Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024015444 |
Gegevens van de aanvrager: | NV BATOPIN met als adres Brouwerijstraat 6 bus / te 2200 Herentals |
Ligging van het project: | Lambrechtshoekenlaan 288-290 te 2170 Merksem (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 39 sectie A nr. 229R8 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | plaatsen van 2 verlichte uitwendige publiciteitsinrichtingen en wijzigen van de voorgevel |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 24/06/2011: milieuvergunning klasse 3 (2011226) voor bankkantoor;
- 17/12/2010: vergunning (20106568) voor Verbouwen van een bankkantoor en het maken van een gevelopening in een buitengevel;
- 06/08/1992: weigering (19921500) voor Dubbelz. reclame in voortuin - 6.8.92 weigering/bouwberoep;
- 26/03/1990: vergunning (1990355) voor Bankfiliaal met appartementsgebouw (3 woongelegenheden)(bevat geen plan, geen vergunning)
- 05/08/1969: vergunning (19697150) voor Oprichten appartementsgebouw
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking gelijkvloerse verdieping:
- centraal een toegang voor de bovengelegen verdiepingen;
- rechts een toegang voor de gelijkvloerse functie.
- inrichting:
Bestaande toestand
- functie overeenkomstig vergunde toestand;
- bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand;
- gevelafwerking gelijkvloerse verdieping overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie overeenkomstig vergunde toestand:
- bouwvolume overeenkomstig vergunde toestand:
- gevelafwerking gelijkvloerse verdieping:
- links een toegang voor de gelijkvloerse functie in lichtbruin schrijnwerk;
- centraal een toegang voor de bovengelegen verdiepingen;
- rechts een toegang voor de gelijkvloerse functie.
- logo en het opschrift “Bancontact”;
- inwendig verlichte gele boord en witte letters;
- 2,96 m boven het maaiveld;
- 3 m bij 0,35 m.
- inrichting:
- het opschrift “CASH”;
- inwendig verlichte gele boord en witte letters;
- 2,96 m boven het maaiveld;
- 0,6 m bij 0,35 m.
Inhoud van de aanvraag
- plaatsen van 2 verlichte, uitwendige publiciteitsinrichtingen;
- wijzigen van de voorgevel van de gelijkvloerse verdieping;
- mogelijk andere vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen behoren niet tot de aanvraag.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 5 april 2024 | 8 mei 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
de 2 nieuwe toegangsdeuren hebben een netto doorgangsbreedte van 83 cm in plaats van de minimumvereiste van 90 cm.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
§1.1 algemene principes: Zaak-gebonden publiciteit wordt enkel toegestaan op steigerdoeken, gevels (gelijklopend, haaks of op uitsprongen), op het dak en op totems.
Er wordt een aparte paal voorzien in de voortuin met een uithangbord ertegen bevestigd, het betreft geen totem met gecombineerde publiciteit.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B). Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
- Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag geen project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.
- Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag noch een verkeersdragend noch een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat het wijzigen van een deel van de gelijkvloerse detailhandelsfunctie naar kantoor, dienstverlening en vrije beroepen in functie van het voorzien van Batopin-geldautomaten. De voorste zijde van de handelsunit wordt ingenomen door de nieuwe selfbanking ruimte en bankautomaten; de achterste ruimte maakt deel uit van de kantoorruimte aan de linker zijde. Het is positief te beoordelen dat de geldautomaten geplaatst worden in of nabij bestaande retailfuncties. Op deze manier kunnen consumenten hun winkelactiviteiten combineren met het afhalen/storten van geld.
Visueel-vormelijke elementen
De indeling van het linker buitenschrijnwerk wordt gewijzigd. Het buitenschrijnwerk van de achterliggende kantoorruimte wordt gewijzigd naar een inkomdeur in glas en geanodiseerd aluminium. De kleur en profielen moeten afgestemd worden op het bestaande schrijnwerk wat in voorwaarde wordt opgenomen.
Het plaatsen van publiciteit op deze locatie, om de zichtbaarheid van het gebouw te vergroten, is aanvaardbaar. Omdat de voortuin volgens artikel 27 van de bouwcode (open ruimte) volledig vrij moet zijn van constructies zal de daar voorziene paal met publiciteit uitgesloten worden uit de vergunning. Deze constructie voldoet daarenboven niet aan de bepalingen van artikel 33 van de bouwcode (zaak-gebonden publiciteit).
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag wijkt af van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. De toegangsdeur tot de handelsruimte dient na afwerking een vrije en vlakke doorgang te hebben van minstens 90 cm breed conform artikel 22 van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Dit wordt opgelegd als voorwaarde voor vergunning.
Voor het overige voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van een kantoorruimte naar een bancontact cashpunt. Hier zijn geen werknemers aanwezig. Er moeten geen eigen parkeerplaatsen voorzien worden. De werkelijke parkeerbehoefte is 0
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De kleur en profielen van het buitenschrijnwerk moeten afgestemd worden op het bestaande schrijnwerk.
3. De toegangsdeur tot de handelsruimte dient na afwerking een vrije en vlakke doorgang te hebben van minstens 90 cm breed conform artikel 22 van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
4. De voorziene paal met publiciteit in de voortuinstrook wordt uitgesloten uit de vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 2 februari 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 5 april 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 4 juni 2024 |
Verslag GOA | 16 mei 2024 |
Naam GOA | Cynthia Steurs |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De kleur en profielen van het buitenschrijnwerk moeten afgestemd worden op het bestaande schrijnwerk.
3. De toegangsdeur tot de handelsruimte dient na afwerking een vrije en vlakke doorgang te hebben van minstens 90 cm breed conform artikel 22 van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
4. De voorziene paal met publiciteit in de voortuinstrook wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.