgeving | Vereniging Voor Solidariteit vzw Ondernemingsnummer: 0433.665.224 | 25.000,00 EUR |
5401500000 | 2HMS040301A00000 | 6496800 | Outreach Groenplaats en omgeving | Vereniging Voor Solidariteit vzw Ondernemingsnummer: 0433.665.224 | 25.000,00 EUR |
De toekenning kan uitgevoerd worden door onderstaande wijziging:
Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Uitvoerder | oorspronkelijk bedrag | wijziging | nieuw bedrag |
5361500000 | 2VGS010301A00000 | 6496800 | nog te bepalen | 97.778,94 EUR | -25.000,00 EUR | 72.778,94 EUR |
5401500000 | 2HMS040301A00000 | 6496800 | nog te bepalen | 1.119.158,60 EUR | -25.000,00 EUR | 1.094.158,60 EUR |
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
Voor de uitvoering van het project in 2025 worden bij de 8ste aanpassing van het meerjarenplan de nodige budgetten voorzien op de budgetadressen:
budgetplaats:5361500000
budgetpositie: 6496800
functiegebied: 2VGS010301A00000
subsidie: SUB_NR
begrotingsprogramma: 2SA030490
budgetperiode: 2500
en
budgetplaats:5401500000
budgetpositie: 6496800
functiegebied: 2HMS040301A00000
subsidie: SUB_NR
begrotingsprogramma: 2SA040909
budgetperiode: 2500
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning goed voor een ondersteuning van 50.000,00 EUR aan Vereniging Voor Solidariteit vzw, Lombardenstraat 28, 2000 Antwerpen, (ondernemingsnummer: 0433.665.224 ) voor het project 'Outreach Groenplaats en omgeving'.
Op 27 november 2023 (jaarnummer 712) keurde de gemeenteraad aanpassing 7 van het meerjarenplan 2020-2025 goed.
Uit het scholenoverleg en het lokaal overleg 'scholenprotocol' blijkt dat veel scholen in Deurne-Noord te maken hebben met problemen rond social mediamisbruik bij kinderen en jongeren. Dit misbruik heeft betrekking op een aantal fenomenen:
Dit online gedrag wordt vaak gelinkt aan deviant gedrag in scholen en schoolomgevingen. En heeft dus gevolgen voor onder meer de wijk Deurne Noord. Plaatselijke jongeren worden potentieel ofwel het slachtoffer van online grens overschrijdend gedrag, ofwel worden ze via digitale weg aangezet of verleid tot het plegen van overlast en/of ander deviant of crimineel gedrag, en dit zowel binnen als buiten de school en/of de wijk. Scholen geven aan dat zij onvoldoende zicht hebben op de fenomenen die zich online afspelen alsook op de gevaren waar kinderen en jongeren aan worden blootgesteld. Door middel van dit aanbod leren zij de fenomenen (her)kennen en kunnen ze (nadelige gevolgen van) dit gedrag en potentieel slachtofferschap voorkomen of vroegtijdig afblokken/doen stoppen.
Wet van 14 november 1983 over de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Het Kaderbesluit Basisprincipes Ondersteuningsbeleid zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 oktober 2020 (jaarnummer 595).
Volgens artikel 41, tweede lid 23° van het decreet lokaal bestuur is de gemeenteraad bevoegd voor het toekennen van nominatieve toelagen.
De stadsmarinier Deurne-Noord werkt - samen met de partners en bevoegde stadsdiensten - aan een veiliger en leefbaarder Deurne-Noord. Om deze doelstelling te behalen, zet de stadsmarinier in op vijf pijlers: wonen, leven, uitbaten, bouwen en stimu-leren. De pijler stimu-leren houdt onder andere in dat de stadsmarinier, vanuit de optiek leefbaarheid en veiligheid, in Deurne-Noord de kans biedt om kinderen en jongeren weerbaarder te maken in de wijk waar zij wonen en school lopen. Het aanbod “Weerbaarheid op het Web” draagt hiertoe uitdrukkelijk bij door uitgebreid stil te staan bij mogelijke (on- en oflline) risico’s van gedrag online. Het aanbod draagt dus bij aan weerbare kinderen en jongeren, en dus aan mogelijks minder slachtofferschap binnen die doelgroepen. Anderzijds draagt het ook bij aan een verhoogde veiligheid in de wijk en de stad, door kinderen en jongeren, maar ook hun begeleiders, online deviante fenomenen te leren (her)kennen en hen tools bij te brengen om verleidingen hiertoe tegen te gaan / vroeger af te breken.
Concreet biedt de stadsmarinier scholen in Deurne-Noord de mogelijkheid om in te tekenen op het aanbod van Pimento vzw rond online weerbaarheid. Pimento vzw wil met haar aanbod enerzijds jongeren meenemen in de hot topics van de digitale wereld. Ze laat hen stilstaan bij hun gedrag op het internet en social media. Ze laat kinderen en jongeren bewuster en weerbaarder nadenken over de uitdagende situaties die ze tegenkomen in hun online dagelijkse realiteit (websites, sociale media, apps) en welk gedrag hierbij wel en niet verantwoord is.
Daarnaast biedt Pimento vzw een vorming aan voor begeleiders. Hierbij krijgen begeleiders tools aangereikt waarop ze op een actieve en ervaringsgerichte manier deze thematiek kunnen verwerken in hun lessenpakket.
Onderstaande ondersteuning wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad:
Jaar | Functiegebied | Project | Ontvanger | Bedrag |
Deurne-Noord | ||||
2024 | 2VGS010601A00000 | Weerbaarheid op het web | Pimento vzw | 20.000,00 EUR |
2025 | 2VGS010601A00000 | Weerbaarheid op het web | Pimento vzw | 20.000,00 EUR |
De boekingsadressen voor de ondersteuning zijn 2400/5366000000/6496800/2VGS010601A00000 en 2500/5366000000/6496800/2VGS010601A00000
.
De nominatieve toekenning gebeurt vanop de lijn ‘nog te bepalen’ op deze boekingsadressen.
De financiële gevolgen worden geregeld in afzonderlijke collegebesluiten.
De gemeenteraad beslist om een ondersteuning van 20.000,00 EUR voor 2024 en 20.000,00 EUR voor 2025 nominatief toe te kennen aan Pimento vzw, Kipdorp 30, 2000 Antwerpen met ondernemingsnummer BE 0894.421.261.
Op 27 april 2020 (jaarnummer 253) keurt de gemeenteraad de Beleidsnota Detailhandel goed.
Op 29 juli 2022 (jaarnummer 6301) bekrachtigde het college de deelname aan het begeleidingstraject van de Profploeg voor het project van de overkoepelende vereniging van de Antwerpse binnenstad.
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen is van toepassing.
Op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) keurde de gemeenteraad het kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goed.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Tijdens het traject met De Profploeg werd er in overleg met de handelaars en eigenaars een specifiek projectgebied afgebakend met name de Meir, Wapper en Schuttershofstraat. Deze winkelstraten werden gekozen omwille van volgende redenen:
Op 5 maart 2024 gaf de Meir vzw / Beleef Antwerpen vzw tijdens een Bijzondere Raad van Bestuur het formele akkoord zich te engageren om de huidige vzw om te vormen naar een professionele overkoepelende organisatie voor de Antwerpse binnenstad.
Deze omvorming gebeurt in twee fases:
Voor de oprichting van de overkoepelende handelaarsvereniging wenst de stad Antwerpen daarom een ondersteuning van 45.000,00 EUR in 2024 en 55.000,00 EUR in 2025 toe te kennen aan Beleef Antwerpen vzw. De uitgaven zijn specifiek gericht op de uitrol van de overkoepelende werking, niet op de bestaande werking van de handelaarsvereniging. De financiële ondersteuning schept geen precedent voor toekomstige initiatieven.
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
Het noodzakelijke budget 2024 en 2025 is voorzien op onderstaande code als nog te bepalen ondersteuningskrediet:
Jaar | Functiegebied | Budgetpositie | Budgetplaats | Bedrag |
2024 | 2LWS010302 | 6496800 | 5318500000
| 45.000,00 EUR |
2025 | 2LWS010302 | 6496800 | 5318500000
| 55.000,00 EUR |
De financiële gevolgen worden opgenomen in een later collegebesluit met beslissing tot toekenning en uitbetaling van de ondersteuning en de afsprakennota.
De ondersteuning zal enkel uitbetaald worden als er geen openstaande, niet-betwiste, vervallen schulden zijn ten aanzien van de stad Antwerpen.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning op beleidsdoelstelling 2LWS010302 van een ondersteuning op werkingskrediet in 2024 van 45.000,00 EUR aan Beleef Antwerpen vzw, Meir 48, 2000 Antwerpen, met ondernemingsnummer 0411.611.283 goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning op beleidsdoelstelling 2LWS010302 van een ondersteuning op werkingskrediet in 2025 van 55.000,00 EUR aan Beleef Antwerpen vzw, Meir 48, 2000 Antwerpen, met ondernemingsnummer 0411.611.283 goed.
Op 22 september 2023 (jaarnummer 6530) keurde het college de intentieverklaring Antwerp Health Harbour goed.
Het kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 oktober 2020 (jaarnummer 595).
Artikel 41, tweede lid 23° van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het toekennen van nominatieve toelagen.
De stad Antwerpen heeft in samenwerking met Universiteit Antwerpen, Helix Groep Ziekenhuizen, Eerstelijnszones Antwerpen en Netwerk Ziekenhuis aan de Stroom een gezamenlijke strategie uitgewerkt om de stad Antwerpen op de kaart te zetten als een innovatieve gezondheidscluster. Deze brede health strategie heeft de naam “Antwerp Health Harbour”. Het concept heeft als doel om, via een samenwerking met alle stakeholders, een innovatiecluster gezondheid op te bouwen in de stad Antwerpen. De eerste prioriteit is datasharing en de valorisatie van big data voor preventie in de gezondheidszorg waarbij maatschappelijke meerwaarde gegenereerd wordt voor de partners, de stakeholders en de burgers.
Op 22 september 2023 is de intentieverklaring ondertekend waarin het college de taak geeft om de principes van deze intentieverklaring te vertalen naar een formele samenwerkingsovereenkomst. De stad Antwerpen gaat met deze partners een formele samenwerkingsovereenkomst afsluiten die aan het college wordt voorgelegd. De samenwerking wordt aangegaan voor de periode 2024 en 2025 om de continuïteit van deze samenwerking te garanderen. De stad Antwerpen en de partners gaan akkoord met de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen als faciliterende partner en financieel beheerder van het project.
De stad Antwerpen voorziet een ondersteuning van 60.000,00 EUR op exploitatiekrediet, waarvan 30.000,00 EUR in 2024 en 30.000,00 EUR in 2025 voor het uitwerken van de doelstellingen.
De middelen voor de nominatieve toekenning van een totaalbedrag van 60.000,00 EUR (30.000,00 EUR in 2024 en 30.000,00 EUR in 2025) voor een ondersteuning op exploitatiekrediet aan Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen, met ondernemingsnummer 0881.701.987, zijn voorzien op 5318500000 / 6496600 / 2LWS040207A00000 / 2SA060590.
Hiervoor zal zowel in 2024 als in 2025 het budget van de nominatieve toewijzing aan IMEC vzw met telkens 30.000,00 EUR verminderd worden.
Budgetperiode | Budgetplaats | Functiegebied |
Budgetpositie
| Wijziging |
Project |
2024 | 5318500000 | 2LWS040207 A00000
| 6496800 | -30.000,00 euro | Nominatieve toewijzing IMEC vzw |
2024 | 5318500000 | 2LWS040207 A00000
| 6496600 | +30.000,00 euro | Antwerp Health Harbour (aan Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen) |
2025 | 5318500000 | 2LWS040207 A00000
| 6496800 | -30.000,00 euro | Nominatieve toewijzing IMEC vzw |
2025 | 5318500000 | 2LWS040207 A00000
| 6496600 | +30.000,00 euro | Antwerp Health Harbour (aan Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen) |
Om bovenstaande verschuivingen mogelijk te maken wordt een Ika-light uitgevoerd van:
• 30.000,00 EUR van SUB_NR/2400/5318500000/6496800/ 2LWS040207A00000 naar SUB_NR/2400/ 5318500000/6496600/ 2LWS040207A00000
• 30.000,00 EUR van SUB_NR/2500/5318500000/6496800/ 2LWS040207A00000 naar SUB_NR/2400/ 5318500000/6496600/ 2LWS040207A00000
De gemeenteraad keurt de vermindering van de nominatieve toewijzing aan IMEC vzw met telkens 30.000 EUR in 2024 als in 2025 goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 30.000,00 EUR in 2024 en 30.000,00 EUR in 2025 aan Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Antwerpen, Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen (0881.701.987) voor het project van Antwerp Health Harbour goed.
Op 28 juni 2021 (jaarnummer 405) keurde de gemeenteraad wijzigingen aan het reglement voor de A-kaart goed.
Artikel 28 van de VERORDENING (EU) 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (Algemene verordening gegevensbescherming).
De wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens. Artikel II 7 van het bestuursdecreet van 7 december 2018.
De gemeenteraad is ingevolge artikel 41, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur bevoegd voor de goedkeuring van gemeentelijke reglementen.
Na de lancering van de Mijn Antwerpen app wordt het mogelijk om de A-kaart aan deze app te koppelen en zo digitaal te sparen en verzilveren. Daarom is het noodzakelijk om het reglement aan te passen als volgt:
Ook de schrijfstijl wordt aangepast volgens de algemene richtlijnen van de schrijfgids voor de stad Antwerpen.
Ten slotte wordt de indeling van het reglement gewijzigd om de leesbaarheid te verhogen:
De gemeenteraad heft het reglement voor de A-kaart zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 juni 2021 (jaarnummer 405), op met ingang van 15 mei 2024.
De gemeenteraad keurt de nieuwe versie van het reglement voor de A-kaart goed, met ingang van 15 mei 2024.
Op 20 oktober 2023 (jaarnummer 7282) keurde het college de indiening van het aanvraagdossier voor het lokaal partnerschap in Antwerpen in het kader van oproep 64 'Lokale Partnerschappen' van Europa WSE goed.
Op 27 november 2023 (jaarnummer 712) keurde de gemeenteraad de aanpassing 7 van het meerjarenplan 2020-2025 goed. De stedelijke cofinanciering vanuit de bedrijfseenheden Ondernemen en Stadsmarketing/Werk (doelstelling 2LWS090301) en Sociale Dienstverlening/Maatschappelijke participatie (doelstelling 2HMS050303) werd nog niet toegewezen aan het reglement.
Op 18 december 2023 (jaarnummer 806) keurde de gemeenteraad het reglement 'lokaal partnerschap voor activering van personen met een complexe problematiek' goed.
Op 1 maart 2024 (jaarnummer 1784) bekrachtigde het college de partnerschapsovereenkomst met de partners in het lokaal partnerschap.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De stad Antwerpen heeft, samen met VDAB, Atlas en 13 geselecteerde partners, een lokaal partnerschap opgestart zoals bepaald in projectoproep 64 ‘Lokale Partnerschappen’ van Europa WSE. Het partnerschap, dat ondertussen de naam 'Horizon' kreeg, heeft als doel om duurzame arbeidsmarktdeelname van mensen met een complexe problematiek tot stand te brengen voor wie het huidige reguliere aanbod geen antwoord biedt.
Verschillende bedrijfseenheden (Sociale Dienstverlening, Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving, Maatschappelijke Veiligheid en Ondernemen en Stadsmarketing) werden betrokken bij het opzetten van het partnerschap en bewaken de samenhang en overlap met bestaande initiatieven. De pijler Ondernemen en Stadsmarketing/Werk neemt het netwerkcoördinatorschap voor het partnerschap op zich.
Overeenkomstig de bepalingen van Europa WSE co-financiert de stad Antwerpen het partnerschap. Omdat de stad Antwerpen fungeert als promotor en financieel beheerder van de middelen die Europa WSE ter beschikking stelt, werd een reglement opgesteld voor het beheren en toekennen van de financiële steun aan de partners in het partnerschap.
Met dit besluit wordt voorgesteld om de middelen die vanuit de stadsdiensten Ondernemen en Stadsmarketing/Activering en Sociale Dienstverlening/Maatschappelijke participatie als cofinanciering voorzien zijn toegewezen aan dit reglement.
Op 27 november 2015 (jaarnummer 9823) keurde het college de principes goed voor het uitbetalen van de toelagekredieten op het exploitatiebudget aan derden.
Het totale vooropgestelde budget voor het Lokale Partnerschap van de stad Antwerpen voor de periode van zes jaar, van 2024 tot en met 2029, bedraagt 30.784.407,00 EUR. Europa WSE voorziet 12.313.762,80 EUR (40%). De Vlaamse cofinanciering bedraagt 9.235.322,10 EUR (30%). Het lokaal te cofinancieren bedrag bedraagt 9.235.322,10 EUR (30%).
De lokale cofinanciering is te voorzien door het lokaal bestuur (15%) en de VDAB (15%), hetzij in exploitatiemiddelen, hetzij onder de vorm van personeelsinzet of in natura. VDAB maakt van die mogelijkheid gebruik door jaarlijks 573.541,18 EUR in te brengen in natura en 196.069,00 EUR in personeelsinzet. De stad Antwerpen brengt de volledige cofinanciering (jaarlijks 769.610,18 EUR) in onder de vorm van financiële middelen. Het totale vooropgestelde budget in financiële middelen bedraagt daardoor 29.607.993,03 EUR voor de volledige projectperiode of 4.934.665,31 EUR op jaarbasis.
De stedelijke cofinanciering is voor de helft (384.805,09 EUR) ingeschreven in de exploitatiemiddelen van de bedrijfseenheid Ondernemen en Stadsmarketing/Werk op functiegebied 2LWS050301A00000 (op subsidiefiche SBT11441).
Met dit besluit wordt de andere helft, zijnde 384.805,09 EUR, toegewezen aan het reglement 'lokaal partnerschap voor activering van personen met een complexe problematiek' die het financieel beheer van het partnerschap regelt. De middelen worden als volgt samengesteld:
- 235.131,17 EUR op exploitatiekrediet stadsdienst Ondernemen en Stadsmarketing/Activering op boekingsadres 5311100000/6496600/2LWS090301A00000/SUB_NR/2SA060904;
- 149.673,92 EUR op exploitatiekrediet stadsdienst Sociale Dienstverlening/Maatschappelijke participatie op boekingsadres 5403510000/6496800/2HMS050303A00000/SUB_NR/2SA040900.
De gemeenteraad keurt goed om de ondersteuning van 384.805,09 EUR toe te wijzen aan het reglement 'Lokaal partnerschap voor activering van personen met een complexe problematiek'.
Op 21 februari 2022 keurde de gemeenteraad van Antwerpen de principiële beslissing van de stad Antwerpen tot samenvoeging met de gemeente Borsbeek goed. In voormelde beslissing werd, in uitvoering van de samenvoeging, de oprichting van een binnengemeentelijk gedecentraliseerd district Borsbeek goedgekeurd (2022_GR_00117). Op 18 december 2023 keurde de gemeenteraad van Antwerpen de definitieve beslissing tot samenvoeging goed (2023_GR_00770).
Dezelfde principiële intentie tot samenvoeging werd op 21 februari 2022 door de gemeenteraad van de gemeente Borsbeek goedgekeurd. Op 18 december 2023 keurde de gemeenteraad van Borsbeek eveneens de definitieve beslissing tot samenvoeging goed.
De fusiegemeente krijgt de naam Antwerpen en gaat in op 1 januari 2025.
Vandaag is de stad Antwerpen onderverdeeld in districten. Borsbeek zal van bij de start deel uitmaken van deze districtsregeling en zo toetreden als het tiende district van de stad Antwerpen.
De beslissing tot samenvoeging heeft niet alleen een effect op de betrokken gemeenten, maar ook op de respectievelijke politiezone(s) waartoe deze gemeenten momenteel behoren. Borsbeek maakt deel uit van de meergemeentepolitiezone MINOS (Boechout/Borsbeek/Mortsel/Wijnegem/Wommelgem). Antwerpen is een ééngemeentepolitiezone.
Na de fusie dienen de respectievelijke politiezones juridisch correct te blijven opereren, hierbij is o.a. een wijziging van de grenzen van deze politiezones noodzakelijk en dienen verdere afspraken gemaakt te worden tussen gemeenten.
Artikel 91/15 WGP: “De federale toelage die wordt toegekend aan de vorige politiezone(s), wordt verdeeld tussen de nieuwe politiezones die resulteren uit de wijziging van de grenzen van de politiezones à rato van de loonkosten van de personeelsleden van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader van de vorige politiezone(s) die overgeheveld worden naar elk van de nieuwe politiezones.
De loonkosten worden bepaald door de verloningen die zijn toegekend aan de personeelsleden van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader van de vorige politiezone(s) in de maand voorafgaand aan de maand van de indiening van de aanvraag bedoeld in artikel 91/12.”
Artikel 257quinquies/8 WGP
"§ 1. De onroerende goederen die eigendom zijn van de vorige politiezones worden overgedragen aan de nieuwe politiezone, op de datum van de instelling van de lokale politie van de nieuwe politiezone. De nieuwe politiezone neemt de rechten, plichten en lasten betreffende de onroerende goederen waarvan de eigendom haar werd overgedragen, over.
§ 2. De bedragen die de vorige politiezones genoten of verschuldigd waren, bij toepassing van het correctiemechanisme bedoeld in artikel 248quater worden betaald aan of door de nieuwe politiezone die hen opvolgt.
§ 3. De nieuwe politiezone neemt de rechten, plichten en lasten van de vorige politiezones, die voortvloeien uit de huurovereenkomsten betreffende de onroerende goederen waarin personeelsleden van het lokaal politiekorps zijn gehuisvest, over."
Artikel 257quinquies/11 WGP: "De gemeenteraden bedoeld in artikel 91/12 nemen, op advies van de korpschefs van de vorige politiezones, volgende handelingen aan:
Artikel 347 Decreet Lokaal Bestuur: "De gemeenteraden beslissen over het gezamenlijke voorstel tot samenvoeging en dienen dat voorstel in bij de Vlaamse Regering uiterlijk op 31 december van het tweede jaar dat voorafgaat aan de samenvoegingsdatum."
Artikel 347/1 Decreet Lokaal Bestuur: "Als de som van de inwoners van de samen te voegen gemeenten op 1 januari van het tweede jaar dat voorafgaat aan de samenvoegingsdatum meer dan 100.000 inwoners bedraagt, kunnen de gemeenteraden van de samen te voegen gemeenten beslissen om op de samenvoegingsdatum binnengemeentelijke territoriale organen, districten genoemd, op te richten of te wijzigen, met inachtneming van de voorwaarden, vermeld in het bijzonder decreet van 13 april 1999 betreffende de voorwaarden en de wijze van oprichting van binnengemeentelijke territoriale organen."
Artikel 91/12 WGP: "De gemeenteraden van de gemeenten die deel uitmaken van de vorige politiezones die betrokken zijn bij de wijziging van de grenzen van de politiezones, dienen daartoe een gezamenlijke, met redenen omklede aanvraag in bij de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie."
Op de effectieve datum van samenvoeging zal Borsbeek als een binnengemeentelijk gedecentraliseerd district binnen de stad Antwerpen fungeren.
Het is in deze optiek logisch dat de fusiegemeente integraal deel zal uitmaken van Politiezone Antwerpen en de territoriale indeling van voormelde politiezone uitbreidt tot het grondgebied van Borsbeek. Dit heeft als gevolg dat de gemeente Borsbeek uit Politiezone Minos zal treden.
Het territoriaal ambtsgebied treedt in werking op hetzelfde moment als de effectieve samenvoeging van gemeenten, hierbij dienen de betrokken gemeenteraden een gezamenlijke aanvraag tot wijziging van de grenzen van de politiezones in te dienen bij de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.
Vermits de aanvraag moet uitgaan van alle betrokken gemeenteraden moet er een akkoord zijn over personeel, roerende goederen en lopende geschillen.
De respectievelijke korpschefs van beide zones adviseren dat:
• de federale dotatie gekoppeld aan Borsbeek over zal gaan naar Politiezone Antwerpen en dat er geen personeelsleden van de zone MINOS op de naamlijst zullen geplaatst worden;
• er geen roerende goederen worden overgedragen naar Politiezone Antwerpen;
• er geen regelingen te treffen zijn betreffende de overname van de lopende geschillenprocedures.
