2024_CBS_04362 - Omgevingsvergunning - OMV_2023104082. Frankrijklei 85-87 en 91. District Antwerpen - Goedkeuring

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale regelgeving    

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd. 

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd.

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

-         Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag geen project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. Het beoordelingskader uit het decreet is  dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.

-         Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag noch een verkeersdragend noch een verkeersgenererend  project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De aanvrager wenst een bar en een opbouwvloerverwarmingssysteem in het schip van de kerk te plaatsen in functie van het gebruik als foyer van het aanpalende theater. Door het gebruik als foyer bij het theater behoudt de kerk de bestemming als gemeenschapsvoorziening. De aanvrager geeft aan dat deze foyer eveneens beperkt voor andere activiteiten zal gebruikt worden, zoals lezingen, recepties, trouwfeesten, presentaties, boekvoorstellingen, vergaderingen, yogasessies, ruilbeurzen, modeshows, expo’s, en dergelijke (10% van de activiteiten). 

Om hinder (mobiliteit, geluid, enzovoort) naar de omgeving te beperken, zal een effectieve functiewijziging naar dareca worden uitgesloten uit de vergunning. Deze uitsluiting verhindert niet dat er occasioneel andere activiteiten kunnen plaatsvinden mits het bekomen de nodige toelatingen en vergunningen. Eveneens zal het organiseren van andere activiteiten gelijktijdig met theatervoorstellingen worden uitgesloten uit de vergunning.

Volgens het advies van de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing past het project binnen de beleidsvisie Ruimtelijke Economie inzonderheid het aspect verweving. De invulling biedt immers de mogelijkheid om een moeilijk gebouw een duurzame bestemming te geven die past binnen het woonweefsel. Ook volgens de stedelijke dienst Visit is deze ruimte een aanvulling op de bestaande functie gemeenschapsvoorziening en komt het de werking ten goede.

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De aanvraag voorziet geen wijzigingen aan het bouwvolume. De verbinding met de keuken van de naastgelegen school is niet hinderlijk voor het gebruik van de school.

Cultuurhistorische aspecten

Er werd een stilzwijgend gunstig advies uitgebracht door het Agentschap Onroerend Erfgoed.

De stedelijke dienst Monumentenzorg adviseert de aanvraag gunstig met volgende motivering:

“Het kerkgebouw wordt in gebruik genomen door het aangrenzende theater Elckerlyc als foyerruimte tijdens voorstellingen en polyvalente feestzaal op andere momenten. Hiervoor zijn er een aantal interne ingrepen nodig. Het project werd voorbesproken. De ingrepen zijn of reversibel of niet van die aard dat ze de hoge erfgoedwaarde van het gebouw onaanvaardbaar aantasten. Er wordt dan ook een gunstig advies verleend.”

Gebruiksgenot – hinderaspecten – veiligheid in het algemeen

Het advies van de brandweer is voorwaardelijk gunstig en dient stipt te worden nageleefd.

Mobiliteitsimpact

Toetsing parkeerbehoefte

Het advies van de stedelijke dienst Mobiliteit luidt als volgt:

“De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging naar foyer.

De huidige foyer van theater Elckerlyc is te klein voor het aantal bezoekers van een voorstelling (813 zitplaatsen). De kerk zal gebruikt worden als foyer voor en na de voorstelling, zodat iedereen binnen kan wachten. Er is dus geen uitbreiding van de activiteiten van het theater, of uitbreiding van het aantal bezoekers.

Daarnaast kan de zaal ook verhuurd worden voor feesten, recepties, lezingen, enzovoort. Deze activiteiten vertegenwoordigen 10% van het gebruik van de kerk, en zullen zo’n 450 bezoekers ontvangen. Deze activiteiten vinden nooit plaats tegelijk met een voorstelling in het theater. Voor deze activiteiten worden dus minder bezoekers verwacht dan voor de huidige voorstellingen.