De uitbreiding van Politiezone Antwerpen heeft financiële, praktische en logistieke gevolgen voor de betrokken partijen, zowel voor de stad Antwerpen, Politiezone Antwerpen als voor Politiezone Minos.
Politiezone Minos dient de rechten, plichten en lasten over te nemen die voortvloeien uit het recent gebouwde hoofdpolitiecommissariaat gelegen te Drabstraat 174, 2640 Mortsel.
Stad Antwerpen zal Politiezone Minos vanuit billijkheid voorzien van een financiële jaarlijkse compensatie voor de jaren 2025, 2026 en 2027. Via een vergoeding van 275.000 euro per kalenderjaar te betalen aan Politiezone Minos tot slot van alle rekeningen.
Deze compensatie komt voort uit het gegeven dat Borsbeek, als deelnemende gemeente van Politiezone Minos, een engagement is aangegaan voor 27 jaar voor de afbetaling van het nieuwe politiehoofdcommissariaat. Ook brengt het vertrek van Borsbeek met zich mee dat de overblijvende gemeenten eenzelfde kwaliteitsvolle basispolitiezorg moeten kunnen garanderen met een lagere dotatie om dezelfde basispolitiezorg te kunnen blijven garanderen.
Daar staat tegenover dat ook de stad Antwerpen een meerkost zal hebben om deze basiszorg te garanderen op stedelijk niveau.
Het is dan ook aangewezen bovenvermelde financiële regeling te treffen tot slot van alle rekeningen, zonder voorbehoud of voorwaarden. Deze regeling is evenwel onder voorbehoud van goedkeuring van de gezamenlijke aanvraag tot wijziging van de grenzen van de politiezones door alle betrokken gemeenteraden.
De concrete financiële gevolgen zullen in de loop van het fusieproject in verdere besluitvorming worden voorgelegd aan de bevoegde organen.
De noodzakelijke middelen zullen worden ingeschreven bij de achtste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025.
De gemeenteraad keurt goed dat, op datum van effectieve samenvoeging van stad Antwerpen met gemeente Borsbeek, het territoriaal ambtsgebied van Politiezone Antwerpen zal uitbreiden met het grondgebied van de huidige gemeente Borsbeek.
De gemeenteraad keurt goed dat de stad Antwerpen, na voorafgaande goedkeuring door alle betrokken gemeenteraden van beide politiezones, samen met de gemeenten van de betrokken politiezones een gezamenlijke aanvraag tot wijziging van de grenzen van de politiezones indient bij de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.
De gemeenteraad keurt goed dat een gezamenlijke aanvraag tot wijziging van de grenzen van de politiezones door alle betrokken gemeenteraden wordt ingediend bij de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.
De gemeenteraad keurt goed dat huidig besluit ter kennisname wordt voorgelegd aan de gemeenteraden van de gemeenten Mortsel, Boechout, Borsbeek, Wijnegem en Wommelgem en de politieraad van Politiezone Minos.
De gemeenteraad keurt de financiële compensatie aan Politiezone Minos goed, meer bepaald een vergoeding van 275.000 euro per kalenderjaar voor de jaren 2025, 2026 en 2027 te betalen aan Politiezone Minos, tot slot van alle rekeningen.
De gemeenteraad keurt goed dat dit besluit pas uitwerking heeft vanaf en voor zover de gemeenteraden van Mortsel, Boechout, Borsbeek, Wijnegem en Wommelgem ook hun goedkeuring geven over de toetreding van Borsbeek tot Politiezone Antwerpen en uittreding uit Politiezone Minos alsook hun respectievelijke goedkeuring geven voor de financiële regeling zoals weergegeven in artikel 5.
De gemeenteraad keurde op 27 november 2023 (jaarnummer 712) het aangepast meerjarenplan goed. Daarin werd geen nominatieve ondersteuning opgenomen voor volgende drie organisaties:
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Antwerpen wil in elke wijk voldoende infrastructuur voor verenigingen om samen te gebruiken en te beheren en investeert hierin. Het beheer van deze infrastructuur wordt door de verenigingen zelf opgenomen, met implementering van de principes van "gedeeld gebruik". Dit versterkt enerzijds de verenigingen en hun samenwerking en anderzijds de sociale cohesie in de wijken. Onderstaande organisaties dragen bij aan deze doelstellingen en ontvangt daarom een ondersteuning.
Antwerpen bindt de strijd aan tegen racisme en discriminatie op grond van gender, leeftijd, levensbeschouwing of religie, seksuele voorkeur, etnisch-culturele achtergrond en ten aanzien van mensen met een beperking. Iedere burger moet volwaardig aan de samenleving kunnen participeren. Om deze doelstelling te realiseren wordt een gelijke kansen beleid gevoerd en projecten ondersteund die onder andere ertoe bijdragen stereotype beeldvorming te doorbreken, Antwerpenaren te sensibiliseren, vrouwen met een migratieachtergrond te empoweren en thema's zoals seksuele en genderdiversiteit alsook seksueel grensoverschrijdend gedrag bespreekbaar te maken. In dit kader wil Stad Antwerpen volgend project ondersteunen:
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
Budgetperiode | Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Project | Subsidie | Uitvoerder | Budget |
2024 | 5403520000
| 2HMS060201A00000 | 6496800 | Ontsluiting Thonetje | SUB_NR | Internationaal Comité vzw Centrumlaan 11-7 3600 Genk Ondernemingsnummer 0439.485.818 | 15.000,00 EUR |
2024 | 5403520000 | 2HMS060201A00000 | 664800 | Infrastructuurwerken Elcker-Ik | SUB_NR | Elcker-Ik Huis vzw Breughelstraat 31 2018 Antwerpen Ondernemingsnummer 0410.958.613 | 50.000,00 EUR |
2024 | 5403520000 | 2HMS070101A00000 | 6496800 | Omstaanderstrainingen Avansa | SBT11419 | Avansa regio Antwerpen vzw Klokstraat 12 2600 Antwerpen Ondernemingsnummer 0859.621.423 | 7.000,00 EUR |
Deze toewijzing kan uitgevoerd worden door onderstaande wijziging:
Budgetperiode | Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Uitvoerder | Oorspronkelijk Bedrag | Wijziging | Nieuw bedrag | Toewijzing aan uitvoerder-project |
2024 | 5403520000 | 2HMS060201A00000 | 6496800 | Internationaal Comité vzw Centrumlaan 11-7 3600 Genk Ondernemingsnummer 0439.485.818 | 0,00 EUR | +15.000,00 EUR | 15.000,00 EUR | “Ontsluiting Thonetje" van Internationaal Comité vzw. |
2024 | 5403500000 | 2HMS060202A00000 | 6141 | Werkingsmiddelen | 50.795,14 EUR | -15.000,00 EUR | 35.795,14 EUR | |
2024 | 5403520000 | 2HMS060201A00000 | 664800 | Elcker-Ik Huis vzw Breughelstraat 31 2018 Antwerpen Ondernemingsnummer 0410.958.613 | 0,00 EUR | + 50.000,00 EUR | 50.000,00 EUR | Infrastructuurwerken Elcker-Ik" van Elcker-Ik Huis vzw |
2024 | 5400980000 | 2HMS069801A00000 | 220 | Cluster investeringen 2HMS06 | 165.000,00 EUR | -50.000,00 EUR | 115.000,00 EUR | |
2024 | 5403520000 | 2HMS070101A00000 | 6496800 | Avansa regio Antwerpen vzw Klokstraat 12 2600 Antwerpen Ondernemingsnummer 0859.621.423 | 0,00 EUR | +7.000,00 EUR | 7.000,00 EUR | Omstaanderstrainingen Avansa |
2024 | 5403520000 | 2HMS070101A00000 | 6496800 | Nog te bepalen | 25.000,00 EUR | -7.000,00 EUR | 18.000,00 EUR |
Onder voorbehoud goedkeuring ika-lights
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 15.000,00 euro nominatief toe te wijzen aan Internationaal Comité vzw, Centrumlaan 11 bus 7, 3600 Genk met ondernemingsnummer 0439.485.818.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 50.000,00 euro nominatief toe te wijzen aan Elcker-Ik Huis vzw, Breughelstraat 31, 2018 Antwerpen met ondernemingsnummer 0410.958.613.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 7.000,00 euro nominatief toe te wijzen aan Avansa regio Antwerpen vzw, Klokstraat 12, 2600 Antwerpen met ondernemingsnummer 0859.621.423.
De gemeenteraad keurde op 19 april 2023 (jaarnummer 231) de toekenning voor een nominatieve ondersteuning van 48.150,96 EUR goed aan het Internationaal Comité vzw, Centrumlaan 11/7, 3600 Genk met ondernemingsnummer 0439485818 voor het project Welkomstpunt Sint Michielssite:
Het college bekrachtigde op 26 mei 2023 (jaarnummer 3593) de afsprakennota met het Internationaal comité vzw Centrumlaan 11/7, 3600 Genk met ondernemingsnummer 0439485818 waarin de afspraken en voorwaarden vervat zijn voor het bekomen van een ondersteuning van 48.150,96 EUR voor het project welkomstpunt Sint Michielssite met een looptijd van 11 april 2023 tot en met 10 april 2024.
De gemeenteraad keurde op 27 november 2023 (jaarnummer 712) het aangepast meerjarenplan goed. Daarin werd een nominatieve ondersteuning voor een bedrag van 12.037,74 EUR opgenomen voor Internationaal comité vzw Centrumlaan 11/7, 3600 Genk met ondernemingsnummer 0439485818.
Met dit besluit wordt de lijst van nominatieve toekenningen aangepast in functie van de nieuwe maatschappelijke noden, in het bijzonder het verderzetten van het Welkomstpunt voor Oekraïense vluchtelingen Sint Michielsite en de verdere afbouw van de hulpverlening aan Oekraïense vluchtelingen.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Er wordt een ondersteuning voorzien aan Internationaal comité vzw van 10.432,00 EUR voor de periode van 11 april 2024 tot en met 30 juni 2024 voor de operationele coördinatie van het Welkomstpunt Oekraïense vluchtelingen.
Er wordt een ondersteuning voorzien aan CAW Antwerpen vzw van 100.000,00 EUR voor de periode van 15 maart 2024 tot en met 31 december 2024 voor de verdere afbouw van de hulpverlening aan Oekraïense vluchtelingen.
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in twee afsprakennota's, die aan de ontvangers ter kennisgeving worden voorgelegd. Deze afsprakennota's bevat bepalingen over, onder meer, de bedragen van de ondersteuningen en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van de projecten dat door de ontvangers zal worden uitgevoerd.
Exploitatietoelagen aan volgende partner:
Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Project | Uitvoerder | Budget |
5401505000 | 2HMS040101PA6615 | 6496800 | Welkomstpunt Sint-Michielssite Oekraïense vluchtelingen | Internationaal comité vzw | 10.432,00 EUR |
5401505000 | 2HMS040101PA6615 | 6496800 | Afbouw hulpverlening Oekraïense vluchtelingen | CAW Antwerpen vzw | 100.000,00 EUR |
Voor deze toekenning worden de middelen met ika-light verschoven van onderstaand budgetadres:
Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Uitvoerder | oorspronkelijk bedrag | wijziging | nieuw bedrag | Toewijzing aan uitvoerder - partner |
5401500000 | 2HMS040301A00000 | 6496800 | Nog te bepalen | 1.229.590,60 EUR | - 10.432,00 EUR | 1.219.158,60 EUR | Internationaal comité vzw |
5401500000
| 2HMS040301A00000 | 6496800 | Nog te bepalen | 1.219.158,60 EUR | - 100.000,00 EUR | 1.119.158,60 EUR | CAW Antwerpen vzw |
De gemeenteraad keurt goed om volgende ondersteuning nominatief toe te kennen: 10.432,00 EUR aan het Internationaal comité vzw, Centrumlaan 11/7, 3600 Genk met als ondernemingsnummer 0439485818 voor het project 'Welkomstpunt Sint-Michielssite'.
De gemeenteraad keurt goed om volgende ondersteuning nominatief toe te kennen: 100.000,00 EUR aan Centrum Algemeen Welzijnswerk vzw, Lange Lozanastraat 200, 2018 Antwerpen met ondernemingsnummer 0455608604 voor de verdere afbouw van de hulpverlening aan Oekraïense vluchtelingen.
De gemeenteraad keurde op 27 november 2023 (jaarnummer 712) het aangepast meerjarenplan goed. Daarin werd geen nominatieve ondersteuning opgenomen voor bijkomende middelen voor de nachtopvang aan CAW Antwerpen vzw Lange Lozanastraat 200, 2018 Antwerpen met ondernemingsnummer 0455 608 604.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Een efficiënt dak- en thuislozenbeleid veronderstelt een optimale en flexibele opvang waarmee kan worden ingespeeld op toenemende noden zodat geen enkele dakloze persoon op straat hoeft te slapen. CAW neemt het engagement op om de opvang in Victor 4 te versterken. Hiervoor is een extra financiële ondersteuning nodig van 28.809,21 EUR.
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
De ondersteuning van 28.809,21 EUR wordt nominatief toegekend via onderstaande verschuivingen:
Jaar | Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Project | Ontvanger | Budget |
2024 | 5401500000 | 2HMS040301A00000 | 6496800 | Nachtopvang voor dak- en thuislozen | CAW Antwerpen vzw | 28.809,21 EUR |
Deze toewijzing kan uitgevoerd worden door onderstaande wijziging:
Jaar | Budgetplaats | Functiegebied | Budgetpositie | Ontvanger - Project | Oorspronkelijk bedrag | Wijziging | Nieuw bedrag | Toewijzing aan ontvanger -project |
2024 | 5401500000 | 2HMS040301A00000 | 6496800 | Nog te bepalen | 1.229.590,60 EUR | - 28.809,21 EUR | 1.200.781,39 EUR | CAW Antwerpen vzw |
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 28.809,21 EUR nominatief toe te wijzen aan CAW Antwerpen, Lange Lozanastraat 200, 2018 Antwerpen, ondernemingsnummer 0455 608 604.
Gezien het tekort aan openbare toiletten in onze stad, zouden wij graag zien dat bij kermissen er toiletten beschikbaar komen. Om die reden dienen we onderstaand amendement in, om toe te voegen aan het reglement.
"De raad is van mening dat volgend artikel dient toegevoegd in het reglement:
Hebben zich onthouden: Vlaams Belang en CD&V.
De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten, zoals tot op heden gewijzigd, meer bepaald de artikelen 8 tot en met 10. Volgens artikel 8§1 van voornoemde gewijzigde wet wordt de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de openbare markten en kermissen geregeld bij gemeentelijk reglement. Volgens artikel 9§1 van voornoemde gewijzigde wet wordt de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op het openbaar domein buiten de openbare markten en kermissen geregeld bij gemeentelijk reglement.
Het Koninklijk Besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie, zoals tot op heden gewijzigd, meer bepaald de artikelen 8 tot en met 24.
Er worden wijzigingen aan het kermisreglement voorgesteld.
Dit om op het kermisterrein beter te kunnen controleren en handhaven op het plaatsen van krachtspelen zoals onder andere boksballen.
Daarnaast zijn er nog andere aanpassingen:
Het ontwerp van het nieuwe kermisreglement werd voorgelegd aan de hogere overheid, zoals voorgeschreven in artikel 10 van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten. De hogere overheid had geen opmerkingen.
De gemeenteraad keurde dit amendement niet goed.
De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed.
Stemden ja: N-VA, Groen, Vooruit, PVDA, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Hebben zich onthouden: Vlaams Belang.
De gemeenteraad keurt de aanpassingen aan het reglement met betrekking tot kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie op de openbare kermissen en op het openbaar domein, goedgekeurd door de gemeenteraad op 2 mei 2018 (jaarnummer 281), goed en beslist dat deze wijzigingen vanaf 7 mei 2024 in werking treden.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het reglement met betrekking tot kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie op openbare kermissen en op openbaar domein, met ingang vanaf 7 mei 2024.
Op 19 december 2022 (jaarnummer 749) keurde de gemeenteraad de indexatie en de aanpassing van de elektriciteitstarieven van het huidige retributiereglement goed.
Met dit besluit wordt het retributiereglement aangepast zodat de kosten voor het verwerken van afval kunnen aangerekend worden aan de veroorzakers van het afval. Het vernieuwde retributiereglement wordt vastgelegd tot 31 december 2025.
Op 2 mei 2018 werd door de gemeenteraad (jaarnummer 281) het "politiereglement openbare kermissen en kermisactiviteiten" goedgekeurd. Op 19 januari 2024 (jaarnummer 72) werd artikel 66 laatst gewijzigd door de gemeenteraad.
Wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante handel en kermisactiviteiten, zoals tot op heden gewijzigd.
Koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten, zoals tot op heden gewijzigd.
Koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie, zoals tot op heden gewijzigd.
De gecoördineerde Grondwet verleent bij artikels 41, 162/2e, 170/paragraaf 4 en 173 aan de gemeenten fiscale autonomie.
Artikel 40 § 3 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor de gemeentelijke belastingen en retributies.
Artikel 41 § 2, 14° van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat deze bevoegdheid niet aan het college van burgemeester en schepenen kan toevertrouwd worden.
Artikel 287 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt de wijze van bekendmaking van de reglementen.
Met de voorliggende wijzigingen wordt het retributiereglement aangepast zodat de kosten voor het ophalen en verwerken van het afval dat door de foorkramers wordt gegenereerd kan worden aangerekend aan de veroorzakers van het afval.
De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed.
Stemden ja: N-VA, Groen, Vooruit, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Stemden nee: Vlaams Belang.
Hebben zich onthouden: PVDA.
De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan het retributiereglement "Standplaatsen op de bovenlokale en lokale kermissen" goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 december 2022 (jaarnummer 749) goed en beslist dat deze wijzigingen vanaf 7 mei 2024 in werking treden.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het bijgevoegde retributiereglement 'Standplaatsen op de bovenlokale en lokale kermissen', met ingang vanaf 7 mei 2024.
De financieel directeur regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
standgeld kermissen | 53.169,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten elektriciteit | 151.593,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten afval | 545,60 EUR | budgetplaats:5373010000 budgetpositie:7006007 functiegebied:2LWS080102A00000 subsidie:SUB_NR fonds:intern begrotingsprogramma:2SA060500 budgetperiode:2400 | nvt |
standgeld Sinksenfoor | 864.939,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten elektriciteit Sinksenfoor |
161.294,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten afval Sinksenfoor | 11.880,13 EUR | budgetplaats:5373010000 budgetpositie:7006007 functiegebied:2LWS080104A00000 subsidie:SUB_NR fonds:intern begrotingsprogramma:2SA060500 budgetperiode:2400 | nvt |
standgeld kermissen | 53.169,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten elektriciteit | 151.593,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten afval | 545,60 EUR | budgetplaats:5373010000 budgetpositie:7006007 functiegebied:2LWS080102A00000 subsidie:SUB_NR fonds:intern begrotingsprogramma:2SA060500 budgetperiode:2500 | nvt |
standgeld Sinksenfoor | 864.939,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten elektriciteit Sinksenfoor |
162.907,00 EUR | budgetplaats:5373010000 |
nvt |
terugvordering kosten afval Sinksenfoor | 11.880,13 EUR | budgetplaats:5373010000 budgetpositie:7006007 functiegebied:2LWS080104A00000 subsidie:SUB_NR fonds:intern begrotingsprogramma:2SA060500 budgetperiode:2500 | nvt |
Het huidige reglement voor de openbare markten werd op 19 december 2022 (jaarnummer 770) door de gemeenteraad vastgesteld op basis van de 26 aanbevelingen die Möbius Business Redesign formuleerde naar aanleiding van haar onderzoek naar de Antwerpse markten. Deze aanbevelingen werden overgenomen in het reglement voor de openbare markten.
Aanbevelingen
Aanbod
Organisatie
Na ruim een jaar werken met bovenstaande aanpassingen in het huidige marktreglement, is er zicht gekomen op optimalisatie van het reglement voor de openbare markten. Deze optimalisaties worden meegenomen naast de noodzakelijke wijzigingen wegens veranderingen in hogere wetgeving.
Op 1 maart 2023 bekrachtigde de Vlaamse Regering het decreet dat de voorafgaande machtiging voor de uitoefening van ambulante of kermisactiviteiten afschaft én dat de wet van 25 juni 1993 over de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten wijzigt. Concreet betekent dit dat op 1 april 2024 geen machtiging meer nodig is voor ambulante of kermisactiviteiten. Daarnaast werd de minimale opzegtermijn van de stad bij een definitieve opzeg van een abonnement verlengd van minstens 6 maanden naar minstens 12 maanden.
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet: De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Meer bepaald en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd:
De wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten, gewijzigd bij wet van 4 juli 2005, van 20 juli 2006, 22 december 2009, 21 januari 2013 en decreet van 24 februari 2017 meer bepaald de artikelen 8 tot en met 10.
Het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van ambulante activiteiten, meer bepaald de artikelen 23 tot en met 44, gewijzigd bij Besluit Vlaamse Regering van 21 april2017.
Artikel 8 §1 van voornoemde gewijzigde wet bepaalt dat de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten opde openbare markten en kermissen wordt geregeld bij gemeentelijk reglement.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendigbestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Artikel 2 §1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: de gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
Artikel 4 §5 van deze wet bepaalt: indien de gemeenteraad in zijn reglementen of verordeningen de mogelijkheid voorziet om de administratieve geldboete ten aanzien van minderjarigen, wint hij vooraf het advies in betreffende dat reglement of die verordening van het orgaan of de organen die een adviesbevoegdheid hebben in jeugdzaken, voor zover het aanwezig is of zij aanwezig zijn in de gemeente.
Artikel 6 §1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege.
Met de afschaffing van de machtiging ambulante of kermisactiviteiten per 1 april 2024 is het noodzakelijk dat het reglement voor de openbare markten wijzigt.
In artikel 10 van het reglement voor de openbare markten gewijzigd van "machtiging ambulante handel" in "inschrijving in de Kruispuntbank van ondernemingen die de ambulante activiteit toelaat".
In artikel 28 van het reglement voor de openbare markten wordt in §2 gewijzigd dat indien een abonnement definitief wordt opgezegd, de stad een opzegtermijn van minstens 12 maanden in plaats van 6 maanden voorziet, tenzij in geval van hoogdringendheid.
Naast bovenstaande noodzakelijke wijzigingen, worden onder andere ineens onderstaande wijzigingen opgenomen als optimalisatie van het huidige reglement voor de openbare markten:
In artikel 4 van het reglement voor de openbare markten wijzigt het beginuur van de bovenlokale zondagmarkt op de Oudevaartplaats en omgeving van 8 u naar 9 u. Op vraag van de markthandelaars wordt het officiële beginuur van deze markt met een uur verlaat aangezien deze markt vaak pas later druk wordt. De markthandelaars hoeven zich dan ook pas een uur later te melden op het marktterrein.
In artikel 14 van het reglement voor de openbare markten wijzigen de vereisten voor het gebruik van elektriciteit op de markten. Na grondige evaluatie blijkt de vereiste verliesstroomautomaat of stroombegrenzer niet langer gewenst. Wel wordt een IP44 indicatie voor (spat-)waterbestendigheid van alle elektriciteitskabels een vereiste.
In artikel 28 van het reglement voor de openbare markten wijzigen ook de toewijzingsregels voor risicostandplaatsen. Toewijzing wijzigt van gebaseerd op basis van rangorde van niet geselecteerde deelnemers bij de voorafgaande digitale loting naar op basis van kwalitatieve factoren zoals beschikbaarheid en bereikbaarheid, (unieke) productcategorie en het niet- concurrentieel zijn met de direct naastgelegen markthandelaar. Bij een gelijkwaardige kwalitatieve rangorde, bepaalt de chronologie van inschrijving de toewijzing van de risicostandplaats.
In artikel 42 wordt tot slot een paragraaf toegevoegd waarmee de burgemeester het recht krijgt een abonnementhouder eenzijdig een andere standplaats toe te wijzen op de markt naar aanleiding van te vaak en/of langdurig afwezig te zijn op de markt zonder daarvoor een gegronde reden te hebben.
De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan het reglement voor de openbare markten goed.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van de politiereglementen vermeld in artikel 1. Dit reglement treedt in werking op 5 mei 2024.
Op 25 april 2022 (jaarnummer 00249) keurde de gemeenteraad de opheffing van het gebruikersreglement kerstmarkt en het nieuw reglement voor standplaatsen op eigen evenementen goed. Het gebruikersreglement betreffende de inschrijving- en exploitatievoorwaarden van de kerstmarkt, beperkte zich tot de kerstmarkt. In dit nieuwe reglement werden de inschrijvings- en exploitatievoorwaarden gereglementeerd voor alle eigen evenementen van stad Antwerpen waarbij standplaatsen worden aangeboden. Bovendien werd een deel van de toepasselijke verplichtingen met betrekking tot standplaatsen in de politiecodex hier ook in verwerkt om zo één omvattende regeling te voorzien.
Op 22 januari 2024(jaarnummer 00072) keurde de gemeenteraad de wijziging van het maximale boetebedrag goed in het reglement standplaatsen op eigen evenementen van stad Antwerpen.
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet: De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Meer bepaald en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd:
De eigen evenementen van de stad Antwerpen in dit reglement vallen onder artikel 5, paragraaf 2 van de wet van 25 juni 1993 op de uitoefening en de organisatie van ambulante en kersmisactiviteiten. Het betreft occasionele evenementen georganiseerd of voorafgaand toegelaten door de gemeentelijke overheid die tot doel heeft de lokale handel of het leven in de gemeente te bevorderen volgens de bepalingen van artikel 9 van het Koninklijk Besluit van 24 september 2006.
Bij de organisatie van deze evenementen is de stad Antwerpen niet gehouden aan de wettelijke modaliteiten zoals beschreven in de wet van 25 juni 1993 op de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari 2014. Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Artikel 2 §1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: de gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
Artikel 6 §1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege.
Het reglement voor standplaatsen op eigen evenementen van de stad Antwerpen geeft een omvattende regeling voor de toewijzing, inrichting en exploitatie van standplaatsen in het kader van eigen evenementen van stad Antwerpen.
Het reglement wordt steeds meegegeven als voorwaarde in de standplaatsvergunning.
De voornaamste aanpassingen in het reglement zijn de volgende:
De gemeenteraad keurt de wijzigingen in het reglement standplaatsen op eigen evenementen van stad Antwerpen goed.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het reglement standplaatsen op eigen evenementen van stad Antwerpen vermeld in artikel 1.
De gemeenteraad keurde op 17 december 2019 (jaarnummer 710) de opmaak van het meerjarenplan 2020-2025 goed. In dit meerjarenplan stelt de stad zich de doelstelling: 'de stad wil klimaatrobuust zijn en bereidt zich voor op de gevolgen van klimaatverandering zoals wateroverlast, hittestress, droogte en verlies van biodiversiteit'. Eén van de actiepunten luidt: 'Ondersteuning voor de vergroening en ontharding van privaat domein'.
Op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) keurde de gemeenteraad het Kaderbesluit Basisprincipes Ondersteuningsbeleid goed.
Op 24 oktober 2022 (jaarnummer 610) keurde de gemeenteraad het ondersteuningsreglement 'Klimaatrobuuste ingrepen privaat domein' goed.
Cijfers leren ons dat het voor de doelstellingen op vlak van klimaatadaptatie belangrijk is om eigenaars van privaat domein te stimuleren en te activeren om hun terrein klimaatrobuust te maken. 57% van de oppervlakte van de stad bestaat uit private percelen (inclusief 22% onbebouwd). Qua oppervlakte (16,5% van het totaal) bevindt het grootste potentieel zich bij bedrijfsterreinen, opgedeeld in percelen met kantoorgebouwen, opslag gebouwen, gebouwen met een commerciële functie en industrieel gebruik.
Wet van 14 november 1983 over de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Het Kaderbesluit Basisprincipes Ondersteuningsbeleid zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 26 oktober 2020 (jaarnummer 595).
De gemeenteraad is ingevolge artikel 41, 23° van het Decreet over het lokaal bestuur bevoegd voor het vaststellen van subsidiereglementen.
Stad Antwerpen heeft een leertraject opgezet, met de titel 'Bedrijfssites van de toekomst', om deze doelgroep beter te leren kennen, om drempels om tot actie over te gaan te identificeren en manieren te vinden om die drempels actief weg te werken. Op deze manier wil de stad bedrijven ondersteunen bij het klimaatbestendig (her)inrichten van hun bedrijfssite. Het leertraject werd aangevat met een onderzoek naar de doelgroep en een stakeholderanalyse.
In de volgende stap wordt er een oproep gelanceerd naar bedrijven om zich in te schrijven voor de ontwerpfase. De stad wil samen met bedrijven die zich kandidaat stellen, onderzoeken hoe een klimaatbestendige (her)inrichting tot stand kan komen en een aantal goede voorbeelden neerzetten die als inspiratie kunnen dienen voor andere bedrijven.
Er wordt ondersteuning voorzien voor bedrijven willen meestappen in dit leerproces. Het voorliggende besluit omvat het reglement voor het aanvragen, bekomen, gebruiken en verantwoorden van deze ondersteuning.
De ondersteuning van de stad bestaat uit:
Binnen het leertraject is er vervolgens een investeringsfase waarbij de stad een ondersteuning voorziet om voorgestelde klimaatingrepen te realiseren.
Het budget is als volgt voorzien op volgende boekingsadressen:
In geval van vertraging zal het budget van 2025 voorzien worden via ika-light om de beloofde toekenningen uit te betalen.
Het investeringsbudget in 2025 werd initieel voorzien binnen het reglement 'Toelage klimaatrobuuste ingrepen' (2022_GR_00610). Dit budget wordt gebruikt omdat we vaststellen dat bedrijven weinig of geen gebruik maken van de toelage. Binnen het leertraject gerealiseerde klimaatingrepen voldoen minimaal aan de voorwaarden voor de 'Toelage klimaatrobuuste ingrepen' en zullen nog een stap verder gaan door begeleiding te voorzien in het leertraject.
De aanvragen kunnen volgens dit reglement ingediend worden tot en met oktober 2025. Indien er afrekeningen van de laatst ingediende dossiers in 2026 vallen, zal hiervoor het budget verschoven worden bij aanpassing meerjarenplanning van de nieuwe legislatuur (in 2025).
De vastlegging en uitbetaling van de ondersteuning volgens het reglement zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan het bevoegde orgaan. De ondersteuning kan uitbetaald worden mits het aanleveren van de nodige stavingstukken zoals bepaald in het reglement.
De gemeenteraad keurt het ondersteuningsreglement 'Bedrijfssites van de toekomst' goed, met een looptijd van 30 april 2024 tot en met 31 december 2025.
Op 14 december 2020 (jaarnummer 775) keurde de gemeenteraad het Klimaatplan 2030 'Antwerpen voor Klimaat' goed. De stad streeft tegen 2030 naar een vermindering van 50 tot 55% CO2 uitstoot en neemt maatregelen om de klimaatgevolgen in te dijken. Naar 2050 toe mikt de stad net zoals Europa op klimaatneutraliteit.
Op 4 juni 2021 keurde de Vlaamse Regering finaal het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP) en de bijhorende subsidie en opvolgingswijze goed. Met het Lokaal Energie- en Klimaatpact wil de Vlaamse overheid de lokale overheden ondersteunen en nauwer betrekken bij de uitwerking van het energie- en klimaatbeleid. Op 18 oktober 2021 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 622) de deelname aan het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 goed.
Op 8 juli 2022 keurde de Vlaamse Regering het vernieuwde Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 en de bijhorende subsidie- en opvolgingswijze goed. Onder deze versie worden zowel voor de lokale besturen als voor de Vlaamse overheid bijkomende engagementen vastgelegd. Op 26 september 2022 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 547) de deelname aan het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 goed.
Op 16 december 2022 keurde de Vlaamse Regering het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.1 en de bijhorende subsidie en opvolgingswijze goed. Deze versie is een uitbreiding van de engagementen bovenop het LEKP 2.0 met een sociale component (bestrijding van energie-armoede) en het beschikbaar maken van hernieuwbare energie via energiegemeenschappen. Op 26 juni 2023 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 360) de deelname aan het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.1 van de Vlaamse overheid goed.
Op 6 maart 2023 keurde de gemeenteraad (jaarnummer 109) de eerste rapportering in het kader van het Lokaal Energie- en Klimaatpact goed.
Het Lokaal Energie- en Klimaatpact past in de uitvoering van het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030. Dit plan stelt een partnerschap met wederzijdse engagementen tussen Vlaamse overheid, steden en gemeenten en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) in het vooruitzicht. Met het Lokaal Energie- en Klimaatpact wil de Vlaamse Regering voor het realiseren van energie- en klimaatdoelstellingen de nabijheid van lokale besturen tot burgers en bedrijven combineren met de mogelijkheid van het Vlaamse niveau om hefbomen in werking te zetten of met andere beleidsniveaus hierover in overleg te gaan. Het Lokaal Energie- en Klimaatpact loopt tot 2030.
Met de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact engageren lokale besturen zich om het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen, jaarlijks de primaire energiebesparing en CO2-uitstoot van het eigen patrimonium te verminderen, de openbare verlichting te ver-LED-den, het draagvlak voor hernieuwbare energie te verhogen, lokale warmte- en sloopbeleidsplannen op te maken en burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen met het lokaal bestuur de streefdoelen uit de vier werven van het Pact te behalen. De vier werven bevatten acties op vlak van vergroening (bomen, hagen en geveltuinen, natuurgroenperken), energie (collectieve renovatie, coöperatieve energieprojecten), mobiliteit (deelwagens, laadpalen, fietspaden) en water (ontharding, hemelwaterbuffering).
De ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact betreft een inspanningsverbintenis. Voor elk van deze engagementen en acties zijn in het Pact doelwaarden bepaald. Deze zijn gelijk voor alle ondertekenende steden en gemeenten, zonder differentiatie naar grootte, ruimtelijke context, eerdere inspanningen of voor 2020 bereikte resultaten.
De lokale besturen rapporteren jaarlijks en na bespreking door de gemeenteraad aan de Vlaamse overheid over de voortgang van de realisaties binnen het Lokaal Energie- en Klimaatpact. De financiële rapportage gebeurt met het indienen van de jaarrekening.
Rapportering
Het Lokaal Klimaatpactportaal (lokaalklimaatpact.be) volgt de resultaten van de lokale besturen op, bundelt ze en maakt ze vrij raadpleegbaar. Per gemeente kan een rapport getrokken en gedownload worden. Voor de voorliggende rapportering over de periode 2021-2023 is het rapport getrokken op 2 april 2024.
Het Klimaatpactportaal haalt zijn informatie uit verschillende bronnen. Voor sommige acties verloopt de gegevensverzameling volledig vanuit Vlaamse of externe databronnen (vb. deelwagens, laadpalen). Voor sommige andere dient de stad informatie aan te leveren die op Vlaams niveau verder verwerkt wordt (vb. primaire energiebesparing en CO2-reductie in eigen patrimonium). Voor nog andere is het getoonde resultaat volledig afhankelijk van eigen stedelijke rapportering en/of het aanzetten van derden om hun eigen acties te rapporteren (vb. acties met betrekking tot vergroening en water via groenblauwpeil.be), of een mengvorm van voorgaande.
Het rapport bevat per actie en engagement een korte inleiding, de in het pact vooropgestelde en tegen 2030 te bereiken doelwaarde, en het tot nu toe bereikte Antwerpse en Vlaamse resultaat. Lokale besturen kunnen per actie een korte uitleg geven over de stand van zaken, gemaakte beleidskeuzes, omstandigheden of knelpunten die maken dat het resultaat wel of niet in de buurt komt of zal komen van de doelwaarden ("comply or explain", tekstveld van maximum 500 karakters). Dit verloopt via een melding in de module Toezicht van het Loket Lokaal Bestuur. Voor de meeste acties is in het voorliggende rapport van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.
De rapportering is als bijlage 1 bij dit besluit opgenomen. Bijlage 2 is dezelfde rapportering aangevuld met bijkomende informatie over lopende en geplande acties en een inschatting van de haalbaarheid van de betreffende indicator.
De gemeenteraad neemt kennis van de rapportering 2021-2023 in het kader van het Lokaal Energie- en Klimaatpact.
De stad Antwerpen is een project gestart met ANPR-camera’s ('Automatic NumberPlate Recognition' - automatische nummerplaatherkenning) om het rechtmatig parkeren op laad- en loszones op de openbare weg doeltreffender en efficiënter te kunnen controleren en handhaven.
Vandaag vindt de controle op laden en lossen plaats door parkeerwachters te voet. Om de inbreuken op laden en lossen te kunnen detecteren, blijft een handhaver doorgaans minstens 10 minuten ter plaatse om te kunnen vaststellen dat er geen personen in- of uitstappen en dat er geen laad- en losactiviteiten plaatsvinden.
Met de slimme camera’s beoogt de stad dit proces te automatiseren. Het project past in het proces van de digitalisering van het parkeerbeleid. De camera's worden ingezet om enerzijds de duurtijd van het geparkeerde voertuig te kunnen bepalen op de laad- en loszones en anderzijds de overtreder te identificeren. De camera maakt daarvoor op periodieke tijdstippen een beeld van de laad- en loszone en herkent hierbij de unieke voertuigen die op deze zone zijn geparkeerd. Als een wagen langer dan de ingestelde termijn geparkeerd staat, wordt de nummerplaat gelezen. De nummerplaat wordt samen met de verzamelde beelden doorgestuurd naar een backoffice systeem. Een beëdigde GAS parkeerwachter beoordeelt dan aan de hand van de beelden of er laad- en losactiviteiten worden waargenomen. Als er op basis van de doorgestuurde beelden géén laad- en losactiviteiten worden waargenomen, zal deze parkeerwachter de vaststelling, met de gelezen nummerplaat, locatie en bijhorende beelden doorzetten naar de OVDB (Overtredingen databank van MPA) waar deze wordt opgepikt door software om de vaststelling verder te verwerken. De bevoegde diensten handelen de vaststelling dan verder af.
In de zitting van 26 februari 2024 (jaarnummer 90) verleende de gemeenteraad gunstig advies met betrekking tot de plaatsing en het gebruik van ANPR-camera's voor het toezicht en de handhaving van de laad- en loszones op 3 locaties: Van Wesenbekestraat (2060 Antwerpen), Plantin en Moretuslei (2018 Antwerpen) en Quellinstraat (2018 Antwerpen).
In de zitting van 25 maart 2024 (jaarnummer 191) verleende de gemeenteraad gunstig advies met betrekking tot de plaatsing en het gebruik van ANPR-camera's voor het toezicht en de handhaving van de laad- en loszones op 4 locaties in de Vestingstraat (2018 Antwerpen.)
Er werden nog bijkomende locaties geselecteerd om te handhaven op basis van dergelijke beelden (handhaven GAS4 stilstaan en parkeren), omdat op die locaties een zelfde problematiek werd vastgesteld. Het betreft één camera per locatie in combinatie met een intelligent beeldmanagementsysteem. De ANPR-camera's worden gemonteerd op openbare verlichtingspalen op deze specifieke plaatsen:
Wet tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s van 21 maart 2007 (camerawet), zoals bijgewerkt tot op heden.
Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties van 24 juni 2013, zoals bijgewerkt tot op heden.
Code van politiereglementen stad Antwerpen (politiecodex), gecoördineerde versie (laatste wijziging: gemeenteraad 23 oktober 2023).
Artikel 5 van de wet tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s van 21 maart 2007 bepaalt dat de beslissing tot het plaatsen van één of meer vaste bewakingscamera's in een niet-besloten plaats wordt genomen door de verwerkingsverantwoordelijke nadat de gemeenteraad een positief advies heeft gegeven. De gemeenteraad verstrekt zijn advies na voorafgaandelijk de korpschef van de politiezone waar die plaats zich bevindt, te hebben geraadpleegd.
Er is in de stad Antwerpen vandaag een problematiek waarbij voertuigen in laad- en loszones worden geparkeerd zonder dat er werkelijk goederen geladen of gelost werden of waarbij de voertuigen in deze zones langer dan toegestaan, stilstaan. Dit brengt de nodige ongemakken mee en heeft een serieuze impact op een buurt. De stad ontvangt hierover dan ook heel wat klachten. Bij gerichte verkeersacties is het aandeel van boetes voor misbruik van laad- en loszones steevast hoog. Het installeren van laad- en loszones in de publieke ruimte is nochtans een weloverwogen beleidskeuze in functie van de leefkwaliteit van een buurt, de verkeersveiligheid ervan en een rechtvaardig parkeerbeleid. Het maakt deel uit van een integraal, duurzaam en beter parkeer- en mobiliteitsbeleid. Vanuit deze optiek streeft de stad ernaar om ook deze parkeerzones juist te benutten. Een efficiënte organisatie van de controle en handhaving is hierbij cruciaal. Vandaag gebeurt deze controle door parkeerwachters die observeren ter plaatse. Deze inzet is helaas niet afdoende om het misbruik terdege te ontmoedigen, zo blijkt. De overtreding is bovendien ook niet gemakkelijk ter plaatse vast te stellen. Bij een controle op laad- en loszones moet immers steeds een observatietijd van een tiental minuten in acht genomen waarin wordt nagegaan of betrokkene rechtmatig laadt en lost. De parkeerwachter blijft vandaag hiervoor ter plaatse. De zoektocht naar een betere manier van handhaven is dan ook een uitdaging. Een doorgedreven controle kan er toe bijdragen dat de aangewezen zones vrij blijven om te lossen/laden. De inzet van een ANPR camera om deze problematiek te remediëren lijkt een geschikte cameratechnologie hiervoor en een win-win. Het resulteert in het sneller en efficiënter inzetten van medewerkers, zonder de mensen zwaarder te belasten. Er kan op die manier efficiënter werk verzet worden. De vaststelling kan ook doeltreffender worden opgemerkt. De beelden kunnen bovendien bijdragen om de mate van misbruik gericht te bepalen.
Overwegende dat:
wordt er aan de gemeenteraad gevraagd om een gunstig advies te verlenen voor de plaatsing en het gebruik van ANPR-camera’s voor het toezicht en de handhaving van de laad- en loszones op de nieuwe locaties hierboven vermeld.
De camera’s worden bijgeplaatst binnen het project camera’s laad- en loszones, zoals goedgekeurd in de gemeenteraden van 26 februari 2024 en van 25 maart 2024.
Eventuele nieuwe locaties zullen enkel worden toegevoegd na voorafgaandelijk advies van de korpschef en de gemeenteraad.
De plaatsing en het onderhoud van de camera’s worden aangerekend op het budget van Mobiliteit en Parkeren Antwerpen.
De gemeenteraad verleent een gunstig advies met betrekking tot de plaatsing en het gebruik van ANPR-camera's voor het toezicht en de handhaving van de laad- en loszones op volgende locaties:
De Groen fractie dient een amendement in om stedenbouwkundige lasten op te leggen voor hotels en publiekstrekkende functies. In het kaderbesluit rond de stedenbouwkundige ontwikkelingskost zijn deze functies op vandaag opgenomen. De argumenten om dit niet langer te doen, hebben de Groen-fractie niet kunnen overtuigen. Dit soort van projecten kunnen wél tot extra kosten leiden voor de overheid (inrichting openbaar domein, het niet invullen van het tekort aan gemeenschapsfuncties in het project).
Tijdens het openbaar onderzoek zijn over het toepassingsgebied ook enkele bezwaren binnen gekomen.
Vandaar volgend amendement:
De raad verzoekt het college om in artikel 2 van de verordening 'stedenbouwkundige lasten' mbt het toepassingsgebied toe te voegen:
De gemeenteraad verwerpt bij monde van de fractievoorzitters het voorliggende amendement.
Stemgedrag
Stemden voor het amendement: Groen en PVDA.
Stemden tegen het amendement: N-VA, Vooruit, Vlaams Belang, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
De verordening 'stedenbouwkundige lasten' maakt overeenkomstig artikel 6 afwijkingen mogelijk. Het is de "bevoegde overheid" gedeeltelijke of volledige afwijkingen toestaan op de stedenbouwkundige last. De bevoegde overheid is in deze het college.
"4° het realiseren van een vorm van betaalbaar wonen, anders dan voorzien in artikel 5, 2°;" wordt opgenomen als een grond om een afwijking toe te staan. Terecht haalt de deputatie in haar advies aan dat er geen definitie opgenomen wordt voor betaalbaar wonen. De Groen-fractie vraagt om een definitie voor betaalbaar wonen in de verordening op te nemen.
En voorts merken we op dat het °7 als reden voor een afwijking leest als volgt:
"7° andere projecten waarbij er bijzondere redenen zijn die een afwijking kunnen rechtvaardigen", dit leest wel als een bijzonder ruime afwijkingsgrond.
Om die reden stelt de Groen fractie voor om de afwijkingen niet door het college toe te staan, maar om die afwijkingen op de stedenbouwkundige lasten op de gemeenteraad voor te leggen ter goedkeuring.
We stellen daarom volgende amendementen voor:
- De raad verzoekt het college om een definitie voor betaalbaar wonen op te nemen in de verordening 'stedenbouwkundige lasten'.
- De raad verzoekt het college om in artikel 6, °7 deze bepaling te verduidelijken.
- De raad wenst zélf te kunnen beslissen over de afwijkingen overeenkomstig artikel 6 op deze verordening.
De gemeenteraad verwerpt bij monde van de fractievoorzitters het voorliggende amendement.
Stemgedrag
Stemden voor het amendement: Groen en PVDA.
Stemden tegen het amendement: N-VA, Vooruit, Vlaams Belang, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Tijdens het openbaar onderzoek zijn er verscheidene bezwaren binnengekomen over de zoneringskaart. Stedenbouwkundige lasten zouden verschillend getarifeerd worden in drie zones. Bezwaarindieners vinden de opdeling van de stad in drie zones te weinig onderbouwd. Het departement Omgeving geeft aan dat de procedure van de afbakening dient opgenomen in de verordening. Andere adviesverleners zijn van oordeel dat de zoneringskaart een integraal onderdeel van de verordening dient te zijn.
Verder lezen we dat bezwaarindieners aan dat die aanduiding in zones (afbakening in drie zones) dat die onterecht aan het college van burgemeester en schepenen wordt overgelaten in plaats van aan de gemeenteraad.
De Groen-fractie is van oordeel dat die zoneringskaart een zeer belangrijk onderdeel uitmaakt van de verordening. Het is immers de basis voor de tarieven van de lasten. Daarom vindt de Groen-fractie dat de vaststelling van de zoneringskaart een beslissing van de raad dient te zijn.
We stellen daarom volgend amendement voor:
"De raad stelt wijzigingen aan artikel 4 §2 voor.
De gemeenteraad verwerpt bij monde van de fractievoorzitters het voorliggende amendement.
Stemgedrag
Stemden voor het amendement: Groen en PVDA.
Stemden tegen het amendement: N-VA, Vooruit, Vlaams Belang, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Artikel 75 Decreet betreffende de omgevingsvergunning bepaalt dat het college stedenbouwkundige lasten kan verbinden aan de omgevingsvergunningen die zij verleent.
Deze lasten vinden hun oorsprong in het voordeel dat de begunstigde van de omgevingsvergunning uit die vergunning haalt en in de bijkomende taken die de stad door de uitvoering van de vergunning op zich moet nemen.
Op 9 maart 2018 (jaarnummer 2203) bepaalde het college de principes die van toepassing zijn op deze stedenbouwkundige lasten (hierna 'Kaderbesluit').
Het Instrumentendecreet van 26 mei 2023 heeft vanaf 1 januari 2024 de decretale stedenbouwkundige lastenregeling gewijzigd en geoptimaliseerd.
Cruciaal is dat wanneer een vergunningverlenende overheid financiële stedenbouwkundige lasten aan een omgevingsvergunning wil verbinden, zij dit alleen kan doen als de regeling hiervoor is vastgelegd in een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening.
Op 17 januari 2024 (jaarnummer 207) keurde het college daartoe het ontwerp van de stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ goed.
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), in het bijzonder de artikelen 2.3.2, 2.3.2. §2/1 en 2.3.2 § 2/2 leggen de procedure vast voor de opmaak van gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen.
Artikel 2.3.2, §2, lid 1 VCRO bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van stedenbouwkundige verordeningen.
Het bestuursakkoord 'De Grote Verbinding. Akkoord voor de bestuursperiode van 2019 tot 2024' beoogt het behoud en de verfijning van het instrument van de Stedelijke OntwikkelingsKosten (SOK).
Om na 1 januari 2024 nog financiële stedenbouwkundige lasten aan afgeleverde omgevingsvergunningen te kunnen verbinden, worden de principes uit het Kaderbesluit omgezet naar een stedenbouwkundige verordening.