Aangezien er geen uitbreiding is van de activiteiten, bezoekers en personeel moeten geen bijkomende parkeerplaatsen voorzien worden. Er zijn wel 40 parkeerplaatsen beschikbaar in de parking van de Louiza-Marialei. Deze worden zowel door personeel, artiesten als bezoekers gebuikt.”

Het advies van de stedelijke dienst Mobiliteit wordt bijgetreden. De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte.

Ontsluiting/bereikbaarheid

De parking wordt ontsloten via de Louiza-Marialei.

Laden en lossen

Laden en lossen gebeurt op de bestaande laad- en loszone in de Frankrijklei.

Fietsvoorzieningen

Er is een fietsenstalling met 350 plaatsen beschikbaar in de parking van de Louiza-Marialei. Hier is een bezettingsgraad van 30% tijdens voorstellingen.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Het kerkgebouw is gelegen tussen de Frankrijklei en Rubenslei. Het gebouw grenst ten zuiden aan schoolgebouwen, ten noorden aan de bestaande theaterzaal en ten oosten aan de speelplaats van de school. De vorige eigenaar gebruikte de kerk sinds 2007 als opslagplaats voor allerhande niet vergunningsplichtige opslag. Vzw Theater Elckerlyc wenst de ruimte te gebruiken als aanvulling van de gekende theateractiviteiten, enerzijds als foyer voor de theaterzaal en anderzijds als publiek toegankelijke ruimte (evenementruimte). De gang gelegen tussen het kerkgebouw en de theaterzaal zal gebruikt worden als gemeenschappelijke vluchtweg en voor circulatie tussen de twee delen.

Het gebruik als ontvangstruimte of foyer is voorzien in functie van de voorstellingen in de theaterzaal. De bestaande foyer is in verhouding tot de zitplaatsen van de zaal te klein. Het uitgangspunt is dat bezoekers vóór en na de voorstelling in een ruime locatie kunnen samenkomen. Het gebruik van de voormalige kerk als foyer zal het totaal aantal bezoekers niet doen toenemen ten opzichte van het gebruik van de theaterzaal alleen. Theatervoorstellingen vinden wekelijks plaats, voornamelijk op donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag. Met zo’n 180 voorstellingen per jaar wordt ingeschat dat de kerk voor zo’n 90% van de tijd zal worden gebruikt als foyer.
 

De tweede functie van de Gratiekerk is het gebruik als multifunctionele zaal voor evenementen. Evenementen tijdens theatervoorstellingen zijn niet mogelijk. Typische evenementen waarvoor de polyvalente ruimte ingezet kan worden zijn lezingen, recepties, trouwfeesten, presentaties, boekvoorstellingen, vergaderingen, yoga sessies, ruilbeurzen, modeshows, expo’s en dergelijke. Deze activiteiten vertegenwoordigen volgens het aanvraagdossier zo’n 10% van het gebruik van de kerk.
 

De exploitatie zal ook een kleine keuken en kelderruimte omvatten die ruimtelijk gesitueerd zijn in het schoolgebouw ten zuiden van de kerk.
 

Volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten worden voor de uitbreiding gevraagd:

-          stookinstallaties;

-          koelinstallaties;

-          feestzaal;

-          opslag van reinigingsproducten;

-          lozen van huishoudelijk afvalwater.

Stookinstallaties

De theaterzaal beschikt over twee stookinstallaties met een thermisch vermogen van elk 80,7 kW en twee stookinstallaties met een thermisch vermogen van elk 116,7 kW. In de kerk wordt een bijkomende stookinstallatie voorzien van 60 kW. Alle toestellen worden gestookt op gas.

Er worden geen relevante negatieve effecten verwacht voor de luchtkwaliteit of eutrofiëring van de bodem. De bijkomende uitstoot van stikstof zal beperkt zijn en geen invloed hebben op natuurwaarden. Gelet op de leeftijd en aard van het gebouw is het gebruik van warmtepompen energetisch niet interessant. De ruimte zal verwarmd worden met vloerverwarming.