Bij de inwerkingtreding van de verordening zullen onder meer onderstaande aanpassingen ten opzichte van het huidige Kaderbesluit onmiddellijk van toepassing zijn:
Onder nuttige oppervlakte van het volledige bovengrondse gedeelte van het (gebouw) wordt in het omgevingsloket op dit ogenblik het volgende verstaan:
De volledige (gebruiks)oppervlakte van het gebouw (constructie), gemeten op alle vloerniveaus boven het maaiveld, tussen de opgaande scheidingsconstructies die de desbetreffende ruimte of groep van ruimten omhullen. Delen van de ruimte die lager zijn dan 1,5 m en een trapgat, liftschacht of vide die groter is dan 4 m² worden daarbij niet meegerekend. De verschillende functies uit de verordening worden op dezelfde wijze pro rata gemeten, dus inclusief de gemeenschappelijke delen.
De meetwijze zal dus in voorkomend geval mee evolueren met de definitie zoals vermeld en toegepast in het omgevingsloket.
Vanaf 1 januari 2025 zullen onderstaande nieuwe principes in werking treden:
Decretaal verplichte stedenbouwkundige lasten
De lasten die door het decreet betreffende de omgevingsvergunning zijn vermeld in artikel 75, §1, tweede lid blijven onverminderd van toepassing en worden door de stad Antwerpen steeds in natura opgelegd. Deze decretale lasten geven nooit aanleiding tot een toegestane afwijking volgens artikel 6 van de verordening.
Overgangsbepalingen
Er geldt een overgangsmaatregel voor de nieuwe aspecten ten opzichte van het huidig kaderbesluit die opgenomen zijn in de verordening. Zodoende heeft de aanvrager voldoende tijd om in te spelen op deze nieuwigheden. De verderzetting van het huidig kaderbesluit onder de vorm van een verordening behoeft daarentegen geen overgangsperiode.
Openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek van de ontwerpverordening stedenbouwkundige lasten liep van 9 februari 2024 tot en met 10 maart 2024. Gedurende deze 30 dagen werden ook de formele adviezen gevraagd over de ontwerpverordening.
Er werden 37 bezwaren en 8 adviezen ontvangen.
De ontwerpverordening stedenbouwkundige lasten werd op een aantal elementen aangepast op basis van de behandeling van de adviezen en bezwaren.
Een uitvoerige behandeling van de adviezen en bezwaren is opgenomen in de nota “behandeling adviezen en bezwaren openbaar onderzoek".
Toewijzing van de beschikbare middelen uit de fondsen
In navolging van dit besluit, zullen er concrete doelstellingen worden geformuleerd waarbinnen stedelijke projecten aanspraak kunnen maken op cofinanciering vanuit het fonds van de stedenbouwkundige lasten, in functie van gekende tekorten en opportuniteiten die zich voordoen. Dit afsprakenkader zal in een flankerend collegebesluit worden vastgelegd ten laatste juni 2024 voor wat betreft de lasten voortvloeiend uit artikel 2§1.1. Het afsprakenkader zal ten laatste december 2024 geactualiseerd worden voor wat betreft de lasten voortvloeiend uit artikel 2§1.2.
Rapportering en evaluatie
Het college zal jaarlijks een rapportering voorleggen aan de gemeenteraad over de toepassing van deze verordening.
De toepassing en de werking van de verordening zal na uiterlijk 5 jaar geëvalueerd worden.
De opbrengsten bij aanvragen waarop deze verordening van toepassing is, worden in het stedelijk meerjarenplan als investerings-ontvangsten opgenomen onder de doelstelling 2WNS03_Ruimtelijke ordening (5152000000/2WNS030105A00000).
De uitgaven zullen worden aangewend voor investeringsprojecten in kader van het ruimtelijke beleid, waarbij het aandeel aan opbrengsten uit de bijkomende financiële stedenbouwkundige last voor het niet realiseren van de vereiste groene ruimte op eigen terrein specifiek aangewend zullen worden voor investeringen in kader van publiek toegankelijk gebruiksgroen.
Bij iedere aanpassing van het meerjarenplan worden de opbrengsten geactualiseerd op basis van de toepassing van de verordening in de voorafgaande periode. Evenals de actualisatie van uitgaven voor de (co-)financiering van investeringsprojecten naar aanleiding van deze verkregen middelen.
Bij dit besluit werden 3 amendement ingediend:
De gemeenteraad keurde deze amendementen niet goed.
De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed.
Stemden ja: N-VA, Vooruit, CD&V, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Stemden nee: Groen en PVDA.
Hebben zich onthouden: Vlaams Belang.
De gemeenteraad stelt de stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ definitief vast.
De gemeenteraad neemt kennis van de behandeling van de adviezen en bezwaren die gegeven zijn in het kader van het openbaar onderzoek op de ontwerpverordening ‘Stedenbouwkundige lasten’.
De gemeenteraad neemt kennis van de richtinggevende zoneringskaart.
Het Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) kadert binnen de uitvoering van het Masterplan Sint-Anneke Plage, dat een heropleving van het gebied beoogt. Het masterplan zelf betreft een verdere uitwerking van het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA) en het ontwikkelingsconcept Scheldepark Linkeroever en past binnen de strategische visie van het in opmaak zijnde Strategisch Ruimteplan Antwerpen (SRA).
Door de planinitiatieven wordt getracht van Sint-Anneke Plage een vernieuwde recreatieve trekpleister te maken. Aanleiding hiertoe zijn verschillende ontwikkelingen zoals de verhoging van de dijken in het kader van het Sigmaplan, de bestaande horeca die als zonevreemd beschouwd kan worden, camping De Molen die zal verhuizen en de verschillende jachthavenclubs die de intentie hebben om samen te werken aan het moderniseren van de jachthaven.
De huidige functies en inrichting stroken niet helemaal met de gewenste ontwikkelingen. De huidige gewestplanbestemming, grotendeels gebied voor dagrecreatie, laat niet veel mogelijkheden toe. Door de opmaak van een RUP voor Sint-Anneke Plage kunnen de krachtlijnen van het masterplan vertaald worden in een nieuw geïntegreerd kader voor de herontwikkeling en het opnieuw attractief maken van de site. De opmaak van een RUP schept onder meer de mogelijkheid om tegemoet te komen aan de functionele uitbreidingsmogelijkheden voor aanwezige horeca.
Op 28 oktober 2016 (jaarnummer 9237) keurde het college het Masterplan Sint-Anneke Plage goed alsook de proces- en richtnota (jaarnummer 9238) voor het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Sint-Anneke Plage.
Op 2 november 2016 gaf de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO) haar advies op de proces- en richtnota. In de zitting van 19 december 2016 (jaarnummer 241) adviseerde de districtsraad van Antwerpen de proces- en richtnota gunstig met voorwaarden.
Op 7 juli 2017 (jaarnummer 6025) nam het college kennis van het voorontwerp-RUP Sint-Anneke Plage. Op 6 september 2017 gaf de GECORO Antwerpen advies op het voorontwerp-RUP Sint-Anneke Plage. In de zitting van 18 september 2017 (jaarnummer 145) adviseerde de districtsraad van Antwerpen het voorontwerp-RUP Sint-Anneke Plage gunstig met voorwaarden.
Op 3 oktober 2017 werden de adviezen van de deputatie, de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar en andere adviserende instanties, zoals opgelegd in de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, plenair besproken.
Op 24 juni 2019 (jaarnummer 457) stelde de gemeenteraad het ontwerp-RUP Sint-Anneke Plage voorlopig vast.
Op 19 juli 2019 ontving de stad een bijgesteld advies van het Team Externe Veiligheid.
Op 29 juni 2020 (jaarnummer 440) beslist de gemeenteraad het besluit van 24 juni 2019 in te trekken en het ontwerp-RUP Sint-Anneke Plage, district Antwerpen voorlopig vast te stellen.
Een openbaar onderzoek werd gehouden van 17 augustus 2020 tot en met 15 oktober 2020.
Op 15 juni 2021 (jaarnummer 5085) besliste het college om het RUP Sint-Anneke Plage voor te leggen aan de gemeenteraad ter definitieve vaststelling.
Op 28 juni 2021 (jaarnummer 445) werd de definitieve vaststelling van het RUP Sint-Anneke Plage afgevoerd door de gemeenteraad omdat het RUP van rechtswege vervallen was.
Op 8 februari 2023 ontving de stad een bijgesteld advies van het Team Externe Veiligheid.Op 3 maart 2023 (jaarnummer 1320) besliste het college om het RUP Sint-Anneke Plage te hernemen.
Op 25 september 2023 (jaarnummer 616) beslist de gemeenteraad het besluit van 29 juni 2020 in te trekken en het ontwerp-RUP Sint-Anneke Plage, district Antwerpen voorlopig vast te stellen.Artikel 2.2.13 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) versie 30 april 2017 die de procedure vastleggen voor de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP).
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2017 betreffende het geïntegreerde planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen, planmilieueffectrapportage, ruimtelijke veiligheidsrapportage en andere effectbeoordelingen.Artikel 2.2.14 §6 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) bepaalt dat de gemeenteraad het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan definitief vaststelt.
Situering plangebied
Sint-Anneke is recht tegenover het Eilandje gelegen. In het noorden en het oosten vormt de Schelde de rand van het projectgebied. Aan de zuidelijke zijde is de grens getrokken ter hoogte van de Charles de Costerlaan. De binnenbocht wordt begrensd door de aanwezige bebouwing langs de Thonetlaan. In het uiterste westen gaat het projectgebied over de Gloriantlaan, tot en met de eerste strook van het Esmoreitpark, van de parking tot aan de Schelde.
Krachtlijnen
In het RUP zijn algemene voorschriften opgenomen alsook specifieke voorschriften voor bestemmingszones en overdrukken. De zone aan de Scheldezijde van de dijk wordt bestemd als zone voor natuur. Deze zone valt samen met het aanwezige habitatrichtlijngebied, een door Europa beschermde natuurzone. Het doel is de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van natuur en het natuurlijke milieu te garanderen.
In het plangebied zijn twee zones voor groen terug te vinden: de Robinsontuin met haar uitlopers naar het Esmoreitpark en naar de zuidelijke Scheldeboorden (Gr1) en ook de strandzone – gelegen tussen de Wandeldijk en de zone voor natuur (Gr2).
Tussen beide zones voor groen zijn drie zones voor gemengde functies (Ge) afgebakend. Ze zijn allen bestemd als zone voor groen en zone voor recreatie. Beide bestemmingen zijn nevengeschikt en evenwaardig. De mogelijkheden voor de zone ten westen van de Gloriantlaan worden beschreven in zone Ge1, voor de horecastrip en de tuinbouwschool in de zone Ge2 en voor de zone van zwembad De Molen tot en met de jachthaven in zone Ge3.Indicatief zijn de aslijn van het dijklichaam, verbindingen voor langzaam verkeer, twee vista’s, een passage en twee parkeerzones aangegeven.
MER-screening
Stap | Datum |
aanvraag adressen adviesinstanties | 30 maart 2017 |
aanvraag advies bij de adviesinstanties | 21 april 2017 |
rappelbrief raadpleging adviesinstanties | 22 mei 2017 |
verzending screeningsdossier naar dienst MER | 20 oktober 2017 |
beslissing dienst MER | 30 oktober 2017 |
Op 30 oktober 2017 besliste de dienst MER dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.
Aan het RUP werden in kader van voorliggende herneming beperkte aanpassingen gedaan. Deze zijn niet van die aard dat ze leiden tot aanpassing van de conclusie van de plan-MER screening.
Waterparagraaf
In toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 moeten alle uitvoeringsplannen worden onderworpen aan een watertoets. Op 1 januari 2023 trad het wijzigingsbesluit van de watertoets en de “omzendbrief betreffende richtlijnen voor de toepassing van een klimaatbestendige watertoets en de vrijwaring van het waterbergend vermogen in signaalgebieden” in werking. Het RUP werd afgetoetst aan de opgelegde regels. Als de toegestane werken worden uitgevoerd met respect voor de vigerende wetgeving, zijn vanuit de discipline water geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten.
Planbaten
Er komen geen bestemmingswijzigingen voor die planbaten kunnen doen ontstaan voor percelen in eigendom van de stad en/of dochters.
Veiligheid
Op vraag van een bijgesteld advies van het Team Externe Veiligheid (TEV) van 17 juli 2019 van de Vlaamse Overheid werd in eind 2019, begin 2020 een nota externe veiligheid opgesteld voor het plangebied met daarin een inschatting van de toekomstige populatie in het plangebied. Deze waarden werden op vraag van TEV als bovengrenzen opgenomen in het ontwerp-RUP zoals voorlopige vastgesteld op 29 juni 2020.
Tijdens het openbaar onderzoek werden bezwaren geuit tegen de in de nota externe veiligheid aangenomen toekomstige aantallen aanwezige personen in het plangebied. Na bijkomend onderzoek werden nieuwe cijfers onderzocht en verwerkt in een nieuwe nota externe veiligheid.
Op 30 april 2021 ontving de stad een nieuw advies van de dienst TEV op deze nota. Het advies stelt dat, mits inachtneming van de beperkingen van de populatie, het RUP te verzoenen is met de aanwezigheid van de Seveso-inrichtingen, en beslist daarom dat bij het RUP geen veiligheidsrapport moet worden gemaakt. Voor TEV gelden deze aantallen als te hanteren bovengrenzen.
Verschillende partijen gaven aan dat de bovengrenzen niet representatief zijn. Na bijkomend onderzoek werden nieuwe cijfers onderzocht en verwerkt in een nieuwe nota externe veiligheid.
Op 8 februari 2023 ontving de stad een bijgesteld advies van TEV op deze nota. Het advies stelt dat gelet op het feit dat het RUP de vestiging van Seveso-inrichtingen niet toelaat en gelet op het feit dat binnen het RUP wel aandachtsgebied aanwezig en gepland is binnen de consultatiezone van bestaande Seveso-inrichtingen en gelet op het feit dat het Team Externe Veiligheid voldoende zicht heeft op het externe mensrisicobeeld van deze Seveso-inrichtingen om te besluiten dat het plan te verzoenen is met de aanwezigheid van deze inrichtingen, verwacht het Team Externe Veiligheid geen aanzienlijke effecten op het vlak van de externe veiligheid. Het team Externe Veiligheid beslist op voorwaarde van opname van drie voorstellen van stedenbouwkundige voorschriften dat bij het RUP ‘Sint-Anneke Plage’ geen ruimtelijk veiligheidsrapport moet opgemaakt worden.Stap | Datum |
collegebesluit: proces- en richtnota | 28 oktober 2016 (jaarnummer 9238)
|
GECORO: advies proces- en richtnota | 2 november 2016 |
districtsraad Antwerpen: advies | 19 december 2016 (jaarnummer 241) |
collegebesluit: kennisname voorontwerp-RUP | 7 juli 2017 (jaarnummer 6025) |
GECORO: advies voorontwerp-RUP | 6 september 2017 |
districtsraad Antwerpen: advies voorontwerp-RUP | 18 september 2017 (jaarnummer 145) |
plenaire vergadering en adviezen | 3 oktober 2017 |
beslissing MER | 30 oktober 2017 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om ontwerp-RUP voorlopig vast te stellen | 14 juni 2019 (jaarnummer 4892) |
gemeenteraad: voorlopige vaststelling ontwerp-RUP | 24 juni 2019 (jaarnummer 457) |
ontvangst bijgesteld advies Team Externe Veiligheid (TEV) | 19 juli 2019 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om besluit 24 juni 2019 in te trekken en ontwerp-RUP voorlopig vast te stellen | 12 juni 2020 (jaarnummer 5199) |
gemeenteraad: intrekking besluit 24 juni 2019 en voorlopige vaststelling ontwerp-RUP | 29 juni 2020 (jaarnummer 440) |
openbaar onderzoek | 17 augustus 2020 t.e.m. 15 oktober 2020 |
GECORO advies | 12 januari 2021 |
advies TEV | 30 april 2021 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om RUP definitief vast te stellen | 15 juni 2021 (jaarnummer 5085) |
gemeenteraad: afvoering definitieve vaststelling RUP | 28 juni 2021 (jaarnummer 445) |
advies TEV | 8 februari 2023 |
collegebesluit: intrekking besluit 15 juni 2021 en voorstel aan gemeenteraad om ontwerp-RUP voorlopig vast te stellen | 8 september 2023 (jaarnummer 6152) |
gemeenteraad: voorlopige vaststelling ontwerp-RUP | 25 september 2023 (jaarnummer 616) |
openbaar onderzoek | 16 oktober 2023 t.e.m. 14 december 2023 |
GECORO advies | 8 februari 2024 |
collegebesluit: voorstel aan gemeenteraad om RUP definitief vast te stellen | 12 april 2024 |
gemeenteraad: definitieve vaststelling RUP | 29 april 2024 |
schorsingsperiode | 45 dagen |
publicatie Belgisch Staatsblad | juni 2024 |
Het ontwerp-RUP doorliep een openbaar onderzoek, dat liep van 16 oktober 2023 t.e.m. 14 december 2023. Tijdens deze periode werd het ontwerp-RUP ter advies voorgelegd aan (decretaal verplichte) adviesinstanties en de bevolking. De Provincie Antwerpen en het Departement Omgeving hebben geen advies uitgebracht. Het openbaar onderzoek leverde verder in totaal 1 ingediend bezwaarschrift op. De behandeling van het bezwaar is verwerkt in het advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO).
De GECORO bundelde, coördineerde en behandelde de bezwaren van het openbaar onderzoek. De Provincie Antwerpen en het Departement Omgeving hebben geen advies uitgebracht. Het openbaar onderzoek leverde verder in totaal 1 ingediend bezwaarschrift op.
De GECORO adviseert op basis hiervan het volgende:
Grafisch plan als volgt aan te passen:
Het grafisch plan werd aangepast conform het advies.
Toelichtingsnota als volgt aan te passen :
Van: (…) Vista’s kunnen ook betrekking hebben op bijvoorbeeld uitkijkpunten, ruimtelijke assen, functionele assen, …
Naar (…) Vista’s zijn open ruimten die ook betrekking kunnen hebben op bijvoorbeeld uitkijkpunten, ruimtelijke assen, functionele assen, …
De toelichtingsnota werd aangepast conform het advies.
Stedenbouwkundige voorschriften als volgt aan te passen:
van: Deze indicatieve aanduiding is bedoeld voor de aanleg van verharde en/of groene publieke verblijfsruimten die als toegangsruimten fungeren en/of doorzichten garanderen richting de dijk en/of verder naar de Schelde. (…)
naar: Deze indicatieve aanduiding is bedoeld voor de aanleg van verharde en/of groene publieke verblijfsruimten die als toegangsruimten fungeren en doorzichten garanderen richting de dijk en/of verder naar de Schelde. De relatie binnen- en buitendijkse ruimte wordt hersteld. (…)
Het college volgt het advies niet.
De bijkomende toevoeging ‘De relatie binnen- en buitendijkse ruimte wordt hersteld.’ aan het stedenbouwkundige voorschrift creëert onduidelijkheid. Zowel voor de vergunningaanvrager als -verlener is het niet duidelijk hoe dit geïnterpreteerd moet worden.
Deze zin wordt niet weerhouden in het definitieve voorschrift.
Er is een onderscheid tussen de vista’s in het verlengde van de Gloriantlaan en de Charles De Costerlaan, die in het verlengde van de straten liggen, en de derde toegang in de Scheldebocht ter hoogte van de huidige jachthavenweg richting ponton waarbij de verbindende kwaliteit van deze as veel nadrukkelijker van belang is dan het doorzicht. De GECORO acht het daarom van belang om een onderscheid te maken tussen de uiterste vista’s en deze in het midden, aan de Scheldebocht. Zij achten het noodzakelijk om hiervoor een andere term te gebruiken met een eigen voorschrift. Ze adviseren om het volgend voorschrift te koppelen aan de voorgestelde overdruk ‘passage’ in de Scheldebocht:
Deze aanduiding is bedoeld voor de aanleg van een verharde en/of groene verblijfsruimte die een trage publieke doorgang (passage) in de Scheldebocht verwezenlijkt. De passage brengt de bezoeker naar de dijk en de waterbushalte en ook terug.
De bestaande hoogstammige bomen dienen maximaal behouden te worden en mogen enkel gekapt of gerooid worden in functie van veiligheidsoverwegingen, ziekte, in functie van de dijkwerken, in functie van het realiseren van een verblijfsruimte en/of om een voldoende breedte te garanderen met het oog op haar functie als publieke doorgang.
Het college volgt het advies gedeeltelijk.
Het college is van oordeel dat er een bijkomend voorschrift rond passage opgenomen moet worden. Echter dient de term waterbushalte in het voorschrift vervangen te worden door steiger. Indien er in de toekomst geen waterbus meer zou aanmeren op deze locatie blijft het voorschrift overeind.
“Een verharde en/of groene verblijfsruimte die een trage publieke doorgang (passage) realiseert, die als toegangsruimte functioneert en de bezoeker van en naar de Scheldebocht brengt ter hoogte van de waterbushalte.”
Het college is van oordeel dat het begrip ‘passage’ in de terminologielijst verduidelijkt moet worden. Conform haar eerder gestelde standpunt dient de term ‘waterbushalte’ in de definitie vervangen te worden door steiger. Indien er in de toekomst geen waterbus meer zou aanmeren op deze locatie blijft de definitie overeind.
Hebben zich onthouden: Groen.
De gemeenteraad beslist het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Sint-Anneke Plage , district Antwerpen definitief vast te stellen.
Dit RUP, met Algplanid_RUP_11002_214_10024_00001, bestaat uit een grafische plan, het grafisch register plancompensatie, een plan van de bestaande feitelijke en juridische toestand, de stedenbouwkundige voorschriften en een toelichtingsnota.
Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De gewestelijke omgevingsvergunningscommissie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen;
- het dossier aan de gemeenteraad voor te leggen voor beslissing over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen.
Projectnummer: | OMV_2023007092 |
Gegevens van de aanvrager: | NV LEM Antwerpen met als contactadres Luchthavenlei 1 te 2100 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: | NV LEM Antwerpen (0536616371) met als contactadres Luchthavenlei 1 te 2100 Antwerpen |
Ligging van het project: | Luchthavenlei zonder nummer te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | sectie A nrs. 238C, 239A, 240G, 240E, 240A, 240D, 250H, 280A2, 280G, 280H, 280N, 280K, 280F, 280M, 280P, 280R, 280S, 280L, 280Z, 280E, 282C, 291B, 295F, sectie B nrs. 196E, 198_, 224_, 225A, afdeling 32 sectie B nrs. 640H, 652_, 653_, 654P2, 654E, 654G, 654R2, 656D2, 656F, 656G, 656H, 656L, 656M, 656R, 656X, 656B2, 656C2, 656E2, 656F2, 656G2, 657C, 663A, 663E, 663F, 663K, 663L, 663S, 663T, 663V, 663W, 663X, 664A, 667A, 668_, 669A, 670C, 670G, 670/2B, 670F, 671B, 671C, 672B, 672G, 673B, 675C, 675D, 675G, 675P, 676_, 677_, 678_, 679A, 680A, 683B, 684_, 685K, 686C, 687B, 687C, 688B, 688E, 689_, 690_, 691_, 692N, 692P, 692L2, 715X, 715Y, 719D, 719E, 719L, 719N, 722_, 723_, 724K, 725A, 728A, 729A, 730A, 730B, 732K, 732H, 732D, 732B, 733_, 734_, 735_, 736_, 736A, 737A, 738C, 738D, 738B, 739B4, 739R3, 739S3, 739T3, 739V3, 739X3, 739Z3, 739A4, 752B, 752V, 752T, 752S, 752R, 752N, 753L, 753H, 753G, 754V, 754W, 757C, 758G, 758H, 762_, 763A, 763B, 764_, 765_, 766_, 767_, 768A, 769E, 769G, 771D, 771E, 771G, 773Y4, 773W4, 773T4, 773X4, 773L3, 773D2, 773R4, 773N4, 773M4, 773F2, 786N, 786P, 786M, 787B, 788_, 789A, 789B, 790A, 791A, 792A, 795C, 799D, 799P, 800E, 800F, 800G, 801_, 802A, 803_, 804A, 806_, 807_, 808_, 809E, 809F, 811R2, 811D2, 811V, 811W, 811X, 811P, 811E2, 811S, 811T, 811H2, 811P2, 811K2, 811F2, 811N2, 811L2, 811M2, 811G2, 811E, 811F, 811H, 817R, 817P en 821Y3 |
waarvan: |
|
- 20171025-0030 | afdeling 32 sectie B nrs. 652_, afdeling 196E, afdeling 32 768A, 732K, 675D, 675C, 786P, 739A4, 654G, 811H, 653_, 787B, 753H, afdeling 224_, afdeling 32 732B, 656F, 739B4, 732H, 752N, 675G, 811E, 786M, 728A, 752S, 737A, 773X4, 809F, 757C, 802A, 773Y4, 788_, afdeling sectie A nrs. 280L, afdeling 32 sectie B nrs. 800E, 773M4, afdeling sectie A nrs. 280Z, afdeling 32 sectie B nrs. 677_, 685K, 790A, 663T, 670C, 811R2, 799D, afdeling sectie A nrs. 280M, afdeling 32 sectie B nrs. 811K2, afdeling sectie A nrs. 280P, afdeling 32 sectie B nrs. 670G, afdeling sectie A nrs. 280F, afdeling 32 sectie B nrs. 807_, 679A, afdeling 225A, afdeling 32 663L, 758H, 739R3, 730B, 663K, 811N2, 640H, 690_, 754W, 773T4, 795C, 767_, 671B, 663W, 663S, 684_, 656G2, 688E, 821Y3, 806_, 773W4, 688B, 773R4, 734_, 686C, 670F, 738D, afdeling sectie A nrs. 280R, afdeling 32 sectie B nrs. 676_, 763B, 671C, 715X, 800G, afdeling 198_, afdeling 32 663V, 800F, 773N4, 715Y, 736A, 656L, 739V3, 729A, 667A, 719D, 656R, 678_, 811V, 656M, 792A, afdeling sectie A nrs. 239A, afdeling 32 sectie B nrs. 719L, 811P, 736_, afdeling sectie A nrs. 280G, afdeling 32 sectie B nrs. 656X, 654E, 811M2, 732D, 739S3, afdeling sectie A nrs. 280A2, afdeling 32 sectie B nrs. 733_, 738C, 656G, 725A, 668_, 663A, 811D2, 811X, 811P2, 723_, 773L3, 752B, afdeling sectie A nrs. 291B, afdeling 32 sectie B nrs. 752R, 764_, 811F, 670/2B, 691_, 803_, afdeling sectie A nrs. 240G, afdeling 32 sectie B nrs. 752V, 680A, 669A, 817R, 692L2, 804A, 811G2, 811S, 739X3, 811E2, 656D2, afdeling sectie A nrs. 240A, afdeling 32 sectie B nrs. 724K, afdeling sectie A nrs. 238C, afdeling 32 sectie B nrs. 753G, 683B, 789A, 769G, afdeling sectie A nrs. 240D, afdeling 32 sectie B nrs. 801_, 766_, 722_, 675P, 789B, afdeling sectie A nrs. 280K, 295F, 250H, afdeling 32 sectie B nrs. 817P, afdeling sectie A nrs. 280N, 240E, afdeling 32 sectie B nrs. 791A, 754V, 771G, 773F2, 656C2, 692P, 664A, 811L2, 719N, 753L, afdeling sectie A nrs. 280H, afdeling 32 sectie B nrs. 672B, 657C, 811T, 730A, 735_, 786N, 808_, 765_, 656H, 758G, 752T, 663X, 687B, 811H2, 811F2, 771D, 689_, 692N, 771E, 672G, 809E, 738B, afdeling sectie A nrs. 280S, afdeling 32 sectie B nrs. 673B, 763A, 663E, afdeling sectie A nrs. 282C, 280E, afdeling 32 sectie B nrs. 656E2, 799P, 656F2, 769E, 687C, 739T3, 773D2, 654R2, 656B2, 739Z3, 663F, 811W, 762_, 719E en 654P2 (Luchthaven Antwerpen) |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | Hernieuwing Luchthaven Antwerpen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Onderstaande beschrijving beperkt zich tot het onderwerp van de aanvraag.
Vergunde toestand
Zie nota ‘BA_ALGEMEEN_Toelichtingsnota bij vergunde toestand’, ‘overzicht vergunningen – plan dd. 20230615’ & ‘Vermoeden van vergunning dd. 9 november 1979’.
- functie: luchthavencomplex (gemeenschapsvoorziening) met bijhorende infrastructuur, gebouwen en constructies;
- bouwvolume: gebouwencomplex van 1 tot 3 bouwlagen waaronder het luchthavengebouw, brandweergebouw en verschillende loodsen;
- gevelafwerking:
luchthavengebouw:
brandweergebouw:
- inrichting: voor luchthaven gebruikelijke infrastructuur, verhardingen en constructies, zoals de landingsbaan, parking, wegen, enz.
Bestaande toestand
De bestaande toestand wijkt af van de vergunde toestand.
Nieuwe toestand
Overeenkomstig de vergunde toestand met volgende aanvullingen/ wijzigingen:
- functie ongewijzigd: luchthavencomplex (gemeenschapsvoorziening) met bijhorende infrastructuur, gebouwen en constructies;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
luchthavengebouw:
brandweergebouw:
- inrichting ongewijzigd: voor luchthaven gebruikelijke infrastructuur, verhardingen en constructies, zoals de landingsbaan, parking, wegen, enz.
- de in onbruik geraakte wegenis wordt afgeschaft en gedesaffecteerd.
Inhoud van de aanvraag
- plaatsen van technische installaties;
- wijzigen van de voorgevels van het luchthavengebouw;
- wijzigen van de gevels van het brandweergebouw;
- bouwen van een geluiddempende wand;
- bouwen van een luifel aan het luchthavengebouw;
- plaatsen van publiciteit;
- afschaffen en desaffecteren van gemeentewegen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Artikel 31 en 32 van het Omgevingsvergunningsdecreet stellen dat als de vergunningsaanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, de gemeenteraad een beslissing over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein, neemt voor de bevoegde overheid een beslissing neemt over de aanvraag.
Adviezen met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 13 februari 2024 | 25 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant | 13 februari 2024 | 29 maart 2024 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) | 21 februari 2024 | 27 februari 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Visit Antwerpen | 21 februari 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Sporting A & Sociaal Ruimtelijke Veiligheid - Trage wegen | 21 februari 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 21 februari 2024 | 11 maart 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 21 februari 2024 | 15 maart 2024 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 21 februari 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing aan de doelstellingen en principes van het gemeentewegendecreet
Binnen het gebied van de luchthaven van Deurne liggen nog enkele gemeentewegen die zijn opgenomen in de Atlas der buurtwegen en nog niet zijn opgeheven. Het terrein is al geruime tijd afgesloten en de gemeentewegen zijn dus al lange tijd niet meer in gebruik.
Motivatie voor het wijzigen, verplaatsen of afschaffen van een gemeenteweg
Het luchthaventerrein is volledig omheind en niet toegankelijk om veiligheidsredenen. Op een plan van 1957 is al te zien dat er rondom de luchthaven een omheining staat. Er zijn ook foto's toegevoegd aan het dossier uit 1947, 1963 en 1973 waarop de omheining duidelijk te zien is. Hieruit kan worden afgeleid dat de voet- en buurtwegen die zich nog op het terrein van de luchthaven bevinden al minstens 70 jaar niet toegankelijk zijn en dus ook niet worden gebruikt.
Bovendien zijn er door de jaren heen verschillende vergunningen afgegeven waarin geen opmerkingen werden gemaakt over de gemeentewegen die over het terrein lopen. Het gewestplan geeft duidelijk aan dat het gebied als luchthaven is bestemd en ook het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bevestigt dit als luchthavengebied. Publiek toegankelijke wegen kunnen niet gecombineerd worden met de functie als luchthaven vanwege veiligheidsredenen.
Deze factoren vormen de basis voor de gemeenteraadsbeslissing om de buurtwegen die nog op het terrein van de luchthaven van Deurne liggen op te heffen.
De aanvraag omvat een rooilijnplan met de benamingen 'algemeen rooilijnplan deel 1', 'algemeen rooilijnplan deel 2' en 'algemeen rooilijnplan deel 3'. Op deze rooilijn plannen zijn volgende buurtwegen weergegeven:
Wegontwerp, ontsluiting, mobiliteit en verkeersveiligheid
Het afschaffen van de gemeentewegen vormt geen belemmering voor de ontsluiting van de buurt, de mobiliteit of de verkeersveiligheid.
Bespreking van de adviezen met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Het agentschap Wegen en Verkeer geeft een gunstig advies. Het advies heeft geen betrekking op gemeentewegen.
Het Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) bezorgt geen advies, waardoor gesteld kan worden dat zij akkoord gaan met de afschaffing van de buurtwegen.
Sporting A & Sociaal Ruimtelijke Veiligheid - Trage wegen bezorgde geen advies waardoor gesteld kan worden dat zij akkoord gaan met de afschaffing van de buurtwegen.
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte bezorgde geen advies waardoor gesteld kan worden dat zij akkoord gaan met de afschaffing van de buurtwegen.
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen bezorgde een advies. Het advies heeft echter geen betrekking op het afschaffen van de buurtwegen waardoor gesteld kan worden dat zij hiermee akkoord gaan.
Ondernemen en Stadsmarketing/ Visit Antwerpen bezorgde geen advies waardoor gesteld kan worden dat zij akkoord gaan met de afschaffing van de buurtwegen.
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit bezorgde een advies. Er werden voorwaarden gesuggereerd voor onder andere het opmaken van een toekomstvisie voor de bereikbaarheid van de luchthaven van Deurne. Het advies heeft echter geen betrekking op het afschaffen van de buurtwegen waardoor gesteld kan worden dat zij hiermee akkoord gaan.
Waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de wijziging
Het rooilijnplan bevat een aantal berekeningen van de waardevermeerdering of waardevermindering van de gronden ten gevolge van de wijziging van de gemeenteweg overeenkomstig met artikel 28 van het gemeentewegendecreet.
Deze zijn in volgende dossierstukken opgenomen:
De grondafstand gebeurt echter kosteloos, waardoor er geen waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ontstaat ten gevolge van de wijziging van de gemeenteweg.
Hiermee wordt akkoord gegaan gezien het decennia lange onbruik van de wegen.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 13 februari 2024 |
Start openbaar onderzoek | 22 februari 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 22 maart 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | 29 april 2024 |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
22 februari 2024 | 22 maart 2024 | 131 | 8 | 1 | 4658 |
Bespreking van de bezwaren met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Stad Antwerpen ontving 4.796 bezwaarschriften, waarvan 4.658 digitale en 138 schriftelijke.
Deze bezwaarschriften werden gebundeld en gezamenlijk beoordeeld. Voor de gemeenteraadsbeslissing voor het opheffen van de gemeentewegen zijn enkel onderstaande bezwaren relevant:
Bezwaar 446:
"De vraag tot afschaffing van buurtwegen en een gemeenteweg kan in de aanvraag vermeld worden, maar dient een afzonderlijke procedure bij de respectievelijke gemeenten te doorlopen."
Beoordeling: Dit bezwaar is ongegrond.
De afschaffing van de buurtwegen vormt onderdeel van de aanvraag via de geïntegreerde procedure. De afschaffing van de buurtwegen wordt geagendeerd op de gemeenteraad in de betreffende gemeenten.
Gemeentewegendecreet artikel 12 zegt het volgende:
§ 2. In afwijking van artikel 11 kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden. Die mogelijkheid geldt voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat.
Als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeentelijk rooilijnplan dat niet in een ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen, neemt de gemeenteraad eerst een beslissing over het al dan niet wijzigen of opheffen van het gemeentelijk rooilijnplan, alvorens te beslissen over de goedkeuring, vermeld in artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
De mogelijkheid, vermeld in het eerste lid, geldt niet als de beoogde wijziging, verplaatsing of opheffing betrekking heeft op een gemeenteweg die in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd is, of op een gemeentelijk rooilijnplan dat in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan is opgenomen. In dat geval gelden de procedureregels voor het opstellen van een ruimtelijk uitvoeringsplan.
Bezwaar 7, bezwaar 176, bezwaar 504, bewaar 522, bezwaar 546, bezwaar 558 en bezwaar 649:
Samenvatting voor het gedeelte gemeentewegen:
“Op het luchthaventerrein lopen enkele gemeentewegen die nooit werden opgeheven. De
LEM vraagt daarvan nu de opheffing. Daarin kan alleen worden toegestemd als vooraf de
landbouwzone in de oorspronkelijke toestand wordt hersteld, de illegale constructies,
zoals de perimeterweg, worden verwijderd en de luchthaven beperkt wordt tot het
vergunde luchthaventerrein ten westen van de R11.”
Beoordeling: Dit bezwaar is ongegrond.
Het opheffen van een gemeenteweg verloopt volgens de bepalingen van het gemeentewegendecreet. Er zijn geen bepalingen opgenomen zoals deze die hierboven zijn vermeld.
Bezwaar 653:
Samenvatting voor het gedeelte gemeentewegen:
“Conform artikel 4 van het Gemeentewegendecreet kan een afschaffing van een
gemeenteweg enkel in het algemeen belang worden gemotiveerd is dit een
uitzonderingsmaatregel. Het is duidelijk dat de afschaffing van deze weg enkel de
private exploitatie van aanvrager dient. Indien de percelen waarop deze gemeenteweg
is ingericht niet illegaal waren ingelijfd in het luchthavendomein, had deze
gemeenteweg uiteraard wel nog haar ontsluitingsdoel kunnen bewerkstelligen (vb
door verbinding met nieuwe gemeenteweg/trage weg).
De afschaffing van deze gemeenteweg gaat dan ook in tegen de principes van het
gemeentewegendecreet.”
Beoordeling: Dit bezwaar is ongegrond.
Met de gewestplanbestemming als luchthavengebied en de bevestiging hiervan in het GRUP afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen als luchthavengebied blijkt het algemeen belang. De gemeentewegen die over de contouren van het gebied lopen kunnen dus worden afgeschaft binnen de doelstellingen van het gemeentewegendecreet en kaderen ook binnen het algemeen belang. Ook de verkeersveiligheid en de ontsluiting komen niet in het gedrang door het opheffen van de gemeentewegen.
Informatievergadering
Over de aanvraag werd een informatievergadering georganiseerd op 29 februari 2024.
De gemeenteraad neemt kennis van het volledig aanvraagdossier en de bijhorende plannen voor wat betreft de ‘aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg’.
De gemeenteraad beslist de ongegronde bezwaren over de ‘aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg’ te verwerpen.
De gemeenteraad beslist zijn goedkeuring te hechten aan de bijgevoegde rooilijnplannen/ opheffingsplannen: 'algemeen rooilijnplan deel 1', 'algemeen rooilijnplan deel 2' en 'algemeen rooilijnplan deel 3’.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023122342 |
Gegevens van de aanvrager: | Antwerpen met als adres Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Kielsbroek ZN te 2020 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 9 sectie I nrs. 2479F2, 2479X, 2479E2, 2650G, 2650E, 2651N, 2651P, 2651K, 2651M, 2651/2_, 2651T, 2651S, 2652Z, 2652V, 2652H, 2652E2, 2652C, 2652S, 2652K, 2652G, 2652F2 en 2652D2 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | heraanleggen van Kielsbroek, terreinaanlegwerken en vellen van bomen |
Omschrijving aanvraag
Relevante voorgeschiedenis
Bestaande toestand
Nieuwe toestand
Inhoud van de aanvraag
Het Omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014, meermaals gewijzigd, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten en het Gemeentewegendecreet van 3 mei 2019 zijn van toepassing.
Artikel 31 en 32 van het Omgevingsvergunningsdecreet stellen dat als de vergunningsaanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, de gemeenteraad een beslissing over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein, neemt voor de bevoegde overheid een beslissing neemt over de aanvraag.
Adviezen met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 20 december 2023 | 23 januari 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 20 december 2023 | 12 februari 2024 | Ongunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 6 maart 2024 | 3 april 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing aan de doelstellingen en principes van het gemeentewegendecreet
Voor een gedetailleerde beschrijving van de aan te leggen, te wijzigen, te verplaatsen of op te heffen gemeenteweg(en) wordt verwezen naar de nota, door de aanvrager gevoegd bij het aanvraagdossier B26 Beschrijvende nota en als bijlage gevoegd bij dit besluit.
De aanvraag bevat een rooilijnplan Rooilijnplan Kielsbroek 20231128 waarin de toekomstige situatie van de rooilijnen wordt weergegeven.
Motivatie voor het wijzigen, verplaatsen of afschaffen van een gemeenteweg
De wijzigingen van de rooilijn zorgen ervoor dat er meer plaats is voor het beantwoorden aan de gevraagde parkeervoorzieningen en zorgen ervoor dat er voldoende ruimte is voor het aanleggen van een vrij liggend, dubbelrichting fietspad, vrij liggende voetpaden, een optimaal berijdbare rijweg en volwaardige groene ruimtes. In die zin staan de wijzigingen van de rooilijn ten dienste van het algemeen belang.
Wegontwerp, ontsluiting, mobiliteit en verkeersveiligheid
Fietspaden in roodbruine asfaltverharding met een breedte van 3,5 m aan de west- en noordzijde van Kielsbroek.
Voetpaden in betonstraatstenen met een breedte van 1,9 aan de westzijde van Kielsbroek.
Rijbaan in asfaltverharding met een breedte van 6,4 m.
Langsparkeerstroken in kasseien zonder waterdoorlatende voeg aan weerszijde van Kielsbroek.
Kielsbroek is volledig publiek toegankelijk en sluit in het noorden aan de Generaal Armstrongweg aan en in het zuiden aan de Emiel Vloorsstraat aan.
De uitvoering van de nieuwe fietspaden en de voetpaden zorgen voor een herwaardering van een fijnmazig netwerk van trage wegen.
Bespreking van de adviezen met betrekking tot de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.
De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
Waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de wijziging
Het rooilijnplan bevat geen berekening van de eventuele waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de wijziging van de gemeenteweg overeenkomstig artikel 28 van het gemeentewegendecreet.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 27 oktober 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 20 december 2023 |
Start openbaar onderzoek | 2 januari 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 31 januari 2024 |
Beslissing aanvaarding wijzigingsaanvraag | 6 maart 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | 29 april 2024 |
Uiterste beslissingsdatum | 2 juli 2024 |
Naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
2 januari 2024 | 31 januari 2024 | 0 | 0 | 0 | 0 |
De gemeenteraad neemt kennis van het volledig aanvraagdossier en de bijhorende plannen voor wat betreft de ‘aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg’.
De gemeenteraad beslist zijn goedkeuring te hechten aan het bijgevoegde rooilijnplan ‘Rooilijnplan Kielsbroek 20231128’.
De gemeenteraad beslist zijn goedkeuring te hechten aan de ligging, breedte en uitrusting van ‘Kielsbroek’ onder volgende voorwaarden:
Voorwaarden
De gemeenteraad keurde in zitting van 28 juni 2021 het politiereglement ‘Algemeen reglement privatieve ingebruikname openbare weg voor horecaterrassen’ (jaarnummer 442) goed.
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet
De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari 2014. Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Het nieuwe algemeen reglement introduceerde tal van nieuwe begrippen en hield een doorgedreven vereenvoudiging van het toenmalig geldende politiereglement in.
Heel wat strategische horecakernen en de daarbij horende reglementen bestaan reeds ettelijke jaren en zijn bijgevolg niet meer geheel in overeenstemming met het nieuwe algemene reglement. De reglementen van de strategische zones moeten in overeenstemming gebracht worden met het algemeen reglement.
Deze opdracht brengt meteen de opportuniteit met zich mee om ook de reglementering van de strategische zones grondig te vereenvoudigen op regulerend en planmatig vlak. De vereenvoudiging bestaat erin door overbodige voorschriften te schrappen. Voorschriften die reeds door het algemeen reglement werden voorzien, worden in het geüpdatete reglement van de strategische horecakern geschrapt.
Het plaatsen van open terrassen op de openbare weg zijn privatieve ingebruiknemingen. Aangezien de openbare weg principieel bestemd is voor publiek gebruik, doet elke privatieve ingebruikneming op de openbare weg afbreuk aan dit algemeen principe. Bovendien vormt elke privatieve ingebruikneming een hinder in de vlotte doorgang voor de weggebruiker, wat de veiligheid niet ten goede komt. Het stadsbestuur kiest daarom voor open terrassen.
Specifiek voor het Eilaindje - Oude Dokken vormen open horecaterrassen een mooi compromis tussen de belangen van de horecasector en het belang van het behoud van het open karakter van de straat.
Voor de deelzones 'Adriaan Brouwerstraat, Entrepotplaats, Godefriduskaai en Napoleonkaai' gelden er geen specifieke bepalingen die afwijken van het algemeen reglement.
De bedrijfseenheid Stadsbeheer staat in voor het snoeien van bomen of opsnoeien van kruinen daar waar gebouwen niet voldoende bereikt kunnen worden door de autoladder, of de brandweg verhinderd wordt.
De gemeenteraad keurt de opheffing van artikel 2 voor wat betreft de 'deelzone Napoleonkaai' bij het besluit van 18 december 2023 (jaarnummer 785) goed. Verder zijn er geen tekstuele wijzigingen aan het besluit.
De gemeenteraad beslist het zoneringsplan Napoleonkaai in bijlage goed te keuren.
De bedrijfseenheid Stadsbeheer staat in voor het snoeien van bomen of opsnoeien van kruinen daar waar gebouwen niet voldoende bereikt kunnen worden door de autoladder, of de brandweg verhinderd wordt
De gemeenteraad keurde in zitting van 28 juni 2021 het politiereglement ‘Algemeen reglement privatieve ingebruikname openbare weg voor horecaterrassen’ (jaarnummer 442) goed.
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet
De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari 2014. Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Het nieuwe algemeen reglement introduceerde tal van nieuwe begrippen en hield een doorgedreven vereenvoudiging van het toenmalig geldende politiereglement in.
Heel wat strategische horecakernen en de daarbij horende reglementen bestaan reeds ettelijke jaren en zijn bijgevolg niet meer geheel in overeenstemming met het nieuwe algemene reglement. De reglementen van de strategische zones moeten in overeenstemming gebracht worden met het algemeen reglement.
Deze opdracht brengt meteen de opportuniteit met zich mee om ook de reglementering van de strategische zones grondig te vereenvoudigen op regulerend en planmatig vlak. De vereenvoudiging bestaat erin door overbodige voorschriften te schrappen. Voorschriften die reeds door het algemeen reglement werden voorzien, worden in het geüpdatete reglement van de strategische horecakern geschrapt.
Het plaatsen van open terrassen op de openbare weg zijn privatieve ingebruiknemingen. Aangezien de openbare weg principieel bestemd is voor publiek gebruik, doet elke privatieve ingebruikneming op de openbare weg afbreuk aan dit algemeen principe. Bovendien vormt elke privatieve ingebruikneming een hinder in de vlotte doorgang voor de weggebruiker, wat de veiligheid niet ten goede komt. Het stadsbestuur kiest daarom voor open terrassen.
Specifiek voor het Schipperskwartier vormen open horecaterrassen een mooi compromis tussen de belangen van de horecasector en het belang van het behoud van het open karakter van de straat.
Voor de deelzone 'Falconplein' geldt er volgende specifieke bepaling:
De eilandterrassen gelegen op het middenplein van het Falconplein moeten op marktdagen volledig verwijderd worden indien ze gelegen zijn in het marktgebied (staan in een andere kleur op het plan). Het plaatsen van afbakeningen is niet toegestaan.
Enkel losse parasols, tafels en stoelen zijn toegestaan als terrasmeubilair.
De detailplannen geven de maximale oppervlakte van de mogelijke terraszones weer.
De gemeenteraad keurt de opheffing van het zoneringsplan in de planbijlage bij het besluit van 25 september 2023 (jaarnummer 595) voor wat betreft de 'deelzone Falconplein' goed. Verder zijn er geen tekstuele wijzigingen aan het besluit.
De gemeenteraad keurt volgende specifieke bepaling voor de deelzone 'Falconplein' goed:
De eilandterrassen gelegen op het middenplein van het Falconplein moeten op marktdagen volledig verwijderd worden indien ze gelegen zijn in het marktgebied (staan in een andere kleur op het plan). Het plaatsen van afbakeningen is niet toegestaan.
Enkel losse parasols, tafels en stoelen zijn toegestaan als terrasmeubilair.
De detailplannen geven de maximale oppervlakte van de mogelijke terraszones weer.
De gemeenteraad beslist het zoneringsplan Schipperskwartier - 'deelzone Falconplein' in bijlage goed te keuren.
Op 17 maart 2008 (jaarnummer 524) keurde de gemeenteraad het ‘stedelijk politiereglement voor de privatieve ingebruikname van de openbare weg voor open horecaterrassen’ goed.