Koelinstallaties

De koeltoestellen zullen gebruikt worden in de foyerruimte in functie van de reca-activiteiten en tijdens de evenementen. Het zijn toestellen met lage individuele vermogens zoals vrieskasten, flessen-, vaten- en wijnkoelers, koelwerkbank, ijsblokjesmachine en dergelijke. Enkel de koelcel beschikt over een buitenunit die zich op het dak van de keuken bevindt. Het betreft een kleine motor die in normale omstandigheden geen geluidshinder veroorzaakt; het dak geeft niet uit op bewoonde vertrekken. Het risico op geluidshinder als gevolg van de koelinstallaties is beperkt.

Publiek toegankelijke locatie

De ruimte in de kerk wordt gebruikt als foyer in functie van het theatergebouw, maar ook voor andere evenementen waarbij muziek geproduceerd wordt. Voor de activiteiten die plaatsvinden wordt rubriek 32.1.1° gevraagd: feestzalen en andere voor publiek toegankelijke lokalen waar muziek geproduceerd wordt met een maximale geluidsniveau tussen 85 dB(A) L_Aeq,15min en 95 dB(A) L_Aeq,15min.

De ruimte heeft een oppervlakte van circa 740 m². De exploitant geeft aan dat maximaal 866 personen toegelaten zullen worden in de zaal. De zaal beschikt over twee nooduitgangen die rechtstreeks uitkomen op de Frankrijklei. Daarnaast zijn er twee uitgangen die via de gebouwen van de naastgelegen school enerzijds uitkomen op de speelplaats van de school en anderzijds in de Louiza-Marialei. De Brandweer zone Antwerpen verleende op 17 januari 2024 een voorwaardelijk gunstig brandpreventieverslag. De exploitant is geen uitbater van de schoolgebouwen en is voor de toegang en inrichting van de evacuatiewegen afhankelijk van het schoolbestuur. Sluitende afspraken met het schoolbestuur moeten gemaakt worden zodat de evacuatiewegen steeds voldoen aan voorwaarden van de brandweer. 
 

In een zaal ingedeeld onder rubriek 32.1.1° mag maximaal geluid geproduceerd worden van 95 dB(A) L_Aeq,15min. De exploitant moet er echter steeds voor zorgen dat de richtwaarden voor geluid buiten de inrichting gerespecteerd worden. Om te bepalen welk geluidsniveau aangehouden kan worden zonder de geluidsnormen te overschrijden, werd een beperkte geluidstudie opgemaakt.

Aan de hand van bron-, validatie- en immissiemetingen werd een simulatiemodel opgesteld om het inrichtingseigen geluidsdrukniveau (buitenshuis) te bepalen. Als nabije beoordelingslocaties werden in de nota de achterzijde van de appartementen en/of tuinen van de Rubenslei (BP2) en de conciërgewoning bovenop een school tussen de Frankrijklei en Rubenslei (BP1) genomen.

De meest relevante emissiezones naar de omgeving zijn de glas-in-lood ramen, verdeeld over de zijdelingse en kopse gevels. De specifieke emissie van het geluid werd bepaald aan de hand van overdrachtsmetingen en een overdrachtsberekening.
 

De grenswaarde bedragen voor de dag-, avond- en nachtperiode respectievelijk 40 dB(A), 35 dB(A) en 30 dB(A) (richtwaarden -5 dB(A), cfr. artikel 4.5.5.1 van Vlarem II).

Bij een geluidsdrukniveau van 95 dB(A) L_Aeq,15min geproduceerd met een standaard muziekinstallatie kunnen de geluidsnormen niet gerespecteerd worden.

De studie geeft aan dat akoestische maatregelen de emissies langsheen de glaspartijen kunnen verminderen (geluidsplan met zonering via gerichte speakers en beperken van nagalmtijd). In het dossier wordt aangegeven dat bij evenementen steeds met het geluidsplan gewerkt zal worden.