Op 28 februari 2011 (jaarnummer 206) keurde de gemeenteraad de actualisering van het 'politiereglement voor de privatieve ingebruikname van de openbare weg voor open horecaterrassen’ goed.
Op 16 december 2013 (jaarnummer 754) keurde de gemeenteraad de wijzigingen van het ‘politiereglement voor de privatieve ingebruikname van de openbare ruimte voor open horecaterrassen’ goed.
Op 7 maart 2018 nam het management team kennis van het procesmanagement - BPM-traject - ketenproces 'Ondernemen volgens (minder) regels'. De herziening van de stedelijke reglement is een onderdeel daarvan, vereenvoudigen van terrasvoorschriften.
Op 28 juni 2021 (jaarnummer 442) hief de gemeenteraad haar besluit van 16 december 2013 (jaarnummer 754) op en keurde het 'algemeen reglement privatieve ingebruikname openbare weg voor open horecaterrassen' goed.
Op 2 april 2024 werd het nieuw reglement ter advies voorgelegd aan het overleg met de horeca-sector. Het advies wordt toegevoegd bij het besluit.
Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet:
De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
Meer bepaald en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd:
Artikel 40, § 3 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de gemeenteraad de gemeentelijke reglementen vaststelt
Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.
Artikel 119 bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet treedt in werking op 1 januari 2014.
Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: De gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
Artikel 2 §1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: De gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
Artikel 4 § 5 van deze wet bepaalt: Indien de gemeenteraad in zijn reglementen of verordeningen de mogelijkheid voorziet om de administratieve geldboete ten aanzien van minderjarigen, wint hij vooraf het advies in betreffende dat reglement of die verordening van het orgaan of de organen die een adviesbevoegdheid hebben in jeugdzaken, voor zover het aanwezig is of zij aanwezig zijn in de gemeente.
Artikel 6 §1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege.
De stad Antwerpen is een bruisende, aangename stad waar terrassen een belangrijk deel uitmaken van de (historische) pleinen of straten. Met dit terrassenreglement worden de basisprincipes vastgelegd waarbij we enerzijds de stedelijke horeca haar plaats willen geven, en anderzijds ook het gezellige en historische karakter van de stad als woonstad willen behouden met respect voor onze bewoners en bezoekers.
Vermits horecaterrassen geplaatst worden op het openbaar domein dient immers rekening te worden gehouden met onder andere de openbare (brand)veiligheid en rust, doorgang voor veiligheidsdiensten, gebruik door voetgangers en fietsers en de andere stedelijke functies en activiteiten.
Waarom een nieuw reglement?
Het reglement voor open horecaterrassen uit 2021 heeft na enkele jaren nood aan meer verduidelijking in functie van handhaving, veiligheid en om een betere balans te creëren tussen de horeca en de stad als woonstad bij het gebruik van het openbaar domein. Tegelijk biedt dit nieuw reglement ook meer rechtszekerheid voor de sector in het algemeen en in het bijzonder de mogelijkheid voor het winterproof maken van terrassen gedurende een beperkte periode van het jaar.
De verduidelijkingen gaan onder andere over:
Toepassingsgebied
Het nieuwe reglement is van toepassing op de inname van het openbaar domein door open horecaterrassen, gelegen op het grondgebied Antwerpen, onverminderd de code van politiereglementen en andere stedelijke reglementen.
Voor de strategische horecakernen kunnen bijzondere specifieke reglementen en plannen gelden (raadpleegbaar op https://www.antwerpen.be/product/terrastoelating). Deze bijzondere specifieke reglementen primeren desgevallend op de bepalingen van dit nieuw terrassenreglement, tenzij anders bepaald. Voor de strategische horecakernen is dit terrassenreglement dus enkel aanvullend van toepassing.
Voor het plaatsen van een terras op het openbaar domein is een voorafgaande toelating van de burgemeester vereist. De bepaling dat de toelating strikt persoonlijk, niet verhandelbaar en niet overdraagbaar is en dat de terraszone niet in bruikleen kan gegeven worden, is een noodzakelijke verduidelijking en geldt ook op lopende (al dan niet commerciële) overeenkomsten tussen twee private partijen (bvb gebruik van een terras door een buur). Het algemeen belang bestaat namelijk in de noodzaak om het openbaar domein te onttrekken uit de private sfeer van het overeenkomstenrecht. De beheerder van het openbaar domein heeft het recht om zelf te bepalen wie en onder welke voorwaarden dit openbaar domein privatief gebruikt mag worden. Dit recht wordt de beheerder ontnomen als het openbaar domein buiten haar wil om het voorwerp kan uitmaken van privatieve (commerciële) overeenkomsten. Het gaat hierbij om een verduidelijking van het reeds voordien bestaande uitgangspunt over het toekennen van terrastoelatingen.
Winterperiode
Gelet op de winterse weersomstandigheden kunnen de gevelterrassen die over een terrastoelating beschikken, in afwijking op de algemene regels van dit reglement, jaarlijks uitzonderlijk omgevormd worden tot winterproof terrassen. Nadien moet het terras terug in zijn reguliere situatie omgevormd worden.
De regeling rond winterproof terrassen is uitzonderlijk en expliciet gebonden aan de winterperiode (1 oktober – 31 maart van het navolgende jaar). Dit kan bijvoorbeeld eenvoudig via verstelbare, verwijderbare of inklapbare afbakeningen. Winterproof maken van terrassen is beperkt tot de vergunde gevelterrassen daar enkel deze terrassen logisch aansluiten bij de inpandige horecazaak, teneinde overmatige geluidsoverlast en andere vormen van overlast te beperken en in functie van het gewenste open straatbeeld.
De aanvrager van een eilandterras krijgt tijdens de aanvraagprocedure vanaf nu ook de optie om een aangepaste taks aan te vragen wanneer tijdens de winterperiode het eilandterras wordt afgebroken en weggehaald.
Balans
De stad wenst haar horecaondernemers te ondersteunen door de mogelijkheid te bieden om een deel van het openbaar domein te gebruiken. Zo werden de terrasplannen voor de strategische horecakernen recentelijk niet enkel geactualiseerd op vlak van veiligheid maar ook vanuit opportuniteiten voor de horeca. Tegelijkertijd wenst de stad een gezonde balans te houden tussen horeca en wonen. Met dit geactualiseerd reglement wordt beter gewaakt over de omvang van terrassen, de relatie van terrassen tot de horecazaak, wordt een eilandterras op parkeerplaatsen meer afhankelijk gemaakt van de mobiliteitssituatie en de mate waarin men reeds over een terras beschikt en wordt strikter gekeken naar het beschikken over de juiste functie en omgevingsvergunning en het aanmelden van de horecazaak als publiek toegankelijke inrichting.
Inwerkingtreding
Dit terrasreglement treedt in werking op 1 mei 2024 en is onmiddellijk van toepassing op de terrastoelatingen aangevraagd vanaf 1 mei 2024 en op de bestaande terrastoelatingen.
Het is noodzakelijk dat alle bepalingen onmiddellijk van toepassing zijn gelet op het algemeen belang en de openbare orde, waaronder de openbare veiligheid. De wijzigingen zijn noodzakelijk in het kader van nodige verduidelijkingen en in het kader van de rechtszekerheid.
Volgende aanvraag- en overgangsbepalingen werden vastgelegd:
Op 2 april 2024 werden de principes van het terrasreglement voorgelegd aan de werkgroep Horeca.
Op 3 april 2024 werd er advies gevraagd aan de Beleidsadviesraad (BAR) detailhandel, horeca en toerisme. Er werd advies gegeven op 16 april 2024. Het advies omvat volgende vragen en punten:
De gemeenteraad heft het reglement ‘Algemeen reglement privatieve inname openbaar domein door middel van een horecaterras ten behoeve van een horecazaak’ op, goedgekeurd door de raad op 28 juni 2021 (jaarnummer 442), met ingang van 1 mei 2024.
De gemeenteraad beslist het 'Algemeen reglement privatieve inname openbaar domein door middel van een horecaterras ten behoeve van een horecazaak' in bijlage goed te keuren, met ingang van 1 mei 2024.
De gemeenteraad keurde op 29 juni 2020 (jaarnummer 423) het huishoudelijk reglement voor de dienstverlening van het Antwerps intern verzelfstandigd agentschap Kinderopvang goed, met ingang vanaf 1 september 2020. Dit huishoudelijk reglement werd overgenomen van het ontbonden autonoom gemeentebedrijf Kinderopvang Antwerpen, met aangepaste gegevens over rechtsvorm, verzekeringspolissen en facturering.
De gemeenteraad keurde op 23 oktober 2023 (jaarnummer 680) de gewijzigde versie van het huishoudelijk reglement voor de dienstverlening van het Antwerps intern verzelfstandigd agentschap Kinderopvang goed, met ingang van 1 januari 2024.
Besluit van de Vlaamse Regering van 22 november 2013 over de vergunningsvoorwaarden en het kwaliteitsbeleid voor kinderopvang van baby's en peuters.
Artikel 40 §3. van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad de reglementen vaststelt en artikel 41, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad deze bevoegdheid niet kan delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 34 van het Besluit van de Vlaamse Regering houdende de vergunningsvoorwaarden en het kwaliteitsbeleid voor gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters stelt dat elke organisator een huishoudelijk reglement dient te hebben dat door de contracthouder voor ontvangst en kennisneming wordt ondertekend.
Het huishoudelijk reglement is een algemeen document dat eenzijdig uitgaat van de organisator en bevat de algemene bepalingen over de werking en de leefregels van de kinderopvanglocatie en is voor elk gezin op dezelfde manier van toepassing.
Jaarlijks evalueert het Antwerps intern verzelfstandigd agentschap Kinderopvang het huishoudelijk reglement en legt wijzigingen ter goedkeuring voor aan de gemeenteraad.
Voor de wijziging van het huishoudelijk reglement dat ingaat op 1 mei 2024 worden onderstaande aanpassingen voorgesteld:
De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan het reglement voor de dienstverlening van het Antwerps intern verzelfstandigd agentschap Kinderopvang ‘huishoudelijk reglement stedelijke kinderopvang Antwerpen' met ingang van 1 mei 2024 goed.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het ‘huishoudelijk reglement stedelijke kinderopvang Antwerpen’.
Op 22 december 2023 (jaarnummer 9289) keurde het college de Oproep 'Warme ontmoetingsplek met (preventief) zelfzorg aanbod voor studenten in GATE15' goed.
Op 29 maart 2024 (jaarnummer 2706) werd het resultaat van de oproep voorgelegd aan het college ter goedkeuring. Het college keurde de selectie van het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Antwerpen vzw, Lange Lozanastraat 200, 2018 Antwerpen, ondernemingsnummer 0455.608.604 goed.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit met de basisprincipes voor het ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Met de oproep ‘Warme ontmoetingsplek met (preventief) zelfzorg aanbod voor studenten in GATE15' ging de stad Antwerpen op zoek naar organisaties die voor, door en met studenten een plek kunnen creëren met aandacht voor verbinding en welzijn voor studenten op de site GATE15. Een inspirerende plek die studenten versterkt, ook in functie van hun vaardigheden met betrekking tot ondernemen en het opnemen van engagement. De ondersteuning wordt gegeven om de personeelskosten en werkingskosten te garanderen die nodig zijn om een laagdrempelige ontmoetingsplek met een kwaliteitsvol (preventief) zelfzorg aanbod te garanderen in co-creatie met studenten. Het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Antwerpen vzw wordt in het kader van deze oproep ondersteund. STAN (A-IVA Antwerpen Studentenstad) volgt de uitvoering van het programma nauw op.
Het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Antwerpen vzw ontvangt hiervoor een totaalbedrag van 428.000,00 EUR (jaarlijks 214.000,00 EUR). De stad Antwerpen voorziet een ondersteuning ten vroegste startend op 1 mei 2024 tot en met 31 december 2025. Een positieve evaluatie van de werking kan aanleiding geven tot een verlenging van de ondersteuning.
Het college zal hierna de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vastleggen in een afsprakennota met als einddatum 31 december 2025, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd. De besluitvorming over de afsprakennota zal in het tweede kwartaal van 2024 op het college worden geagendeerd.
De ondersteuning van het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Antwerpen vzw voor een totaalbedrag van 428.000,00 EUR (214.000,00 EUR in 2024 en 214.000,00 EUR in 2025) is voorzien op onderstaand boekingsadres (nog te bepalen ondersteuning).
Budgetplaats | 5540000000
|
Budgetpositie | 6496800
|
Functiegebied | 2LWS020404A00000
|
Subsidie | SUB_NR
|
Fonds | intern |
Begrotingsprogramma | 2SA060869
|
Budgetperiode | 2400, 2500 |
De gemeenteraad keurt goed om de ondersteuning van 428.000,00 EUR, waarvan 214.000,00 EUR in 2024 en 214.000,00 EUR in 2025, nominatief toe te wijzen aan het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Antwerpen vzw, Lange Lozanastraat 200, 2018 Antwerpen (0455.608.604) voor de uitbating van een warme ontmoetingsplek met (preventief) zelfzorg aanbod voor studenten in GATE15.
De gemeenteraad keurde op 28 januari 2020 (jaarnummer 89) de beheersovereenkomst tussen de stad en Autonoom Gemeentebedrijf Culturele Instellingen Antwerpen/Erfgoed voor de periode van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2025 goed.
Artikel 7 §6 van de beheersovereenkomst tussen de stad en het AG Culturele Instellingen Antwerpen/Erfgoed bepaalt omtrent de collecties:
'Het AG kan voor rekening van de stad optreden als aankoper van nieuwe collectiestukken'.
Volgens artikel 41, tweede lid, 12° van het Decreet Lokaal Bestuur is de gemeenteraad bevoegd voor het definitief aanvaarden van schenkingen.
AG Culturele Instellingen Antwerpen/Erfgoed ontvangt voor aankopen en restauraties van voorwerpen een investeringstoelage van de stad. De aangekochte stukken worden eigendom van de stad zoals voorzien in artikel 7 §6 van de beheersovereenkomst. De stad neemt deze als vaste activa op in haar algemene boekhouding, voor de volgende bedragen:
Overzicht Q1, Q2, Q3 en Q4 2023 | Bedrag |
Beleidsdoelstelling: 2BRS010104A00000 | |
Kunstaankopen - Q1 2023 | 257.072,26 EUR |
Kunstaankopen - Q2 2023 | 94.764,99 EUR |
Kunstaankopen - Q3 2023 | 119.976,82 EUR |
Kunstaankopen - Q4 2023 | 330.598,14 EUR |
TOTAAL | 802.412,21 EUR |
De gemeenteraad aanvaardt de schenkingen zoals opgenomen in bijlage voor een totaalbedrag van 802.412,21 EUR.
Op 14 december 2017 sloten de provincie Antwerpen en het APB Arenbergschouwburg Provincie Antwerpen een overeenkomst van onbepaalde duur over het gebruik van het openluchttheater gelegen in het provinciale groendomein Rivierenhof te Deurne. De APB Arenbergschouwburg Provincie Antwerpen werd per 31 december 2017 ontbonden.
Op 15 september 2017 (jaarnummer 8096) nam het college van burgemeester en schepenen van stad Antwerpen kennis van de beleidsnota van minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel van 27 juni 2017 waarin vermeld werd dat de Arenbergschouwburg werd overgeheveld naar stad Antwerpen. De taakstellingen van de provincies werden bij decreet van 18 november 2016 immers beperkt en een aantal bevoegdheden werden overgedragen naar andere bestuursniveaus. Het college keurde in dit besluit eveneens de overdracht van de Arenbergschouwburg naar stad Antwerpen principieel goed, en dit op basis van volgende vereiste voorwaarden:
“(…) behoud van de programmatie en de werking van het Openluchttheater Rivierenhof en ook de daar gegenereerde inkomsten onder de Arenbergschouwburg, zodat alle ontvangsten integraal ten goede blijven komen van de algemene werking van de Arenbergschouwburg.
Bij de overname zal de stad Antwerpen de bestaande werking van de Arenbergschouwburg behouden en de continuïteit (onder andere op inhoudelijk en artistiek vlak) verzekeren, inclusief de daarvoor noodzakelijke personele en financiële middelen.”
De inhoudelijke en artistieke werking van de Arenbergschouwburg werd ondergebracht bij vzw Antwerpen Kunstenstad.
Bij gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 (jaarnummer 619) werd AG Culturele Instellingen/Kunsten met statutair winstoogmerk opgericht en werd besloten dat alle rechten en verplichtingen van de vzw Antwerpen Kunstenstad onder meer. voor de Arenbergschouwburg (inclusief de programmatie OLT) per 1 januari 2020 door AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten zouden worden overgenomen.
De overeenkomst over het gebruik van het openluchttheater bleef in tussentijd ongewijzigd. Op heden organiseert AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten in het kader van deze overeenkomst activiteiten onder de noemer 'OLT Rivierenhof'.
Deze overeenkomst beantwoordt niet langer aan de initiële verhouding en de huidige verwachtingen tussen de partijen. De provincie staat sinds de inkanteling van Arenberg in stad Antwerpen nog steeds in voor het onderhoud, maar deelt niet in de opbrengsten van de werking. Het AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten betaalt geen vergoeding voor het gebruik van het openluchttheater. Gezien de omvang van onderhoudskosten is het dan ook de vraag van de provincie voor een billijke vergoeding voor gebruik van het openluchttheater.
Daarnaast vraagt de site ook om investeringen die enerzijds betrekking hebben op onderhoud en anderzijds op aanpassingen in functie van de werking van het OLT. Sommige van die werken zijn dringend omdat ze mogelijks op korte termijn het gebruik onder druk zetten. De onderhandelingen werden opgestart in 2022. De provincie wenst graag dit voorjaar duidelijkheid rond het engagement van het AG.
Op 15 maart 2024 (jaarnummer 1) nam de raad van bestuur van AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten kennis van de principes die het voorwerp zijn van de onderhandelingen van de gebruikersovereenkomst OLT.
De werking van het OLT is een essentieel onderdeel van de werking van het AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten. Voor zowel de provincie als voor het AG is het belangrijk een langdurige overeenkomst af te sluiten die de werking van het OLT garandeert.
Het OLT is niet enkel belangrijk voor het AG maar ook voor stad Antwerpen. Bovendien blijkt uit de stadsmonitor, een strategische beleidsmonitor om beslissingen te analyseren en te onderbouwen, dat het OLT sterk wordt gewaardeerd door de Antwerpenaar. Het OLT ontvangt jaarlijks 100.000 bezoekers en presenteert een internationaal aanbod in Antwerpen.
De overeenkomst
De overeenkomst vertrekt van de volgende uitgangspunten:
een duurtijd van 33 jaar, met een eenmalige opzegmogelijkheid na 16 jaar;
exclusief gebruik door het AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten van het OLT in de maanden juni, juli, augustus en september en gemengd gebruik in de maand mei;
een jaarlijkse gebruiksvergoeding van 103.500,00 euro (exclusief btw), begroot door een onafhankelijk studiebureau;
De provincie staat in voor het eigenaarsonderhoud en het structureel en planmatig gebruiksonderhoud. AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten staat in voor het ad hoc en gebruikseigen gebruiksonderhoud.
In hoofde van AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten en stad Antwerpen wordt een investeringsambitie ten aanzien van het openluchttheater aangegaan. Dit door afwijking van bovenvermelde onderhoudsverplichtingen in een investeringsplan. De partijen leggen twee jaar voor elke nieuwe bestuursperiode in onderling overleg een investeringsplan vast, waarin telkens investeringen die rechtstreeks gelieerd zijn aan de uitbating van de infrastructuur door AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten zijn opgenomen. Hierbij wordt er uitgegaan van investeringen met als richtinggevend bedrag 150.000,00 tot 200.000,00 euro op jaarbasis, rekening houdend met de reële investeringsnoden die zich van tijd tot tijd manifesteren in functie van een optimale exploitatie van OLT Rivierenhof.
In de mate dat de overeenkomst vroegtijdig beëindigd zou worden omwille van een fout van de provincie of bij de eenmalige opzegmogelijkheid na 16 jaar, zal de provincie aan het AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten de niet-afgeschreven investeringen vergoeden.
De btw
De partijen gaan ervan uit dat:
de overeenkomst voor btw-doeleinden correct gekwalificeerd wordt als een langdurige onroerende verhuur en dus is vrijgesteld van btw;
er met name geen reden is om de overeenkomst te kwalificeren als een kortdurende (<6 maanden) onroerende verhuur die is onderworpen aan btw;
zelfs als de kwalificatie van btw-belaste kortdurende onroerende verhuur weerhouden wordt, er geen reden is om na elke jaarlijkse exclusieve gebruiksperiode een btw-herziening door te voeren op de investeringen die door AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten worden uitgevoerd.
Om alle twijfel op dit punt uit te sluiten, wensen AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten en de stad het standpunt van de btw-administratie in te winnen.
De partijen zijn akkoord om, mocht de btw-administratie van oordeel zijn dat het toch om een btw-belaste kortdurende verhuur gaat, en dat er bovendien wel degelijk reden is om na elke jaarlijkse exclusieve gebruiksperiode een btw-herziening door te voeren op de investeringen die door AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten worden uitgevoerd, zodat met andere woorden het recht op btw-aftrek op die investeringen voor AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten in het gedrang komt (en enkel in dat specifieke geval), in toepassing van artikel 17, 5e lid, de overeenkomst te goeder trouw te heronderhandelen, zodat deze negatieve fiscale gevolgen in hoofde van AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten vermeden of gemitigeerd worden.
De goedkeuring van de fiscus is – zoals eerder uiteengezet – voor de stad en AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten essentieel om de verbintenissen opgenomen in de overeenkomst uit te voeren. In de mate dat de fiscus een andere zienswijze hierop zou nahouden, zullen partijen te goeder trouw deze overeenkomst heronderhandelen en dit bij addendum.
Deze overeenkomst wordt ook ter goedkeuring aan de raad van bestuur AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten voorgelegd.
Stad Antwerpen en AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten nemen conform de gebruiksovereenkomst een investeringsverbintenis op zich.
Voor de periode tot 2030 omhelst deze intentie volgende werkzaamheden:
Voormelde investeringsverbintenis zal in de komende periode worden uitgewerkt, waarbij de verhouding tussen stad en AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten zal worden bepaald. Hiernavolgend zal - indien vereist - deze verhouding zich reflecteren in de respectievelijke meerjarenplannen en/of andere relevante documenten.
Twee jaar voor aanvang van elke nieuwe bestuursperiode zullen de partijen opnieuw een investeringsplan uitwerken, conform de bepalingen van de gebruiksovereenkomst.
De gemeenteraad keurt de gebruiksovereenkomst Openluchttheater met de Provincie Antwerpen en AG Culturele Instellingen Antwerpen/Kunsten goed.
De gemeenteraad keurde op 27 november 2023 (jaarnummer 712) het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 goed. Daarin werd geen nominatieve ondersteuning opgenomen voor het wachtaanbod anderstalige nieuwkomers.
Door de komst van anderstalige nieuwkomers neemt ook het aantal leerplichtige jongeren dat in het Antwerps onderwijs instroomt toe. Jongeren vanaf 12 jaar schrijven zich eerst in voor een onthaalklas anderstalige nieuwkomers (OKAN). De capaciteit van het OKAN onderwijs staat onder druk en er zijn onvoldoende plaatsen beschikbaar voor alle jongeren. Zij komen op de wachtlijst te staan. Hun leerloopbaan kent een vertraagde opstart of ze ondervinden een onderbreking in hun leerloopbaan. Voor deze jongeren wil de stad Antwerpen een alternatief of aanvullend aanbod voorzien waarbij ze de kans krijgen om Nederlands te oefenen, hun competenties te versterken en kennis te maken met jeugdfaciliteiten in de stad zodat ze bij de aanvang van het volgende schooljaar hun voltijds engagement in het leerplichtig onderwijs kunnen opnemen.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
Bij de zevende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werden niet alle te voorziene werkingssubsidies op beleidsdomein onderwijs in de nominatieve lijst opgenomen.
Volgende werkingssubsidies worden bijkomend voorzien:
Ontvanger | Bedrag | Waarvoor |
Profo vzw | 21.661,20 EUR | wachtaanbod anderstalige nieuwkomers |
Sering vzw | 16.326,20 EUR | wachtaanbod anderstalige nieuwkomers |
Stormkop vzw | 20.510,50 EUR | wachtaanbod anderstalige nieuwkomers |
Habbekrats vzw | 22.797,38 EUR | wachtaanbod anderstalige nieuwkomers |
Emmaüs vzw | 17.797,55 EUR | wachtaanbod anderstalige nieuwkomers |
De herziening aan de nominatief toegestane werkingssubsidies moet door de gemeenteraad goedgekeurd worden om de uitbetaling te kunnen doen.