Het geluidplan omvat:

-          gebruik van gerichte speakers;

-          centrale zone geluid tot 95 dB(A) – circa 100 m², capaciteit 100 personen;

-          ‘infill’ zone geluid tot 90 dB(A) - rond centrale zone, capaciteit 300 personen.

Een geluidsproductie van 95 dB(A) in de centrale zone resulteert dan in een geluidsniveau van 87 dB(A) ter hoogte van de ramen. Het glas-in-lood raam heeft een isolatiegraad van 15 dB(A). In BP1 en BP2 is er dan een immissie van 36 dB(A) en 38 dB(A). De geluidstudie concludeert dat volgende indoor geluidsnormen kunnen toegepast worden:

De geluidstudie geeft een indicatief beeld van de mogelijkheden en de akoestische beperkingen van het gebouw. Onvermijdelijk geeft het ook een onvolledig beeld, door bijvoorbeeld de keuzes van de meetpunten en inherente rekenonzekerheden en variabele factoren.

De exploitant geeft aan dat veelal evenementen met een laag geluidsniveau zullen plaatsvinden (lezingen, recepties, presentaties, boekvoorstellingen, vergaderingen, yogasessies, ruilbeurzen, modeshows, expo’s, en dergelijke). Het lijkt erop dat de zaal hiervoor kan gebruikt zonder geluidshinder te veroorzaken naar de omwonenden. In het meest nabijgelegen gebouw is een school gevestigd. Bij een geluidproductie van 95 dB(A) die door de geluidstudie voorgesteld wordt, zal mogelijk hinder optreden ter hoogte van de klaslokalen. Deze bevinden zich immers naast en achter de kerk. De geluidsgolven zullen bovendien op de oppervlakken van de gebouwen rond de achterliggende speelplaats weerkaatsen en zo de hinder doen toenemen. De blootstelling ter hoogte van de klaslokalen werd in de geluidstudie niet onderzocht omdat het geen bewoonde vertrekken zijn; dit neemt echter niet weg dat de schoolactiviteiten evenmin hinder mogen ondervinden. Gelet op de geplande activiteiten overdag en het risico op hinder en verstoring van de rust, wordt het maximale geluidsniveau ook overdag beperkt tot 92 dB(A) L_Aeq,15min.

Het regelmatig gebruik als feestzaal komt niet naar voor uit de voorbesprekingen met de exploitant, noch uit de inhoud van het dossier, alhoewel in de lijst van mogelijke evenementen ook trouwfeesten opgesomd worden. De akoestische eigenschappen van het gebouw (akoestische lekken, nagalmtijd) en de inplanting in een binnengebied maken het gebouw minder geschikt voor het gebruik als feestzaal of voor het spelen van luide muziek. Typisch worden evenementen die veelal plaatsvinden begeleid met luide muziek (trouwfeesten, fuiven, muziekoptredens en dergelijke) van ’s avonds tot ’s nachts uitgevoerd. Om de geluidsnormen te kunnen respecteren, moet het geluid in de zaal net dan verlaagd worden. Bij het organiseren van feesten ontstaat dus een spanningsveld tussen de vraag naar luidere muziek en de verplichting om te voldoen aan de wettelijke geluidsnormen. Bovendien blijft de appreciatie van geluid en het ervaren van geluidsoverlast een subjectief gegeven zodat, zelfs bij het naleven van de wettelijke normen, omwonenden hinder kunnen ondervinden. De raampartijen geven uit op de achterkant van de appartementsgebouwen van de Rubenslei, waar veelal de slaapkamers zich bevinden. 

De keuze van de evenementen die worden georganiseerd en door de exploitant kunnen worden toegelaten, moeten afgestemd worden op deze beperkingen en de bijhorende risico’s.

Rubriek 32.1 veronderstelt het gebruik van de ruimte hoofdzakelijk als inrichting voor muziekactiviteiten. Voor het gebruik als feest- of fuifzaal is het gebouw echter niet geschikt. Ook vanuit goede ruimtelijke ordening komt het gebruik als feestzaal niet voor vergunning in aanmerking. De kerk wordt niet opgenomen in de vergunning onder rubriek 32.1.1°, maar wordt mee opgenomen onder rubriek 32.2.2° - polyvalente zaal. 
De sectorale voorwaarden laten toe dat ook in zalen vergund onder rubriek 32.2.2° geluid mag geproduceerd worden tot 95 dB(A) L_Aeq,15min (artikel 5.32.3.10 van Vlarem II). Omdat uit de geluidstudie blijkt dat hierbij de geluidsnormen niet gerespecteerd worden en er een te groot risico op overlast ontstaat worden tijdens evenementen volgende geluidsnormen opgelegd:

Lozen van huishoudelijk afvalwater

De inrichting beschikt over twee lozingspunten voor huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering van de Frankrijklei. Vanuit de kerk wordt water geloosd dat afkomstig is van de afwasinstallaties en -tafels in de keuken en de bar (circa 47 m³/jaar). Het water afkomstig van de (catering)keuken wordt voorbehandeld in een vetvanger (800 liter) die zich in de kelder onder de keuken bevindt.

Vanuit de theaterzaal wordt zwart water geloosd afkomstig van de toiletten met een debiet van 994 m³ per jaar, geschat op basis van het aantal voorstellingen, evenementen en toeschouwers. Het sanitair bevindt zich in de kelder van het theater en zal gedeeld worden met de kerk. Uit de plannen bij de aanvraag blijkt dat het water niet geloosd wordt via een septische put. Gelet op artikel 4.2.8.2.1 §2 en artikel 43 van de bouwcode wordt de exploitant erop gewezen dat bij verbouwingen waar het afvoerstelsel van afval- en hemelwater kan aangepast worden een septische put moet worden voorzien.

Opslag

In de kelderverdieping zal een beperkte voorraad kuis- en onderhoudsproducten opgeslagen worden van maximaal 100 liter of kg. Het betreft courant gebruikte middelen die in kleine hoeveelheden worden opgeslagen en hierdoor slechts een zeer klein risico meebrengen.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
2. De effectieve vergunningsplichtige functiewijziging van gemeenschapsvoorzieningen naar dareca wordt uitgesloten uit de vergunning.
3. Het organiseren van andere activiteiten gelijktijdig met theatervoorstellingen wordt uitgesloten uit de vergunning.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits de algemene, sectorale en bijzondere voorwaarden worden nageleefd, kunnen de hinder en risico’s voor mens en milieu tot een aanvaardbaar niveau beperkt worden. Er wordt voorwaardelijk gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen.

Geadviseerde rubriek(en)

Gecoördineerde rubriek(en)

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1. De exploitant dient met het schoolbestuur sluitende afspraken te maken over het gebruik en de inrichting van de evacuatiewegen zodat deze tijdens het gebruik van de zalen steeds voldoen aan voorwaarden van de brandweer.

2. Bij het gebruik van de Gratiekerk als evenementlocatie moeten volgende geluidsvoorwaarden nageleefd worden:

Het afspelen van elektronisch versterkte muziek tijdens evenementen gebeurt conform het geluidsplan opgenomen in het beperkt akoestisch onderzoek van 21 september 2023.

3. Bij activiteiten waarbij muziek gespeeld wordt, vindt de exploitatie steeds plaats met gesloten ramen en deuren.

4. De keuze van de evenementen die worden georganiseerd en door de exploitant kunnen worden toegelaten, moeten afgestemd worden op de akoestische beperkingen van het gebouw en de bijhorende risico’s.

5. Er worden maximaal 866 personen tegelijkertijd toegelaten op de evenementenlocatie.