Het college legt de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning vast in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, en de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
De middelen voor deze ondersteuningen zijn voorzien op volgend boekingsadres: 2LWS020105A00000/5117000000/6496800/SUB_NR/2400/nog te bepalen
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 21.661,20 EUR nominatief toe te wijzen aan Profo vzw, Willebroekkaai 36, 1000 Brussel, ondernemingsnummer 0879.448.619.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 16.326,20 EUR nominatief toe te wijzen aan Sering vzw, Groeningerplein 2, 2140 Borgerhout, ondernemingsnummer 0455.855.062.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 20.510,50 EUR nominatief toe te wijzen aan Stormkop vzw, Droogdokkenweg 4, 2030 Antwerpen, ondernemingsnummer 0725.853.770.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 22.797,38 EUR nominatief toe te wijzen aan Habbekrats vzw, Edward Anseeleplein 3, 9000 Gent, ondernemingsnummer 0445.495.561.
De gemeenteraad beslist om de ondersteuning van 17.797,55 EUR nominatief toe te wijzen aan Emmaüs vzw, Edgard Tinellaan 1C, 2800 Mechelen, ondernemingsnummer 0411.515.075.
De gemeenteraad keurde op 27 november 2023 (jaarnummer 712) de zevende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed.
Het college van burgemeester en schepenen keurde op 2 februari 2024 (jaarnummer 797) de oproep voor Zomerscholen 2024 goed.
De Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en het Kaderbesluit basisprincipes ondersteuningsbeleid goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020 (jaarnummer 595) zijn van toepassing.
De gemeenteraad is op grond van artikel 41, lid 2, 23° van het Decreet lokaal bestuur bevoegd om nominatieve subsidies toe te kennen.
De stad Antwerpen neemt, net als voorgaande jaren, een regierol op en engageert zich om samen met Antwerpse scholen en partners het zomeraanbod te clusteren en subsidiëring aan te vragen bij de Vlaamse overheid en in samenwerking het aanbod te verrijken, verbinden en verbreden.
13 organisaties dienden een kwalitatief en volledig voorstel in en worden meegenomen in de subsidieaanvraag aan het Vlaams departement Onderwijs en Vorming.
Bij de zevende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werden deze ondersteuningen nog niet voorzien. De gemeenteraad moet volgende ondersteuningen nog nominatief toekennen (onder voorbehoud van goedkeuring van de subsidieaanvraag door de Vlaamse overheid.)
Ontvanger | Bedrag | Waarvoor |
Arktos vzw | 10.800,00 EUR | Zomerscholen |
Koninklijke Sporting Club City Pirates vzw | 49.500,00 EUR | Zomerscholen |
GO! Scholengroep Antwerpen (GO! Koninklijk Atheneum Hoboken) | 12.914,00 EUR | Zomerscholen |
Kras Jeugdwerk vzw | 18.000,00 EUR | Zomerscholen |
Habbekrats vzw | 64.800,00 EUR | Zomerscholen |
Jeugdsport vzw | 19.490,00 EUR | Zomerscholen |
Wereldhelden vzw | 93.600,00 EUR | Zomerscholen |
Rising You vzw | 13.500,00 EUR | Zomerscholen |
Integratie en Inburgering Antwerpen vzw | 22.514,80 EUR | Zomerscholen |
vzw Rebels Kunstplatform Man Overboord | 58.500,00 EUR | Zomerscholen |
Creatief Schrijven vzw | 6.750,00 EUR | Zomerscholen |
Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs | 244.400,00 EUR | Zomerscholen |
Positive Education Psychology vzw | 9.000,00 EUR | Zomerscholen |
Het college legt de aanwendingsvoorwaarden voor de ondersteuning voor de werking van de zomerscholen vast in een afsprakennota, die aan de ontvanger ter kennisgeving wordt voorgelegd. Deze afsprakennota bevat bepalingen over, onder meer, het bedrag van de ondersteuning en de aanwendingsmodaliteiten ervan, de inhoud, uitvoering en verantwoording van het project dat door de ontvanger zal worden uitgevoerd.
De middelen voor deze ondersteuning zijn voorzien op volgend boekingsadres: 2LWS020101A00000/5117000000/6496800 /SUB_NR/2400 (categorie 'nog te bepalen').
De financiële gevolgen worden geregeld in een afzonderlijk collegebesluit.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 10.800,00 EUR aan Arktos vzw, Valkerijgang 26, 3000 Leuven (ondernemingsnummer: 0410.346.721) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 49.500,00 EUR aan Koninklijke Sporting Club City Pirates vzw, Terlindenhofstraat 211, 2170 Merksem (ondernemingsnummer: 0406.471.570) voor Zomerscholen 2024 goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 12.914,00 EUR aan GO! Scholengroep Antwerpen (GO! Koninklijk Atheneum Hoboken), Thonetlaan 106 A, 2050 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0267.374.857) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 18.000,00 EUR aan Kras Jeugdwerk vzw, Kroonstraat 169, 2140 Borgerhout (ondernemingsnummer: 0826.963.008) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 64.800,00 EUR aan Habbekrats vzw, Edward Anseeleplein 3, 9000 Gent (ondernemingsnummer: 0445.495.561) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 19.490,00 EUR aan Jeugdsport vzw, Ankerrui 9, 2000 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0462.251.025) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 93.600,00 EUR aan Wereldhelden vzw, Korte Dijkstraat 39/201, 2060 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0464.819.149) voor Zomerscholen 2024 goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 13.500,00 EUR aan Rising You vzw, Louizalaan 54, 1050 Elsene (ondernemingsnummer: 0719.624.192) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 22.514,80 EUR aan Integratie en Inburgering Antwerpen vzw, Carnotstraat 110, 2060 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0421.722.346) voor Zomerscholen 2024 goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 58.500,00 EUR aan vzw Rebels Kunstplatform Man Overboord, Droogdokkenweg 4, 2030 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0476.616.131) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 6.750,00 EUR aan Creatief Schrijven vzw, Gitschotellei 138, 2600 Antwerpen, (ondernemingsnummer: 0478.925.820) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 244.400,00 EUR aan Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs, Frankrijklei 71-73, 2000 Antwerpen (ondernemingsnummer: 0824.037.071) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurt de nominatieve toekenning van 9.000,00 EUR aan Positive Education Psychology vzw, Du Chastellei 92, 2170 Merksem (ondernemingsnummer: 0669.921.887) voor Zomerscholen 2024, goed.
De gemeenteraad keurde op 29 maart 2021 (jaarnummer 150) het gebruiksreglement dienstverlening sport goed.
Als maatregel tegen aanhoudende overlast ging een aantal recreatiedomeinen in Vlaanderen de voorbije zomer over tot de invoering van identiteitscontroles. Om tegen de volgende zomerperiode snel te kunnen inspelen op mogelijke, soortgelijke overlast wil de stad een proefproject opstarten rond identiteitscontrole (ID-controle) in stedelijke infrastructuur, specifiek voor openluchtzwembad De Molen. Dit vergt een aanpassing van het reglement dienstverlening sport. Daarnaast worden ook beperkte wijzigingen aangebracht inzake de voorwaarden voor het privaat zwemonderricht.
De wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten, bepaalt in artikel 6, § 7, dat alleen de openbare overheden en ambtenaren de voorlegging van de identiteitskaart kunnen vorderen.
In uitvoering van deze wettelijke bepaling, bepaalt artikel 1 van het KB van 25 maart 2003 betreffende de identiteitskaarten dat het gaat om de volgende gevallen:
Uit bovenstaande blijkt dat voor het overleggen van de identiteitskaart een rechtvaardiging door de overheid gegeven dient te worden. Belangrijk is dat er in de bestaande Politiecodex van stad Antwerpen al is voorzien in enerzijds een vorm van toegangscontrole-/verbod voor alle stedelijke sportaccommodaties, en anderzijds een mogelijkheid tot identiteitscontrole(s) specifiek voor de stedelijke zwembaden: zie de artikelen 408, 410 en 411.
Artikel 408 Politiecodex:
§1. Richtlijnen van het personeel, richtlijnen die uithangen en reglementen moeten strikt worden nageleefd. Het personeel is gemachtigd om personen de toegang te ontzeggen als richtlijnen of reglementen niet worden nageleefd. Er kan een proces-verbaal worden opgemaakt dat kan leiden tot een gemeentelijke administratieve sanctie of tot maatregelen.
Artikel 41, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van andere gemeentelijke reglementen dan die over personeelsaangelegenheden, en het bepalen van straffen en administratieve sancties bij de overtreding van die reglementen.
Invoering ID-controle
Om de ID-controle en registratie juridisch correct en conform de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) te laten verlopen moeten de modaliteiten hiervan opgenomen worden in het reglement. Op deze manier voldoet zwembad de Molen aan de voorwaarden om de ingelezen persoonsgegevens te mogen bijhouden.
Verder werden volgende maatregelen in acht genomen om de conformiteit met de AVG te garanderen:
Het proefproject wordt best uitgewerkt met het oog op een bredere bruikbaarheid in andere stedelijke locaties, na gunstige evaluatie.
Het project zal gebruik maken van de stedelijke gecentraliseerde IT-middelen. De begroting van het project wordt opgemaakt na principiële goedkeuring door het college (collegebesluit van 17 november 2023, jaarnummer 7861).
Om het privaat zwemonderricht te optimaliseren worden de richtlijnen verfijnd
Er is momenteel een overaanbod aan erkende lesgevers in verhouding met het beschikbare zwemwater. Dit zorgt voor overlast tijdens de publieksuren. Daarbij komt dit de kwaliteit van de zwemlessen niet ten goede. Een erkenning geeft geen recht op zwemwater maar in praktijk wordt dit anders gepercipieerd door de lesgevers.
Het maximum van 2 lesgevers per baan van 25m wordt momenteel niet toegepast. Dit kunnen er meer zijn. De stad probeert in de praktijk zo goed mogelijk de verschillende doelgroepen een plek te geven in onze baden. Dit kan variëren naargelang piek- en daluren in onze baden.
De betaling toegang zwembad werd geherformuleerd en verduidelijkt. In de praktijk kon immers opgemerkt worden dat lesgevers de formulering verkeerd interpreteerden met onnodige discussies aan de kassa tot gevolg.
De gemeenteraad keurt de wijzigingen, zoals vermeld in bijlage, aan het gebruikersreglement dienstverlening sport goed.
De gemeenteraad neemt kennis van de gecoördineerde versie van het gebruiksreglement dienstverlening sport.
De stad Antwerpen is in de bestuursorganen van de vzw’s Lokaal Cultuur-/Vrijetijdsbeleid vertegenwoordigd.
In de zitting van 29 april 2019 (jaarnummer 279) keurde de gemeenteraad goed om voor de legislatuur 2019-2024 de heer Janick Doré af te vaardigen namens stad Antwerpen in de raad van bestuur van de vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem.
In de zitting van 23 januari 2024 (jaarnummer 14) nam de districtsraad kennis van het overlijden van raadslid Janick Doré.
In de zitting van 19 maart 2024 (jaarnummer 22) werd de heer Jan Poppe door de districtsraad
voorgedragen als kandidaat-bestuurder in het bestuursorgaan van de vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem.
Artikel 24 van de statuten van de vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem bepaalt dat de districtsraadsleden/bestuurders worden aangeduid door de gemeenteraad, op advies van de districtsraad van het district Berchem.
Artikel 41, tweede lid, 4° van het Decreet over het lokaal bestuur stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor de beslissingen tot het oprichten van en het toetreden tot rechtspersonen en het beslissen tot oprichten van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen.
Wat betreft de raad van bestuur, vermelden de statuten (art. 24) dat de stad Antwerpen in de raad van bestuur wordt vertegenwoordigd door minstens één afgevaardigd districtsraadslid per fractie uit de districtsraad, aangevuld met een zodanig aantal bijkomende districtsraadsleden/bestuurders namens de meerderheidsfracties van het district, opdat de meerderheidsfracties minstens één bestuurder meer hebben dan de oppositiefracties. Ten hoogste twee derde van de voorgedragen districtsraadsleden/bestuurders is van hetzelfde geslacht.
Naar aanleiding van het overlijden van districtsraadslid Janick Doré dient een nieuwe afgevaardigde aangeduid te worden in het bestuursorgaan van de vzw Lokaal cultuurbeleid Berchem.
De gemeenteraad neemt kennis van artikelen 1 en 4.
De gemeenteraad keurt eenparig artikel 3 goed.
Bij artikel 2 wordt er geheim gestemd.
De gemeenteraad neemt kennis van het advies van de districtsraad van Berchem van 19 maart 2024 met betrekking tot de afvaardigingen in de vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem.
De gemeenteraad beslist om - ter opvolging van de heer Janick Doré - de heer Jan Poppe tot het einde van de legislatuur af te vaardigen namens de stad Antwerpen in het bestuursorgaan van de vzw Lokaal Cultuurbeleid Berchem, met 32 stemmen tegen 1, er zijn 9 onthoudingen en 3 raadsleden brachten geen stem uit.
De gemeenteraad beslist dat de afgevaardigde bij het uitoefenen van de verplichtingen verbonden aan de afvaardiging steeds het bestuursakkoord als uitgangspunt moet nemen en waar nodig dient te overleggen met het college.
De stad Antwerpen is deelnemer in de opdrachthoudende vereniging Pontes.
De gemeenteraad besliste in zitting van 25 februari 2019 (jaarnummer 118) om mevrouw Lieselot Keymis, districtsraadslid, voor te dragen bij Pontes als bestuurder in de raad van bestuur.
Artikel 386 §1, eerste lid van het decreet over het lokaal bestuur voorziet dat gemeenten verenigingen, stichtingen en vennootschappen met sociaal oogmerk kunnen oprichten, erin deelnemen of zich erin laten vertegenwoordigen als die verenigingen, stichtingen en vennootschappen met sociaal oogmerk niet belast worden met de verwezenlijking van welbepaalde taken van gemeentelijk belang.
Artikel 41, tweede lid, 4° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor de beslissingen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen.
Er wordt voorgesteld om de heer Henri Van Herpen, districtsraadslid, voor te dragen bij Pontes voor een mandaat als bestuurder in de raad van bestuur, ter vervanging van mevrouw Lieselot Keymis.
De gemeenteraad keurt eenparig artikel 2 goed.
De gemeenteraad neemt kennis van artikel 3.
Bij artikel 1 wordt er geheim gestemd.
De gemeenteraad keurt goed om mevrouw Lieselot Keymis, districtsraadslid, te vervangen als lid van de raad van bestuur van Pontes door de heer Henri Van Herpen, districtsraadslid, en dit tot het einde van de huidige legislatuur, met 32 stemmen tegen 2, er zijn 8 onthoudingen en 3 raadsleden brachten geen stem uit.
De gemeenteraad beslist dat de afgevaardigde, bij het uitoefenen van de verplichtingen verbonden aan de afvaardiging, steeds het bestuursakkoord als uitgangspunt moet nemen en waar nodig dient te overleggen met het college.
De stad Antwerpen is deelnemer in FINEG nv.
De gemeenteraad besliste op 23 november 2020 (jaarnummer 00650) om de heer Peter Wouters voor te dragen voor een mandaat als bestuurder en voorzitter in de raad van bestuur van FINEG nv.
Artikel 41, tweede lid, 4° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat de gemeenteraad bevoegd is voor de beslissingen tot oprichting van, deelname aan of vertegenwoordiging in agentschappen, instellingen, verenigingen en ondernemingen.
Er wordt voorgesteld de heer Peter Wouters te vervangen als lid van de raad van bestuur en als voorzitter van FINEG nv door de heer Koen Kennis.
De gemeenteraad draagt de heer Koen Kennis, schepen bevoegd voor financiën, mobiliteit, toerisme, middenstand en decentralisatie, voor als bestuurder in de raad van bestuur van FINEG nv, ter vervanging van de heer Peter Wouters, met 33 stemmen tegen 3, er zijn 6 onthoudingen en 3 raadsleden brachten geen stem uit.
De gemeenteraad draagt de heer Koen Kennis, schepen bevoegd voor financiën, mobiliteit, toerisme, middenstand en decentralisatie, voor als voorzitter in de raad van bestuur van FINEG nv, ter vervanging van de heer Peter Wouters, met 32 stemmen tegen 3, er zijn 7 onthoudingen en 3 raadsleden brachten geen stem uit.
De gemeenteraad beslist dat de afgevaardigde, bij het uitoefenen van de verplichtingen verbonden aan de afvaardiging, steeds het bestuursakkoord als uitgangspunt moet nemen en waar nodig dient te overleggen met het college.
Op 2 juli 2021 (jaarnummer 5446) keurde het college de gunning goed voor 'Raamovereenkomst voor het aanstellen van een milieucoördinator', op basis van bestek GAC_2020_01414, aan SGS Belgium nv, Noorderlaan 87 te 2030 Antwerpen, met ondernemingsnummer 0404.882.750.
De stad Antwerpen telde in 2023 negen milieucoördinatorplichtige inrichtingen. De milieucoördinatoren van deze inrichtingen werden officieel aangesteld door het college op 29 september 2017 (jaarnummer 8551). Einde 2023 was er één inrichting niet meer milieucoördinatorplichtig, met name de Boombekelaan. De milieucoördinator moet een jaarverslag opmaken met een overzicht van de door hem/haar uitgebrachte adviezen en het gevolg dat eraan gegeven wordt. De adviezen van de externe milieucoördinator en van de afdeling Patrimoniumbeheer/Expertise van AG Vespa werden geïntegreerd opgenomen in dit jaarverslag.
Inrichting |
Bedrijfseenheid |
Aanstelling |
Klasse |
Milieucoördinator |
Serrecomplex |
Stadsbeheer |
Bruno Goossens |
1 |
B |
Stelplaats |
Stadsbeheer en Stadsontwikkeling |
Bruno Goossens |
1 |
A |
Stelplaats |
Stadsbeheer |
Bruno Goossens |
1 |
B |
Slibdroogveld |
Stadsbeheer |
Bruno Goossens |
1 |
A |
Museum aan de Stroom (MAS) Hanzestedenplaats 1 |
Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving |
Bruno Goossens
|
1 |
B |
Recyclagepark Linkeroever |
Stadsbeheer |
Bruno Goossens |
2 |
B |
Droogdokkensite |
Stadsbeheer |
Bruno Goossens |
1 |
A |
Recyclagepark Berchem | Stadsbeheer | Bruno Goossens | 2 | A |
Kielsbroek 8(A)
slibdroogveld en
recyclagepark
kielsbroek
| Stadsbeheer
| Bruno Goossens | 2 | A |
Op het Hoog Overleg Comité (HOC) van woensdag 28 februari 2024 werd het jaarverslag van de milieucoördinator ook ter kennisname voorgelegd aan de afgevaardigden van de overheid en de representatieve vakbonden.
De verplichtingen rond het aanstellen van een milieucoördinator zijn terug te vinden in subafdeling 4.1.9.1 van Vlarem II. Deze subafdeling vermeldt ook de taken van de milieucoördinator. Het opstellen van een jaarverslag is één van deze taken.
De Vlaamse milieuwetgeving bepaalt dat het verslag van de milieucoördinator ter kennisneming moet voorgelegd worden bij de ondernemingsraad (in dit geval de gemeenteraad), de bedrijfsleiding (college van burgemeester en schepenen) en het comité voor preventie en bescherming op het werk (Hoogoverlegcomité).
De milieucoördinator stelt ten behoeve van de bedrijfsleiding en, in voorkomend geval, ten behoeve van de ondernemingsraad en het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen jaarlijks een verslag op over de wijze waarop hij zijn opdracht heeft vervuld. Dit verslag bevat onder meer een overzicht van de door hem uitgebrachte adviezen en het gevolg dat eraan werd gegeven (Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid, Artikel 3.2.2.§3).
De gemeenteraad neemt kennis van het jaarverslag van de milieucoördinator van exploitatiejaar 2023.
Op 31 maart 2021 (jaarnummer 51) keurde het managementteam de geactualiseerde "procedure dagelijks geldbeheer" goed.
Op 2 april 2024 (2024_BAD_00831) nam de algemeen directeur kennis van de kasverschillen gemeld in 2023.
Artikel 217 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur bevatten de bepalingen met betrekking tot het organisatiebeheer. De procedure met betrekking tot het beheer van chartale middelen is opgenomen in het organisatiebeheersingsysteem.
In het kader van het organisatiebeheersingssysteem beschrijft de "procedure dagelijks geldbeheer" de aanstelling van geldinners, het beheer van geïnde gelden en de te volgen stappen in geval van kasverschil, diefstal of fraude.
In 2023 werden voor de entiteit Stad 25 kasverschillen gemeld waarvan 12 kastekorten voor een totaalbedrag van -46,09 EUR en 13 kasoverschotten voor een totaalbedrag van +82,30 EUR.
De gemelde kasverschillen werden reeds opgenomen in de boekhouding.
Als gevolg van de cyberaanval en interne reorganisaties zijn de processen herbekeken en bijgestuurd met de nodige doorlooptijd. Het was bijgevolg niet mogelijk om alle kasverschillen tijdig vast te stellen waardoor ze niet meer konden worden opgenomen in de boekhouding van 2023. Deze kasverschillen zullen worden geboekt in de boekhouding van 2024 en zullen bijgevolg worden opgenomen in de rapportering van gemelde kasverschillen in 2024. Het gaat om 139 kasverschillen waarvan 16 kasoverschotten voor een totaalbedrag van +173,66 EUR en 123 kastekorten voor een totaalbedrag van -1.919,30 EUR.
Tenslotte werd er een inbraak in de stadsbibliotheek Kielpark gemeld waarbij een kluis werd gestolen met een geschatte inhoud van 100 EUR cashgeld. De diefstal werd niet gedekt door de verzekering omdat het exacte bedrag niet gekend was.
De gemeenteraad neemt kennis van de kasverschillen van de stad Antwerpen gemeld in 2023.
De gemeenteraad beslist de algemeen directeur geheel te ontheffen van zijn verantwoordelijkheid inzake de kasverschillen van de stad Antwerpen gemeld in 2023.
Ter vervanging van versleten onderdelen heeft Politiezone Antwerpen jaarlijks behoefte aan nieuwe Glock onderdelen. Daarom wenst Politiezone Antwerpen een raamovereenkomst te sluiten voor de aankoop van Glock onderdelen voor een periode van 48 maanden.
Hiertoe wordt een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking uitgeschreven met referentie PZA/2023/473.
Op grond van artikel 8 van het Algemeen Reglement op de boekhouding van de politiezone (ARPC) is elke aankoop op de buitengewone begroting bevoegdheid van de gemeenteraad. De gemeenteraad keurt de aankoopprocedure goed en kan de gunning delegeren aan het college.
Firma | Adres |
Glock Gesellschaft m.b.H. | Gaston-Glock-Park 1, 9170 Ferlach (Oostenrijk), ondernemingsnummer ATU1781083 |
Falcon Tactical Solutions BV | Industriepark Noord 11, 8730 Beernem, ondernemingsnummer 0452.529.348 |
United Defence BV | Brusselbaan 228, 1790 Aflligem, ondernemingsnummer 0805.896.190 |
Nr. | Beschrijving | Gewicht |
1 | prijs | 50 |
2 | waarborgtermijn | 25 |
3 | leveringstermijn | 25 |
De totale uitgave kan verrekend worden op de gewone en buitengewone politiebegroting. Op budgetposities 330000_12402 en 330000_74451 is voor dienstjaar 2024 voldoende krediet beschikbaar. Voor de dienstjaren 2025, 2026, 2027 en 2028 zal voldoende krediet worden voorzien onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door het college, gemeenteraad en hogere overheid.
De gemeenteraad keurt goed dat een raamovereenkomst wordt gesloten voor de aankoop van Glock onderdelen voor Politiezone Antwerpen voor een periode van 48 maanden en dat hiervoor een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking wordt uitgeschreven met referentie PZA/2023/473.
De bijzondere rekenplichtige van de politiezone Antwerpen regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Vervangen van defecte Glock onderdelen | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_12402 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2400 |
Nog niet van toepassing | |
Vervangen van defecte Glock onderdelen | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_12402 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2500 - 2600 - 2700 - 2800 Voor de dienstjaren 2025 tot en met 2028 zal voldoende krediet voorzien worden onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door college, gemeenteraad en hogere overheid. | Nog niet van toepassing | |
Vervangen van defecte Glock onderdelen | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_74451 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2400 | Nog niet van toepassing | |
Vervangen van defecte Glock onderdelen | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_74451 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2500 - 2600 - 2700 - 2800 Voor de dienstjaren 2025 tot en met 2028 zal voldoende krediet voorzien worden onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door college, gemeenteraad en hogere overheid. | Nog niet van toepassing |
Politiezone Antwerpen heeft behoefte aan uitschuifbare wapenstokken met houders. Deze wapenstokken en houders zijn nodig om de stock aan te vullen, voor nieuwe leden in het korps en ter vervanging van wapenstokken die definitief beschadigd zijn.
Het huidige raamcontract met referentie PZA/2019/344 (jaarnummer 06384) loopt ten einde op 30 juni 2024. Daarom wenst Politiezone Antwerpen een raamovereenkomst te sluiten voor de aankoop van uitschuifbare wapenstokken en houders voor 48 kalendermaanden.
Hiertoe wordt een open procedure met referentie PZA/2024/478 uitgeschreven.
Politiezone Antwerpen zal overeenkomstig artikel 2 en 49 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten voor prestaties die het voorwerp van deze opdracht uitmaken tevens kunnen optreden als aankoopcentrale voor haar klanten. Worden beschouwd als klanten, zij die bestellingen op dit contract kunnen plaatsen: de lokale politiezones.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.
Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Op grond van artikel 8 van het Algemeen Reglement op de boekhouding van de politiezone (ARPC) is elke aankoop op de buitengewone begroting bevoegdheid van de gemeenteraad. De gemeenteraad keurt de aankoopprocedure goed en kan de gunning delegeren aan het college.
De juridische situatie van de inschrijver zal beoordeeld worden volgens volgend criterium (uitsluitingscriterium):
Door in te schrijven op deze opdracht verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van uitsluiting te bevinden, zoals bedoeld in artikels 67 tot en met 69 van de wet van 17 juni 2016 betreffende overheidsopdrachten.
De economische en financiële draagkracht van de inschrijver zal beoordeeld worden volgens volgend criterium (selectiecriterium):
Het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico's.
De technische bekwaamheid van de inschrijver zal beoordeeld worden volgens volgende criteria (selectiecriteria):
De offertes zullen beoordeeld worden aan de hand van volgende gunningscriteria:
Gunningscriteria | Weging |
Kwaliteit en technische waarde | 50 |
Prijs | 35 |
Leveringstermijn | 5 |
Herstelling en service na verkoop | 5 |
Catalogus | 5 |
De totale uitgave kan verrekend worden op de gewone en de buitengewone politiebegroting. Op de budgetposities 33000_12401 en 33000_74451 is voor het dienstjaar 2024 voldoende krediet beschikbaar. Voor de dienstjaren 2025, 2026, 2027 en 2028 zal voldoende krediet worden voorzien onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door college, gemeenteraad en hogere overheid.
De gemeenteraad keurt goed dat een raamovereenkomst wordt gesloten voor de aankoop van uitschuifbare wapenstokken en houders voor Politiezone Antwerpen voor een periode van 48 maanden en dat hiervoor een openbare procedure wordt uitgeschreven met referentie PZA/2024/478.
De gemeenteraad keurt goed dat de gunning door het college mag geschieden.
De gemeenteraad keurt goed dat Politiezone Antwerpen overeenkomstig artikel 2 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten zal optreden als aankoopcentrale.
De bijzondere rekenplichtige van de politiezone Antwerpen regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Boekingsadres | Bestelbon |
Aankoop uitschuifbare wapenstokken | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_74451 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2400 - 2500 - 2600 - 2700 - 2800 Voor de dienstjaren 2025 tot en met 2028 zal voldoende krediet voorzien worden onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door het college, de gemeenteraad en de hogere overheid. |
Nog niet van toepassing |
Aankoop wapenstokhouders | budgetplaats: 60051 budgetpositie: 33000_12401 functiegebied: TDLP1SVG080101 subsidie: SUB_NR fonds: LPA begrotingsprogramma: NR budgetperiode: 2400 - 2500 - 2600 - 2700 - 2800 Voor de dienstjaren 2025 tot en met 2028 zal voldoende krediet voorzien worden onder voorbehoud van goedkeuring van de politiebegroting door het college, de gemeenteraad en de hogere overheid. |
Nog niet van toepassing |
Op 21 oktober 2019 (jaarnummer 602) en op 31 januari 2020 (jaarnummer 121) keurde de gemeenteraad de meerjarenplannen 2020-2025 van de eredienstbesturen goed.
Op 24 oktober 2022 (jaarnummer 620) en 25 september 2023 (jaarnummer 573) keurde de gemeenteraad de budgetten 2023 van de eredienstbesturen goed.
Op 23 oktober 2023 (jaarnummer 682) keurde de gemeenteraad de begrotingswijzigingen 2023 van de eredienstbesturen goed.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van erkende erediensten (decreet erediensten) stelt dat de eredienstbesturen jaarlijks de rekening van het vorige boekjaar moeten opmaken. Een boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
De jaarrekeningen van de erkende eredienstbesturen van de rooms-katholieke, protestants-evangelische, Anglicaanse en Israëlitische geloofsgemeenschappen zijn onderworpen aan een advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring van de provinciegouverneur.
De eredienstbesturen zijn decretaal verplicht de jaarrekening van het voorgaande boekjaar vóór 1 maart binnen te brengen bij het centraal kerkbestuur (CKB) waaronder ze ressorteren (artikel 54 van het decreet erediensten). De centrale kerkbesturen bezorgen de gebundelde rekeningen van hun eredienstbesturen vóór 1 mei aan het stadsbestuur. Als het eredienstbestuur niet onder een CKB ressorteert, moet het bestuur zelf de jaarrekening aan de stad Antwerpen overhandigen (artikel 55 van het decreet erediensten).
De resultaten van de jaarrekeningen hebben een invloed op tussenkomst van de stad in de exploitatie- en investeringkosten van de eredienst (artikel 52/1§1 van het eredienstendecreet).
Na het overhandigen van de jaarrekeningen heeft de gemeenteraad een termijn van 50 dagen om haar advies naar het Agentschap Binnenlands Bestuur te sturen. Binnen tweehonderd dagen na ontvangst van de jaarrekeningen spreekt de provinciegouverneur zich uit over de goedkeuring van de rekening en stelt hij de bedragen vast (artikel 55 van het decreet erediensten).
Op 12 maart 2024 ontving het stadsbestuur de jaarrekening van de eredienstbesturen (overzicht in bijlage 4).
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende eredienstbesturen.
Een gunstig advies wordt voorgesteld indien de jaarrekening voldoet aan de vier volgende criteria:
De ingediende jaarrekeningen zijn hieronder ingedeeld in drie categorieën:
De eredienstbesturen waarvan geen jaarrekening werd ontvangen binnen de door de wetgeving vooropgestelde termijnen, worden in overleg met het eredienstbestuur verdaagd naar een nader te bepalen indiening of wordt een ongunstig advies verleend.
De gemeenteraad beslist om aan de provinciegouverneur een gunstig advies zonder opmerkingen uit te brengen over de jaarrekening 2023 van de eredienstbesturen vermeld in bijlage: 'bijlage 1 jaarrekeningen 2023'.
De gemeenteraad beslist om aan de provinciegouverneur een gunstig advies met opmerkingen uit te brengen over de jaarrekening 2023 van de eredienstbesturen vermeld in bijlage: 'bijlage 2 jaarrekeningen 2023'.
De gemeenteraad beslist om aan de provinciegouverneur een ongunstig advies uit te brengen over de jaarrekening 2023 van de eredienstbesturen vermeld in bijlage: 'bijlage 3 jaarrekeningen 2023'.
Beste schepen Van Doesburg en schepen Scheck,
Op de eerste telling van dak- en thuislozen in Antwerpen, zijn er 3.454 dak- en thuislozen geteld. 910 ervan waren kinderen. Op het moment van de telling verbleven 8 kinderen in de openbare ruimte, maar liefst 179 kinderen in een niet-conventionele ruimte zoals een garage, auto, kraakpand of een tent. 116 kinderen vertoefden in woningen met dreigende uithuiszetting. Daarnaast verbleven nog eens 223 kinderen bij gebrek aan een woning bij familie of vrienden, woonden 368 kinderen in een opvangvoorziening voor thuislozen en verbleven nog eens 16 kinderen in een instelling.
Raadslid Maes houdt haar interpellatie en licht haar voorstel tot motie toe: 2024_MOT_00031 - Voorstel tot motie van raadslid Karen Maes: stad zonder dakloosheid.
Schepen Scheck geeft antwoord op de vragen.
Raadslid Maes houdt nog een wederwoord.
De gemeenteraad verwerpt de voorliggende motie bij monde van de fractievoorzitters.
Stemden voor de motie: Groen en PVDA.
Stemden tegen de motie: N-VA, Vooruit, Vlaams Belang, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Hebben zich onthouden: CD&V.
Het volledige debat is opgenomen en raadpleegbaar via de website van de stad Antwerpen.
De gemeenteraad wilt van Antwerpen een stad zonder dakloosheid maken.
De gemeenteraad geeft aan het stadsbestuur de opdracht om een actieplan "stad zonder dakloosheid" op te maken.
Raadslid Maes houdt haar interpellatie (2024_IP_00073 - Interpellatie van raadslid Karen Maes: stad zonder dakloosheid) en licht haar voorstel tot motie toe.
Schepen Scheck geeft antwoord op de vragen.
Raadslid Maes houdt nog een wederwoord.
De gemeenteraad verwerpt de voorliggende motie bij monde van de fractievoorzitters.
Stemden voor de motie: Groen en PVDA.
Stemden tegen de motie: N-VA, Vooruit, Vlaams Belang, Open VLD en schepen Erica Caluwaerts.
Hebben zich onthouden: CD&V.
Het volledige debat is opgenomen en raadpleegbaar via de website van de stad Antwerpen.
Op de bouwwerf van het Zorgbedrijf-project “Assistentiewoningen Sint Andries” verschijnen 35 nieuwe serviceflats.
Voor de goedkoopste flat betaal je 1350 euro per maand. Voor de duurste serviceflat betaal je 1860 Euro.
- Het Zorgbedrijf moet er voor zorgen dat iedereen, aan een betaalbare prijs, de kans moet krijgen om comfortabel ouder te worden. Hoe passen deze serviceflats in die missie?
- Bent u akkoord dat deze serviceflats niet in de categorie "betaalbaar" vallen?
- Hoe zal u er voor zorgen dat er voldoende aanbod van betaalbare serviceflats blijft bestaan, ook in het centrum van de stad?
Sinds enkele maanden, naar verluidt sinds 11 november, staat er op de voetbalvelden van City Pirates een moskee in de vorm van enkele grote tenten, en dit voor de vzw Al-Umma.
De moskee werd daar geplaatst zonder enig overleg met de buurtbewoners. Tijdens de ramadan werd de buurt geteisterd door allerhande vormen van overlast: veel wagens en wildparkeren, veel geluidsoverlast en lichtoverlast, ook door nachtelijke iftars, en luide gebedsoproepen en Arabische muziek. Op een gegeven moment vond er tussen 4 en 5u een voor de buurt goed te horen ochtendgebed plaats.
Op 21 maart werd de tent verplaatst, iets verder weg van de buurtbewoners, maar de overlast bleef. Zo leerden ook de getuigenissen en klaagzangen van heel wat buurtbewoners op de buurtvergadering van 2 april in de kantine van City Pirates, waar ik aanwezig was. “We kunnen niet blijven de Blauwe Lijn bellen, hé Schepen”, aldus een van de duidelijk gefrustreerde buurtbewoners. Een andere buurtbewoner zei: “De Charles De Costerlaan werd zogezegd een autoluwe zone, en nu is er toch nog veel autoverkeer!”
Op de buurtvergadering deden een vijftiental buurtbewoners gezamenlijk hun beklag bij de schepen, en naast de diverse vormen van overlast hadden zij ook een fundamenteel punt van kritiek, namelijk:
Waarom in hemelsnaam een moskee op een sportclub? Wat heeft sport met religie te maken? Sport en religie zouden gescheiden moeten blijven; op deze manier islamiseert City Pirates. Hoewel City Pirates voor diversiteit zou moeten staan, staat een moskee niet voor diversiteit, integendeel, zo klonk het. Een van de buurtbewoner zei letterlijk: “City Pirates wordt zo een islamitische club en wordt niet meer gepercipieerd als neutraal.”
Ten slotte maakten de buurtbewoners zich ook druk over het volgens hen illegale en het zogenaamde tijdelijke karakter van deze moskee. Deze moskee zou immers twee jaar lang blijven staan, en op termijn zouden de grote tenten worden vervangen door containers. De vraag werd gesteld of deze constructie “wel volgens de geldende regelgeving/bouwcode is”. Ook de term “bouwovertreding” viel, want is deze zone niet louter een recreatie/sportzone?
Mevrouw de schepen, net zoals de buurtbewoners was ik niet onder de indruk van uw antwoorden - of liever: uw poging daartoe - op hun vele vragen en kritieken.
Graag krijg ik van u de nodige toelichting bij dit dossier: een tijdslijn van alle beslissingen die werden genomen, alsook van de toekomst van deze moskee op de voetbalvelden van City Pirates.
Graag ook een antwoord op de volgende vragen: is de huidige tentconstructie geen illegale moskee en zo neen, waarom niet? Vindt u deze moskee, als tentconstructie of in de vorm van containers, op die locatie een goede zaak, gezien de overlast en de overvloedige kritiek van de buurtbewoners die u op 2 april te horen kreeg? Zo ja, waarom?
Stad Antwerpen gaat systematische identiteitscontroles doen in de ruime buurt rond het Centraal Station én in Antwerpen-Noord.
Deze interpellatie wordt samen besproken met volgende informatieve vraag: 2024_IV_00168 - Informatieve vraag van raadslid Sam Van Rooy: Systematische identiteitscontroles.
Raadsleden Van Rooy en van Dienderen stellen hun vragen.
De burgemeester geeft antwoord op de vragen.
Raadsleden Van Rooy en van Dienderen
houden nog een wederwoord.
Het volledige debat is opgenomen en raadpleegbaar via de website van de stad Antwerpen.
Gezien het absolute tekort aan propere en toegankelijke toiletten die 7 op 7 open zijn, beslist de raad opdracht te geven aan het college om:
- een geïntegreerd toilettenplan uit te werken voor de stad. De raad wenst naar (min) 250 openbare toiletten te gaan - evenveel als het aantal velostations. Zeker parken, speel- en sportterreinen, markten en andere locaties met veel bezoekers, dienen te worden voorzien van proper en toegankelijk sanitair.
- erin te voorzien dat de toiletten proper en toegankelijk dienen te zijn en 7 op 7 open;
- horeca en handelaars mee te betrekken bij de opmaak en uitvoering van dit plan, waarbij hun sanitair ook een rol kan spelen in het aandeel openbare toiletten;
- bij de opmaak van dit plan de districten te bevragen, zij zijn goed op de hoogte waar er een nood is aan openbare toiletten
- in te staan voor een duidelijke bewegwijzering van deze toiletten.
Raadslid van Dienderen houdt haar interpellatie (2024_IP_00083 - Interpellatie van raadslid Ilse van Dienderen: Gebrek aan openbare toiletten in A: hoe lang nog?) en licht haar voorstel tot motie toe.
Schepen Caluwaerts geeft antwoord op de vragen.
Raadslid van Dienderen houdt nog een wederwoord.
De gemeenteraad verwerpt de voorliggende motie bij monde van de fractievoorzitters.
Stemden voor de motie: Groen, PVDA en CD&V.
Stemden tegen de motie: N-VA, Vooruit en schepen Erica Caluwaerts.
Brachten geen stem uit: Vlaams Belang en Open VLD.
Het volledige debat is opgenomen en raadpleegbaar via de website van de stad Antwerpen.
Beste
Citaat uit de Standaard van 2 april ll.:
"
https://www.standaard.be/cnt/dmf20240401_96123138
"Op naar de Koekenstad. Het Visit Antwerpen-platform levert geen zinnig zoekresultaat op, de stadswebsite enkel een opsomming van openbare toiletten per district, for God’s sake. Het district Antwerpen – in 2022 goed voor zo’n 195.000 inwoners en 11,6 miljoen dagtoeristen – heeft er twaalf. En dan gaat het alleen om bibliotheken, musea, cultuur- en sportcentra. Plaatsen met beperkte openingsuren, waar je bovendien een letterlijke en figuurlijke drempel over moet om er binnen te stappen. Merk op dat het aanbod aanzienlijk slinkt op zon- en feestdagen. Uitgezonderd het Centraal Station, waar elke sanitaire stop je 1 euro kost".
En uit de motie van de Antwerpse districtsraad, die adviseert op 21/2/2022 voor meer openbare toiletten:
"De stad Antwerpen telt amper openbare toiletten. Deze achterstand manifesteert zich, door de coronacrisis, heel sterk in parken. Struiken en andere plekken liggen vol menselijke ontlasting en papier.
Het is enorm belangrijk dat de stad hiermee aan de slag gaat. Voldoende, toegankelijke, schone openbare toiletten zullen de leefbaarheid, de toegankelijkheid en het imago van de stad alleen maar verbeteren. Dit vereist een ambitieus openbaar toiletplan.
De stad Parijs dient als inspiratiebron.
Parijs telt meer dan 750 openbare toiletten, waaronder klassieke toiletten en urinoirs op strategische plaatsen (drukbezochte zones en stadsparken). Het belangrijkste is dat de toiletten toegankelijk (rolstoelgebruikers) en dat ze voor een maximale hygiëne worden onderhouden, hetzij door een zelfreinigend systeem, hetzij door de concessiehouders.
De toiletten zijn ook, zeker die in de parken, open gebleven tijdens de coronacrisis.
De districtsraad van district Antwerpen adviseert aan de stad Antwerpen het volgende:
Gelet op de nood aan openbare toiletten in het ruime stadscentrum bevelen we aan een behoeftestudie uit te voeren, gericht op binnenstad, parken, speel- en sportterreinen, markten en andere locaties met veel bezoekers.
Openbare toiletten in onze stad dienen duidelijk bewegwijzerd, integraal toegankelijk, genderneutraal en hygiënisch te zijn."
Tot op heden is deze motie zonder antwoord gebleven, nochtans unaniem goedgekeurd in de Antwerpse districtsraad.
Wél neemt het college in 2023 de "moedige" beslissing om drie (!) pilootprojecten te lanceren. Die zullen echter het tekort aan openbare toiletten niet oplossen.
In Brussel zien we dat de stad het aantal toiletten wil opschalen - via een samenwerking met de horeca en winkels. https://www.brussel.be/handelaar-sluit-aan-bij-het-netwerk-gastvrije-toiletten
Vandaar volgende vragen:
- hoe evalueert u de projecten uit 2023? lossen die het gebrek aan proper openbaar sanitair op?
- hoe wenst u het tekort aan openbare toiletten in deze stad op te lossen?
- wanneer gaat u antwoorden op de motie van de Antwerpse districtsraad?
Dank.
Raadslid van Dienderen houdt haar interpellatie en licht haar voorstel tot motie toe: 2024_MOT_00032 - Voorstel tot motie van raadslid Ilse van Dienderen: Naar meer toiletten in A!
Schepen Caluwaerts geeft antwoord op de vragen.
Raadslid van Dienderen
houdt nog een wederwoord.
De gemeenteraad verwerpt de voorliggende motie bij monde van de fractievoorzitters.
Stemden voor de motie: Groen, PVDA en CD&V.
Stemden tegen de motie: N-VA, Vooruit en schepen Erica Caluwaerts.
Brachten geen stem uit: Vlaams Belang en Open VLD.
Het volledige debat is opgenomen en raadpleegbaar via de website van de stad Antwerpen.
Schepen
Op 3 april gaf het Antwerps college een gunstig advies over de eeuwigdurende vergunning voor de luchthaven van Deurne.
Het college lijkt helemaal mee te gaan in het zogenaamde scenario 2Abis uit de maatschappelijke kosten-batenanalyse van 2022. Dat scenario voorziet in een vermeerdering van het aantal vluchten, van de 36.372 per jaar in 2019 gaat die naar de 46.619 in 2040, dat is een stijging met 28%. En dat heeft grote gevolgen voor de Antwerpenaar: alleen al op vlak van geluid zal dit leiden tot een stijging van 13% van het aantal potentieel sterk gehinderden.
Dat scenario 2Abis uit die MKBA voorziet een uitbreiding in 2040 van nagenoeg àlle types vluchten: lijnvluchten, zakenvluchten én trainingsvluchten nemen toe. Dat is ontoelaatbaar. Datzelfde MKBA komt tot de conclusie dat de luchthaven financieel-economisch niet overeind kan blijven zonder grote steun van de Vlaamse overheid. Het beste scenario is volgens het MKBA de sluiting van de luchthaven. Met deze aanvraag tot eeuwigdurende vergunning wordt de conclusie van dat MKBA met de voeten getreden.
De stad ontving 4.798 bezwaarschriften. Wij verschieten niet van dat hoge aantal bezwaren; in vergelijking met 2022 40% méér bezwaren. Het draagvlak voor die luchthaven brokkelt dus jaar na jaar verder af, de tegenstand groeit.
Het lijkt er bovendien op dat het college niks gedaan heeft met de bezwaarschriften. In het collegebesluit staat immers: 'Gelet op de korte periode tussen het aflopen van het openbaar onderzoek en het verstrijken van de adviestermijn, konden niet alle bezwaren worden verwerkt.'
- wat drijft u om voor de uitbreiding van de luchthaven van Deurne een gunstig advies te geven, gezien de MKBA duidelijk aangaf dat het sluiten de maatschappelijk beste keuze is?
- wat is uw reactie op de bevinding van het MER dat die uitbreiding gepaard zal gaan met nog meer gehinderden in onze stad?
- hoe komt het dat u de bezwaren van zovele Antwerpenaren niet hebt behandeld? dat deze niet meegenomen zijn in uw advies?
Recent werden de plannen voor de vernieuwing van het speelterrein in het Mastvestpark goedgekeurd. Deze plannen zijn gericht op het versterken van het groene karakter en het bevorderen van inclusiviteit. We lezen dat het doel is om de cultureel historische waarde van de Tentoonstellingswijk te belichten en de speeltuin zo te ontwerpen dat het een plek vormt waarin iedereen welkom is.
Echter, ondanks deze ambitieuze plannen blijven er zorgen bestaan over de veiligheid en overlast in het Mastvestpark en andere parken in onze stad. Verscheidene families met kleine kinderen uit de Tentoonstellingswijk hebben meldingen gemaakt van overlast. Een belangrijk aspect van preventie van overlast is voldoende sociale controle. Slecht verlichtte, moeilijk toegankelijke plekken in de parken kunnen echter uitnodigend zijn voor ongewenste activiteiten. Dat zien we voornamelijk in parken met dichtbegroeide plantsoenen en vele hoekjes en kantjes. Dit fenomeen doet zich ook voor in andere parken zoals het Stadspark en het Kielpark, maar ook elders in de stad, zoals bijvoorbeeld op het Munthof (Maarten Lutherplein).
In de plannen voor de vernieuwing van het speelterrein in het Mastvestpark wordt bijvoorbeeld naar meer verlichting gevraagd door de bewoners. Dat is een vraag die we ook via onze districtsraadsleden stelden. Want volgens ons heeft de inrichting van deze plekken ook een invloed. Met de correcte accentverlichting, voldoende vuilnisbakken, leegstand van aanwezig patrimonium (in Mastvest de jeugdherberg).
Maar de handhaving blijft een verantwoordelijkheid van de stedelijke overheid is. En de overlast is u zeker in het Mastvestpark ook gekend. We ontvingen verschillende getuigenissen van bewoners die het park mijden. Ze willen er niet met hun kinderen komen omwille van de vieze omstandigheden en het onveiligheidsgevoel. Overdag liggen er soms junkies of daklozen hun roes uit te slapen op een bank vlakbij de speeltuin.
Het is er hier ook al over gegaan en in de districtscommissies veiligheid: overlast in stadsparken is ook kwestie van handhaving… .
Daarom volgende vragen:
- Er werden geen opmerkingen gemaakt over de notulen van de zitting van 25 maart 2024, bijgevolg worden zij als goedgekeurd beschouwd.